Nieuws
zonnestroom actueel |
Nieuws & analyses P.V. pagina actueelmeest recente bericht boven Specials:
|
<<<
recenter |
actueel
196
195
194
193 192
191
190-181
180-171
170-161 160-151
150-141
140-131
|
8 januari 2025: Energieleveren.nl - sub 1 MWac PV markt - jaarvolume 2024 53% lager dan in recordjaar 2023. Op de website energieleveren.nl zijn inmiddels de nieuwe cijfers voor de maand december 2024 gepubliceerd, voor het marktsegment van de daar gemelde / geregistreerde PV installaties per stuk kleiner dan 1 MW omvormer capaciteit. Daarmee is het jaar 2024 afgesloten. Met wederom een lichte terugval t.o.v. de al lage groei in november, kwam het eindejaars-volume op totaal 18,39 GWac uit, verdeeld over 3,13 miljoen installaties. Met name vanwege zeer lage uitbouw cijfers in de tweede jaarhelft, is het jaarvolume bij zowel de aantallen nieuwe installaties, als bij de capaciteits-aanwas, rond de 53% lager geweest dan in record jaar 2023. Er kwam 1.617 MWac nieuwe capaciteit bij in dit grote, grotendeels residentiële marktsegment in 2024, verdeeld over 298 duizend nieuwe projecten.
In de eerste analyse van de energieleveren.nl cijfers, medio september 2024, maakte ik gewag van de "instorting" van het kleine PV marktsegment in Nederland, op basis van de dit jaar voor het eerst daar gepubliceerde marktcijfers van de "sub 1 MWac markt". In augustus 2024 werd een dieptepunt bereikt, met slechts 14 duizend nieuwe installaties, met een toegevoegd omvormer vermogen van 81 MWac. Een tweet van Polder PV over deze markt "instorting" werd zeer vaak bekeken (laatste stand van zaken: 16.400 maal).
September en oktober deden het iets beter, november liet weer een lager groeicijfer zien, en in december is er wederom een lichte terugval te zien. En wel, met minder dan 15 duizend nieuwe geregistreerde PV installaties per stuk kleiner dan 1 MWac, slechts iets boven het dieptepunt in augustus blijvend. Er werd in december een gezamenlijk vermogen van bijna 88 MWac toegevoegd, resulterend in een relatief hoog gemiddeld vermogen van 5,87 kWac per nieuwe installatie. Het niveau lag daarmee grofweg op de helft van de hoeveelheden in december 2023 (30 duizend nieuwe installaties, 157 MWac toegevoegd).
Grafiek
met, per maand, de nieuwe aantallen registraties per maand, opgetekend
door energieleveren.nl, tm. december 2024.
2024 in magenta gekleurde
kolommen, die de forse terugval in nieuwe installaties in het <1 MWac
segment goed laat zien.
Met deze toevoeging in december zijn er begin januari 2025 in totaal nu 3,13 miljoen PV installaties per stuk < 1 MWac bekend bij energieleveren.nl. Hierbij nogmaals de bekende disclaimer: dat is niet het aantal woningen, of dergelijke claims. Er worden immers zeer regelmatig uitbreidingen (= "installaties") aan bestaande projecten toegevoegd, zowel residentieel, als in de projecten markt, een endemisch verschijnsel in Nederland. Het aantal "objecten", "erven", "project sites", is, derhalve, altijd (veel) lager, dan bovengenoemd getal. Wat, desondanks, natuurlijk zonder meer een spectaculair volume weergeeft.
Het is nog onduidelijk of, en hoe, deze "sub 1 MWac" zich zal herstellen. Voorlopig zullen de nieuwbouw cijfers vermoedelijk erg laag blijven, wat vooral ligt aan de "schrik" in de residentiële markt, over het ook door de Senaat aangenomen wetsvoorstel van het huidige kabinet, om de salderingsregeling per 1 jan. 2027 definitief af te schaffen.
Bijna 18,4 GWac capaciteit in cumulatie - en langzaam verder groeiend
In de september 2024 rapportage werd het passeren van de piketpaal 18 MWac gemeld. Inmiddels is er, eind december, in alleen het sub 1 MWac segment 18.388 MWac vermogen geaccumuleerd. In heel Nederland stond eind 2023, wat nominaal generator capaciteit betreft (altijd hoger dan het daar achter aangesloten omvormer vermogen), met de laatste aanpassing van het CBS, 24.302 MWp. Het nog zéér voorlopige eerste cijfer voor medio (eind juni) 2024 is ook in dezelfde rapportage gepubliceerd: 26.065 MWp.
Ik heb in de huidige update 1 nieuwe grafiek toegevoegd, met de nu bekende jaarvolumes, voor de accumulatie aan het eind van het jaar, en de jaarlijkse aanwas cijfers, voor zowel de capaciteit (grote grafiek), als voor de aantallen installaties (inset linksboven), tussen 2021 en 2024.
Zie voor de mogelijke impact, andere grafieken, waaronder ook de update van het recent nieuw toegevoegde exemplaar met segmentatie in klein- en grootverbruik aansluiting, en duiding van dat alles, de bespreking van de meest recente cijfers in mijn update, hier onder gelinkt:
Statistieken PV markt segment registraties < 1 MWac bij energieleveren.nlupdate
december 2024 |
Hoeveel zon opwekinstallaties zijn er in Nederland? (website energieleveren.nl, "inzicht")
7 januari 2025: Update gecertificeerde PV markt december 2024. Jaargroei 2023 verder opwaarts, naar record 2.770 MWp nieuwbouw (2022 +39%), 1e zeer voorlopige aanwas 2024 1.579 MWp. Voor uitgebreide toelichting van de voorliggende historie van de CertiQ data voor gecertificeerde zonnestroom in Nederland, zie de bespreking van 7 maart 2023 (februari rapportage). Voor de transitie van CertiQ naar de nieuwe organisatie VertiCer, zie introductie in de analyse, van 19 juli 2023.
In de huidige rapportage brengt Polder PV de nieuwe resultaten uit de data rapportage van VertiCer, voor de laatste maand, december, van 2024, waarmee de jaargroei in kalenderjaar 2023 wederom verder blijkt te zijn uitgelopen op het volume in 2022, na eerder al het voormalige topjaar 2020 al ver achter zich te hebben gelaten, m.b.t. de gerealiseerde, gecertificeerde PV capaciteit. Een eerste aanwas volume voor heel 2024 is nu bekend, maar zal nog vele malen flink worden bijgesteld in latere updates, als meer actuele cijfers beschikbaar komen. Wederom worden de verstrekte Garanties van Oorsprong voor gecertificeerde PV projecten gereconstrueerd en grafisch verbeeld over de afgelopen periode. Hierbij is byzonder dat er in oktober 2024 nog maar een heel klein volume bekend is, en dat voor november nog niets lijkt te zijn geregistreerd, dan wel publiek gemaakt. Na het "glad strijken" van de enorme augustus 2024 anomalie in de vorige update, lijkt de rust in de cijfer evolutie op dat vlak weer te zijn hersteld, en lijkt er weer "normale groei" te zijn. Inmiddels zou, met de recente data, er in de huidige update 14,2 GWp aan gecertificeerde zonnestroom capaciteit in de database van VertiCer zijn geaccumuleerd.
Cijfer anomalieën blijven regelmatig optreden. Voor december 2024 is een hoge aanwas van bijna 451 MWp gerapporteerd, wat een factor 3,4 maal het maandgemiddelde zou zijn in dat jaar. De in een vorige rapportage gemelde nieuwe anomalie rond de afgifte van GvO's voor december 2023, door Polder PV doorgegeven aan VertiCer, lijkt inmiddels te zijn hersteld, doordat er voor die maand opeens een groot volume aan GvO's blijkt te zijn teruggetrokken.
Bijstellingen - niets nieuws onder de zon
Benadrukt zal hier blijven worden, dat de voor sommigen (zelfs specialisten uit de zonnestroom sector) wellicht verwarrende, continu wijzigende maand-cijfers bij VertiCer, en haar rechtsvoorganger CertiQ, beslist géén "nieuw fenomeen" betreffen, ook al wordt regelmatig het tegendeel beweerd. Dit is altijd al staande praktijk geweest bij CertiQ, en wordt gecontinueerd onder VertiCer. Niet alleen werd dat zichtbaar in de soms fors gewijzigde cijfers in de herziene jaar rapportages tot en met het exemplaar voor 2019. Helaas zijn daarna geen jaarlijkse revisies meer verschenen. In een tussentijdse analyse van oorspronkelijk gepubliceerde, en toen actuele, bijgestelde cijfers, werd al duidelijk, dat de databank van de destijds alleen onder TenneT vallende dochter continu wijzigingen ondergaat, zoals geïllustreerd in de Polder PV analyse van 4 november 2020. In dit opzicht, is er dan ook niets nieuws onder de zon. De wijzigingen zijn er altijd al geweest, alleen zijn ze inmiddels, met weliswaar de nodige moeite, regelmatig zichtbaar te maken, door de nieuwe wijze van rapporteren van VertiCer. De cijfermatige consequenties daarvan worden weer besproken in de huidige analyse.
Voordat we de huidige resultaten bespreken, blijft de belangrijke, al lang geleden door Polder PV geïntroduceerde, en tussentijds verder aangepaste disclaimer bij alle (zonnestroom) data van VertiCer / CertiQ recht overeind:
*
Disclaimer & verduidelijking: Status officiële VertiCer
(ex CertiQ) cijfers
|
Het overzicht met de eerste cijfers voor december 2024 verscheen in de nieuwe, drastisch gewijzigde vorm op de website van VertiCer, op 6 januari 2025. Referenties naar eerder verschenen historische data zijn uiteraard impliciet als CertiQ gegevens geanalyseerd, in oudere analyses.
2a. Evolutie van drie basis parameters gecertificeerde PV-installaties VertiCer juli 2021 - december 2024
(Herziene) status tm. december 2024
In deze grafiek, met de meest recente actuele en gewijzigde data uit de december 2024 rapportage van VertiCer, en deels oudere data uit de CertiQ updates, de stand van zaken vanaf juli 2021 tm. december 2024. De blauwe kolommen geven de ontwikkeling van de aantallen installaties weer (ref.: rechter Y-as), voorlopig culminerend in 34.613 exemplaren, begin januari 2025. Wat, wederom, een netto negatieve groei weergeeft van 339 projecten** t.o.v. de status, eind november 2024 (gereviseerd, 34.952 exemplaren), en zelfs al 1.206 exemplaren minder is dan het tot nog toe hoogste niveau (35.819 in mei 2024, gereviseerd). Waarmee het voor het eerst in de VertiCer historie is, dat er meer dan duizend projecten zijn uitgeschreven t.o.v. die peildatum met het maximale aantal projecten.
Er vindt dus, zo blijkt al een tijdje kristalhelder, in toenemende mate, een netto uitstroom van projecten plaats uit de VertiCer databank (meer uitgeschreven dan ingeschreven). Wel is er, t.o.v. het ook weer herziene eindejaars volume van 2022, netto bezien in kalenderjaar 2023 een groei geweest van 1.388 projecten in het VertiCer bestand. Wat ruim 46% minder is dan de groei in 2022 (licht gereviseerd: 2.591 nieuwe projecten genoteerd; voor de half-jaar volumes, zie ook nieuwe half-jaar grafiek verderop). Diverse historische data zijn wederom (licht) gewijzigd t.o.v. de november update. Zo is de stand van zaken voor eind (december) 2022 inmiddels 34.026 projecten, in de vorige rapportage waren dat er nog 34.025.
In de gele kolommen (ref. rechter Y-as, in MWp) de bijbehorende geaccumuleerde gecertificeerde PV-capaciteit, die begin augustus 2024 weer verder is toegenomen, van 13.848 MWp in de vorige update, naar, inmiddels, 13.991 MWp. Wat sinds de update van november 2024 iets hoger ligt dan de status van, inmiddels, 13.937 MWp in februari dat jaar. Dit kan uiteraard nog steeds / wederom verder gaan wijzigen in komende updates, zoals ook in alle vorige exemplaren is geschied. Afhankelijk van komende revisies van historische cijfers, lijkt de 10 GWp in dit grote PV dossier, in ieder geval inmiddels begin januari 2023 te zijn gepasseerd.
Deze ronduit opmerkelijke, forse wisselingen in de netto (overgebleven) volumes aan het eind van de laatste maanden, heeft uiteraard ook gevolgen gehad voor de systeemgemiddelde capaciteit, die eind maart 2024 weer flink lager is geworden, waar dit begin dat jaar nog een opvallende tóename was (groene curve). Na deze terugval, is in mei - juli het gemiddelde weer duidelijk toegenomen.
Capaciteit verschillen lopen flink op
Eind 2022 is de geaccumuleerde capaciteit inmiddels op een niveau gekomen van 9.838,1 MWp. In het eerste flink gewijzigde januari rapport voor 2023 was dat nog 9.409,3 MWp. Voor EOY 2022 is sindsdien dus alweer bijna 429 MWp / 4,6% meer volume bijgeschreven dan oorspronkelijk gerapporteerd.
In nog extremere mate is het verschil bij de opgegeven EOY capaciteit voor kalenderjaar 2023. In de eerste rapportage voor eind december 2023 was er sprake van een cumulatie van 11.106,2 MWp. Dat is inmiddels alweer opgelopen naar 12.608,0 MWp, een verschil van 1.502 MWp / 13,5%. Het is goed om deze flink opgelopen verschillen voor reeds "lang" verstreken jaren op het netvlies te blijven houden, want dit gaat natuurlijk ook geschieden met de cijfers voor 2024. Huidige status updates geven altijd een zeer voorlopige stand van zaken weer. De cijfers daarin gepubliceerd, kunnen nog flink gaan wijzigen in latere rapportages.
Groei 2023 t.o.v. 2022 volume, nieuw jaargroei record houder verstevigt positie
Met de huidige, gereviseerde cijfers van de jaar volumes, is de voorlopige groei in het hele kalenderjaar 2023 2.770 MWp geweest. Dat geeft, in grote tegenstelling tot eerdere maandrapportages door Polder PV (in december 2023 rapportage nog slechts een jaar-aanwas van 1.298 MWp!), inmiddels een forse marktgroei t.o.v. de jaarlijkse aanwas in 2022, zelfs al weten we dat alle cijfers nog steeds regelmatig zullen worden bijgesteld. In dezelfde periode in 2022 was het inmiddels geconsolideerde groei volume namelijk 1.991 MWp. De toename in 2023 is tot nog toe dus alweer bijna 39% hóger dan het nu bekende nieuwe volume in 2022 (in de update van december 2023 was het nog 34% láger!). Bij de aantallen nieuwe projecten was juist een zeer hoge netto negatieve groei vast te stellen uit de huidige cijfers (minus 46%). Deze combinatie is op zijn zachtst gezegd, "hoogst curieus", als je niet beter zou weten hoe deze cijfers tot stand komen. Want dat laatste heeft vooral te maken met een forse uitstroom van oudere projecten, die al een tijdje bij VertiCer de nieuwe instroom overvleugelt.
In ieder geval kan óók geconstateerd worden, dat 2023 al een tijdje onbetwist kampioen is geworden, en het nieuwe jaargroei record heeft. Het is voormalig kampioen 2020 (voorlopig laatst bekend groeicijfer: 2.436,9 MWp) inmiddels met een volume van alweer 333 MWp voorbijgestreefd, pending latere updates.
In de groene curve is de uit voorgaande parameters berekende systeemgemiddelde capaciteit voor de gehele, overgebleven gecertificeerde populatie PV-projecten bij VertiCer, in kWp (referentie linker Y-as) weergegeven. Dit blijft door de bank genomen almaar toenemen, en is sedert eind 2022 verder gegroeid, van 289 naar 356 kWp, eind 2023. In januari - februari 2024 nam dit flink toe, naar 388 resp. bijna 392 kWp. Eind april nam dit echt weer stevig af, vanwege de toen doorgevoerde, forse neerwaartse capaciteits-bijstelling, en eindigde voorlopig op 358 kWp gemiddeld. Vanaf mei steeg het weer naar 391 kWp in juli 2024. Ook dit niveau kan bij latere data bijstellingen weer wijzigen, zowel in negatieve, als in positieve zin.
Links in de grafiek vindt u ook de meest recent bekende EOY cijfers voor 2021 weergegeven. Die zijn net als in de vorige updates stabiel gebleven, 31.435 projecten, respectievelijk, 7.847,1 MWp. Deze data zijn belangrijk voor de vaststelling van de aangepaste jaargroei cijfers voor 2022, zie paragraaf 3d. Het ziet er niet naar uit dat er nog substantiële wijzigingen in die eindejaars-cijfers zullen komen, op zijn hoogst nog marginale aanpassingen.
... (gigantische) anomalie in augustus - september rapportages inmiddels, in 2 grote stappen, in publiek toegankelijke data hersteld; meest recente cijfers
In augustus 2024 werd helaas weer een ronduit verbijsterend cijfer gemeld door VertiCer, wat met geen mogelijkheid verklaard kon worden, en wat als het grootste data incident in de lange historie (incl. rechtsvoorganger CertiQ) beschouwd kan worden in de solar statistieken. Hierover is uitvoerig gerapporteerd in een vorige maand update, en is commentaar van VertiCer weergegeven in het intermezzo in deel II van die analyse. Met inmiddels alweer verder opgehoogde, en dus nog steeds ongeloofwaardige cijfers volgens de VertiCer tabel, een ongelofelijk volume van 18.185 MWp, wat een onwaarschijnlijke maandgroei van bijna 4,2 GWp in augustus zou geven. Uit de reactie van VertiCer blijkt, dat de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit en accuraatheid van de aangeleverde cijfers bij de netbeheerders ligt, en moet Polder PV derhalve helaas vaststellen, dat er géén (effectieve) uitgangscontrole bij de netbeheerders is voor deze zeer belangrijke data. En dat, bovendien, een lang geleden beloofde ingangscontrole bij VertiCer moet ontbreken, anders had deze enorme anomalie al snel opgemerkt geweest. Niets van dit alles, (enorm) foute ingaves van netbeheerders blijven kennelijk nog altijd "ongeschonden" de publiek toegankelijke data van VertiCer in ernstige mate vervuilen. En van de daaruit volgende statistieken een puinhoop genereren.
In het september rapport was deze enorme anomalie helaas nog niet hersteld (met inmiddels weer bijgestelde gegevens nu 18.130 MWp). Vanwege deze onmogelijke waarden, heb ik destijds beide kolommen doorzichtig gemaakt en met een rood kader weergegeven. Kennelijk ook door aandrang van collegae bij Solar Magazine, is echter in de oktober rapportage eindelijk een eerste flinke correctie doorgevoerd. Begin november wordt nu nog "maar" een volume van 15.759 MWp (vorige rapportage 15.607 MWp) in accumulatie gerapporteerd, maar ik vond het niveau in de vorige rapportages nog steeds "verdacht hoog". Het is dan ook niet verbazingwekkend, dat begin december de accumulatie verder neerwaarts werd bijgesteld, naar, inmiddels, nog maar 13.736 MWp, wat een "logisch volume" lijkt. Het ligt inmiddels zelfs 255 MWp onder het volume, eind juli 2024. Vermoedelijk is er tussentijds een tweede forse wijziging geweest, en was het volume ook voor eind oktober nog veel te hoog. Vandaar dat ik nu drie kolommen, met waarschijnlijk veel te hoge waarden, rood heb gemarkeerd in de grafiek (augustus tm. oktober). Of die tweede wijziging hetzelfde "project" is geweest wat kennelijk destijds foutief door een netbeheerder is aangemeld, of mogelijk zelfs een tweede (of nog meer) project(en), vertelt het verhaal verder niet. En is slechts voer voor puur giswerk, waar we verder niets mee kunnen.
De grootste wijzigingen worden vooral veroorzaakt door flinke neerwaartse bijstellingen voor de grootste project categorie (projecten groter dan 1 MWp), zie ook verderop bij segmentaties in paragraaf 4b).
Als gevolg van de veel te hoge capaciteiten in augustus tm. oktober, en de wél "logische" aantallen netto overgebleven geregistreerde projecten in die maanden, is de daar uit berekende systeemgemiddelde capaciteit natuurlijk ook véél te hoog (groene curve, incorrecte volumes van 510/511 resp. 447 kWp gemiddeld per project weergevend in die maanden). In de november rapportage zijn we eindelijk weer teruggekeerd naar "normale" verhoudingen. Het project gemiddelde kwam toen op een "geloofwaardig" niveau van 393 kWp. Vanaf december lijkt "de normale routine" weer te zijn teruggekeerd, met een normaal aanwas volume, en eind van die maand een netto project gemiddelde capaciteit van bijna 410 kWp. Dat gemiddelde staat wel steeds duidelijker onder invloed van de fors lagere aantallen geregistreerde projecten. Hoe meer (kleine) installaties uitgeschreven zullen worden, hoe hoger de te verwachten gemiddelde capaciteit van de overgebleven populatie zal worden. Zeker met de blijvende schaalvergroting bij nieuwe projecten, zal dat het gemiddelde verder omhoog gaan drijven.
** Beter: "het netto overblijvende nieuwe volume, wat het verschil is tussen de (niet qua volume geopenbaarde) uitschrijvingen en de volumes aan nieuwe inschrijvingen".
2b. Evolutie van drie basis parameters gecertificeerde PV-installaties VertiCer EOY 2009 - 2024
Ik geef hieronder de volledig gereviseerde grafiek met de evolutie van de eindejaars-accumulaties weer. Hierbij is gebruik gemaakt van een separaat verschenen historische update (24 augustus 2024), van de oudere jaargangen, destijds gepubliceerd in CertiQ rapportages, waarin alleen zeer marginale wijzigingen zijn te vinden, en die dus nauwelijks effect hebben gehad op de hoogte van de kolommen. En waarbij de nu bekende, inmiddels deels weer gewijzigde cijfers in het december 2024 rapport van VertiCer, voor de jaren 2021 tm. 2024, zijn opgenomen. De cijfers voor 2023 zijn uiteraard nog zeer voorlopig en kunnen nog behoorlijk gaan wijzigen in komende updates (gearceerde kolommen). Het capaciteits-cijfer voor 2024 heeft inmiddels een veel realistischer niveau bereikt in vergelijking met de evident foutieve waardes in de augustus-oktober rapportages in dat jaar, vandaar dat ik de laatste kolom voor de capaciteit, weliswaar gearceerd (zeer voorlopige cijfers), weer in normale kleurstelling heb weergegeven.
De tweede grafiek in deze sectie geeft niet de maandelijkse progressie (paragraaf 2a), maar de evolutie van de eindejaars-accumulaties van 2009 tm. 2024 (achteraan) weer, met alle ondertussen weer gewijzigde data in de huidige VertiCer update. De opbouw van de grafiek is vergelijkbaar met die voor de laatste maand-cijfers, maar om alle data in 1 grafiek te krijgen zonder extreme verschillen, is de Y-as voor alle drie de parameters hier logarithmisch gekozen. Het aantal installaties is fors toegenomen, van 3.767 exemplaren, eind 2009, naar, inmiddels, 34.026, eind 2022, resulterend in een Compound Annual Growth Rate (CAGR) van gemiddeld 18,4% per jaar in 2009-2022. Eind december 2023 staat de teller alweer op 35.414 projecten; de CAGR voor de periode 2009-2023 heeft, met de nog voorlopige data voor met name 2023, een gemiddelde van 17,4% per jaar.
Bij de capaciteits-ontwikkeling is het echter nog veel harder gegaan. Deze nam toe van 18,7 MWp, eind 2009, tot alweer 9.838,1 MWp, eind 2022. Resulterend in een byzonder hoge CAGR, van gemiddeld 61,9% per jaar (!). Wel begint er, voorstelbaar, na zo'n langdurige, spectaculaire groei periode, een afvlakking zichtbaar te worden in de expansie. Wat veel te maken heeft met overal optredende problemen met beschikbare netcapaciteit, gestegen project kosten, forse competitie met andere CO2 besparende opties binnen de nieuwste SDE regelingen, diverse verzwarende omstandigheden voor planning en realisatie van nieuwe projecten (verzekeringen, participatie trajecten, ecologische eisen), beschikbaar personeel, etc. Eind december 2023 is de capaciteit fors doorgegroeid naar een voorlopig volume van 12.608,0 MWp, resulterend in een nog zeer voorlopige CAGR van gemiddeld 59,2% per jaar, in de periode 2009-2023. Hierbij moet ook worden vermeld, dat het eindejaars-cijfer voor 2023 fors is bijgesteld in eerdere updates van VertiCer. Vermoedelijk is er toen veel capaciteit bijgeschreven na de nodige vertragingen in de administratieve verwerking ervan.
Historische bijstellingen
Dat de cijfers in de databank behoorlijk worden bijgesteld, bezien over een langere periode, laten de nu actuele eindejaars-cijfers voor 2021 weer goed zien. Die zijn al enkele maanden ongewijzigd, namelijk 31.435 installaties, en een verzamelde capaciteit van 7.847,1 MWp. In het "klassieke" maandrapport voor (eind) december 2021, alsmede in het gelijktijdig verschenen eerste jaaroverzicht, waren die volumes nog maar 30.549 installaties, resp. 7.417,8 MWp. In de laatste cijfer updates zijn de verschillen t.o.v. de oorspronkelijke, "klassieke" maandrapport opgaves van, destijds, CertiQ, derhalve, opgelopen tot 2,9% (aantallen), resp. bijna 5,8% (capaciteit). Uiteraard hebben deze continu voorkomende bijstellingen ook gevolgen voor de uit de EOY cijfers te berekenen jaargroei volumes (YOY).
Uit voorgaande twee parameters werd door Polder PV weer de gemiddelde systeem-capaciteit aan het eind van elk kalenderjaar berekend (groene curve in bovenstaande grafiek). Ook deze nam spectaculair toe, van slechts 5,0 kWp, eind 2009 (bijna uitsluitend kleinere residentiële installaties), tot alweer 356,0 kWp, eind 2023 (bestand VertiCer inmiddels gedomineerd door duizenden middelgrote tot zeer grote projecten incl. zonneparken). Een factor 72 maal zo groot, in 14 jaar tijd. Wat de enorme schaalvergroting in de projecten sector goed weergeeft.
2024
Helemaal rechts in de grafiek zijn ook de, nog zeer premature, cijfers voor eind december 2024 getoond, met een waarschijnlijk "logisch", doch beslist nog niet definitief aantal van 34.613 installaties. Resulterend in een voorlopig netto verlies van 801 projecten sedert eind 2023 (meer projecten uit- dan ingeschreven bij VertiCer). En met een volume van 14.187 MWp voor de capaciteit, waaraan flinke correcties zijn voorafgegaan, na de al eerder gememoreerde "augustus anomalie". Het voorlopig resulterende systeemgemiddelde komt daarmee uit op 410 kWp, beduidend hoger dan de 356 kWp eind 2023.
Voor de nog zeer voorlopige eindstand van 2024 resulteert de CAGR over de periode 2009-2024 inmiddels in een nog steeds respectabele gemiddelde toename van 15,9% per jaar voor de aantallen projecten. Een percentage, wat echter onder druk komt te staan door de netto uitstroom verliezen bij VertiCer. Voor de capaciteit komt de CAGR in de periode 2009-2024 inmiddels uit op een eerste, nog steeds spectaculaire, gemiddelde groei van 55,6%/jaar.
Sowieso zal er voor kalenderjaar 2024 nog veel volume bijgeschreven worden in de vervolg rapportages in het nieuwe jaar. En ook de data voor de eerste maanden van 2024 zullen daarbij nog flink worden bijgesteld. Waar dat alles zal "eindigen", inclusief potentiële andere correcties, is nog een niet te beantwoorden vraag. Er komen in ieder geval nog flink wat aanvullingen en wijzigingen aan voor dat jaar.
3. Maandelijkse, kwartaal-, half-jaar- en jaarlijkse toenames aantallen en capaciteiten bij VertiCer
3a. Maandelijkse toenames van aantallen en capaciteit van gecertificeerde PV-installaties VertiCer augustus 2021 - december 2024
Ook al moet ook bij deze grafiek de blijvende waarschuwing, dat de cijfers nog lang niet zijn uitgekristalliseerd, en we nog de nodige bijstellingen kunnen verwachten, de trend bij de nieuwe (netto) aantallen projecten door VertiCer, en rechtsvoorganger CertiQ, geregistreerd van maand tot maand, laten, ook in de huidige versie van december 2024, een zeer duidelijke afkoeling van de PV-projectenmarkt zien sedert de zomer van 2021. Dit heeft deels te maken met het feit, dat er netto bezien steeds meer (oudere) projecten uitstromen bij VertiCer, dan er nieuw worden gerapporteerd en opgenomen in de databank.
Werden er in januari 2022 nog netto 385 nieuwe gecertificeerde PV-projecten bijgeschreven, is dat in de rest van het jaar al zeer duidelijk minder geworden, en vanaf augustus dat jaar zelfs zeer sterk "afgekoeld". Met wat ups en downs, is het laagste volume in dat jaar voorlopig bereikt in november 2022, met, inmiddels, 107 (netto) nieuwe installaties. Daarna veerde het weer even op, daalde stapsgewijs, leidde tijdelijk tot een inmiddels licht positieve groei van netto 16 nieuwe projecten in augustus 2023 en vervolgens weer positieve groei in september tm. december. In 2024 zijn de aanwas cijfers per maand tm. mei netto, in de eerste updates ook vaak negatief, al in de plus geraakt, al liggen ze op een zeer "bescheiden" niveau. De aanwas cijfers voor juni tm. november zijn nu nog netto 44, 16, 104, 148, 263, resp. 292 exemplaren negatief, (allen: minder negatief dan in de vorige update), maar ook dat kan nog in positieve groei omslaan in latere updates. December start met de eerste waarde ook flink onder de nullijn, met netto minus 339 projecten. Ook dat kan / zal waarschijnlijk in latere updates omslaan in positieve, doch relatief lage groei.
Eerder getoonde negatieve groeicijfers voor 2023 zijn inmiddels, zoals gebruikelijk, omgezet in positieve aanwas, a.g.v. de voortdurend wijzigende historische cijfers in de VertiCer bestanden. In een vorige update had augustus 2023 nog een licht negatieve groei, die inmiddels in een zeer bescheiden positieve aanwas is omgeslagen. Dit zal zeer waarschijnlijk ook volgen voor de (7) laatste maanden waar op dit moment nog negatieve groeicijfers van bekend zijn. In de huidige, december, update zijn in totaal voor 23 maanden de waarden inmiddels weer aangepast sinds het exemplaar tm. november 2024. De oudste wijziging was wederom voor oktober 2022 (1 project toegevoegd). In 2023 zijn voor 11 maanden weer nieuwe cijfers vastgesteld. De groei in januari tm. mei 2024 is ook weer bijgesteld, in opwaartse richting, maar blijft relatief bescheiden, per maand. Alleen juni tm. december hebben nu nog een netto negatieve groei, die waarschijnlijk, stapsgewijs, in een positieve aanwas zal gaan omslaan in latere updates.
Al zullen de meeste maandwaarden in positieve zin ombuigen in latere updates, zoals in het recente verleden is geschied, de trend is bij de aantallen onmiskenbaar: er worden, netto bezien, nog maar relatief weinig netgekoppelde projecten bijgeschreven bij VertiCer, per maand. Een van de belangrijkste redenen zal zijn, dat er een toenemend aantal uitschrijvingen uit de databank van de Gasunie/TenneT dochter is begonnen, die de instroom (tijdelijk) afremt of zelfs overvleugelt. Waarschijnlijk is de oorzaak de beginnende uitval van de oudste onder SDE 2008 resp. 2009 gesubsidieerde kleine projectjes, die immers 15 jaar subsidie konden genieten. Eenzelfde lot gaat vanaf het huidige jaar de overgebleven beschikkingen uit de uit twee grootte categorieën bestaande SDE 2010 overkomen. We moeten gaan zien hoe het verloop bij de aantallen zich ontwikkelt, nu de subsidie termijn voor de eerste projecten reeds is verstreken, of aan het aflopen is. Uiteraard betekent uitschrijving uit de VertiCer databank verder beslist niet dat de betreffende projecten fysiek zijn, of worden verwijderd. Ze kunnen nog vele jaren lang met een aardig rendement worden ge-exploiteerd door de eigenaren, zonder SDE-gerelateerde inkomsten. Hier is byzonder weinig zicht op, cijfers over het al of niet verder exploiteren van deze oudere projecten ontbreken in het geheel in statistiek moeras Nederland.
Een vergelijkbare grafiek als voor de aantallen (vorige exemplaar), maar ditmaal de ermee gepaard gaande netto maandelijkse toename (of zelfs tijdelijke afname) van de capaciteit van gecertificeerde PV-projecten, in MWp. De evolutie laat een nogal afwijkend, zo u wilt, zeer chaotisch beeld t.o.v. dat bij de aantallen zien, met sterk fluctuerende verschillen tussen de maanden onderling. Ook deze kunnen uiteraard naderhand nog worden bijgesteld. Als voorbeeld: de "netto negatieve groei" in september 2022, al gesignaleerd in het januari 2023 rapport, is uiteindelijk in latere updates in ieder geval omgeslagen in "normale, positieve groei", van, inmiddels, 74,1 MWp.
Bizarre nieuwe pieken voor eerste maand in jaren 2023 en 2024
Wel is er, zoals al bij de eerst-rapportage gemeld (jan. 2024 rapport), een exceptioneel "verschijnsel" zichtbaar voor de maand januari 2023. Die maand had al lang de hoogste "piekwaarde" ooit meegekregen, en is in veel latere maandrapportages continu bijgeplust, tot het in het december 2023 rapport een al zeer hoog volume bereikte van 432,6 MWp. In het "klassieke" CertiQ december rapport van 2022 was nog een zeer hoge november piek zichtbaar bij de capaciteit. Het lijkt er op, dat een groot volume daarvan naar het begin van het nieuwe jaar is geschoven (de vermoedelijke feitelijke datum van netkoppeling). Ook in januari 2022 zagen we eerder al een "nieuw-jaars-piek", maar die is duidelijk kleiner, inmiddels neerkomend op 306,7 MWp nieuw volume (ongewijzigd in de laatste updates).
In de rapportage van januari 2024 is dat al hoge volume opeens extreem opgehoogd naar 770,2 MWp, en is dat momenteel zelfs verder gegroeid, naar 810,9 MWp in de huidige december 2024 update (ver buiten de hier weergegeven Y-as vallend).
Tweede en derde groei piek & "negatieve pieken"
En dat is nog niet alles, want hetzelfde is geschied met het nieuwe volume voor januari 2024. Dat was in de update voor die maand nog een negatieve groei van -84,6 MWp. In de februari 2024 rapportage sloeg dat in een keer om in een "record positieve aanwas" van 973,2 MWp, wat inmiddels in de huidige update nog verder is opgehoogd, naar alweer 1.161,4 MWp. Een onwaarschijnlijk hoog volume waar Polder PV, net als bij de vorige piek voor januari 2023, geen plausibele verklaring voor heeft. Ik heb in een eerste rood omkaderd venster aangegeven dat het bij beide maandgroei pieken om "uitzonderlijke", vooralsnog onverklaarbare volumes gaat.
Voor februari 2023 was er aanvankelijk een magere positieve groei van 28,1 MWp positief. Deze sloeg echter in de maart rapportage in dat jaar om in een enorme negatieve bijstelling van 316,1 MWp negatief (!), bij een netto aanwas van 65 nieuwe projecten. In de april 2023 update was er een marginale opwaartse correctie naar -312,3 MWp. In de rapportages voor mei 2023 tm. december 2024 is de negatieve "groei" verder fors geslonken naar, inmiddels, minus 203,0 MWp.
In een vorige rapportage (maart 2024) heeft dit proces zich herhaald, voor het eerste groeicijfer voor die maand. Terwijl de groei in februari evolueerde van een "bescheiden" negatieve 11,7 MWp naar een inmiddels "normale" positieve 167,5 MWp, kwam maart opeens met een record negatief groei volume van -1.140,9 MWp (!). Dat is in de huidige, december 2024 update, weliswaar verminderd, maar is nog steeds sterk negatief (-1.014,6 MWp). Ook deze extreme netto negatieve groei is zeer slecht verklaarbaar, of er moeten weer dramatische wijzigingen in de status van de administratie bij VertiCer hebben plaatsgevonden.
Het eerste beschikbare "groei" cijfer voor april 2024 was ook negatief, maar niet zo extreem als in de voorgaande maand, -218,5 MWp. Dit is inmiddels weer minder sterk negatief geworden, in het december 2024 rapport neerkomend op een negatieve aanwas van -138,4 MWp. De verwachting is dat dit volume nog behoorlijk "opwaarts" aangepast zal gaan worden.
Mei 2024 verraste weer in twee opzichten. Ten eerste, was het eerst gepubliceerde aanwas volume meteen al fors positief was, netto 198,4 MWp, wat tot de oktober update langzaam doorgroeide naar 207,6 MWp. In de november 2024 update, echter, is er een enorm volume bijgeplust, en zou met nog wat extra volume in deze laatste rapportage, de netto aanwas inmiddels zelfs neerkomen op 943,3 MWp, meer dan het viervoudige van het niveau in de oktober update. Ook dit is weer een raadselachtige wijziging, zonder plausibele verklaring.
Juni en juli 2024 begonnen weer op een negatief niveau, maar hebben inmiddels ook positieve aanwas cijfers (160,9, resp. 103,3 MWp).
Zoals al vaker gemeld, kunnen de redenen voor zulke, soms aanzienlijke bijstellingen, en, meestal tijdelijk, zelfs fors negatieve, of positieve netto groei cijfers, zeer divers zijn, zoals destijds gerapporteerd door CertiQ na vragen van Polder PV daar over (artikel 16 januari 2023). Mogelijk zijn er, daar bovenop, deels forse correcties doorgevoerd van foutieve opgaves, al zullen we nooit weten wat precies de oorzaken zijn geweest van deze, hoge impact hebbende, merkwaardige data updates.
Augustus anomalie met gigantische impact - waarschijnlijk in twee stappen hersteld
De eerder al vermelde anomalie in het augustus 2024 rapport van VertiCer heeft natuurlijk een enorme impact bij de afgeleide maandgroei cijfers. Volgens de huidige data, in het december rapport, zou namelijk in augustus een groei opgetreden zijn van 4.194 MWp. Dat is, hoe je het ook wendt of keert, een volslagen onmogelijk groeicijfer en moet op een zeer ernstige fout bij VertiCer ( en/of (een) data aanleverende netbeheerder(s) ) berusten†. Deze enorme fout is zichtbaar gebleven in de september en oktober updates. Kennelijk is of zijn de fout(en) in twee stappen hersteld, in de oktober update ging er zeer veel volume van af, en ook in de update van november is er weer een substantieel volume verwijderd, waardoor de accumulatie op een "meer normaal" niveau is gekomen. U vindt die aanzienlijke bijstellingen onder de betreffende maand aanwas cijfers, als negatieve volumes van -2.372 resp. -2.023 MWp. Maar het aanwas volume voor augustus staat nog steeds op de onwaarschijnlijk hoge omvang, de betreffende kolom is dan ook doorzichtig gemaakt en rood omlijnd, met een extra commentaar venstertje.
September begon met minus 86 MWp, wat inmiddels minder negatief is geworden, -55,0 MWp. De verwachting is, dat dit in komende updates fors opwaarts zal worden aangepast, en vermoedelijk zelfs positief zal gaan worden, zoals in de "normale historie" van de VertiCer records.
December 2024 verraste alweer, met een direct al hoog "start" volume van 450,9 MWp in de plus. Dat is nu al 17% hoger dan het huidige aanwas volume in december 2023.
† Het beknopte antwoord van VertiCer, met vérstrekkende consequenties voor de betrouwbaarheid van hun (actuele) statistieken, is besproken in een apart intermezzo in het vervolg artikel van een vorige analyse, door Polder PV
Zeer forse wijzigingen in VertiCer data
In het tabelletje hier onder heb ik, voor 2023, en voor januari tm. december 2024, de wijzigingen tussen de oorspronkelijk gepubliceerde groeicijfers per maand en de huidige, meest recent bekende weergegeven, waar duidelijk de, soms zeer forse, continue veranderingen uit blijken die in het VertiCer dossier worden doorgevoerd, in de loop van de tijd. Achteraan cursief weergegeven = wijziging sedert de update van november 2024:
In de huidige update zijn voor in totaal 24 maanden de nieuwe capaciteit volumes inmiddels weer, allemaal opwaarts, aangepast sinds het exemplaar tm. november 2024, 1 voor 2022, en alle 12 maanden in 2023 kregen nieuwe cijfers. De capaciteiten voor de eerste 11 maanden van 2024 zijn (ook) weer allemaal gewijzigd, zoals in het staatje hierboven getoond. De augustus opgave is en blijft onmogelijk, en berust op (een) enorme blunder(s) bij de data verstrekkende netbeheerder(s). De negatieve groei in september is al wat minder geworden. Oktober en november beginnen met de grootste netto negatieve groei cijfers ooit gedocumenteerd, ook al zijn ze later wat bijgesteld, en zijn vermoedelijk forse correcties voor de evident foute opgave in het augustus rapport. December start weer, verrassend, met een netto hoog positief volume.
Als we de nieuwe maandvolumes voor 2022 optellen, komen we inmiddels op een groei uit van 1.991 MWp. Voor 2023 was de groei in een recente update nog maar 1.298 MWp (en daarmee fors lager dan 2022), maar mede door de bizarre toename in januari, en de daar op volgende extra wijzigingen, is de jaargroei voor 2023 inmiddels stevig bijgesteld, naar momenteel 2.770 MWp. Wat inmiddels alweer 39% hóger is, dan in 2022. Bij de aantallen was er een groot negatief verschil, 46% minder netto nieuwe projecten in 2023 (1.388), dan de 2.591 exemplaren in 2022.
Deze twee trends bij elkaar nemend, en accepterend dat er ook een flinke wegval van waarschijnlijk met name kleine oude installaties uit het VertiCer register is geweest, lijkt de hogere jaargroei bij de capaciteit in 2023 nog steeds slecht te rijmen, met het gering aantal overgebleven nieuwe aantal projecten, in vergelijking tot de situatie in 2022. We zullen moeten afwachten, of toekomstige cijfers over deze 2 kalenderjaren meer klaarheid in deze vreemde situatie zullen gaan geven. En anders moeten we, als meest waarschijnlijke oorzaak, accepteren, dat de flinke terugval in aanwas cijfers bij de aantallen, grotendeels veroorzaakt wordt door wegval van (SDE gesubsidieerde) kleine installaties, en dat alleen nog maar grote(re), inclusief nieuw toegevoegde, projecten overblijven, die een zwaar stempel op de nieuwe, en de geaccumuleerde capaciteit zullen zetten.
3b. Kwartaal groeicijfers QIV 2021 - QIV* 2024
In een eerdere update heb ik de kwartaal cijfers weer van stal gehaald en in grafiek weergegeven tm. de toen net "volledig", geworden cijfers voor de kwartalen QIV 2021 tot en met QI 2023. In het huidige exemplaar heb ik de soms weer licht gewijzigde data gebruikt, en nog lang niet definitief vastgestelde, ook aangepaste resultaten voor QII 2023 - QIV 2024 rechts toegevoegd. Met name de volumes van de meest recente kwartalen zullen nog flink wijzigen, gezien de continue wijzigingen in door Polder PV bijgehouden data historie van VertiCer en haar rechts-voorganger CertiQ. De anomalie voor de capaciteit in augustus 2024 heeft ook hier een enorme impact, en is dan ook wederom in een aparte kleurstelling in de betreffende kolom weergegeven ("kan niet" / geeft absoluut niet de feitelijke marktontwikkeling weer).
Wederom met bovengenoemde disclaimer in het achterhoofd, waardoor de verhoudingen tussen kwartalen onderling dus ook nog lang niet vaststaan (deze zijn sowieso al fors gewijzigd in recente updates), lijkt een conclusie wel al duidelijk getrokken te kunnen worden: Met name de aantallen netto nieuw geregistreerde PV projecten per kwartaal, zijn sinds het laatste kwartaal van 2021 in globale zin stapsgewijs beduidend afgenomen. Het aantal nieuwe projecten per kwartaal is afgenomen van, momenteel, 902 exemplaren in QIV 2021, tot nog maar 452, met de nu bekende cijfers, voor QIV 2022, toegenomen naar 584 exemplaren in het eerste kwartaal van 2023, waarna het een bodem bereikte in QIII 2023 (140 netto nieuwe exemplaren). QIV 2023 zit momenteel op een plus van 335 nieuwe projecten. QI 2024 vertoont, mede door de bizarre negatieve groei in maart, en de later komende correcties, inmiddels, na een periode van netto negatieve aanwas, een positieve groei van netto 223 projecten. QII 2024 had in een vorige update nog een netto negatieve groei van 37 projecten, maar dat is in de december update inmiddels omgeslagen in een netto positieve groei van 138 stuks. Wat ongetwijfeld nog fors verder bijgesteld zal gaan worden, in positieve zin. Hetzelfde geldt voor QIII 2024, met tot nog toe een netto negatieve aanwas van -268 projecten. Het inmiddels ook weer aangepaste volume voor QIV, is ook flink negatief, -894 projecten. We zullen later zien of voor de laatste 2 kwartalen uiteindelijk ook nog een "positief" resultaat gehaald zal worden, al zal dat resultaat dan bescheiden blijven t.o.v. de netto aanwas in die kwartalen in eerdere jaargangen.
Bij de nieuwe gerapporteerde netto capaciteit is het verhaal compleet anders, wat vooral is veroorzaakt door de eerder gesignaleerde "excessieve" extra netto groei voor januari 2023 en 2024, en alle tussentijdse, soms bizarre cijfer wisselingen.
Het netto volume per kwartaal nam even toe, van, momenteel, 557 MWp in QIV 2021, naar 627 MWp, in QI 2022, maar is daarna ook, gemiddeld genomen, enkele kwartalen minder geworden. Om een voorlopig dieptepunt te bereiken in QIV 2022, met 375 MWp netto nieuw gerapporteerd volume, gebaseerd op de huidige cijfers.
En toen kwam de "grote verrassing", QI 2023 telde in een vorige update nog 449 MWp nieuw volume, maar dat is, met name door de zeer hoge toevoeging in januari 2023, en de daar op volgende wijzigingen in de maandrapportages, nu alweer een record volume van 942 MWp. Wat nu alweer de helft hoger zou zijn dan de groei in QI in 2022 (627 MWp). Voor de aanwas in QII 2023 geldt momenteel een netto groei van 545 MWp, waar later waarschijnlijk nog wat volume aan toegevoegd zal gaan worden. Het niveau is daarmee, zoals eerder al voorspeld door Polder PV, gestegen, naar bijna 11% boven het niveau van 492 MWp in QII 2022. De nog premature aanwas in QIII 2023 is inmiddels 507 MWp in de plus. Zoals was te verwachten, is dat inmiddels 2,0% méér dan het nieuwe netto volume in QIII 2022 (497 MWp). Tm. de november update lag dat nog iets lager.
Voor het laatste kwartaal van 2023 is het totale volume, al flink toegenomen in de januari 2024 update, in de versies van mei tm. december 2024 verder gegroeid, naar momenteel 777 MWp. Dit is al ruim het dubbele volume, t.o.v. de 375 MWp in QIV 2022, en met nog latere updates aan toevoegingen te verwachten.
2024
De tweede grote verrassing zien we bij de eerste, nog zeer voorlopige resultaten voor QI 2024. Januari was in een vorige rapportage extreem in positieve zin bijgesteld, maart vertoonde een record negatieve groei, en ook in april was de groei negatief. Met de opvolgende extra bijstellingen, is het voorlopige tussen-resultaat voor het hele kwartaal na even "negatieve aanwas" te hebben gekend, inmiddels op een positieve groei van 314 MWp beland. Dat is nog steeds wel een dramatisch verschil met de inmiddels flink verder toegenomen 942 MWp netto groei in QI 2023.
Het tweede kwartaal van 2024 gaf de derde verrassing. Het startte met een negatieve aanwas, maar groeide al rap in positieve zin in de vorige updates. Door de enorme toename voor de maand mei (zie capaciteit grafiek voor de wijzigingen van maand tot maand), is dit volume abrupt toegenomen naar een record niveau van 999 MWp groei in de vorige update, en vervolgens weer afgenomen naar 966 MWp. Dat is al 2,5% hoger dan de groei bij de vorige recordhouder, QI 2023.Het derde kwartaal van 2024 is, met de extreme anomalie voor augustus, vooralsnog een enigma, waar natuurlijk de hoge negatieve correcties op zijn gevolgd in het laatste kwartaal. De rood gemarkeerde kolom voor dit kwartaal heeft een onverklaarbare en onwaarschijnlijke toename van, momenteel, 4.242 MWp.
Het vierde kwartaal van 2024 start, met toevoeging van de laatste, voorlopige maand rapportage voor december, en tussentijdse, zeer forse correcties, met een resulterende "historisch negatieve groei" van maar liefst 3.943 MWp in de min. Het blijft afwachten wat van dat bizarre negatieve getal over zal blijven in de komende updates. Als we de nu bekende cijfers voor QIII en QIV middelen, komen we op een gemiddelde groei van 150 MWp per kwartaal. Uiteraard moeten we gaan afwachten wat voor wijzigingen in de latere updates zullen gaan komen, voordat we hier meer klaarheid in kunnen brengen.
Hoe eventuele verdere wijzigingen bij de capaciteit van gecertificeerde projecten zal gaan verlopen blijft gezien bovenstaande elke keer weer spannend.
Voor de evolutie van de gemiddelde systeem omvang (per maand), zie ook de grafiek onder paragraaf 2a.
3c. Halfjaarlijkse toenames van aantallen en capaciteit van gecertificeerde PV-installaties VertiCer 2022-2024 HII
Omdat een tijdje geleden de eerste resultaten voor het 1e half-jaar van 2023 beschikbaar waren gekomen, en alweer gewijzigd, heb ik in een vorige analyse ook weer de "half-jaar grafiek" van stal gehaald. Die had ik voor het laatst gepubliceerd op basis van de oude CertiQ data in het bericht van 9 januari 2023. Het huidige exemplaar bevat echter alleen de laatst bekende resultaten gebaseerd op de compleet gereviseerde publicatie systematiek bij VertiCer. In deze grafiek worden alleen de resultaten vanaf de 1e jaarhelft van 2022 getoond, tm. de eerste "complete" cijfers voor HII 2023 (tm. december), en de nog zéér voorlopige eerste resultaten voor HI en HII 2024, waarvoor we ongetwijfeld nog de nodige aanvullingen, en forse bijstellingen kunnen verwachten (gearceerde kolommen).
Ook uit deze nog zeer voorlopige halfjaarlijkse groei cijfers blijkt een duidelijke afname van het aantal (overgebleven) projecten in het VertiCer dossier, wat waarschijnlijk heeft te maken met verwijderde kleine projectjes waarvan de oudste SDE beschikkingen zijn vervallen, danwel actief uitgeschreven bij VertiCer. Bij de aantallen projecten nam de bij VertiCer geregistreerde half-jaarlijkse netto aanwas af, van 1.524 nieuwe projecten in HI 2022, via 1.067 stuks in HII 2022 (30% minder), naar nog maar een (voorlopige) groei van slechts 913 nieuw in HI 2023. Wederom 14,4% minder. De tweede jaarhelft van 2023 heeft nog maar 475 netto nieuwe projecten (-48%), maar daar zal waarschijnlijk nog wel het nodige aan gaan wijzigen. Achteraan vinden we (gearceerd) de eerste resultaten voor de eerste en tweede jaarhelft van 2024, met nog slechts zeer voorlopige data, een positieve (HI, 361), danwel negatieve groei van -1.162 installaties voor HII, en nog veel addities en wijzigingen te verwachten.
Bij de capaciteit is het beeld compleet anders (geworden, in de meest recente updates), en is er zelfs een behoorlijke opleving te zien in beide jaarhelften van 2023. Met de huidige bekende cijfers 1.119 MWp nieuw in HI 2022, 872 MWp in HII 2022 (22% minder), en, vanwege de bizarre, eerder al besproken toename in 1 maand (januari 2023), nu alweer een record bij de half-jaar aanwas, nog eens flink toegenomen naar 1.487 MWp nieuwe capaciteit in HI 2023. Dat is 33% meer dan in HI 2022, en zelfs al bijna 71% meer dan in HII 2022. In de update van december 2023 was het netto aanwas volume voor HI 2023 nog maar 923 MWp.
De tweede jaarhelft van 2023 geeft, met de netto groei van, momenteel 1.283 MWp, al een fors hoger volume te zien dan in eerdere recente updates, en laat momenteel dan ook alweer een 47% hoger volume zien, dan de aanwas in HII 2022. Voor het eerste half-jaar van 2024 zijn de data uiteraard nog zeer fluïde, na de grote positieve groei in het februari rapport, gevolgd door een licht negatieve groei van 5 MWp in de maart rapportage, de fors negatieve groei in april, een opvallend positieve toename in mei en juni, en de record toename voor mei in het november rapport. Het voorlopige resultaat voor het eerste half-jaar is, van een licht negatieve aanwas tm. mei (-12 MWp), inmiddels omgeslagen in een hoge positieve groei van al 1.280 MWp. Al bijna even hoog als in de tweede jaarhelft van 2023. Het zal nog wel even gaan duren voordat er beter zicht komt op de (definitieve) groeicijfers voor de half-jaren, met name voor de recente jaargangen.
Mogelijk wordt de trend van véél minder netto overgebleven (want: deels bij VertiCer uitgeschreven) aantallen installaties, en nog steeds relatief hoge groeicijfers voor de capaciteit, nog verder versterkt, doordat er regelmatig kleinere projecten worden uitgeschreven bij VertiCer (zie tabellen onder paragraaf 5), terwijl de overblijvende (en nieuwe) projecten in de bestanden gemiddeld genomen zelf al veel groter zijn dan de oude (deels zelfs residentiële) kleine installaties.
Voor de tweede jaarhelft van 2024 valt nog weinig zinnigs te zeggen, gezien de absurde data anomalie voor augustus en de ook extreme negatieve bijstellingen in de laatste maand rapportages. Door deze combinatie, heeft, vooralsnog, de tweede jaarhelft een flink "negatieve capaciteits-groei", van -1.162 MWp. Ik neem aan dat dat nog wel in een positieve groei zal omslaan, maar waar dat gaat eindigen is het bekende kristallenbollen-werk, en vrij zinloos om daarover te gaan speculeren.
3d. Jaarlijkse toenames van aantallen en capaciteit van gecertificeerde PV-installaties VertiCer YOY 2009 - 2023*
Wederom naar analogie van de grafiek voor de eindejaars-volumes, ditmaal de daar uit afgeleide jaargroei cijfers volgens de laatste data update van VertiCer, in bovenstaande grafiek (alle drie parameters met referentie de rechter schaal, logarithmisch weergegeven). Tot en met kalenderjaar 2020 zijn de data gebruikt uit de medio vorig jaar beschikbaar gestelde update (24 aug. 2024), waarin echter nauwelijks wijzigingen zijn opgenomen. De meest recente cijfers voor 2021**, 2022**, en 2023*, rechts toegevoegd, komen uit de huidige update van de data tm. december 2024, zoals geopenbaard door VertiCer. De grafiek toont dus de meest recente situatie, met de laatst beschikbare bron-cijfers. Mochten toekomstige "historische" jaarcijfers alsnog wijzigen, en wereldkundig worden gemaakt, zullen die in latere updates worden toegevoegd aan deze grafiek. Het is waarschijnlijk, dat eventuele nagekomen correcties, met name voor de oudere jaargangen, marginaal zullen zijn.
Goed is te zien dat er een duidelijk verschil is in de trend bij de nieuwe jaarlijkse aantallen installaties (blauwe kolommen) en bij de nieuwe capaciteit per jaar (gele kolommen). Bij de aantallen beginnen we op een hoog niveau van 3.765 [overgebleven †† !] nieuwe installaties in 2009, het gevolg van de enkele duizenden grotendeels particuliere kleine SDE beschikkingen die in de eerste jaren van de SDE (2008 tm. 2010) werden opgeleverd. Die bron droogde al snel op omdat particuliere installaties de facto uit de opvolger regelingen werden gedwongen (eis minimaal 15 kWp, later ook nog verplicht grootverbruik aansluiting), en zakte de hoeveelheid nieuwe installaties dan ook stapsgewijs naar het dieptepunt van 259 nieuwe projecten in 2014. Daarna zwol het jaarlijkse volume weer aan door een lange reeks van (deels) succesvol geïmplementeerde SDE "+" beschikkingen, tot een voorlopig maximum van 5.503 nieuwe projecten in Corona jaar 2020.
Daarna is, zelfs met grote hoeveelheden nieuw beschikte projecten onder de SDE "++" regimes, het tempo weer fors afgenomen, ook vanwege massieve wegval van beschikte projecten, waar met name de wijdverspreide net-problemen een belangrijke (maar niet de enige) oorzaak van zijn. In 2021 en 2022 zijn met de recentste cijfers nu netto 3.886, resp. 2.591 nieuwe projecten toegevoegd. Dat laatst bekende volume voor 2022 is 47,1% van het record niveau in 2020.
In 2023 is nog maar een beperkt volume van 1.388 (netto) nieuwe projecten bekend (gearceerde blauwe kolom achteraan). Hier kan nog het nodige aan wijzigen, in de te verwachten maandelijkse cijfer updates, later in 2025. Duidelijk is, dat er netto bezien steeds minder aantallen projecten bijkomen. Zoals al vaker gememoreerd, komt dit grotendeels door een toenemende uitstroom van projecten, waarvan grotendeels de subsidie termijn is verlopen. Er komen daarvoor in de plaats slechts relatief weinig nieuwe projecten bij (grotendeels met SDE beschikking), waardoor de netto groei per jaar sterk afneemt, bij de aantallen projecten.
Capaciteit andersoortige trend, met een nieuw record jaar (2023)
Bij de capaciteit is de jaarlijkse aanwas in de beginjaren relatief "stabiel" geweest, met wat kleine op- en neerwaartse bewegingen, van 18,7 MWp nieuw in 2009, tijdelijk zakkend naar 13,0 MWp nieuw volume in 2010, nog eens 4 jaar iets boven dat niveau blijvend, om vanaf 2015 sterk te stijgen. Dat was in het begin vooral vanwege de implementatie van de toen succesvolle SDE 2014 regeling. Er werd elk jaar weer meer capaciteit toegevoegd, tot een voorlopig maximum van 2.436,9 MWp, wederom in het Corona jaar 2020. Maar ook de nieuwe capaciteit begon in de jaren 2021-2022 af te nemen, al was het op een veel minder dramatisch niveau dan bij de aantallen projecten.
In 2021 was het nieuwe netto volume nog 2.007,4 MWp, dat is in 2022 momenteel nog maar 1.991,0 MWp met de bekende cijfers in de huidige update. Dat is voor 2022, met 81,7% van het maximale nieuwbouw volume in 2020, in ieder geval beduidend beter dan de flinke terugval bij de (netto) aantallen nieuwe projecten (47,1%). Met, uiteraard, de blijvende disclaimer, dat ook deze jaargroei cijfers nog niet "in beton zijn gegoten", en nog verder kunnen wijzigen. Opvallend blijft in ieder geval, dat met de laatste updates, het jaargroei volume voor de capaciteit in 2022 continu, maar traag, dichter is toegekropen naar dat van het voorgaande jaar. Het verschil is momenteel nog maar 16,4 MWp (vorige rapportage 16,5 MWp).
In 2023 is inmiddels, vooral vanwege de eerder besproken, bizar hoge toevoeging in januari dat jaar, en de nodige toevoegingen in de meest recente updates, een netto volume bijbouw van 2.770,0 MWp geconstateerd (enkele updates hiervoor was dat nog slechts 1.223 MWp!). Dat is nu dus al hoger dan de nu bekende groei in zowel 2021 en 2022, en heeft de eerder vastgestelde record groei in Corona jaar 2020 al met 333 MWp overtroefd. 2023 is dus een nieuw recordjaar, wat de groei van gecertificeerde capaciteit betreft. Met de huidige stand van zaken zou de jaargroei in 2023 dus al 39% hoger hebben gelegen dan de aanwas in 2022, en 13,7% meer dan in vorig record jaar 2020. We hebben echter ook gezien dat data regelmatig (flink) worden bijgesteld, dus de relatieve verhouding van de jaargroeicijfers in deze laatste jaren ligt beslist nog niet vast.
Gemiddelde project omvang
Wederom heb ik, uit deze uit de eindejaars-data afgeleide jaargroei cijfers, uiteraard ook weer de gemiddelde systeemcapaciteit van de nieuwe aanwinsten per jaar berekend, en getoond in de groene curve in bovenstaande grafiek (vermogen in kWp gemiddeld per nieuwe installatie). Deze vertoont, na een lichte inzinking tussen 2009 en 2010, een zeer sterke progressie, van 5,0 kWp bij de nieuwe projecten in 2009, tot alweer ruim 768 kWp gemiddeld per nieuw project in 2022. Een factor 155 maal zo groot, in 13 jaar tijd. Deze enorme schaalvergroting, sterk gedreven door de oplevering van honderden zonneparken en enorme distributiecentra bomvol zonnepanelen op de uitgestrekte platte daken, is een van de belangrijkste oorzaken, van de nieuwe realiteit bij de stroomvoorziening in Nederland: de overal zichtbaar geworden netcongestie, met name op de middenspannings-netten. Voor de bijna actuele situatie, met details, zie de nieuwe gedetailleerde capaciteitskaart van Netbeheer Nederland (gescheiden in netafname resp. -invoeding, in de kaarten is reeds al lang van tevoren gereserveerde capaciteit voor nieuwe, nog te bouwen projecten, ingesloten). Wat uiteraard ook zijn weerslag heeft gekregen op de progressie van de uitbouw van de gecertificeerde nieuwe volumes in de VertiCer databank: die is sterk aan het vertragen. En slechts met veel moeite "op niveau" te houden.
Voor 2023 is een sterke toename van de gemiddelde capaciteit zichtbaar, naar inmiddels 1.996 kWp per project (!). Echter, omdat deze maatvoering van 2 input variabelen afhankelijk is (die beiden netto volumes betreffen, verschillen tussen instroom en uitstroom bij VertiCer), die beiden nog flink, in beide richtingen, kunnen gaan afwijken van de huidige waarden, is er nog niet veel te zeggen over wat dit uiteindelijk op kalenderjaar basis zal gaan opleveren. Het is echter wel waarschijnlijk, dat die gemiddelde nieuwe project capaciteit op een hoog niveau zal komen te liggen, vanweg de sterk neerwaartse trend bij het aantal nieuwe projecten, bij een blijvend hoog niveau voor de nieuwe totale capaciteiten.
†† Met name uit de oudere SDE regelingen, vallen regelmatig lang geleden bij VertiCer voorganger CertiQ ingeschreven projecten weg. Hier zijn verschillende redenen voor. In de uitgebreide SDE project analyses van Polder PV wordt hier regelmatig, en gedetailleerd over gerapporteerd (exemplaar 1 oktober 2024, zie hier).
4. 100 procents-grafieken en segmentatie naar grootteklasse
Een van de nieuwe mogelijkheden van de compleet herziene presentaties bij VertiCer, is de segmentatie naar grootteklasse. Daar kon tot enkele jaren geleden uitsluitend iets over gezegd worden op basis van de jaaroverzichten, waar, al lang geleden op basis van een verzoek in die richting door Polder PV, inderdaad werk van gemaakt is door rechtsvoorganger CertiQ. Zoals in de eerste analyses al duidelijk werd, is dit nu ook op maandelijkse basis mogelijk. Met, we blijven dit herhalen, de waarschuwing, dat alle cijfers bijgesteld kunnen worden in latere updates, met name m.b.t. de meest recente data. Bij de al wat oudere periodes vinden wijzingen minder vaak plaats, en zijn ze meestal van een bescheiden omvang.
In het 3e artikel over de eerste resultaten van januari 2023 heb ik al meer-jaarlijkse trends laten zien bij de evolutie van de diverse grootte klasses. Inclusief een toen nog in de bestanden van CertiQ voorkomende enorme anomalie, die niet bleek te zijn hersteld (artikel 14 februari 2023). Van dat historische overzicht is medio 2024 een recente update verschenen, maar daar blijkt nauwelijks iets in te zijn gewijzigd (marginale bijstellingen). De huidige grafiek geeft voor de kortere termijn de nieuwe data tot en met december 2024, en de aangepaste waarden voor de maanden in de meest recente periode daar aan voorafgaand.
4a. 100 procents-grafiek aantallen per categorie
Een zogenaamde "100-procents-grafiek" voor de evolutie trends van de 8 door VertiCer en haar rechtsvoorganger onderscheiden grootteklassen van de gecertificeerde PV-populatie die zij bijhouden, dit exemplaar voor de aantallen projecten aan het eind van elke maand. Voor eind december 2024 / begin januari 2025 zijn de absolute waarden per grootteklasse rechts weergegeven. Globaal genomen namen de kleinste categorieën (1-5 kWp, 5-10 kWp, en 10-50 kWp) in betekenis af sedert juli 2021, de impact van de grotere categorieën werd groter. Er is echter weer een stabilisatie gekomen, omdat het tempo bij de aantallen nieuw netgekoppelde (danwel netto overgebleven) projecten onder de SDE regimes weer flink is afgenomen. In de december 2024 update, is het totale aantal installaties groter of gelijk aan 50 kWp, medio 2021 al meer dan de helft, met het gezamenlijke volume al op ruim 57% van het totaal gekomen (19.803 van, in totaal, 34.613 netto overgebleven projecten). De categorie 100-250 kWp omvat het grootste aantal projecten, 7.401 exemplaren, afgezien van de kleinste installaties tot 5 kWp (overgebleven 8.604 stuks, eind december 2024). Uiteraard hebben de grotere project categorieën, vanaf 250 kWp, relatief weinig tot bescheiden aantallen. Maar schijn bedriegt: ze omvatten de allergrootste volumes bij de capaciteit, en hebben dus een zéér grote impact op de totale populatie, en dus ook op de te verwachten stroomproductie. Zie de volgende grafiek, in paragraaf 4b.
Plussen en minnen
Een klein deel van de afnemende betekenis van de kleinste project categorieën wordt veroorzaakt door continue uitval uit het databestand van VertiCer (diverse redenen mogelijk, ook al heel lang waargenomen bij de SDE portfolio's, analyse status 1 oktober 2024). Daar staat ook weer tegenover dat volledig buiten de populaire SDE regelingen om gerealiseerde kleinschalige projecten bijgeschreven kunnen worden in de registers van VertiCer. Een fenomeen wat compleet onbekend lijkt in de PV sector in ons land, er wordt in ieder geval nooit over gerept, behalve dan bij Polder PV. In 2023 werden er bijvoorbeeld, met de meest recente data, netto 38 installaties in de kleinste project categorie uitgeschreven, maar kwam er tegelijkertijd een verrassende hoeveelheid van 142 exemplaren bij in de categorie 5 tm. 10 kWp, waarvoor normaliter beslist géén (nieuwe) SDE beschikking afgegeven kan zijn sedert SDE 2011 (zie ook tabel paragraaf 5b). Tot nog toe waren het netto 47 uitgeschreven projecten voor de kleinste categorie, resp. netto 19 nieuw ingeschreven projecten voor categorie 5-10 kWp, in 2024.
Dat soort kleine projecten zijn mogelijk afkomstig uit portfolio's van bedrijven zoals Powerpeers, Vandebron, en Allinpower, en het in België al actieve EnergySwap, die geoormerkt garanties van oorsprong (GvO's) van door de afnemer aangewezen projecten afboeken, ter "vergroening" van de stroomconsumptie van de klant. Daar kunnen ook (zeer) kleine residentiële projecten, of bijvoorbeeld kleine installaties op scholen, gymzalen e.d. bij zitten. Om dat soort transacties in Nederland te kunnen / mogen doen, moeten de betrokken projectjes ook verplicht geregistreerd worden bij VertiCer. En die zien we hier dus tevoorschijn komen.
De grootste categorie, projecten (of eigenlijk: "registraties") groter dan 1 MWp per stuk, omvat eind december 2024 1.739 installaties (wederom 9 meer dan in de vorige update tm. november 2024), wat slechts 5,0% van het totale aantal is op dat moment. Op herhaalde verzoeken van Polder PV, om deze grote "verzamelbak" verder op te splitsen, gezien de dominante hoeveelheid capaciteit in deze categorie (zie grafiek onder paragraaf 4b), is, destijds, CertiQ, helaas niet ingegaan.
4b. 100 procents-grafiek capaciteit per categorie - augustus 2024 anomalie lijkt hersteld
Een vergelijkbare "100 procents-grafiek" als voor de aantallen projecten, maar nu voor de periode juli 2021 tm. december 2024, voor de daarmee gepaard gaande capaciteiten in MWp. Voor eind december 2024 zijn wederom de absolute volumes rechts weergegeven, alsmede, voor de grootste categorie, voor eind juli dat jaar. Een totaal ander beeld is hier te zien, met "überdominant" de grootste project categorie (installaties groter dan 1 MWp). Ook is direct te zien, waar de enorme capaciteits-anomalie voor augustus, eerder reeds beschreven, zijn grondslag heeft. Eind juli was het volume in die categorie, met projecten per stuk groter dan 1 MWp, namelijk "nog maar" 9.373 MWp groot (wel alweer, door bijstellingen / nagekomen volume, 13,8% meer dan de eind van die maand gerapporteerde 8.238 MWp). Wat in lijn is met de historie van de voorgaande evolutie.
In augustus tm. september zou, volgens de oorspronkelijke cijfers van VertiCer, er al een absurd hoog volume van ruim 13,5 GWp zijn geaccumuleerd in die categorie. Dit is terug te voeren op de toen nog niet publiekelijk gecorrigeerde grote anomalie voor augustus dit jaar, en heeft een enorme impact op de kwaliteit van deze 100-procents-grafiek. In de augustus update ben ik kort ingegaan op de onmogelijkheid van deze accumulatie cijfers (paragraaf "29 Dorhoutmeessen"). Omdat de cijfers voor deze 2 maanden onwaarschijnlijk hoog zijn, heb ik deze gearceerd weergegeven, met rode kolom rand. Ook voor oktober zien we een nog steeds onwaarschijnlijk hoge status van, inmiddels, 11,2 GWp, waarbij er kennelijk al een eerste "correctie ronde" over de data heen is gegaan bij VertiCer. In november lijken de data weer "genormaliseerd", en is het volume op een voorstelbaar niveau van 9.244 MWp uitgekomen, zoals in een vorige update al was voorspeld door Polder PV. Vandaar dat ik ook oktober hier gearceerd heb weergegeven, toen was er waarschijnlijk nog steeds sprake van gedeeltelijk incorrecte (veel te hoge) data. De sterk verstorende invloed op de evolutie van alle data in deze 100% grafiek is duidelijk zichtbaar bij de maandcijfers voor augustus tm. oktober.
Status eind december 2024
De toegevoegde eerste cijfers voor december 2024 laten weer een groei zien t.o.v. november, het volume in de belangrijkste, grootste categorie is daarmee gestegen naar 9.755 MWp. Wat al 69% van het totale volume is (bijna 14,2 GWp). Eind juli 2021 was dat nog 51%, het relatieve verschil is dus behoorlijk groot geworden, in 3 en een half jaar tijd.
De grootste categorie heeft tegelijkertijd een relatief bescheiden aantal projecten, 1.739 exemplaren. Dit resulteert in een steeds hoger wordende systeemgemiddelde capaciteit. In juli 2021 was dat nog 4.024 kWp gemiddeld, begin januari 2025 is dat alweer toegenomen naar 5.610 kWp, een toename van 39% in 41 maanden tijd.
Voor de overige categorieën blijft er dan niet zeer veel "ruimte" meer over op het totaal. Nemen we ook nog de drie opvolgende categorieën mee (flinke projecten van een halve - 1 MWp, 250 - 500 kWp, resp. 100 - 250 kWp), claimen de grootste vier project categorieën het allergrootste geregistreerde volume in de totale markt. Dit was in juli 2021 al 93,3%, eind december 2024 is dat, met de meest recente data in de huidige update, 96,3% geworden. De kleinste 2 categorieën zijn op deze schaal al vrijwel niet meer zichtbaar. Hun aandeel is begin januari 2025 geslonken naar nog maar 0,11% van totaal volume (15,6 MWp, projecten van elk 5 - 10 kWp), resp. 0,15% (21,9 MWp, projecten van elk 1 - 5 kWp).
Dan resteren, eind december 2024, nog relatief bescheiden volumes voor de categorieën projecten van 50-100 kWp (totaal volume gedaald naar 358 MWp, 2,5%), resp. 10-50 kWp (van 132 MWp afgenomen naar nog maar 123 MWp, 0,9%).
5. Jaarvolume segmentaties 2022 - 2023
5a. 2022 revisited - status update publicatie 6 januari 2025
In de maandrapport analyse voor januari 2023 publiceerde ik ook een tabel met de nieuw gereconstrueerde cijfers voor de jaargroei voor kalenderjaar 2022. Daar zijn natuurlijk in de tussenliggende rapportages weer veel wijzigingen in gekomen, waarbij ik de laatste stand van zaken in de december 2024 update hier onder weergeef in tabelvorm. Voor nadere toelichting, zie de analyse bij het januari 2023 rapport. Ditmaal is slechts een geringe wijziging doorgevoerd voor de klasse 50-100 kWp, t.o.v. het voorgaande exemplaar (november 2024), en ook hier weer cursief weergegeven. Afgeleide cijfers kunnen uiteraard (deels "achter de komma") mee veranderen. Twee jaar na de afloop van 2022 kunnen er dus nog steeds historische aanwas cijfers wijzigen voor dat jaar, al is het op bescheiden niveau. Het is goed om dat in de oren te blijven knopen.
Nieuwe
jaarvolumes 2022 (YOY) |
Aantallen |
aandeel
op totaal (%) |
Capaciteit
(MWp) |
aandeel
op totaal (%) |
Gemiddelde
capaciteit per nieuwe installatie (kWp) |
1-5
kWp |
-53 |
-2,0% |
-0,058 |
-0,003% |
1,1 |
5-10
kWp |
50 |
1,9% |
0,406 |
0,02% |
8,1 |
10-50
kWp |
228 |
8,8% |
7,145 |
0,36% |
31,3 |
50-100
kWp |
438 |
16,9% |
33,606 |
1,7% |
76,7 |
100-250
kWp |
800 |
30,9% |
138,143 |
6,9% |
172,7 |
250-500
kWp |
528 |
20,4% |
182,497 |
9,2% |
345,6 |
500-1.000
kWp |
270 |
10,4% |
193,087 |
9,7% |
715,1 |
>
1 MWp |
330 |
12,7% |
1.436,174 |
72,1% |
4.352,0 |
Totaal |
2.591 |
100% |
1.991,000 |
100% |
768,4 |
Aantallen nieuw "totaal" wijzigde in de huidige update, van 2.590 naar 2.591; de capaciteit "totaal" nam ook toe, van 1.990,910 MWp naar 1.991,000 MWp. De systeemgemiddelde capaciteit van de toevoegingen in 2022 veranderde mee, en is ditmaal weer wat lager geworden: van 768,7 kWp naar 768,4 kWp bij de totale volumes. Zie de tabel voor de overige details bij alle segmentaties.
Overduidelijk blijft, dat de grootste groei bij de aantallen nieuwe projecten in 2022 lag bij de installaties van 100 tm. 250 kWp (inmiddels 800 nieuwe exemplaren bekend, 30,9% van totale jaarvolume), met categorie 250 tm. 500 kWp als goede tweede (528 nieuwe projecten, 20,4%). Dat zijn beide populaire categorieën PV projecten op kleinere industriële daken en -complexen, en bij het midden- en kleinbedrijf.
Opvallend blijft het forse volume van, inmiddels, 330 nieuwe installaties in de grootste projecten categorie >1 MWp (12,7%), waar de meeste grondgebonden zonneparken en grote rooftop installaties op distributiecentra e.d. onder vallen. Ook valt de negatieve groei van de kleinste project categorie op, er zijn in totaal netto 53 projecten uit de databank van VertiCer "uitgeschreven" in 2022. Daarvoor zijn diverse redenen mogelijk, waar onder mogelijk eerste oude projecten met een SDE 2008 of 2009 beschikking, die door hun subsidie termijn heen zijn, en waarvan de eigenaren actief de registratie bij VertiCer hebben be-eindigd.
Bij de capaciteit is het verhaal compleet anders. Hier blijft de categorie projecten groter dan 1 MWp alles veruit domineren, met maar liefst 1.436,2 MWp van het totale 2022 jaarvolume (72,1%) op haar conto, een zoveelste illustratie van de schaalvergroting in de projecten markt. De drie opvolgende categorieën kunnen nog enigszins - op grote afstand - meekomen, met aandelen van 9,7, 9,2, resp. 6,9% van het totale toegevoegde project volume (capaciteit). De kleinste 3 categorieën doen uitsluitend voor spek en bonen mee bij dit grote projecten-geweld (aandelen 0,36% of veel minder bij de capaciteit).
5b. Groei in 2023 (voorlopig) - status update publicatie 6 januari 2025
Naar analogie van de - licht gewijzigde - cijfers voor de nieuwe aanwas in heel 2022 (vorige tabel), geef ik hier onder de uiteraard nog voorlopige data voor de 12 maanden van 2023 (cumulatie januari tm. december), volgens de cijfers in het laatste maandrapport verschenen op de VertiCer website. Ondanks de hier al weergegeven aanpassingen, gaat er waarschijnlijk nog wel meer veranderen aan deze data, dus nog zéér voorlopige cijfers voor dat jaar (cursief: wijziging t.o.v. rapportage november 2024). Bijna alle primaire data zijn in de december update gewijzigd t.o.v. die in het voorlaatste maandrapport (cijfers voor de 2 kleinste categorieën zijn ongewijzigd). Achteraan heb ik ook de gemiddelde capaciteit per nieuwe installatie toegevoegd (voor de kleinste categorie gemiddelde van de netto "afgevoerde" projecten).
Nieuwe
jaarvolumes 2023 (YOY) |
Aantallen |
aandeel
op totaal (%) |
Capaciteit
(MWp) |
aandeel
op totaal (%) |
Gemiddelde
capaciteit per nieuwe installatie (kWp) |
1-5
kWp |
-38 |
-2,7% |
-0,040 |
-0,001% |
1,1 |
5-10
kWp |
142 |
10,2% |
1,249 |
0,05% |
8,8 |
10-50
kWp |
73 |
5,3% |
2,306 |
0,08% |
31,6 |
50-100
kWp |
256 |
18,4% |
19,483 |
0,7% |
76,1 |
100-250
kWp |
324 |
23,3% |
53,845 |
1,9% |
166,2 |
250-500
kWp |
213 |
15,3% |
70,335 |
2,5% |
330,2 |
500-1.000
kWp |
164 |
11,8% |
121,057 |
4,4% |
738,2 |
>
1 MWp |
254 |
18,3% |
2.501,697 |
90,3% |
9.849,2 |
Totaal |
1.388 |
100% |
2.769,932 |
100% |
1.995,6 |
Uit dit overzicht blijken 2 zaken kristalhelder: de groei is in 2023 in bijna alle kleinere categorieën "niet van betekenis" geweest, en/of, vanwege de vele wijzigingen in de actuele databestanden bij VertiCer, hebben deze zelfs (tijdelijk ?) tot negatieve groeicijfers geleid t.o.v. de herziene status aan het begin van het jaar (= status EOY 2022, vorige tabel). Er zijn vanaf begin 2023 nogal wat wijzigingen geweest in de updates van dat jaar. Sommige voorheen "negatieve groeicijfers" zijn inmiddels omgeturnd in positieve exemplaren, en vice versa. De categorie 10-50 kWp had eerst negatieve groeicijfers, kwam bij de aantallen op precies nul uit in de update van juli 2024, en laat nu al een positieve groei zien van 73 exemplaren. Nogmaals wijs ik op het oorspronkelijke, uitgebreide commentaar van CertiQ, hoe dergelijke (tijdelijke) negatieve groeicijfers en wijzigingen daarin tot stand kunnen komen in hun databestanden.
Negatieve groei cijfers zijn er nu alleen nog maar voor zowel aantallen als bij de capaciteit bij de categorie 1-5 kWp (-38, resp. -0,040 MWp). Het gemiddelde van die "netto afvoer" geeft een project gemiddelde van 1,1 kWp.
In totaal zijn er netto bezien in 2023 nog maar 1.388 nieuwe projecten bijgekomen, dat zijn er 53 meer dan in de voorgaande update. Dat zal nog wel aardig bijgesteld kunnen gaan worden in komende updates. Het blijft in ieder geval een zeer laag niveau, dat is al een tijdje duidelijk. Een neergaande trend bij de netto bijkomende projecten was al veel langer zichtbaar in de klassieke maand rapportages. Zie de eerste grafiek in de analyse van het laatste "gangbare" maandrapport van rechtsvoorganger CertiQ (december 2022). Deze trend lijkt zich te hebben versterkt, vooral bij de netto aantallen nieuwkomers (netto = nieuwe aanwas minus bij VertiCer uitgeschreven projecten per maand).
Flinke wijziging bij groei capaciteit in 2023
Wat overblijft, is het enige positieve punt, namelijk de groei van de capaciteit, ondanks de vele, structurele problemen in de markt (met name voorhanden netcapaciteit en hogere project kosten). De facto is die vrijwel exclusief neergekomen op een toename in, het wordt eentonig, de grootste project categorie (registraties per stuk groter dan 1 MWp). Want daar werd tussen januari en eind december 2023 een aanzienlijk volume van 2.501,7 MWp aan toegevoegd, ruim 90% van het totale nieuwe record jaar volume van bijna 2.770 MWp. Inmiddels dus al duidelijk hoger dan de nog niet formeel gewijzigde jaargroei van voorgaand record jaar 2020 (bijna 2.437 MWp). Dit was in de update van eind 2023 nog maar 1.298 MWp, de bizarre toename van het bij VertiCer geregistreerde vermogen in januari 2023, gevolgd door de vele verdere wijzigingen in de volgende updates, is hier grotendeels debet aan. Er wordt dus heel veel volume later bijgeschreven voor reeds verstreken jaren, het is goed dat men dit beseft. Met bovengenoemd volume is 2023 het nieuwe record jaar geworden bij de aanwas cijfers voor capaciteit in de gecertificeerde projecten markt.
Schaalvergroting nochmals
De schaalvergroting in de projecten sector wordt duidelijk geïllustreerd, door het feit dat de capaciteits-aanwas voor de grootste PV installatie categorie (projecten per stuk groter dan 1 MWp), in 2023 nu al 74% groter is dan in 2022 (2.502 MWp voor 2023, tabel 5b, versus 1.436 MWp voor 2022, tabel 5a). Dit zien we ook terug bij de gemiddelde capaciteit voor die categorie. Die was in 2023 nog, netto, 4.352 MWp per project. In 2023 is dat gemiddeld 9.849 MWp geworden, een factor 2,3 maal zo groot in 1 jaar tijd!
Ook vanwege de hoge project gemiddelde capaciteit in deze grootste categorie blijft deze een zeer dominant stempel op het totale gerealiseerde volume zetten.
De enige categorieën die nog enigszins iets voorstellen zijn de 3 op een na grootsten, met projecten tussen de 500 en 1.000 kWp, resp. 250-500 kWp, en 100-250 kWp, die momenteel cumulatief in 2023 een verzameling van 121 MWp, resp. 70 MWp en 54 MWp nieuw toegevoegde capaciteit tellen. De overige categorieën stellen weinig voor bij de nieuw opgeleverde capaciteit in deze periode.
2024 pending
In een volgende update zal ik ook de nog zéér voorlopige cijfers voor 2024 gaan toevoegen. Deze zullen in komende updates sowieso nog dramatisch gaan wijzigen en verder aangevuld worden. Vooralsnog is de eerst bekende kalender jaargroei 1.579 MWp in 2024, zie ook de optelling van de twee half-jaren in de grafiek in paragraaf 3c. 1.280 MWp toename in het eerste half-jaar, en nog eens 299 MWp in de tweede jaarhelft. Maar die cijfers zullen nog dramatisch gewijzigd gaan worden. Pro memori, dus.
6. Evolutie van gecertificeerde zonnestroom productie / uitgifte van GvO's tm. oktober 2024
Ook voor deze parameter, afgegeven hoeveelheid Garanties van Oorsprong (GvO's), geldt, dat er op 24 augustus een update van de historische cijfers is gegeven. Deze zijn weergegeven in de tweede VertiCer revisie naast het voorgaande maandrapport. In het huidige bijgestelde overzicht geef ik weer alleen de meest recente cijfers weer, vanaf mei 2021. Voor een fraaie, bijgewerkte grafiek die verder terug gaat in de tijd, zie de update in de bespreking van het augustus 2024 rapport, en het commentaar daarbij. Nadat in een recente update voor het eerst een nog zéér voorlopige, totale jaarproductie bekend is geworden voor 2023, zijn inmiddels de eerste resultaten voor januari tot en met oktober in het nieuwe jaar, 2024, gepubliceerd. Met, het wordt saai, wederom een bizarre anomalie wat februari betreft, die ook nog steeds niet officieel is "gerepareerd" in de publiek beschikbare VertiCer data.***
De daar op volgende anomalie die Polder PV ontdekte voor december 2023, en die hij uiteraard direct aan VertiCer rapporteerde, is inmiddels wél gerepareerd. Byzonder in deze update is bovendien, dat er slechts data tot en met oktober 2024 zijn (die ook nog vrijwel niets voorstellen). Normaal gesproken zou er al veel volume van de voorlaatste maand (in dit geval november 2024) moeten zijn gepubliceerd. Kennelijk is het erg druk bij VertiCer, en zijn die gegevens nog niet opgenomen in het publieke domein ...
De extractie van een continue reeks van zonnestroom productie data uit de nieuwe spreadsheets van VertiCer is niet eenvoudig omdat de zonnestroom data tussen alle overige GvO cijfers in staan (diverse energie productie platforms), sterk verspreid over meerdere locaties, er terug gerekend moet worden naar maand van productie, er continu wijzigingen / bijstellingen zijn, en alle over verschillende periodes uitgegeven garanties van oorsprong (GvO's) voor gecertificeerde zonnestroom uiteindelijk per maand opgeteld moeten worden. Bovenstaande grafiek is het uiteindelijke resultaat, met de meest recent beschikbare reeks van mei 2021 tm. oktober 2024 (voor november 2024 nog géén data voorhanden!). In de maand rapportages lopen de productie resultaten normaliter altijd 1 maand achter op die van de opgestelde generator capaciteit, dat is nu dus al minstens 2 maanden. De productie is weergegeven in de blauwe curve (rechter Y-as als referentie, eenheid GWh = 1 miljoen kWh).
De curves geven het netto resultaat weer van: garanties van oorsprong uitgegeven voor zonnestroom geleverd aan het net (grootste hoeveelheden) + GvO's uitgegeven voor "niet-netlevering" (directe eigen consumptie), minus het aantal om wat voor reden dan ook in de betreffende maand teruggetrokken GvO's. Dat laatste is meestal een relatief bescheiden aftrekpost. In de vorige update was mei 2023 de maand met het hoogste volume wat ooit is afgetrokken (15,3 GWh), netto werd toen voor 1,36 TWh aan GvO's aangemaakt. Daar zijn 2 maanden overheen gekomen. Ten eerste, maart 2024, met 32,2 GWh aan terug getrokken GvO's, en een netto aanmaak (dus minus teruggetrokken) van 765 GWh. December 2023 is nu echter nieuw kampioen op dat vlak, zie verderop.
Er zijn twee "drijvende krachten" achter het verloop van deze curve. Ten eerste natuurlijk de seizoens-variabiliteit, die zich uit in hoge producties in de zomermaanden ("toppen"), resp. lage output in de wintermaanden ("dalen"). Meestal is december de minst producerende maand. Eerder zagen we al dat, sterk afhankelijk van de gemiddelde instralings-condities in de betreffende maand, in de zomerperiodes hetzij mei (2020), juni (2019, 2021, 2022), of juli (2017, 2018) de best performer waren bij de productie. Voor de hier getoonde recentere periode zijn de waargenomen "zomer pieken" alle 4 in juni gevallen. De huidige piek waarden voor juni 2021, 2022 en 2023 zijn ditmaal gestabiliseerd, voor juni 2024 is deze iets verláágd t.o.v. het volume getoond in de vorige update.
De tot nog toe gecertificeerde productie in juni 2023 heeft een nieuw record niveau van, inmiddels 1.562 GWh bereikt. Dat is 25,5% hoger dan in juni 2022, waarvoor tot nog toe 1.245 GWh aan zonnestroom GvO's zijn uitgegeven. Anton Boonstra had voor heel Nederland, voor juni 2023, 11% meer instraling vastgesteld dan in juni 2022, de maand was dan ook "record zonnig" volgens het KNMI. Dit opmerkelijke resultaat voor juni is dus niet verbazingwekkend. Dat, in combinatie met de continu voortschrijdende nieuwbouw van PV projecten (al dan niet met SDE subsidie), maakt dat we eind juni 2023 al een (gecertificeerd) productie record te pakken hebben. Deze piek kan in theorie nog steeds iets hoger kan gaan worden in komende updates, zoals reeds in eerdere exemplaren is geschied.
Ook de piek volumes uit met name 2021 en 2022 kunnen later nog, zij het marginaal, worden bijgeplust. Zeker van de kleinere projecten, die niet maandelijks door een meetbedrijf worden gemeten, komen productiecijfers namelijk heel erg laat pas beschikbaar, en worden ze dan pas aan de databestanden van VertiCer toegevoegd. En worden ze "zichtbaar" in de hier getoonde productie historie. Als dit al geschiedt, zal de impact ervan echter zeer bescheiden zijn.
Juli 2023 duidelijk minder productie dan juni
Het resultaat voor juli 2023 laat een scherpe neerwaartse knik in de grafiek zien, en komt, voorlopig, uit op een productie van 1.222 GWh in die maand, inmiddels 0,8% hoger dan de 1.213 GWh in de zeer zonnige juli maand van 2022. Ten eerste was juli 2023, i.t.t. juni, een historisch bezien "normale" maand wat het aantal zonne-uren betreft. Boonstra meldde dat er in die maand 11,3% minder instraling was dan in juli 2022, en productie is altijd direct gerelateerd aan de hoeveelheid instraling. Dat er nu toch iets meer is geproduceerd, ligt uiteraard aan de ondertussen gegroeide gecertificeerde capaciteit die, ondanks lagere zoninstraling, in totaal dus een hogere output gaf te zien.
In juli 2023 steeg het aantal uren met negatieve prijzen op de stroommarkt behoorlijk, volgens de bekende grafiek van Martien Visser van Entrance op "X" (28 oktober 2023). Het kan dus ook beslist zo zijn geweest, dat hierdoor met name grotere projecten tijdelijk hun productie hebben gestaakt, om geen geld te moeten betalen i.p.v. te ontvangen. Geen productie = geen GvO's. De omvang daarvan is echter nog steeds een aardig mysterie, want die afschakelingen worden bij mijn weten niet nationaal bijgehouden cq. geopenbaard. Visser probeert die verliezen / "non-producties" weliswaar met steeds betere aannames te "modelleren" voor zijn data platform (zie tweet van 27 mei 2024), maar Minister Rob Jetten van MinEZK moest bij beantwoording van vragen van Eerdmans van JA21 het antwoord schuldig blijven over de mogelijke volumes die afgeschakeld zouden zijn / worden. Die zijn volgens hem niet bekend (zie tweet van Polder PV met het betreffende antwoord, van 30 mei 2024). De heer Visser probeert nog steeds de vinger te krijgen achter fysieke afschakeling, zoals bleek uit een recente vraag van hem aan Anton Boonstra over de PV Output.org statistieken. Op 1 januari 2025 schatte hij dat er 0,6 procent-punt van het totaal aan energie uit hernieuwbare bronnen (zon, wind) verloren gegaan zou kunnen zijn in 2024 (post op X).
Resterende maanden 2023 ff.
Augustus 2023 zit momenteel op 1.082 GWh, wat 7,7% lager is dan de 1.172 GWh, die tot nog toe voor ook zeer zonnig augustus 2022 door VertiCer zijn uitgegeven.
Voor september 2023 is tot nog toe voor 923 GWh aan GvO's afgegeven. Dat is al 19,6% meer, dan de al meer geconsolideerde uitkomst voor september 2022 (771 GWh). Dit is in lijn met het feit, dat Anton Boonstra uit de KNMI data 6,8% meer horizontale instraling in september 2023 heeft berekend dan in september 2022 (platform "X", 1 oktober 2023), in combinatie met de toegenomen capaciteit in het tussenliggende jaar.
Oktober 2023 heeft een voorlopig volume van 454 GWh, 8,9% onder het voorlopige resultaat voor oktober 2022. November 2023 heeft tot nog toe 7% relatieve minder opbrengst, dan in november van het voorgaande jaar. Voor december, zie de volgende paragraaf.
Nog niet herstelde nieuwe anomalie GvO uitgiftes februari 2024***; december 2023 wel gecorrigeerd
Februari 2024 heeft een volstrekt onwaarschijnlijk niveau van, inmiddels zelfs 2.131 GWh (!) aan "kennelijk" afgegeven volume van GvO's (dunne blauwe stippellijn). Vooral voor de categorie "Aantal uitgegeven GvO's (niet-netlevering)" was de uitgifte in die maand extreem hoog, 1.937 GWh (91% van totale uitgifte niveau, verminderd met een marginaal niveau van teruggetrokken GvO's voor zonnestroom, 3.470 MWh). Dit is volstrekt onbestaanbaar, en leek toen op een grote fout in het VertiCer systeem te wijzen, waarover ik destijds al een e-mail had verstuurd. Het antwoord kwam op 15 april 2024 binnen bij Polder PV:
*** Naar aanleiding van mijn e-mail aan VertiCer ter opheldering van de hoogst merkwaardige anomalie m.b.t. de gerapporteerde afgegeven hoeveelheid GvO's in de februari rapportage, kreeg ik op 15 april een kort, maar zeer duidelijk antwoord: "De oorzaak ligt in een foutieve meetwaarde die de netbeheerder heeft ingestuurd en geaccordeerd. De netbeheerder heeft na onze constatering een gecorrigeerde meetwaarde ingestuurd". We zouden dus een herstel van deze grote fout kunnen gaan verwachten in een van de komende updates, maar helaas is deze nog steeds niet doorgevoerd in de updates van april tm december 2024. In ieder geval, met dank aan VertiCer voor deze verklaring. Zie verder ook het intermezzo in de vorige analyse, waarin Verticer ingaat op het waarom van uitblijvende data wijzigingen.
Vanwege de nog steeds niet herstelde anomalie, is het betreffende gedeelte in de grafiek gestippeld weergegeven. Het "logische verloop" is in de grafiek weergegeven middels de streepjeslijn tussen de punten januari en maart 2024.
GvO anomalie II - december 2023, is hersteld
Helaas had Polder PV in de data van de oktober update alwéér een nieuwe fout ontdekt. Het nieuwe volume voor december 2023 was opeens veel te hoog. Dat was in de update van september namelijk nog maar 142,9 GWh, een "logisch volume" gezien de historische context. Echter, in de update van oktober was opeens een netto (netlevering + niet netlevering - teruggetrokken) hoeveelheid van maar liefst 224,9 GWh te zien. Dit was weliswaar in de november update iets bijgesteld tot 224,8 GWh, wat slechts marginaal lager lag dan het niveau in in november. Maar, overduidelijk incorrect, véél hoger dan het huidige volume voor zeer zonnige januari 2024 (211,6 GWh) zou zijn. Ik stelde toen al vast dat dit onmogelijk was, zelfs als we zouden aannemen, dat er nog het nodige aan GvO's bijgeschreven zou moeten gaan worden voor al deze maanden. Volgens de definitieve KNMI rapportages voor de maanden november 2023, december 2023, en januari 2024, zou de globale instraling op het horizontale vlak achtereenvolgens 8.798 J/cm², 4.942 J/cm², resp. 8.824 J/cm² te zijn geweest. Waarbij december 2023 van het drietal dus by far de láágste instraling had, en opvolgend januari 2024 veruit de hoogste instraling, hoger nog dan in november 2023.
Geconcludeerd moet worden, dat er iets goed misgegaan moet zijn bij de ingave van de december 2023 volumes. Het enige wat namelijk blijkt te zijn gewijzigd, is een nieuwe entry voor december 2023, toegevoegd in de maand van melding, oktober 2024, waarin een extra volume van maar liefst 82,3 GWh is weergegeven. Wat gewoon niet kan kloppen. Hierover is direct door Polder PV contact opgenomen met VertiCer. Naar aanleiding van enkele vragen hierover kwam een medewerker met een reply, die in het hierboven al gelinkte intermezzo is weergegeven, omdat die belangrijk is voor een beter begrip over de "fouten correctie policy" bij dit dochterbedrijf van TenneT / Gasunie.
Ondertussen lijkt de betreffende netbeheerder haar data te hebben gecorrigeerd. In de december 2024 rapportage, is namelijk een record hoeveelheid GvO's (89,5 GWh) teruggetrokken, waardoor de optelling van netlevering, niet-netlevering, en (negatief) de teruggetrokken hoeveelheid uitkomt op een "normale" maandsom van 141,9 GWh voor december 2023. In bovenstaande grafiek is daarom ook het rode cirkeltje verwijderd, we hebben voor die maand weer met een "normaal verloop" te maken.
Duidelijk blijft, uit bovenstaande 2 voorbeelden, dat zelfs bij gecertificeerde meetwaarden opgaves, dus fouten kunnen arriveren op de VertiCer burelen. Dit is, wat Polder PV betreft, een zeer zorgwekkende constatering. Alleen zeer stricte, continue controles op die aangeleverde waarden, kunnen garanderen dat het GvO systeem 100 procent waterdicht blijft.
Januari, maart - juni 2024
In de zeer zonnige januari 2024 werd tot nog toe ruim 32% (!) meer GvO's genoteerd dan in dezelfde maand in het voorgaande jaar, met de laatst bekende (licht bijgestelde) volumes voor die maanden. Voor februari, zie de nog niet herstelde anomalie hierboven.
Ook in maart 2024 was de netto geregistreerde certificaat uitgifte (765 GWh) veel hoger, 27% dan de tot nog toe uitgegeven hoeveelheid voor maart 2023 (602 GWh). De meest recente resultaten voor april 2024 laten al een netto uitgifte van 1.075 GWh zien, de eerste april maand waarvoor dus al meer dan 1 TWh aan groencertificaten is uitgegeven voor gecertificeerde PV installaties. Het was al 7,6% hoger dan het al meer gesettelde volume voor april 2023 (999 GWh), maar er zal nog wel het nodige bovenop gaan komen in komende maandrapportages van VertiCer. Het is duidelijk dat zelfs april 2023 al die 1 TWh zal kunnen gaan halen bij latere bijstellingen. Mei 2024 leverde tot nog toe netto 1.284 GWh op, wat nu nog 5,5% onder de productie van 1.359 GWh in mei 2023 ligt.
Juni is weer de nieuwe "maandrecord piek" voor 2024 geworden, zoals verwacht kon worden. Nog zeer voorlopige resultaten geven al 1.334 GWh voor die maand. Dat is nu nog 14,6% lager dan de piek in juni 2023 (1.562 GWh). Of de inmiddels in een jaar tijd toegevoegde capaciteit de flink lagere instraling in juni 2024 heeft kunnen compenseren is echter nog niet duidelijk. Boonstra had namelijk maar liefst 19,7% minder horizontale instraling in juni 2024 t.o.v. juni 2023 vastgesteld. Dus het gaat nog spannend worden, hoe hoog uiteindelijk de GvO piek voor juni 2024 zal gaan worden t.o.v. dezelfde maand een jaar eerder. Dan zou er nogal wat volume moeten worden toegevoegd aan juni 2024, in komende updates, om dat te gaan halen.
Over het hoogtepunt heen - juli - oktober 2024
Vanaf juli gaan de totale opbrengsten weer omlaag. Voorlopig, voor juli 2024 1.331 GWh, maar dat is al 9,0% meer dan de 1.221 GWh in juli 2023. De instraling in juli 2024 was ook al wat hoger dan in het voorgaande jaar: 162,4 kWh/m² in juli 2024, t.o.v. 158,2 kWh/m², in juli 2023. Alleen nog onbekende volumes niet gerealiseerde productie bij afschakelen van projecten bij negatieve stroomprijzen op de elektriciteitsmarkt, kunnen een eventueel verder gegroeid verschil in negatieve zin onder druk zetten. Augustus heeft voorlopig 1.255 GWh GvO's toebedeeld gekregen, en dat is alweer 16,0% meer dan in augustus 2023 (1.082 GWh). September 2024 heeft, met nog zeer voorlopige cijfers, nu nog 5,5% minder GvO's gekregen dan september 2023.
De in de vorige analyse toegevoegde maand oktober kreeg in 2024 in twee updates (november en december 2024) slechts een nog zeer gering volume van 672 MWh aan GvO's toebedeeld, tegenover 454 GWh in oktober 2023. Het is duidelijk, dat er kennelijk nog een hoop administratief werk afgerond moet worden voor deze maand, blijkbaar is VertiCer vanwege drukke werkzaamheden rond de jaarwisseling nog niet toegekomen aan de verwerking van de ongetwijfeld op een veel hoger niveau liggende data. De komende updates zullen dat gaan uitwijzen. De instraling in oktober was, volgens de data extracties van Anton Boonstra, 9,2% hoger dan in oktober 2023. De verwachting is dus dat uiteindelijk het aantal afgegeven GvO's in die maand ook veel hoger zal gaan uitpakken dan in dezelfde maand, een jaar geleden.
Met name voor de laatst gerapporteerde maanden zullen er sowieso nog het nodige aan uitgegeven GvO's bij gaan komen. Standaard bij de GvO data van VertiCer is, dat de eerstpublicatie voor een willekeurige maand al het veruit grootste volume GvO's voor die maand oplevert (met uitzondering dus nu oktober). Afgiftes die later worden gepubliceerd, zijn al veel geringer van omvang, en worden stapsgewijs kleiner qua volume. Het "doorsijpelen" van later afgegeven GvO's, die met terugwerkende kracht voor de betreffende maand worden bijgeschreven, kan echter zeer lang doorgaan. Dat kan langer dan een jaar duren in veel gevallen.
De tweede drijvende kracht achter deze curve is uiteraard de in het recente verleden zeer onstuimige groei van de projecten markt, met telkens flink meer, gemiddeld genomen steeds grotere PV projecten, wier nieuwe productie volumes in de loop van het kalenderjaar toegevoegd worden aan de output van het eerder al bestaande productie "park". Dat is dé drijvende kracht achter de steeds hoger wordende pieken (bovenop de verschillen in instraling van jaar tot jaar). Alle nieuwe capaciteit zal bijdragen aan het verhogen van de pieken, zelfs al hebben ze in sterk toenemende mate oost-west opstellingen om de voor netbeheerders zeer vervelende "middag-output-piek" te verlagen. Ook het steeds meer om zich heen grijpende fenomeen van afschakelingen bij negatieve marktprijzen, zal in de projecten markt al te sterke stijgingen bij de afgifte van GvO's onder druk zetten. De potentiële zonnestroom productie wordt dus in toenemende mate uitgehold.
Nog niet is bekend, hoe er bij VertiCer omgegaan zal gaan worden met certificaten voor, bijvoorbeeld, door grote zonnestroom projecten tijdelijk in accu's opgeslagen elektra. Mijn vermoeden is, dat zo'n accu dan als "afnemer" gezien zal worden, en dat daarna het recht op "groenheid" bij gebruik verloren is gegaan. Er is immers al bij de productie een certificaat afgegeven, dat kan niet "verdubbeld" worden.
Progressie in winter"dips"
In de productie curve was tot aan een vorige update goed te zien dat de zogenaamde "winter-dips" in de periode 2021 - 2023 ook op een steeds hoger niveau komen te liggen, a.g.v. de almaar toenemende productie capaciteiten, die ook in de winter aan een toenemende hoeveelheid zonnestroom output bijdragen. In deze laatste update blijkt december 2022 weer, achter de komma, een marginaal hoger volume te zijn toegerekend, het blijft echter steken op 137,3 GWh. Dat is wel al 13,4% hoger dan in december 2021 (121,1 GWh), en is zelfs al een factor 4,6 maal het niveau van de "dip" in het winterseizoen van 2017/18 (jan. 2018 29,8 GWh, zie eerder gepubliceerde historische grafiek).
Aangezien het volume voor december 2023 nu eindelijk weer is gecorrigeerd naar "normale" waarden, kunnen we deze ook gaan vergelijken met december 2022. Met nu 141,9 GWh aan netto afgegeven GvO's is de productie nu 3,3% hoger dan in die wintermaand in het voorgaande jaar. En het is al een factor 4,8 maal het niveau van januari 2018.
7. Jaarproducties volgens Garanties van Oorsprong
Een herziene versie van de grafiek met de jaarlijkse uitgifte van Garanties van Oorsprong (GvO's) werd door Polder PV gegeven in de analyse van de augustus cijfers van 2024 (link).
Integreren we de data uit dat overzicht, met de meest recente toevoegingen (ook uit eerdere jaren) van de update van 6 januari 2025, krijgen we de volgende grafiek met de totaal uitgegeven hoeveelheden GvO's (lees: zonnestroom producties) in de kalenderjaren 2006 tm. 2023, en de eerste, al forse volumes, voor 2024.
De tot nog toe bekende zonnestroom productie van uitsluitend de gecertificeerde zonnestroom markt (dus exclusief vrijwel alle residentiële en andere niet bij VertiCer bekende capaciteit) groeide razendsnel. Van nog bijna onmeetbare hoeveelheden in 2006, tot een volume van 219 GWh in 2015. Vervolgens zette de groei stevig in, vooral veroorzaakt door een toenemende hoeveelheid, en steeds grotere, via de SDE regelingen gesubsidieerde projecten. Van 556 GWh in 2016, 1,6 TWh in 2018, 2,9 TWh in 2019, 5,1 TWh in toenmalig record jaar 2020, naar 6,2 TWh in 2021. Aangezien 2022 zeer zonnig was (Anton Boonstra: 13% meer horizontale instraling dan in 2021), volgt meteen een grote sprong naar bijna 8,6 TWh in 2022.
Vervolgens werden er voorlopig al ruim 9,1 TWh aan GvO's afgegeven voor 2023. Hierbij komt ook nog, dat de nodige nakomende volumes van eerdere maanden worden bijgeplust. Het zal daarbij interessant zijn, te zien, wat de balans zal gaan worden tussen de méér productie van de (record) toegevoegde nieuwe gecertificeerde capaciteit in 2023, in relatie tot het feit, dat de cumulatieve instraling in dat jaar, 7,2% láger lag, dan in het relatief zonnige jaar 2022, aldus de data-extracten en waarnemingen van Anton Boonstra.
Verrassend is, dat 2024, met nog veel updates te verwachten, nu al flink boven het kalenderjaar totaal voor 2023 uitkomt, met netto bijna 10,3 TWh aan reeds uitgegeven GvO's. Hiermee is voor het eerst in de historie de 10 terawattuur gecertificeerde stroomproductie in een kalenderjaar al vroegtijdig "geboekt".
Dat is een volume aan zonnestroom wat al een factor 47 maal zo veel is, dan aan het begin van de "echte roll-out" van de eerste SDE subsidieregelingen (vanaf 2015). Wel dient hierbij als waarschuwing, dat de volstrekt foutieve (veel te hoge) waarde van februari 2024 bij dit voorlopige totaal volume zit. Zolang die fout nog niet is hersteld in de publieke cijfers, is de tot nog toe geregistreerde productie in de eerste tien maanden van 2024 dus nog enigszins onzeker.
In ieder geval is er vanaf 2006 tot en met 2024 door VertiCer en haar rechts-voorgangers, inmiddels 45,6 TWh aan garanties van oorsprong uitgegeven voor gecertificeerde PV capaciteit (netto resultaat van netlevering, niet netlevering, minus terug getrokken GvO's).
Intern - eerdere rapportages CertiQ / VertiCer 2023 - 2024, aflopend gesorteerd
VertiCer update oktober 2024, Gecertificeerde PV markt 14,5 GWp, jaargroei 2023 naar record 2.618 MWp nieuwbouw (2022 +32%), nieuwe anomalie getraceerd (5 november 2024)
VertiCer update augustus 2024, II. Syntheses evolutie aantallen PV projecten, en capaciteit vanaf 2006, en Garanties van Oorsprong vanaf 2006 / 2017 (5 september 2024)
VertiCer update augustus 2024, I. Gecertificeerde PV markt, jaargroei 2023 naar record 2.579 MWp nieuwbouw (2022 +30%), en grootste cijfer anomalie in historie (4 september 2024)
VertiCer update juli 2024 - 2023 gecertificeerde PV markt, record jaargroei naar 2.490 MWp nieuwbouw, bijna 26% meer aanwas dan in 2022 (4 augustus 2024)
VertiCer update mei 2024 - 2023 jaargroei naar 2.404 MWp nieuwbouw, 22% méér t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (4 juni 2024)
VertiCer update januari 2024 wederom surprise - 2023 naar 2.012 MWp nieuwbouw, nu 2,4% méér t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (?) (4 februari 2024)
VertiCer update december 2023 - voorlopig 1.298 MWp nieuwe gecertificeerde PV capaciteit, 34% minder t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (7 januari 2024)
VertiCer update september 2023 - eerste 3 kwartalen 867 MWp gecertificeerde PV capaciteit nieuw, (voorlopig) 46% minder t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (4 oktober 2023)
VertiCer update augustus 2023 - eerste 8 maanden 835 MWp gecertificeerde PV capaciteit nieuw, (voorlopig) 45% minder t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (7 september 2023)
VertiCer update juli 2023 - eerste zeven maanden 646 MWp, (voorlopig) 46% van nieuwe capaciteit t.o.v. zelfde periode 2022 (2 augustus 2023)
Januari 2023 flinke toename geregistreerde gecertificeerde zonnestroom capaciteit, 354 MWp, maar het verhaal is complexer bij CertiQ. Deel I. (8 februari 2023)
CertiQ herziet cijfer presentatie methodiek - een nieuw tijdperk ? (8 februari 2023)
Sinterklaas surprise november rapport CertiQ 2022 bleek een fopspeen: december rapport wederom "negatieve groei", 1e status update. (9 januari 2023, laatste analyse van "klassieke" maandrapportage, en links naar eerdere analyses in 2021 en 2022)
Meer licht in de duisternis (?) omtrent ontwikkeling gecertificeerde zonnestroom portfolio in (2019-) 2020 bij CertiQ. (4 november 2020; vroege signalering van sterk wijzigende historische CertiQ data door Polder PV)
Extern
Data overzichten website VertiCer (vooralsnog alleen rapportages over 2023 en 2024, en 1 gereviseerd overzicht met data tot juni 2021)
NB: de oude website van CertiQ is niet meer actief, de url verwijst door naar de site van rechtsopvolger VertiCer !
2 januari 2025: Enkele gebruiks-cijfers Polder PV in 2024 - Elfde jaar op rij netto surplus zonnestroom van dak huurwoning*. Zoals vanouds presenteert Polder PV enkele jaarlijkse gebruik- cq. opwek cijfers van de belangrijkste "energie" en gerelateerde modaliteiten. Achtereenvolgens elektra, stadswarmte, en drinkwater. Ondanks sterk toegenomen ouderdoms-problemen met de PV installatie, blijft het energiezuinige huishouden van Polder PV, voor het elfde achtereenvolgende jaar op elektra gebied "stroomneggie". Vanwege het tweede volledige kalenderjaar met een net-meter die invoeding en afname "comptabel" meet, is de presentatie voor elektra voor 2024 sterk afwijkend van de situatie toen we nog een volautomatisch "salderende" Ferrarismeter in huis hadden. T.o.v. 2023 is er echter relatief weinig gewijzigd in de verhoudingen, en blijven we op een zéér laag eigenverbruik eindigen bij elektra. Stadswarmte en drinkwater gebruik blijven ook op een zeer laag niveau.
* Dak woningcorporatie, appartement Polder PV op begane grond heeft geen eigen dak ...
(1) Elektra
Voor de "elektriciteitsbalans" in het huishouden van Polder PV moest er jarenlang teruggegrepen worden op het resultaat van de volautomatisch salderende Ferrarismeter, waarmee het (naar verwachting lage) zelfconsumptie aandeel van de opgewekte zonnestroom niet getalsmatig hard gemaakt kon worden, omdat het totale interne verbruik van de aanwezige apparatuur niet separaat bemeten werd / kon worden. O.a. vanwege de aanwezigheid van een mechanisch ventilatie systeem wat niet gemonitord kón worden. De laatste evolutie grafiek van de resultaten van eigen metingen van de zonnestroom productie, en het "netto resultaat" op de enkeltarief meterstand van de Ferrarismeter, kunt u nazien in het eindejaars-bericht van 2022 (artikel 3 januari 2023).
De Ferrarismeter is op 6 oktober 2022, met de nodige weemoed bij de webmaster, door een subcontractor namens netbeheerder Liander vervangen door een (naar verkiezing) "domme" vierkwadranten digitale netmeter, waarvan slechts 2 telwerken worden gebruikt, omdat we al sinds we hier wonen een simpel enkeltarief contract hebben. Een voor netafname, en 1 voor netinvoeding (ook wel ongelukkigerwijs vaak "teruglevering" genoemd). Uit de rond de jaarwisselingen ge-extraheerde begin- en eindmeterstanden op die 2 telwerken, én natuurlijk de eigenhandig gemeten totale zonnestroom productie (via het stok-oude OK485 interface, en een op een prehistorische Windows versie draaiende logging computer, voor de 13 in gebruik zijnde micro-inverters), heb ik weer de volgende 2 grafieken kunnen maken voor kalenderjaar 2024. Die voor het eerst in deze vorm voor kalenderjaar 2023 werden gepresenteerd.
In deze eerste grafiek worden de verschillen tussen de einde-jaars-meterstanden (2024 - 2025) op beide telwerken van de "domme" digitale netmeter getoond, en de resulterende "netto uitwisseling" op dit allocatiepunt. Op het afname telwerk resulteerde een laag verbruik van 588 kWh voor ons zuinige 2-persoons huishouden. Dat is alweer lager dan in 2023 (toen 607 kWh), wat deels heeft te maken met het feit, dat we meermalen lange weekenden en in een vakantie in ons "chaletje" in Overijssel verbleven. Het invoedings-telkwerk vertoonde het grootste volume van onze zonnestroom opwek in dat jaar: slechts weinig zonnestroom werd - bij gebrek aan "geschikte" apparaten om midden op de dag veel stroom op te souperen - direct verbruikt. Het overgrote merendeel, 893 kWh (in 2023: 941 kWh) van de totale opwek, ging volautomatisch het net op (zie ook tweede grafiek). Dat er minder zonnestroom over bleef, heeft deels te maken met het matige productiejaar (minder zoninstraling in jaarreeks), maar is grotendeels te herleiden tot de structureel geworden problemen met de kwaliteit van de installatie.
Resulterend uit deze 2 telwerken, is er dus netto in dit jaar 305 kWh (2024: 334 kWh) op het net ingevoed, de allocatie op dit distributiepunt was "negatief". We zijn en blijven al elf jaar lang netto "stroomneggie". Of, zo u wilt, sociaal producent van duurzame elektriciteit, die we aldus "delen met de buren", ook al hebben ze daar meestal geen weet van ...
Deze tweede grafiek toont wat er is gebeurd met de zonnestroom opwek in ons huishouden in 2024, en wordt ons totale verbruik berekend / getoond.
Gemeten is een totale zonnestroom productie van 1.070 kWh, van de 14 op het dak liggende oude zonnepanelen (in het zonniger jaar 2023 meer, 1.131 kWh). Dit is wel exclusief terraspaneel, wat onregelmatig buiten wordt gezet, maar dus wel invloed heeft op de totale stroom balans in ons zuinige huishouden. Eerder zagen we al, dat van de gemeten zonnestroom opwek, maar liefst 893 kWh (ruim 83%) via het invoedings-telwerk van de netmeter ons pand / allocatiepunt "verliet" in dat jaar. Slechts 177 kWh, 17% van de opwek, is dus direct in eigen huis verbruikt. In 2023 was dat nog 190 kWh, met echter hetzelfde eigenverbruik percentage tot gevolg. Achter de komma was het percentage in 2024 marginaal hoger. Dat zeer lage percentage geeft eens te meer aan dat zuinige huishoudens, met een laag totaal stroomgebruik, en een kleine PV installatie die grofweg de jaarbehoefte kan dekken, zéér ongunstig zitten, bij de eigenverbruik factor. En dat, bij het inmiddels door de Senaat aangenomen wetsvoorstel, "einde salderen per 1-1- 2027", dit soort huishoudens dus geen gunstig afreken scenario te wachten staat. Voor het grootste volume van de netto afgenomen hoeveelheid elektra zal het volle pond betaald moeten gaan worden, inclusief de hoge energiebelasting plus btw.
In de laatste kolom vinden we ons bruto stroomgebruik terug, de optelling van het verbruik op het afname telwerk in grafiek 1 (588 kWh), plus de direct in-house verbruikte eigen opwek van zonnestroom (177 kWh). Resultante: een blijvend, zéér laag stroomverbruik van slechts 765 kWh op jaarbasis, met een 2-persoons huishouden. In 2024 was dat nog 797 kWh.
De blijvende verwachting van Polder PV is, dat er weinig in de reguliere verhoudingen tussen deze cijfers zal gaan komen, gezien het feit dat er geen (e-) auto is (en er niet zal komen), een warmtepomp de facto een waanzin investering met hoge financiële gevolgen zal zijn in ons (ook al extreem zuinige) stadswarmte huishouden in een huurwoning, er geen wasdroger is (noch zal komen), en het elektra gebruik dus langdurig op een laag pitje zal blijven bij gebrek aan (frequent gebruikte) grote verbruikers. Nota bene: zélfs met een elektrisch fornuis, waarvan alleen de "pitten" frequent worden gebruikt, en de oven spaarzaam. Dat zet allemaal natuurlijk geen "elektrische zoden aan de dijk", om het door netbeheerders gewenste "hoge eigenverbruik" te kunnen bereiken. Bij huishoudens als het onze is dat gewoonweg onmogelijk.
(2) Gas
Polder PV is al sedert april 2018 "van het kookgas af", en kookt sindsdien elektrisch. Zie de laatste grafiek met de jaarcijfers van ons historische verbruik. Uiteraard gebruikt de Uniper STEG warmtekracht centrale voor de stadswarmte voorziening in onze wijk gas, maar dat wordt hier niet als zodanig meegerekend. Dat valt onder het verbruik van stadswarmte, afgerekend in Gigajoule (zie verder).
Wel verbruiken we op ons vakantie adres gas (verwarming, kookgas). Als data daarvan beschikbaar komen, voeg ik ze mogelijk nog een keer toe. Dit betreft grotendeels ruimteverwarming in het winterseizoen, áls we daar zijn. Normaliter staat de hoofdkraan daar uit.
(3) Stadswarmte
Ons stadswarmte gebruik in Leiden is, zoals alles bij ons, low profile, en sinds een gestoorde idioot een krankzinnige oorlog in het oosten van Europa is begonnen, doen we het nóg rustiger aan met de (in Leiden op gas gestookte stads-)verwarming. Zo rustig, zelfs, dat in 2023 een nieuw dieptepunt is bereikt bij het "verbruik" ervan, slechts 5,22 GJ, een halve GJ lager dan het al spaarzame voorgaande jaar. 2024 zat er, mede vanwege de grauwe, frisse eindejaars-maanden, wat boven, en kwam uit op 5,89 GJ. Wat nog steeds een "ultra-low" verbruik is in stadswarmte land. Het spul wordt bij ons gebruikt voor ruimteverwarming (bijna uitsluitend in de koudste wintermaanden), en warm tapwater, wat via een geïntegreerde afleverset aan ons appartement wordt geleverd. Door het lage verbruik blijven de beïnvloedbare kosten binnen de perken, al was de gigajoule prijs in 2023 al torenhoog geworden (€ 76,45, echter gemaximeerd op een bedrag van € 47,38, bij het verbruik via het in dat jaar nog geldende prijsplafond, voor een idioot hoog verbruik van 37 GJ/jaar). In 2024 lag het gelukkig wat lager, € 46,69/GJ. En in 2025 zou het tarief weer iets meer richting "normalere" eenheids-prijzen gaan (bericht Vattenfall: € 43,79/GJ incl. 21% btw).
Stadswarmte blijft voor ons echter de hoogste kostenpost, vanwege, met name, het krankzinnig hoge vastrecht, wat iedereen, ongeacht verbruikspatroon, of leefruimte, blijft betalen. In 2024 was dat gestegen naar 583 Euro (de eerder gemelde bijna 619 Euro was vastgesteld op basis van een foutief tarief advies van ACM, en is later neerwaarts bijgesteld). In 2025 zou dat gelukkig ook weer iets lager gaan worden, ruim 577 Euro, al blijft het nog steeds zeer hoog voor met name de weinig verbruikers. Hier overheen komen ook nog de meetkosten van bijna 33 Euro (opwaarts, inflatie- gecorrigeerd), en de huur voor de afleverset, nog eens ruim 150 Euro op jaarbasis (ditto). Een "socialer" systeem, om vastrechten naar rato van woonoppervlak te betalen, zoals in Denemarken, blijft in Nederland een complete illusie. Vooral kleinbehuisde gezinnen in huurwoningen, zijn hier al vele jaren de dupe van. Politici in Den Haag blijven hiervan wegkijken, en doen er niets aan.
De grafiek toont het vaak grillige verloop van het stadswarmte "verbruik", wat uiteraard te maken heeft met het feit dat we eigenlijk alleen in de wintermaanden "enig substantieel gebruik" hebben voor de ruimteverwarming, en dat dus zeer sterk is gecorreleerd aan hoe koud het is in die winters. De laatste jaren streven we naar minimaal gebruik, de knoppen van maximaal 3 radiatoren werden hier pas begin november 2024 voor het eerst gebruikt, en dan ook nog blijvend spaarzaam. Voor 2022 leidde dat al tot een historisch laag verbruik, in 2023 zijn we daar nog net een halve GJ onder kunnen blijven, in 2024 is het iets hoger geworden. Het langjarig gemiddelde is tussen 1997 en 2024 slechts 8,11 GJ/jaar (blauwe stippellijn), met een gele streepjeslijn is een rechtlijnige trendcurve weergegeven die inmiddels iets afloopt. 2010 was voor ons het hoogste jaarverbruik, maar zelfs dat was slechts een derde van het niveau voor het "prijsplafond" in 2023 (37 GJ/jaar).
(4) (Drink)water gebruik
Ook op het vlak van drinkwater zijn we al talloze jaren kritisch, we zitten vér onder het gemiddelde huishoudelijke verbruik. Het wordt sowieso steeds problematischer voor drinkwaterbedrijven om het waanzinnige consumptieniveau in ons land bij te houden, en zeker in de zomer gaat dit grote problemen geven (NOS artikel van 12 mei 2023). De grafiek toont 2 elementen, het comptabel gemeten drinkwater verbruik via de meter van het waterbedrijf (Dunea), en de hoeveelheid regenwater die we uit de regentonnen scheppen en die we voor de toiletspoeling gebruiken.
In deze grafiek twee, voor zuinige huishoudens, "pijnlijke" incidenten, 2 niet lang na elkaar optredende, stiekeme lekkages in onze kruipruimtes, die voor ons een "extreme" verbruikspiek opleverden in de betreffende jaren (2016 en 2019). Deze lekkages zijn na ontdekking verholpen in opdracht van de verhuurder, de verlies kosten zijn ook betaald, maar vervelend blijft het. Verder is ons drinkwaterverbruik extreem laag, en zelfs alweer naar een nieuw dieptepunt gedaald in 2024, 18,9 kubieke meter voor 2 personen. Dat had deels ook te maken met het feit dat we regelmatig in ons nieuwe vakantieverblijf verbleven in Overijssel, maar het is een mooi resultaat. Hier bovenop hebben we in 2024 ook nog een flinke hoeveelheid van 7,0 m³ regenwater gebruikt voor de toiletspoeling. In totaal was het water verbruik dat jaar dus, in Leiden, 25,9 m³ (nog geen 13 m³/persoon per jaar = 35,5 liter/pp.dag). Volgens de branche organisatie Vewin was het verbruik in 2022 gemiddeld bij huishoudens (zie statistiek portal) 124 liter per persoon per dag. Daar zaten wij in 2024 dus met een factor 3,5 onder. Rekenen we uitsluitend de hoeveelheid drinkwater, was het zelfs een factor 4,8 minder. Bij onze waterleverancier Dunea was het gemiddelde zelfs nog iets hoger, 125 liter per persoon per dag, in 2022.
Voor overig commentaar op onze gebruik statistieken, zie het artikel van 3 januari 2023.
2 januari 2025. Zonnestroom productie PV systeem Polder PV - slechtste december en kalenderjaar opbrengst ooit. De zonnestroom productie lag bij Polder PV, onder anderen vanwege diverse ouderdoms-verschijnselen, waaronder hardnekkige problemen bij minstens 1 verbinding (zeker 1 micro-inverter daardoor zeer povere opbrengst genererend), versterkt door de marginale productie in de ook al zeer sombere decembermaand, op een historisch laag niveau. De balans van alle cijfers vindt u hier onder.
In deze analyse de cijfers voor december en voor alle 12 maanden van 2024, voor het referentie systeem bij Polder PV. Wat sedert de netkoppeling van de eerste vier zonnepanelen, op 13 maart 2000, in de basis, eind 2024, inmiddels 9.060 dagen in bedrijf is.
De tabel met de gemeten producties van de verschillende "sets" zonnepanelen van Polder PV. Alleen voor december 2024 in de eerste kolommen, en daarnaast de cumulatie voor alle 12 maanden van 2024 (jan. tm. december). Naast het opgestelde vermogen in Wp wordt de productie per groep in Wattuur (Wh) vermeld, ernaast de belangrijke afgeleide specifieke opbrengst (in kWh/kWp, hetzelfde als Wh/Wp), waarmee de uit verschillende vermogens bestaande deelgroepjes goed vergeleken kunnen worden. Helemaal rechts, de vergelijkbare staatjes voor de specifieke opbrengsten in december, resp. januari tm. december 2023, ontleend aan het bericht over die maand, op de Polder PV website.
In de zeer sombere decembermaand van 2024 was de kleine Kyocera set (2x 50 Wp op 1 OK4E-100 micro-inverter), wederom de best performer, met 8,71 kWh/kWp, gevolgd door een setje van 2 108 Wp panelen wat pal op zuid staat gericht, en de oudste zonnepanelen set, 4x 93 Wp Shell Solar modules (bijna 8,1, resp. 7,7 kWh/kWp). De verschillen met december 2023 zijn zeer hoog, min 36% voor de oudste vier panelen, tot zelfs minus 47% voor de 2 in de voorste rij staande 108 Wp exemplaren waar al lange tijd structureel problemen mee zijn (rode band). De set van 4 in de achterste rij staande 108 Wp modules (oranje band) deed het ditmaal zelfs het slechtst, met 6,5 kWh/kWp, wat mogelijk wordt veroorzaakt door een combinatie van slechte verbindingen en/of schaduw effecten van de in de voorste rij staande modules, die op schaarse zonnige momenten bij de laagstaande decemberzon schaduwen werpen op de achterste rij.
Het "groeps-resultaat" van de eerste set 108 Wp panelen (6 stuks, paarse band) wordt in negatieve zin beïnvloed door de twee slecht functionerende deelsets in die groep (6,6 kWh/kWp). Deze set liet een 43% lagere opbrengst zien dan in december 2023. Bij de andere deel-sets waren de meer-opbrengsten hoger, maar het verschil met december was voor alle setjes dramatisch slechter, tussen de 36 en 47% minder.
Het kern-systeem van 10 panelen / 1,02 kWp (lichtgroene band) had een opbrengst van slechts 7,17 kWh in december, wat neerkomt op een uiterst magere, historisch lage specifieke opbrengst van 7,0 kWh/kWp. Dat ligt maar liefst ruim 40% onder het niveau in december 2023 (11,8 kWh/kWp).
KNMI tale-telling
December 2024 was "zeer zacht en somber" volgens het KNMI, met een byzonder mager aantal van 29 zonuren t.o.v. het langjarige gemiddelde van 58 voor die maand, slechts de helft, dus. Zeer opvallend, in het voorlopige december bericht, wordt geclaimd dat het op Zeeuws Vlaanderen gelegen somberste weerstation werd geïdentificeerd (Westdorpe, 19 zonuren), maar dat zowel Vlissingen als Wilhelminadorp, op het direct noordelijk ervan gelegen Zeeuwse Walcheren, als de 2 "zonnigste" Nederlandse stations hun resultaten zouden hebben gerapporteerd (33 zonuren).
Vergelijken we de specifieke producties in geheel 2024 met die in 2023 (laatste kolom rechts), blijkt 2024 gemiddeld genomen, mede vanwege de al langere tijd spelende, mogelijk stapsgewijs erger wordende structurele problemen bij onze oude PV installatie, beduidend mindere resultaten te laten zien, tussen de -0,8% en -16,6% voor de meest problematische set (rode band). Wederom was echter het Kyocera setje "kampioen", en wist dat er in die 12 maanden 2,7% méér productie uit te persen dan in heel 2023 (!). Alle veertien panelen bij elkaar produceerden 5,4% minder dan vorig jaar. Daarmee is het verschil weer wat toegenomen t.o.v. de vorige update tm. november.
Het resultaat voor het 1,02 kWp kernsysteem in heel 2024 is inmiddels geplot in het welbekende maandproductie diagram, wat Polder PV al vele jaren lang elke maand van een update voorziet.
In deze grafiek alle maandproducties van het kern-systeem van 10 panelen (1,02 kWp) bijeen, met elk kalenderjaar een eigen kleur. 2024 heeft een eigen kleurstelling. Tot oktober 2001 waren er nog maar 4 panelen in het eerste systeem, en de producties daarvan zijn dan ook niet vergelijkbaar met de rest van de datapunten. Oktober 2010 was het hele systeem grotendeels afgekoppeld van het net, vandaar de zeer lage waarde voor die maand. Die wordt dan ook niet meegenomen in de berekening van het langjarige gemiddelde per maand, de dikke zwarte lijn in de grafiek.
Afgezien van januari 2024, wat een record opbrengst toonde, is het daarna alleen maar matig tot slecht geweest met de opbrengsten. Wat deels heeft te maken met het zeer sombere, regenrijke weer in het eerste half jaar, gecombineerd met structurele problemen met de verbindingen van de panelen in onze oude installatie. September en oktober kwamen, mede vanwege de relatief zonnige omstandigheden, weliswaar duidelijk sub-gemiddeld, maar niet record laag uit, met opbrengsten van 77,8 kWh resp. 53,1 kWh. Dat was, voor oktober, bijna 6% onder het langjarige gemiddelde van 56,4 kWh. Oktober 2024 ligt daarmee iets onder het midden van de range voor alle jaren (2010 uitgesloten vanwege deels afgekoppeld systeem in die maand). November is "iets ondergemiddeld" uitgekomen, met 26,3 kWh productie, 3,5% onder het langjarige gemiddelde. December was bar slecht, en kwam op een all-time historische "low" uit van slechts 7,2 kWp, 52% onder het langjarige gemiddelde ...
In deze vergelijkbare grafiek zijn alleen de maandproducties van de laatste vier jaar getoond. Zelfs in zo'n relatief korte periode zijn de verschillen soms groot in de lange zomerse periode. Het relatieve verschil in maart was het hoogst, omdat die maand in 2022 zéér hoog scoorde (zelfs hoger dan de opvolgende maand april). Goed is te zien dat 2024 sterk tegenvallende producties heeft laten zien, afgezien van januari. April en mei bereikten nieuwe laagte records bij de gemeten producties, ook juni en juli vielen flink tegen, al waren het geen laagte records. Augustus kwam iets ondergemiddeld uit, het resultaat van een combinatie van mooi, zonnig weer, met echter een matig functionerende (oude) installatie. September tm. november zaten iets lager dan de langjarig gemiddeld waarden, al was het verschil voor oktober en november marginaal. Over de trieste maand december zullen we, met de historische lage opbrengst op het netvlies, maar niet te veel woorden vuil maken...
In deze grafiek geef ik de cumulatieve opbrengsten per kalenderjaar voor alle maanden per kalenderjaar, tot en met de maand weergegeven in de titel (momenteel: december / afronding voor 2024). De eerste twee jaren gelden niet voor het gemiddelde of de mediaan, omdat er toen grotendeels nog maar 4 panelen aanwezig waren en de producties dus veel lager dan met tien panelen. Het gemiddelde voor de productie in januari tm. december is in de laatste oranje kolom weergegeven, en door de horizontale zwarte streepjeslijn, en bedraagt (periode 2002-2024) inmiddels 928 kWh voor dit deel-systeem.
We zien een grote spreiding in de cumulatieve opbrengst voor het hele jaar, met 4 jaren die behoorlijk tot flink boven het gemiddelde uitsteken, en nogal wat jaren er (ver) onder. Het overall zeer zonnige jaar 2003 had bij Polder PV al in februari de macht gegrepen, en heeft haar positie tot en met het einde van het jaar bestendigd, met een cumulatieve opbrengst van 1.070 kWh in 12 maanden (15,3% meer dan het langjarige gemiddelde), gevolgd door ook hoog scorend 2022, en, een stuk lager, 2018 en 2009.
De opbrengst in januari (hoge productie), februari (zeer lage productie), en maart 2024 (beduidend ondergemiddeld), april en mei (laagste scores ooit), tegenvallend juni en juli, iets ondergemiddeld producerend augustus, en daarna weer flink verder wegzakkend, in accumulatie eind december slechts 806 kWh, geeft, in totaal bezien, voor Polder PV's grootste deel installatie, voor de 10e maand achter elkaar, het slechtste cumulatieve resultaat in de volledige productie periode sedert 2002. Dat is 13,1% lager dan het langjarige gemiddelde. Dit wordt grotendeels veroorzaakt door (een) slechte verbinding(en) bij (minimaal) een paneel, natuurlijk in combinatie met de niet erg beste weers-omstandigheden in de eerste twee kwartalen, en als "toetje" een zéér sombere december.
In bovenstaande grafiek is ook weer de mediaan waarde voor de jaren 2002 tm. 2024 weergegeven, in de vorm van de horizontale, magenta streepjeslijn. Deze waarde ligt iets onder het gemiddelde, op een niveau van 916 kWh. De jaarproductie in 2024 ligt 12,0% onder deze mediaan waarde.
In deze grafiek zijn de voortschrijdende cumulaties van de energie (stroom) productie van het 1,02 kWp basis-systeem te zien, met elk jaar een eigen kleur. 2023 (lichtgeel) was tot voor kort het slechtste productiejaar in de lange historie van Polder PV geworden, met een jaaropbrengst van slechts 868 kWh voor deze deel-installatie. Dat is 2% lager dan het toen nog laagste productie tonende "normale" jaar, 2012 (885 kWh).
2024 heeft, helaas "met stip", 2023 in negatieve zin overtroefd, en kwam, door een combinatie van structurele problemen met de oude installatie, en het beslist niet meewerkende weer door het jaar heen, tot en met december bij de productie op een nieuw laagte-record, 806 kWh (gemiddelde over alle jaren: 922 kWh).
De cumulatieve jaarproducties van de twee hoogst (2003 en 2022), en 2 slechtst presterende jaargangen (2024, 2023) zijn rechtsboven naast de Y-as weergegeven, om een indruk van de spreiding te geven.
Je zou het ook enigszins positief kunnen insteken. Vanwege de relatief lage opbrengst, heeft Polder PV het laatste jaar een "mager invoed profiel". Weliswaar gaan de meeste opgewekte zonnestroom kilowatturen in het zeer energiezuinige huishouden van Polder PV nog steeds op jaarbasis het net op, het volume is zo laag, dat er geen invoedings-heffing voor dat lage volume geheven wordt door zijn leverancier. "Elk nadeel heeft zijn voordeel", zou een bekende voetballer zeggen ...
Data Anton Boonstra, Siderea.nl, NKP, Energieopwek.nl
Boonstra is inmiddels, zoals velen voor hem, vanwege de stortvloed aan "asociale" berichtgeving, grote hoeveelheden totaal onzinnige wappie tweets, én zeer dubieuze politieke praktijken van de nieuwe eigenaar, van "X" naar het platform "Bluesky" gemigreerd. Omdat hij rond de jaarwisseling afwezig was, heeft hij voor de periode 1 januari tm. 25 december 2024 2 plaatjes laten zien daar, een voor de instraling, en 1 voor de zonnestroom productie gegevens van het PVOutput.org portal, waarvan hij een flinke set data beheert. De volgende korte overzichten betreffen dus voorlopig 6 dagen minder in 2024, die echter ook weer zeer somber waren, en dus weinig extra instraling cq. productie zullen hebben opgeleverd. Mogelijk volgen er later nog completere data, die zal ik hieronder dan opnemen.
De horizontale instraling in de periode 1 januari tm. 25 december 2024 lag in Nederland gemiddeld 6,0% láger, dan in dezelfde periode in 2023. Er was gemiddeld 1.052 kWh/m² aan instraling, met behoorlijke verschillen tussen de provincies. De extremen lagen tussen de 1.018 kWh/m² in Limburg, en 1.086 kWh/m² in Noord-Holland. Fryslân, Zuid-Holland, en Zeeland kwamen op de 2e tm. 4e plaats (1.072 - 1.062 kWh/m²). De relatieve verschillen met 2023 lagen tussen de -8,6% in Limburg, en -4,0% in Drenthe.
De gemiddelde specifieke productie opbrengst (van grotendeels residentiële installaties) lag voor de PVOutput data van de Nederlandse contribuanten op 816,8 kWh/kWp in de periode 1 januari tm. 25 december 2024, wat, volgens Boonstra, 7,7% lager lag dan in dezelfde periode in 2023. Ditmaal was Fryslân de matigste presteerder, met een gemiddelde specifieke productie van 791 kWh/kWp, op de hielen gevolgd door Utrecht (793 kWh/kWp). Langjarig kampioen Zeeland deed het weer het best, met gemiddeld 865 kWh/kWp, op enige afstand gevolgd door Noord-Holland (857 kWh/kWp).
In Polder PV's provincie Zuid-Holland was de gemiddelde specifieke productie 827 kWh/kWp in 2024. Polder PV's oude zonnepanelen systeem deed het, vanwege de structurele problemen met de installatie, met gemiddeld 802 kWh/kWp, duidelijk minder dan het provinciale gemiddelde (eerste tabel aan het begin van dit artikel). Positieve uitzonderingen waren het Kyocera setje (871 kWh/kWp), én, verrassend, de oudste set van 4 93 Wp panelen, met 870 kWh/kWp, die beiden duidelijk boven het provinciale gemiddelde uitkwamen.
De relatieve verschillen met 2023 waren in negatieve zin het grootst in Limburg (-10,1%), en, minder extreem, -4,4%, in Groningen.
Verschillen
instraling vs. productie
De negatieve verschillen van de gemeten producties blijven wederom groter
t.o.v. dezelfde periode in 2023, dan bij de instralings-data. Dit is
al langere tijd zo, en is waarschijnlijk terug te voeren op extra problemen,
zoals tijdelijk uitvallende omvormers bij netspannings-problemen in
met name laagspanningsnet - gebieden (woonwijken e.d.), en vermoedelijk
ook, actieve uitschakeling van PV installaties bij klanten met een dynamisch
stroom contract, in periodes met negatieve stroomprijzen. Deze problemen
zullen vermoedelijk stapsgewijs gaan toenemen.
Siderea verwijst al enige tijd voor hun opbrengst prognoses naar de nieuwe, interactieve Landelijke Opbrengst Berekening, met meer datapunten dan vroeger werden vermeld. De methodiek bij Siderea is verder verfijnd, zie het separate bericht onderaan. Dit werkt ook door in de resultaten op de LOB pagina. Deze resultaten worden ook apart weergegeven in een separaat tabblad.
Er wordt op de LOB pagina, met nog niet volledige data voor december 2024, gerekend met haalbare specifieke opbrengsten van 9 (zuidelijk Drenthe, zuidelijk Noord-Holland en Zuid-Holland) tot 14 kWh/kWp (Zuid-Limburg), voor goed werkende installaties met "gemiddelde oriëntaties", ZW of ZO. Tot waarden van 10 kWh/kWp (ditto, incl. Overijssel), tot 16 kWh/kWp voor Zuid-Limburg, voor installaties met optimale oriëntaties.
Voor de langjarige periode 2001-2020 berekende Siderea voor december haalbare opbrengsten, tussen de 16 kWh/kWp (noord Drenthe en Overijssel) en 20 kWh/kWp in Zeeland, voor "gemiddelde oriëntaties", en 18 kWh/kWp (ditto), tot 22 kWh/kWp, voor Zuid Limburg en Zeeland, voor "optimale oriëntaties".
Voor de periode jan.-dec. 2024 zijn alle data ook nog rood gekleurd, en, kennelijk, nog niet volledig. Dit kan dus nog wijzigen. Tot nog toe zijn in de Kooy (Den Helder) de hoogst haalbare waarden genoteerd (optimale oriëntaties: 1.048 kWh/kWp), in Noord-Limburg de laagste (907 kWh/kWp, optimale oriëntaties).
Zoals eerder al gememoreerd, zijn (finaal berekende cijfers) allemaal ideale gevallen. De meeste van de recenter geplaatste installaties halen deze prognoses niet (zoals al jaren blijkt uit de verzamelde data van Boonstra), omdat ze onder suboptimale omstandigheden zijn gerealiseerd. Bovendien komen tijdelijke afschakelingen, gewild (negatieve stroomprijzen bij dynamisch stroom contract), dan wel ongewild (spanningsproblemen op het laagspanningsnet, a.g.v. hoge penetratiegraad van PV op relatief "dun" uitgelegde netten) vaker voor, wat de werkelijk haalbare jaarproductie onder druk zet bij de getroffen installaties. Dit zal sowieso niet gaan verbeteren, maar eerder nog minder gaan worden. In ieder geval in de "zonnige" maanden. Wat de inmiddels door de Eerste Kamer aangenomen wet afschaffen salderen voor extra negatieve gevolgen zal gaan hebben voor de te verwachten (specifieke) productie volumes is nog afwachten. Dit kan beslist een significante rol gaan spelen.
Nationaal Klimaat Platform had op 1 januari 2025 nog geen maandbericht klaar staan over december. Wel werd al een voorlopige tussenstand gerapporteerd op 30 december van 2024.
De productie van energie uit hernieuwbare bronnen zou met 11% zijn gestegen in 2024. Overschotten van "groene stroom" zouden, indien die op een goede wijze opgeslagen hadden geweest, en later effectief gebruikt, een enorme hoeveelheid van 250 miljoen m³ gas hebben kunnen besparen. Windenergie en zonnestroom producties namen toe met 14 resp. 15%, volgens de berekeningen van Martien Visser's data platform. Voor wind was een belangrijke rol weggelegd voor de ingebruikname van 2 off-shore windparken, zonnestroom groeide overal door, al was er een significante dip in de residentiële markt, vanwege alle gedoe rond "einde salderen", en "invoedingskosten" die door de meeste energieleveranciers inmiddels in rekening worden gebracht bij de veroorzakers van de onbalans- en profielkosten, in het "ongereguleerde" kleinverbruikers-segment, waar tm. november al ruim 3 miljoen aansluitingen onder vallen (data energieleveren.nl).
Ondanks een toename van afschakelingen van grotere zon- en windprojecten a.g.v. een stijgend aantal uren met negatieve marktprijzen, was de toename van het totaal aan als hernieuwbaar beschouwde bronnen, voor 2/3e deel aan de groei van wind- en zonneenergie vermogen te danken. Warmtepompen zouden ongeveer een kwart van de toename voor hun rekening nemen.
Het is in 2024 voor het eerst dat meer dan de helft van het aandeel van de stroomvraag op jaarbasis uit hernieuwbare bronnen is gekomen, de eerste afschatting is zelfs 54%. Het had zelfs 56,5% kunnen zijn geweest, als grote PV en wind projecten niet actief waren uitgeschakeld vanwege negatieve marktprijzen. Topmaand was april, toen ruim 68% van de stroom als "hernieuwbaar" kon worden gekwalificeerd, in november was het het laagst, 38%, vooral veroorzaakt door langere periodes van grauw, windstil weer ("dunkelflaute"). Zie ook het artikel bij Nu.nl, van 30 december 2024.
Visser's "virtuele elektrolyser" had een record aantal van 1.510 uren (bijna 17% van het hele jaar) kunnen draaien in 2024, a.g.v. het stilzetten van windturbine parken en grote zonnestroom projecten bij negatieve marktprijzen. In totaal zou er zo'n 3 TWh aan "niet gerealiseerde groene stroom productie" zijn geweest in 2024, wat 3 maal zoveel volume is dan in 2023. In het artikel staat een grafiek met het aantal uren dat "groene waterstof productie commercieel attractief" zou zijn geweest in de jaren 2020 tm. 2024.
Al werd er iets minder biomassa (bij-)gestookt in steenkolen centrales (met name bij af en toe optredende dunkelflautes), het totale aandeel van biomassa in de energiemix is gestegen, met name vanwege toegenomen inzet van biobrandstoffen in de transportsector.
De actueel berekende data zijn tegenwoordig te raadplegen via het Nationale Energie Dashboard, zie ook het artikel van 21 maart 2024, op Polder PV. Eerder leek te worden gesuggereerd, dat de energieopwek.nl site in de 2e helft van 2024 zou worden opgeheven, en in het NED zal worden ondergebracht. Op 1 januari 2025 is deze echter nog steeds als separate entiteit actief, zie hier onder.
Energieopwek.nl
De brondata voor het Klimaatakkoord, Nationaal Klimaat Platform, en het Nationale Energie Dashboard, worden als vanouds berekend door de computers van En-Tran-Ce van Martien Visser (energieopwek.nl website). In december 2024 werd het hoogste gemiddelde vermogen voor de berekende zonnestroom productie al op de 1e bereikt, met een berekende output van gemiddeld 1,48 GW over dat etmaal. In 2023 lag het hoogste niveau in die maand op 1,01 GW, op 2 december. Te zien is, aan de berekende producties, dat ze zeer bescheiden zijn. Wat uiteraard te maken heeft met een combinatie van zeer ongunstige zonnestanden (lager t.o.v. de horizon, ver "onder" de meest gebruikelijke hellingshoek van veel PV installaties), de veel kortere daglengtes, én, zeer belangrijk, langere periodes van "dunkelflaute", met grauw, somber weer.
De gemiddelde output piek voor december 2024 ligt op een zeer laag niveau. In de voorliggende maanden werden de gemiddelde record waarden bereikt op 3 november (2,29 GW), 5 oktober (3,95 GW), 1 september (5,1 GW), 12 augustus (6,4 GW), 29 juli (7,0 GW), resp. nieuw record houder 26 juni 2024, met 7,33 GW gemiddeld). In 2023 werd het vorige jaar record, ook in juni, op de 13e vastgesteld op 6,23 GW gemiddeld (aangepaste berekening, bij eerst-publicatie was het namelijk nog maar 5,85 GW).
Het dag-"record" van 1 december 2024 komt neer op een berekende zonnestroom productie van 1,48 (GW) x 24 (uren) = 35,5 GWh. Dat ligt toch alweer 47% (!) hoger dan het hoogste niveau in december 2023 (2e: 24,2 GWh).
Voor de maand december 2024 werd de hoogste momentane output piek voor zonnestroom door energieopwek.nl midden op de dag ook op de eerste maand-dag bereikt, op een niveau van 7,9 GW. Dat is uiteraard wel substantieel, ruim de helft, lager dan de record piek, 19,87 GW, berekend voor 26 juni dit jaar, toen de zon veel gunstiger stond t.o.v. de normaliter vaste zonnepaneel opstellingen in Nederland.
De maximale output waarden in de zomermaanden juni, juli en augustus 2024, lagen alweer flink hoger dan het momentane productie record in 2023. Dat was op 3 juni 2023, waarvoor 16,9 GW piek opbrengst is vastgesteld. De piek op 1 december 2024 lag uiteraard wel duidelijk lager, maar bijna 8 Gigawatt vermogen is in zo'n winterse maand, bij laag staande zonnestand, beslist zeer hoog. Nieuwe langjarige absolute maandrecords kunnen we pas verwachten vanaf het late voorjaar 2025.
Bronnen:
Meetdata Polder PV sedert maart 2000
Extern:
2024: opnieuw een extreem warm en zeer nat jaar (kort overzicht KNMI, 31 december 2024)
December 2024. Zeer zachte en sombere decembermaand (maandbericht KNMI, 30 december 2024, voorlopig overzicht)
Jaar 2024. Extreem warm en zeer nat met vrijwel de normale hoeveelheid zon (voorlopig jaaroverzicht over 2024, KNMI, 30 december 2024)
Zonnestraling in december vergeleken met juni (interessant achtergrond artikel KNMI, 13 december 2024)
Van blauw naar rood: klimaatverandering in beeld (nieuwste "donker-rode streepje" toegevoegd aan de klimaatstreepjescode van Nederland, KNMI, 30 december 2024)
De staat van ons klimaat 2023: warmste en natste jaar ooit gemeten (nieuwsbericht KNMI, 31 januari 2024, met link naar volledige rapportage, let daarbij vooral ook op het instralingsdiagram op slide 12 !)
En verder:
Anton Boonstra (grafieken met gemiddelde waarden van KNMI weerstations resp. PVOutput.org, gelumpt per provincie). Vanaf eind 2024 op "Bluesky" platform.
26 dec . 2024. Horizontale instraling KNMI weerstations, voor 1 januari tm. 25 december 2024
26 dec . 2024. Gemiddelde productie in periode 1 januari tm. 25 december 2024 t.o.v. ditto 2023 bij ongeveer 1.250 zonnestroom installaties op het PVOutput.org platform
Siderea.nl (met name de interactieve LOB berekening pagina)
Update "Siderea PV Simulator". Bericht gedateerd 7 april 2024, over enkele wijzigingen in de berekenings-methodiek bij Siderea
Gemiddelde zonnepanelen opbrengsten in Nederland in 2023: 0,87 kWh/Wp (Solarcare, ongedateerd, januari 2024; exemplaar voor heel 2024 zal later nog volgen)
Martien Visser / En-Tran-Ce, meestal met hoogst interessante weetjes in de "grafiek van de dag", een paar recente voorbeelden. Productie data zijn veelal berekend, middels steeds fijnere modelleringen, en - voor PV - gebaseerd op voortschrijdende inzichten in combinatie met meest recente capaciteits-data van het CBS (zie ook deze verklarende tweet):
19,3% aandeel hernieuwbare energie berekend voor 2024 (en 22,0% prognose voor 2025, lager uitkomend dan prognose PBL; 2 jan. 2025)
Bijna 20,0% "hernieuwbare energie" mogelijk geweest in 2024 zonder afschakelen van grote wind/zon projecten vanwege negatieve marktprijzen (1 jan. 2025)
Berekende maandproducties zonnestroom tussen 2016 en 2024, met wijzigings-percentages t.o.v. alle maanden in 2023 (1 jan. 2025)
10% van alle uren in 2024 met "day-ahead marktprijs" van 1 Eurocent/kWh of minder, 887 uren (1 jan. 2025)
Interessante grafiek, met correlatie tussen berekende zonnestroom productie (excl. afgeschakelde volumes) en export van elektra naar omliggende landen (30 dec. 2024)
Profielfactor zonnestroom per maand in 2024. Wintermaanden hoge factor, zomermaanden laag (29 dec. 2024)
20 dagen in 2024 met meer dan 80% zonne- en windstroom in de elektriciteits-mix (29 dec. 2024)
Evolutie berekende zonnestroom en wind op land, en wind op zee producties (22, 17, resp. 15 TWh, tm. 24 dec. 2024)
<<<
recenter |
actueel
196
195
194
193 192
191
190-181
180-171
170-161 160-151
150-141
140-131
|
|