Nieuws
zonnestroom actueel |
Nieuws & analyses P.V. pagina actueelmeest recente bericht boven Specials:
|
<<<
recenter |
actueel
195
194
193 192
191
190-181
180-171
170-161 160-151
150-141
140-131
|
3 december 2024: Energieleveren.nl - sub 1 MWac PV markt nieuw volume weer wat lager, 97 MWac nieuw. Op de website energieleveren.nl zijn inmiddels de nieuwe cijfers voor de maand november 2024 gepubliceerd, voor het marktsegment van de daar gemelde / geregistreerde PV installaties per stuk kleiner dan 1 MW omvormer capaciteit. Er is een lichte terugval in de al lage groei te zien t.o.v. de voorgaande maand: 97 MWac nieuw vermogen, verdeeld over (afgerond) zo'n 18 duizend nieuwe projecten.
In de eerste analyse van de energieleveren.nl cijfers, medio september jl., maakte ik gewag van de "instorting" van het kleine PV marktsegment in Nederland, op basis van de dit jaar voor het eerst daar gepubliceerde marktcijfers van de "sub 1 MWac markt". In augustus 2024 werd een dieptepunt bereikt, met slechts 14 duizend nieuwe installaties, met een toegevoegd omvormer vermogen van 81 MWac. Een tweet van Polder PV over deze markt "instorting" werd zeer vaak bekeken (laatste stand van zaken: 16.400 maal).
September en oktober deden het iets beter, maar in november is er weer een lichte terugval te zien. En wel, met zo'n 18 duizend nieuwe geregistreerde PV installaties per stuk kleiner dan 1 MWac, met een gezamenlijk vermogen van zo'n 97 MWac (derhalve, gemiddeld weer een relatief hoge 5,39 kWac per nieuwe installatie). Het niveau lag daarmee beduidend lager dan de hoeveelheden in november 2023 (38 duizend nieuwe installaties, 203 MWac toegevoegd).
Grafiek
met, per maand, de nieuwe aantallen registraties per maand, opgetekend
door energieleveren.nl, tm. november 2024.
2024 in magenta gekleurde
kolommen, die de forse terugval in nieuwe installaties in het <1 MWac
segment goed laat zien.
Met deze toevoeging in november zijn er begin december in totaal nu 3,113 miljoen PV installaties per stuk < 1 MWac bekend bij energieleveren.nl. Hierbij nogmaals de bekende disclaimer: dat is niet het aantal woningen, of dergelijke claims. Er worden immers zeer regelmatig uitbreidingen (= "installaties") aan bestaande projecten toegevoegd, zowel residentieel, als in de projecten markt, een endemisch verschijnsel in Nederland. Het aantal "objecten", "erven", "project sites", is, derhalve, altijd (veel) lager, dan bovengenoemd getal. Wat, desondanks, natuurlijk zonder meer een spectaculair volume weergeeft.
Het is nog onduidelijk of, en hoe, deze "sub 1 MWac" zich zal herstellen. Voorlopig zullen de nieuwbouw cijfers vermoedelijk erg laag blijven, wat vooral ligt aan de "schrik" in de residentiële markt, over het definitieve voornemen van het huidige kabinet, om de salderingsregeling per 1 jan. 2027 af te schaffen (het wetsvoorstel is inmiddels goedgekeurd, maar moet nog naar de Senaat).
Ruim 18 GWac capaciteit in cumulatie - en verder groeiend
In de september 2024 rapportage werd het passeren van de piketpaal 18 MWac gemeld. Inmiddels is er, eind november, in het sub 1 MWac segment 18.300 MWac vermogen geaccumuleerd. In heel Nederland stond eind 2023, wat nominaal generator capaciteit betreft (altijd hoger dan het daar achter aangesloten omvormer vermogen), met de laatste aanpassing van het CBS, 24.302 MWp. Het nog zéér voorlopige eerste cijfer voor medio (eind juni) 2024 is ook inmiddels gepubliceerd: 26.065 MWp.
Ik heb in de huidige update 2 nieuwe grafieken toegevoegd. Hier onder het exemplaar met evolutie van de systeemgemiddelde vermogens (in kWac) per marktsegment, en de totalen, waaruit duidelijk blijkt dat het grootste segment met installaties > 15 kWac de hoogste, in de loop van de tijd (negatieve) impact heeft op het totale gemiddelde per installatie.
Zie voor de mogelijke impact, andere grafieken, waaronder ook een nieuw toegevoegd exemplaar met segmentatie in klein- en grootverbruik aansluiting, en duiding van dat alles, de bespreking van de meest recente cijfers in mijn update, hier onder gelinkt:
Statistieken PV markt segment registraties < 1 MWac bij energieleveren.nlupdate
november 2024 |
Hoeveel zon opwekinstallaties zijn er in Nederland? (website energieleveren.nl, "inzicht")
3 december 2024: Update gecertificeerde PV markt november 2024. Cumulatie aanpassing 13,5 GWp, jaargroei 2023 naar record 2.663 MWp nieuwbouw (2022 +34%), nadere toelichting VertiCer. Voor uitgebreide toelichting van de voorliggende historie van de CertiQ data voor gecertificeerde zonnestroom in Nederland, zie de bespreking van 7 maart 2023 (februari rapportage). Voor de transitie van CertiQ naar de nieuwe organisatie VertiCer, zie introductie in de analyse, van 19 juli 2023.
In de huidige rapportage brengt Polder PV de nieuwe resultaten uit de data rapportage van VertiCer, voor de maand november 2024, waarmee de jaargroei in kalenderjaar 2023 wederom verder blijkt te zijn uitgelopen op het volume in 2022, na eerder al het voormalige topjaar 2020 al ver achter zich te hebben gelaten, m.b.t. de gerealiseerde, gecertificeerde PV capaciteit. Tevens worden, tm. oktober 2024, de verstrekte Garanties van Oorsprong voor gecertificeerde PV projecten gereconstrueerd en grafisch verbeeld over de afgelopen periode. De grootste anomalie in de PV statistiek bij VertiCer en haar rechtsvoorganger, van augustus jl., lijkt inmiddels in de publieke data, inclusief de nieuwste cijfers in de november rapportage, te zijn hersteld, via 2 van de grootste netto negatieve maand-groei cijfers tot nog toe bekend in de VertiCer historie. Daarmee lijkt de augustus anomalie nu te zijn "glad gestreken". Een gevolg van deze aanzienlijke neerwaartse bijstellingen is, dat het accumulatie cijfer tm. november inmiddels lager ligt dan tm. oktober in de vorige rapportage, er zou nu 13,5 GWp capaciteit in de database van VertiCer zijn geaccumuleerd.
Merkwaardige anomalieën blijven echter nog steeds ontstaan, zo is de netto groei in de maand mei 2024 opeens, zonder duidelijk aanwijsbare oorzaak, opeens meer dan verviervoudigd bij de capaciteit. Verder zou de in de vorige rapportage gemelde nieuwe anomalie rond de afgifte van GvO's voor december 2023, door Polder PV doorgegeven aan VertiCer, door hen worden bekeken, maar is deze nog niet publiekelijk hersteld (het niveau ligt veel te hoog). In deze update is ook, in een belangrijk intermezzo, een verklaring van VertiCer opgenomen die, op vragen van Polder PV, aan hem werd gegeven, over de wijze van herstel van data anomalieën bij deze TenneT / Gasunie dochter.
Bijstellingen - niets nieuws onder de zon
Benadrukt zal hier blijven worden, dat de voor sommigen (zelfs specialisten uit de zonnestroom sector) wellicht verwarrende, continu wijzigende maand-cijfers bij VertiCer, en haar rechtsvoorganger CertiQ, beslist géén "nieuw fenomeen" betreffen, ook al wordt regelmatig het tegendeel beweerd. Dit is altijd al staande praktijk geweest bij CertiQ, en wordt gecontinueerd onder VertiCer. Niet alleen werd dat zichtbaar in de soms fors gewijzigde cijfers in de herziene jaar rapportages tot en met het exemplaar voor 2019. Helaas zijn daarna geen jaarlijkse revisies meer verschenen. In een tussentijdse analyse van oorspronkelijk gepubliceerde, en toen actuele, bijgestelde cijfers, werd al duidelijk, dat de databank van de destijds alleen onder TenneT vallende dochter continu wijzigingen ondergaat, zoals geïllustreerd in de Polder PV analyse van 4 november 2020. In dit opzicht, is er dan ook niets nieuws onder de zon. De wijzigingen zijn er altijd al geweest, alleen zijn ze inmiddels, met weliswaar de nodige moeite, regelmatig zichtbaar te maken, door de nieuwe wijze van rapporteren van VertiCer. De cijfermatige consequenties daarvan worden weer besproken in de huidige analyse.
Voordat we de huidige resultaten bespreken, blijft de belangrijke, al lang geleden door Polder PV geïntroduceerde, en tussentijds verder aangepaste disclaimer bij alle (zonnestroom) data van VertiCer / CertiQ recht overeind:
*
Disclaimer & verduidelijking: Status officiële VertiCer
(ex CertiQ) cijfers
|
Het overzicht met de eerste cijfers voor november 2024 verscheen in de nieuwe, drastisch gewijzigde vorm op de website van VertiCer, op 2 december 2024. Referenties naar eerder verschenen historische data zijn uiteraard impliciet als CertiQ gegevens geanalyseerd, in oudere analyses.
2a. Evolutie van drie basis parameters gecertificeerde PV-installaties VertiCer juli 2021 - november 2024
(Herziene) status tm. november 2024
In deze grafiek, met de meest recente actuele en gewijzigde data uit de november 2024 rapportage van VertiCer, en deels oudere data uit de CertiQ updates, de stand van zaken vanaf juli 2021 tm. november 2024. De blauwe kolommen geven de ontwikkeling van de aantallen installaties weer (ref.: rechter Y-as), voorlopig culminerend in 34.676 exemplaren, begin december 2024. Wat, wederom, een netto negatieve groei weergeeft van 308 projecten** t.o.v. de status, eind oktober 2024 (gereviseerd, 34.984 exemplaren), en zelfs 981 exemplaren minder is dan het tot nog toe hoogste niveau (35.657 in mei 2024, gereviseerd). Er vindt dus, in toenemende mate, een netto uitstroom van projecten plaats uit de VertiCer databank (meer uitgeschreven dan ingeschreven). Wel is er, t.o.v. het ook weer herziene eindejaars volume van 2022, netto bezien in kalenderjaar 2023 een groei geweest van 1.335 projecten in het VertiCer bestand. Wat bijna 49% minder is dan de groei in 2022 (licht gereviseerd: 2.590 nieuwe projecten genoteerd; voor de half-jaar volumes, zie ook nieuwe half-jaar grafiek verderop). Diverse historische data zijn wederom gewijzigd t.o.v. de oktober update. Zo is de stand van zaken voor eind (december) 2022 inmiddels 34.025 projecten, in de vorige rapportage waren dat er nog 34.018.
In de gele kolommen (ref. rechter Y-as, in MWp) de bijbehorende geaccumuleerde gecertificeerde PV-capaciteit, die begin augustus 2024 weer is toegenomen, van 13.051 MWp in de vorige update, naar, inmiddels, 13.848 MWp. Wat inmiddels voor het eerst iets hoger ligt dan de status van bijna 13,8 GWp in februari. Dit kan uiteraard nog steeds / wederom verder gaan wijzigen in komende updates, zoals ook in alle vorige exemplaren is geschied. Afhankelijk van komende revisies van historische cijfers, lijkt de 10 GWp in dit grote PV dossier, in ieder geval inmiddels begin januari 2023 te zijn gepasseerd.
Deze ronduit opmerkelijke, forse wisselingen in de netto (overgebleven) volumes aan het eind van de laatste maanden, heeft uiteraard ook gevolgen gehad voor de systeemgemiddelde capaciteit, die eind maart weer flink lager is geworden, waar dit begin 2024 nog een opvallende tóename was (groene curve). Na deze terugval, is in mei - juli het gemiddelde weer wat toegenomen.
Eind 2022 is de geaccumuleerde capaciteit inmiddels op een niveau gekomen van 9.838,0 MWp. In het eerste flink gewijzigde januari rapport voor 2023 was dat nog 9.409,3 MWp. Voor EOY 2022 is sindsdien dus alweer bijna 429 MWp / 4,6% meer volume bijgeschreven dan oorspronkelijk gerapporteerd. Het is goed om deze flink opgelopen verschillen voor reeds "lang" verstreken jaren op het netvlies te blijven houden, want dit gaat natuurlijk ook geschieden met de cijfers voor 2023, én voor de data voor 2024.
Groei 2023 t.o.v. 2022 volume, nieuw jaargroei record houder
Met de huidige, gereviseerde cijfers van de jaar volumes, is de voorlopige groei in het hele kalenderjaar 2023 bijna 2.663 MWp geweest. Dat lijkt, in grote tegenstelling tot eerdere maandrapportages door Polder PV (in december 2023 rapportage nog slechts een jaar-aanwas van 1.298 MWp!), inmiddels op een forse marktgroei te wijzen, t.o.v. de jaarlijkse aanwas in 2022, zelfs al weten we dat alle cijfers nog steeds regelmatig zullen worden bijgesteld. In dezelfde periode in 2022 was het - nu weer licht aangepaste - groei volume namelijk 1.991 MWp. De toename in 2023 is tot nog toe dus alweer bijna 34% hóger dan het nu bekende nieuwe volume in 2022 (in de update van december 2023 was het nog 34% láger!). Bij de aantallen nieuwe projecten was juist een zeer hoge netto negatieve groei vast te stellen uit de huidige cijfers (minus 49%). Deze combinatie is op zijn zachtst gezegd, "hoogst curieus", als je niet beter zou weten hoe deze cijfers tot stand komen.
In ieder geval kan óók geconstateerd worden, dat 2023 al een tijdje onbetwist kampioen is geworden, en het nieuwe jaargroei record heeft. Het is voormalig kampioen 2020 (voorlopig laatst bekend groeicijfer: 2.436,9 MWp) inmiddels alweer 226 MWp voorbijgestreefd, pending latere updates.
In de groene curve is de uit voorgaande parameters berekende systeemgemiddelde capaciteit voor de gehele, overgebleven gecertificeerde populatie PV-projecten bij VertiCer, in kWp (referentie linker Y-as) weergegeven. Dit blijft door de bank genomen almaar toenemen, en is sedert eind 2022 verder gegroeid, van 289 naar bijna 354 kWp, eind 2023. In januari - februari 2024 nam dit fors toe, naar 384 resp. bijna 389 kWp. Eind april nam dit echt weer stevig af, vanwege de toen doorgevoerde, forse neerwaartse capaciteits-bijstelling, en eindigde voorlopig op 354 kWp gemiddeld. Vanaf mei steeg het weer naar bijna 390 kWp in juli 2024. Ook dit niveau kan bij latere data bijstellingen weer wijzigen, zowel in negatieve, als in positieve zin.
Links in de grafiek vindt u ook de meest recent bekende EOY cijfers voor 2021 weergegeven. Die zijn net als in de vorige updates stabiel gebleven, 31.435 projecten, respectievelijk, 7.847,1 MWp. Deze data zijn belangrijk voor de vaststelling van de aangepaste jaargroei cijfers voor 2022, zie paragraaf 3d. Het ziet er niet naar uit dat er nog substantiële wijzigingen in die eindejaars-cijfers zullen komen, op zijn hoogst marginale aanpassingen.
... (gigantische) anomalie in augustus - september rapportages inmiddels, in 2 grote stappen, in publiek toegankelijke data hersteld ...
In augustus 2024 werd helaas weer een ronduit verbijsterend cijfer gemeld door VertiCer, wat met geen mogelijkheid verklaard kon worden, en wat als het grootste data incident in de lange historie (incl. rechtsvoorganger CertiQ) beschouwd kan worden in de solar statistieken. Hierover is uitvoerig gerapporteerd in een vorige maand update, en is commentaar van VertiCer weergegeven in het intermezzo in deel II van die analyse. Met inmiddels alweer verder opgehoogde, en dus nog steeds ongeloofwaardige cijfers volgens de VertiCer tabel, een ongelofelijk volume van 18.040 MWp, wat een onwaarschijnlijke maandgroei van bijna 4,2 GWp in augustus zou geven. Uit de reactie van VertiCer blijkt, dat de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit en accuraatheid van de aangeleverde cijfers bij de netbeheerders ligt, en moet Polder PV derhalve helaas vaststellen, dat er géén (effectieve) uitgangscontrole bij de netbeheerders is voor deze zeer belangrijke data. En dat, bovendien, een lang geleden beloofde ingangscontrole bij VertiCer moet ontbreken, anders had deze enorme anomalie al snel opgemerkt geweest. Niets van dit alles, (enorm) foute ingaves van netbeheerders blijven kennelijk nog altijd "ongeschonden" de publiek toegankelijke data van VertiCer in ernstige mate vervuilen. En van de daaruit volgende statistieken een puinhoop genereren.
In het september rapport was deze enorme anomalie helaas nog niet hersteld (met inmiddels weer bijgestelde gegevens nu 17.983 MWp). Vanwege deze onmogelijke waarden, heb ik destijds beide kolommen doorzichtig gemaakt en met een rood kader weergegeven. Kennelijk ook door aandrang van collegae bij Solar Magazine, is echter in de oktober rapportage eindelijk een eerste flinke correctie doorgevoerd. Begin november wordt nu nog "maar" een volume van 15.607 MWp (vorige rapportage 14.522 MWp) in accumulatie gerapporteerd, ik vond het niveau in de vorige rapportage nog steeds "verdacht hoog". Het is dan ook niet verbazingwekkend, dat begin december de accumulatie verder neerwaarts werd bijgesteld, naar nog maar 13.548 MWp, wat een "logisch volume" lijkt. Het ligt inmiddels zelfs 300 MWp onder het volume, eind juli 2024. Vermoedelijk is er een tweede forse wijziging geweest, en was het volume ook voor eind oktober nog veel te hoog. Vandaar dat ik nu drie kolommen, met waarschijnlijk veel te hoge waarden, rood heb gemarkeerd in de grafiek (augustus tm. oktober). Of die tweede wijziging hetzelfde "project" is geweest wat kennelijk destijds foutief door een netbeheerder is aangemeld, of mogelijk zelfs een tweede (of nog meer) project(en), vertelt het verhaal verder niet. En is slechts voer voor puur giswerk, waar we verder niets mee kunnen.
De grootste wijzigingen worden vooral veroorzaakt door flinke neerwaartse bijstellingen voor de grootste project categorie (projecten groter dan 1 MWp), zie ook verderop bij segmentaties in paragraaf 4b).
Als gevolg van de veel te hoge capaciteiten in augustus tm. oktober, en de wél "logische" aantallen netto overgebleven geregistreerde projecten in die maanden, is de daar uit berekende systeemgemiddelde capaciteit natuurlijk ook véél te hoog (groene curve, incorrecte volumes van 509/510 resp. 446 kWp gemiddeld per project weergevend in die maanden). In de november rapportage zijn we eindelijk weer teruggekeerd naar "normale" verhoudingen. Het project gemiddelde is inmiddels beland op een "geloofwaardig" niveau van bijna 391 kWp.
** Beter: "het netto overblijvende nieuwe volume, wat het verschil is tussen de (niet qua volume geopenbaarde) uitschrijvingen en de volumes aan nieuwe inschrijvingen".
2b. Evolutie van drie basis parameters gecertificeerde PV-installaties VertiCer EOY 2009 - 2023 (-2024)
Ik geef hieronder de volledig gereviseerde grafiek met de evolutie van de eindejaars-accumulaties weer. Hierbij is gebruik gemaakt van een separaat verschenen historische update (24 augustus 2024), van de oudere jaargangen (destijds gepubliceerd in CertiQ rapportages), waarin alleen zeer marginale wijzigingen zijn te vinden, en die dus nauwelijks effect hebben gehad op de hoogte van de kolommen. En waarbij de nu bekende, inmiddels deels weer gewijzigde cijfers in het november 2024 rapport van VertiCer, voor de jaren 2021 tm. 2024, zijn opgenomen. De cijfers voor 2023 zijn uiteraard nog zeer voorlopig en kunnen nog behoorlijk gaan wijzigen in komende updates (gearceerde kolommen). Het capaciteits-cijfer voor 2024 heeft inmiddels een veel realistischer niveau bereikt in vergelijking met de evident foutieve waardes in de augustus-oktober rapportages in dat jaar, vandaar dat ik de laatste kolom voor de capaciteit niet meer rood heb weergegeven.
De tweede grafiek in deze sectie geeft niet de maandelijkse progressie (paragraaf 2a), maar de evolutie van de eindejaars-accumulaties van 2009 tm. 2023, en de huidige status in 2024 (achteraan) weer, met alle ondertussen weer gewijzigde data in de huidige VertiCer update. De opbouw van de grafiek is vergelijkbaar met die voor de laatste maand-cijfers, maar om alle data in 1 grafiek te krijgen zonder extreme verschillen, is de Y-as voor alle drie de parameters hier logarithmisch gekozen. Het aantal installaties is fors toegenomen, van 3.767 exemplaren, eind 2009, naar, inmiddels, 34.025, eind 2022, resulterend in een Compound Annual Growth Rate (CAGR) van gemiddeld 18,4% per jaar in 2009-2022. Eind december 2023 staat de teller alweer op 35.360 projecten; de CAGR voor de periode 2009-2023 heeft, met de nog voorlopige data voor met name 2023, een gemiddelde van 17,3% per jaar.
Bij de capaciteits-ontwikkeling is het echter nog veel harder gegaan. Deze nam toe van 18,7 MWp, eind 2009, tot alweer 9.838,0 MWp, eind 2022. Resulterend in een byzonder hoge CAGR, van gemiddeld 61,9% per jaar (!). Wel begint er, voorstelbaar, na zo'n langdurige, spectaculaire groei periode, een afvlakking zichtbaar te worden in de expansie. Wat veel te maken heeft met overal optredende problemen met beschikbare netcapaciteit, gestegen project kosten, forse competitie met andere CO2 besparende opties binnen de nieuwste SDE regelingen, diverse verzwarende omstandigheden voor planning en realisatie van nieuwe projecten (verzekeringen, participatie trajecten, ecologische eisen), beschikbaar personeel, etc. Eind december 2023 is de capaciteit fors doorgegroeid naar een voorlopig volume van 12.500,7 MWp, resulterend in een nog zeer voorlopige, doch hoge CAGR van gemiddeld 59,1% per jaar, in de periode 2009-2023. Hierbij moet ook worden vermeld, dat het eindejaars-cijfer voor 2023 fors is bijgesteld in eerdere updates van VertiCer. Vermoedelijk is er toen veel capaciteit bijgeschreven na de nodige vertragingen in de administratieve verwerking ervan.
Historische bijstellingen
Dat de cijfers in de databank behoorlijk worden bijgesteld, bezien over een langere periode, laten de nu actuele eindejaars-cijfers voor 2021 weer goed zien. Die zijn al enkele maanden ongewijzigd, namelijk 31.435 installaties, en een verzamelde capaciteit van 7.847,1 MWp. In het "klassieke" maandrapport voor (eind) december 2021, alsmede in het gelijktijdig verschenen eerste jaaroverzicht, waren die volumes nog maar 30.549 installaties, resp. 7.417,8 MWp. In de laatste cijfer updates zijn de verschillen t.o.v. de oorspronkelijke, "klassieke" maandrapport opgaves van, destijds, CertiQ, derhalve, opgelopen tot 2,9% (aantallen), resp. bijna 5,8% (capaciteit). Uiteraard hebben deze continu voorkomende bijstellingen ook gevolgen voor de uit de EOY cijfers te berekenen jaargroei volumes (YOY).
Uit voorgaande twee parameters werd door Polder PV weer de gemiddelde systeem-capaciteit aan het eind van elk kalenderjaar berekend (groene curve in bovenstaande grafiek). Ook deze nam spectaculair toe, van slechts 5,0 kWp, eind 2009 (bijna uitsluitend kleinere residentiële installaties), tot alweer 353,5 kWp, eind 2023 (bestand VertiCer inmiddels gedomineerd door duizenden middelgrote tot zeer grote projecten incl. zonneparken). Een factor 71 maal zo groot, in 14 jaar tijd. Wat de enorme schaalvergroting in de projecten sector goed weergeeft.
2024
Helemaal rechts in de grafiek zijn ook de nog zeer premature cijfers voor eind november 2024 getoond, met een waarschijnlijk "logisch", doch beslist nog niet definitief aantal van 34.676 installaties. Resulterend in een voorlopig netto verlies van 684 projecten sedert eind 2023 (meer uit- dan ingeschreven bij VertiCer). En met een, in 2 grote stappen, fors neerwaarts bijgesteld (lees: gecorrigeerde) volume van 13.548 MWp voor de capaciteit (in de september rapportage nog, foutief, 17.056 MWp). Het voorlopig resulterende systeemgemiddelde komt uit op 391 kWp, beduidend hoger dan de 354 kWp eind 2023.
Sowieso zal er voor kalenderjaar 2024 nog veel volume bijgeschreven worden, in de laatste maand, en in vervolg rapportages in het komende jaar. En ook de data voor de eerste maanden zullen daarbij nog flink worden bijgesteld. Waar dat alles zal "eindigen", inclusief potentiële andere correcties, is nog een niet te beantwoorden vraag. Er komen nog flink wat aanvullingen en wijzigingen aan voor dit jaar.
3. Maandelijkse, kwartaal-, half-jaar- en jaarlijkse toenames aantallen en capaciteiten bij VertiCer
3a. Maandelijkse toenames van aantallen en capaciteit van gecertificeerde PV-installaties VertiCer augustus 2021 - november 2024
Ook al moet ook bij deze grafiek de blijvende waarschuwing, dat de cijfers nog lang niet zijn uitgekristalliseerd, en we nog de nodige bijstellingen kunnen verwachten, de trend bij de nieuwe (netto) aantallen projecten door VertiCer, en rechtsvoorganger CertiQ, geregistreerd van maand tot maand, laten, ook in de huidige versie van november 2024, een zeer duidelijke afkoeling van de PV-projectenmarkt zien sedert de zomer van 2021. Werden er in januari 2022 nog netto 385 nieuwe gecertificeerde PV-projecten bijgeschreven, is dat in de rest van het jaar al zeer duidelijk minder geworden, en vanaf augustus dat jaar zelfs zeer sterk "afgekoeld". Met wat ups en downs, is het laagste volume in dat jaar voorlopig bereikt in november 2022, met, inmiddels, 107 (netto) nieuwe installaties. Daarna veerde het weer even op, daalde stapsgewijs, leidde tijdelijk tot een inmiddels licht positieve groei van netto 9 nieuwe projecten in augustus 2023 en vervolgens weer positieve groei in september tm. december. In 2024 zijn de aanwas cijfers per maand tm. mei netto, in de eerste updates ook vaak negatief, al in de plus geraakt, al liggen ze op een zeer "bescheiden" niveau. De aanwas cijfers voor juni tm. oktober zijn nu nog netto 88, 39, 117, 156, resp. 273 exemplaren negatief, maar ook dat kan nog in positieve groei omslaan in latere updates. November start met de eerste waarde ook flink onder de nullijn, met netto minus 308 projecten. Ook dat kan / zal waarschijnlijk in latere updates omslaan in positieve, doch relatief lage groei.
Eerder getoonde negatieve groeicijfers voor 2023 zijn inmiddels, zoals gebruikelijk, omgezet in positieve aanwas, a.g.v. de voortdurend wijzigende historische cijfers in de VertiCer bestanden. In een vorige update had augustus 2023 nog een licht negatieve groei, die inmiddels in een zeer bescheiden positieve aanwas is omgeslagen. Dit zal zeer waarschijnlijk ook volgen voor de (6) laatste maanden waar op dit moment nog negatieve groeicijfers van bekend zijn. In de huidige, november, update zijn in totaal voor 23 maanden de waarden inmiddels weer aangepast sinds het exemplaar tm. oktober 2024. De oudste wijziging was voor oktober 2022 (5 projecten toegevoegd), in dat jaar is ook voor november het volume weer iets gewijzigd. In 2023 zijn voor 11 maanden weer nieuwe cijfers vastgesteld. De groei in januari tm. mei 2024 is ook weer bijgesteld, in opwaartse richting, maar blijft relatief bescheiden, per maand. Alleen juni tm. november hebben nu nog een netto negatieve groei, die waarschijnlijk in een positieve aanwas zal gaan omslaan in latere updates.
Al zullen de meeste maandwaarden in positieve zin ombuigen in latere updates, zoals in het recente verleden is geschied, de trend is bij de aantallen onmiskenbaar: er worden, netto bezien, nog maar relatief weinig netgekoppelde projecten bijgeschreven bij VertiCer, per maand. Een van de belangrijkste redenen zal zijn, dat er een toenemend aantal uitschrijvingen uit de databank van de Gasunie/TenneT dochter is begonnen, die de instroom (tijdelijk) afremt of zelfs overvleugelt. Waarschijnlijk is de oorzaak de beginnende uitval van de oudste onder SDE 2008 resp. 2009 gesubsidieerde kleine projectjes, die immers 15 jaar subsidie konden genieten. We moeten gaan zien hoe het verloop bij de aantallen zich ontwikkelt, nu de subsidie termijn voor de eerste projecten reeds is verstreken, of aan het aflopen is. Uiteraard betekent uitschrijving uit de VertiCer databank verder beslist niet dat de betreffende projecten fysiek zijn, of worden verwijderd. Ze kunnen nog vele jaren lang met een aardig rendement worden ge-exploiteerd door de eigenaren, zonder SDE-gerelateerde inkomsten. Hier is byzonder weinig zicht op, cijfers over het al of niet verder exploiteren van deze oudere projecten ontbreken in het geheel in statistiek moeras Nederland.
Een vergelijkbare grafiek als voor de aantallen (vorige exemplaar), maar ditmaal de ermee gepaard gaande netto maandelijkse toename (of zelfs tijdelijke afname) van de capaciteit van gecertificeerde PV-projecten, in MWp. De evolutie laat een nogal afwijkend, zo u wilt, zeer chaotisch beeld t.o.v. dat bij de aantallen zien, met sterk fluctuerende verschillen tussen de maanden onderling. Ook deze kunnen uiteraard naderhand nog worden bijgesteld. Als voorbeeld: de "netto negatieve groei" in september 2022, al gesignaleerd in het januari 2023 rapport, is uiteindelijk in latere updates in ieder geval omgeslagen in "normale, positieve groei", van, inmiddels, 74,1 MWp.
Bizarre nieuwe pieken voor eerste maand in jaren 2023 en 2024
Wel is er, zoals al bij de eerst-rapportage gemeld (jan. 2024 rapport), een exceptioneel "verschijnsel" zichtbaar voor de maand januari 2023. Die maand had al lang de hoogste "piekwaarde" ooit meegekregen, en is in veel latere maandrapportages continu bijgeplust, tot het in het december 2023 rapport een al zeer hoog volume bereikte van 432,6 MWp. In het "klassieke" CertiQ december rapport van 2022 was nog een zeer hoge november piek zichtbaar bij de capaciteit. Het lijkt er op, dat een groot volume daarvan naar het begin van het nieuwe jaar is geschoven (de vermoedelijke feitelijke datum van netkoppeling). Ook in januari 2022 zagen we eerder al een "nieuw-jaars-piek", maar die is duidelijk kleiner, inmiddels neerkomend op 306,7 MWp nieuw volume (ongewijzigd in de laatste updates).
In de rapportage van januari 2024 is dat al hoge volume opeens extreem opgehoogd naar 770,2 MWp, en is dat momenteel zelfs verder gegroeid, naar 798,4 MWp in de huidige november 2024 update (ver buiten de hier weergegeven Y-as vallend).
Tweede en derde groei piek & "negatieve pieken"
En dat is nog niet alles, want hetzelfde is geschied met het nieuwe volume voor januari 2024. Dat was in de update voor die maand nog een negatieve groei van -84,6 MWp. In de februari 2024 rapportage sloeg dat in een keer om in een "record positieve aanwas" van 973,2 MWp, wat inmiddels in de huidige update nog verder is opgehoogd, naar alweer 1.113,0 MWp. Een onwaarschijnlijk hoog volume waar Polder PV, net als bij de vorige piek voor januari 2023, geen plausibele verklaring voor heeft. Ik heb in een eerste rood omkaderd venster aangegeven dat het bij beide maandgroei pieken om "uitzonderlijke", vooralsnog onverklaarbare volumes gaat.
Voor februari 2023 was er aanvankelijk een magere positieve groei van 28,1 MWp positief. Deze sloeg echter in de maart rapportage in dat jaar om in een enorme negatieve bijstelling van 316,1 MWp negatief (!), bij een netto aanwas van 65 nieuwe projecten. In de april 2023 update was er een marginale opwaartse correctie naar -312,3 MWp. In de rapportages voor mei 2023 tm. november 2024 is de negatieve "groei" verder fors geslonken naar, inmiddels, minus 203,0 MWp.
In een vorige rapportage (maart 2024) heeft dit proces zich herhaald, voor het eerste groeicijfer voor die maand. Terwijl de groei in februari evolueerde van een "bescheiden" negatieve 11,7 MWp naar een inmiddels "normale" positieve 163,1 MWp, kwam maart opeens met een record negatief groei volume van -1.140,9 MWp (!). Dat is in de huidige, november 2024 update, weliswaar verminderd, maar is nog steeds sterk negatief (-1.021,1 MWp). Ook deze extreme netto negatieve groei is zeer slecht verklaarbaar, of er moeten weer dramatische wijzigingen in de status van de administratie bij VertiCer hebben plaatsgevonden.
Het eerste beschikbare "groei" cijfer voor april 2024 was ook negatief, maar niet zo extreem als in de voorgaande maand, -218,5 MWp. Dit is inmiddels weer minder sterk negatief geworden, in het november rapport neerkomend op een negatieve aanwas van -142,1 MWp. De verwachting is dat dit volume nog behoorlijk "opwaarts" aangepast zal gaan worden.
Mei 2024 verraste weer in twee opzichten. Ten eerste, was het eerst gepubliceerde aanwas volume meteen al fors positief was, netto 198,4 MWp, wat tot de oktober update langzaam doorgroeide naar 207,6 MWp. In de november 2024 update, echter, is er een enorm volume bijgeplust, en zou de netto aanwas nu neerkomen op 940,9 MWp, meer dan het viervoudige van het niveau in de vorige update. Ook dit is weer een raadselachtige wijziging, zonder plausibele verklaring.
Juni en juli begonnen weer op een negatief niveau, maar hebben inmiddels ook positieve aanwas cijfers (200,2, resp. 93,3 MWp).
Zoals al vaker gemeld, kunnen de redenen voor zulke, soms aanzienlijke bijstellingen, en, meestal tijdelijk, zelfs fors negatieve, of positieve netto groei cijfers, zeer divers zijn, zoals destijds gerapporteerd door CertiQ na vragen van Polder PV daar over (artikel 16 januari 2023). Mogelijk zijn er, daar bovenop, deels forse correcties doorgevoerd van foutieve opgaves, al zullen we nooit weten wat precies de oorzaken zijn geweest van deze, hoge impact hebbende, merkwaardige data updates.
Augustus anomalie met gigantische impact - waarschijnlijk in twee stappen hersteld
De eerder al vermelde anomalie in het augustus 2024 rapport van VertiCer heeft natuurlijk een enorme impact bij de afgeleide maandgroei cijfers. Volgens de huidige data, in het november rapport, zou namelijk in augustus een groei opgetreden zijn van 4.192 MWp. Dat is, hoe je het ook wendt of keert, een volslagen onmogelijk groeicijfer en moet op een zeer ernstige fout bij VertiCer ( en/of (een) data aanleverende netbeheerder(s) ) berusten†. Deze enorme fout is zichtbaar gebleven in de september en oktober updates. Kennelijk is of zijn de fout(en) in twee stappen hersteld, in de oktober update ging er zeer veel volume van af, en ook in de update van november is er weer een substantieel volume verwijderd, waardoor de accumulatie op een "meer normaal" niveau is gekomen. U vindt die aanzienlijke bijstellingen onder de betreffende maand aanwas cijfers, als negatieve volumes van -2.377 resp. -2.058 MWp. Maar het aanwas volume voor augustus staat nog steeds op de onwaarschijnlijk hoge omvang, de betreffende kolom is dan ook doorzichtig gemaakt en rood omlijnd, met een extra commentaar venstertje.
September begon met minus 86 MWp, wat inmiddels minder negatief is geworden, -56,3 MWp. De verwachting is, dat dit in komende updates fors opwaarts zal worden aangepast, en vermoedelijk zelfs positief zal gaan worden, zoals in de "normale historie" van de VertiCer records.
† Het beknopte antwoord van VertiCer, met vérstrekkende consequenties voor de betrouwbaarheid van hun (actuele) statistieken, is besproken in een apart intermezzo in het vervolg artikel van de vorige analyse, door Polder PV
Zeer forse wijzigingen in VertiCer data
In het tabelletje hier onder heb ik, voor 2023, en voor januari tm. november 2024, de wijzigingen tussen de oorspronkelijk gepubliceerde groeicijfers per maand en de huidige, meest recent bekende weergegeven, waar duidelijk de, soms zeer forse, continue veranderingen uit blijken die in het VertiCer dossier worden doorgevoerd, in de loop van de tijd. Achteraan cursief weergegeven = wijziging sedert de update van oktober 2024:
In de huidige update zijn voor in totaal 24 maanden de nieuwe capaciteit volumes inmiddels weer, allemaal opwaarts, aangepast sinds het exemplaar tm. oktober 2024, 2 voor 2022, en alle 12 maanden in 2023 kregen nieuwe cijfers. De capaciteiten voor januari tm. oktober 2024 zijn (ook) weer allemaal gewijzigd, zoals in het staatje hierboven getoond. De augustus opgave is onmogelijk, en berust op (een) enorme blunder(s) bij de data verstrekkende netbeheerder(s). De negatieve groei in september is al wat minder geworden. Oktober en november beginnen met de grootste netto negatieve groei cijfers ooit gedocumenteerd, en zijn vermoedelijk forse correcties voor de evident foute opgave in het augustus rapport.
Als we de nieuwe maandvolumes voor 2022 optellen, komen we inmiddels op een groei uit van 1.991 MWp. Voor 2023 was de groei in een recente update nog maar 1.298 MWp (en daarmee fors lager dan 2022), maar mede door de bizarre toename in januari, en de daar op volgende extra wijzigingen, is de jaargroei voor 2023 inmiddels stevig bijgesteld, naar momenteel 2.663 MWp. Wat inmiddels alweer bijna 34% hóger is, dan in 2022. Bij de aantallen was er een groot negatief verschil, bijna 49% minder netto nieuwe projecten in 2023 (1.335), dan de 2.590 stuks in 2022.
Deze twee trends bij elkaar nemend, en accepterend dat er ook wegval van waarschijnlijk met name kleine oude installaties uit het VertiCer register zal zijn geweest, lijkt de hogere jaargroei bij de capaciteit in 2023 nog steeds slecht te rijmen, met het gering aantal overgebleven nieuwe aantal projecten, in vergelijking tot de situatie in 2022. We zullen moeten afwachten, of toekomstige cijfers over deze 2 kalenderjaren meer klaarheid in deze vreemde situatie zullen gaan geven. En anders moeten we, als meest waarschijnlijke oorzaak, accepteren, dat de flinke terugval in aanwas cijfers bij de aantallen, grotendeels veroorzaakt wordt door wegval van (SDE gesubsidieerde) kleine installaties, en dat alleen nog maar grote(re), inclusief nieuw toegevoegde, projecten overblijven, die een zwaar stempel op de nieuwe, en de geaccumuleerde capaciteit zullen zetten.
3b. Kwartaal groeicijfers QIV 2021 - QIV* 2024
In een eerdere update heb ik de kwartaal cijfers weer van stal gehaald en in grafiek weergegeven tm. de toen net "volledig", geworden cijfers voor de kwartalen QIV 2021 tot en met QI 2023. In het huidige exemplaar heb ik de soms weer licht gewijzigde data gebruikt, en nog lang niet definitief vastgestelde, ook aangepaste resultaten voor QII 2023 - QIV 2024 rechts toegevoegd. Met name de volumes van de meest recente kwartalen zullen nog flink wijzigen, gezien de continue wijzigingen in door Polder PV bijgehouden data historie van VertiCer en haar rechts-voorganger CertiQ. De anomalie voor de capaciteit in augustus 2024 heeft ook hier een enorme impact, en is dan ook wederom in een aparte kleurstelling in de betreffende kolom weergegeven ("kan niet" / geeft absoluut niet de feitelijke marktontwikkeling weer).
Wederom met bovengenoemde disclaimer in het achterhoofd, waardoor de verhoudingen tussen kwartalen onderling dus ook nog lang niet vaststaan (deze zijn sowieso al fors gewijzigd in recente updates), lijkt een conclusie wel al duidelijk getrokken te kunnen worden: Met name de aantallen netto nieuw geregistreerde PV projecten per kwartaal, zijn sinds het laatste kwartaal van 2021 in globale zin stapsgewijs beduidend afgenomen. Het aantal nieuwe projecten per kwartaal is afgenomen van, momenteel, 902 exemplaren in QIV 2021, tot nog maar 451, met de nu bekende cijfers, voor QIV 2022, toegenomen naar 561 exemplaren in het eerste kwartaal van 2023, waarna het een bodem bereikte in QIII 2023 (126 netto nieuwe exemplaren). QIV 2023 zit momenteel op een plus van 330 nieuwe projecten. QI 2024 vertoont, mede door de bizarre negatieve groei in maart, en de later komende correcties, inmiddels, na een periode van netto negatieve aanwas nu een licht positieve groei van netto 154 projecten. QII 2024 had in een vorige update nog een netto negatieve groei van 37 projecten, maar dat is in de november update inmiddels omgeslagen in een netto positieve groei van 55 stuks. Wat ongetwijfeld nog fors verder bijgesteld zal gaan worden, in positieve zin. Hetzelfde geldt voor QIII 2024, met tot nog toe een netto negatieve aanwas van -312 projecten. Het inmiddels ook weer aangepaste volume voor QIV, is ook flink negatief, -581 projecten. We zullen later zien of voor de laatste 2 kwartalen uiteindelijk ook nog een "positief" resultaat gehaald zal worden, al zal dat resultaat dan bescheiden blijven t.o.v. de netto aanwas in dat kwartaal in eerdere jaargangen.
Bij de nieuwe gerapporteerde netto capaciteit is het verhaal compleet anders, wat vooral is veroorzaakt door de eerder gesignaleerde "excessieve" extra netto groei voor januari 2023 en 2024, en alle tussentijdse, soms bizarre cijfer wisselingen.
Het netto volume per kwartaal nam even toe, van, momenteel, 557 MWp in QIV 2021, naar 627 MWp, in QI 2022, maar is daarna ook, gemiddeld genomen, enkele kwartalen minder geworden. Om een voorlopig dieptepunt te bereiken in QIV 2022, met 375 MWp netto nieuw gerapporteerd volume, gebaseerd op de huidige cijfers.
En toen kwam de "grote verrassing", QI 2023 telde in een vorige update nog 449 MWp nieuw volume, maar dat is, met name door de zeer hoge toevoeging in januari 2023, en de daar op volgende wijzigingen in de maandrapportages, nu alweer een record volume van 841 MWp. Wat nu bijna 34% hoger zou zijn dan de groei in QI in 2022 (627 MWp). Voor de aanwas in QII 2023 geldt momenteel een netto groei van 544 MWp, waar later waarschijnlijk nog wat volume aan toegevoegd zal gaan worden. Het niveau is daarmee, zoals eerder al voorspeld door Polder PV, gestegen, naar ruim 10% boven het niveau van 492 MWp in QII 2022. De nog premature aanwas in QIII 2023 is inmiddels 504 MWp in de plus. Zoals was te verwachten, is dat inmiddels 1,4% méér dan het nieuwe netto volume in QIII 2022 (497 MWp). Tm. de oktober update lag dat nog iets lager.
Voor het laatste kwartaal van 2023 is het totale volume, al flink toegenomen in de januari 2024 update, in de versies van mei tm. november 2024 verder gegroeid, naar momenteel 774 MWp. Dit is al ruim het dubbele volume, t.o.v. de 375 MWp in QIV 2022, en met nog latere updates aan toevoegingen te verwachten.
De tweede grote verrassing zien we bij de eerste, nog zeer voorlopige resultaten voor QI 2024. Januari was in een vorige rapportage extreem in positieve zin bijgesteld, maart vertoonde een record negatieve groei, en ook in april was de groei negatief. Met de opvolgende extra bijstellingen, is het voorlopige tussen-resultaat voor het hele kwartaal na even "negatieve aanwas" te hebben gekend, inmiddels op een positieve groei van 255 MWp beland. Dat is nog steeds wel een dramatisch verschil met de 841 MWp netto groei in QI 2023.
Het tweede kwartaal van 2024 gaf de derde verrassing. Het startte met een negatieve aanwas, maar groeide al rap in positieve zin in de vorige updates. Door de enorme toename voor de maand mei (zie capaciteit grafiek voor de wijzigingen van maand tot maand), is dit volume abrupt toegenomen naar een record niveau van 999 MWp groei (excl. anomalie QIII 2024). Dat is, plotsklaps, al 19% hoger dan de groei bij de vorige recordhouder, QI 2023.Het derde kwartaal van 2024 is, met de extreme anomalie voor augustus, vooralsnog een enigma, waar natuurlijk de hoge negatieve correcties op zijn gevolgd in het laatste kwartaal. De rood gemarkeerde kolom voor dit kwartaal heeft een onverklaarbare en onwaarschijnlijke toename van, momenteel, 4.229 MWp.
Het vierde kwartaal van 2024 start, met toevoeging van de eerste 2 maand rapportages, oktober en november, met zeer forse correcties, met een resulterende "historisch negatieve groei" van maar liefst 4.435 MWp in de min. Het blijft afwachten wat van dat bizarre negatieve getal over zal blijven in de komende updates. Als we de nu bekende cijfers voor QIII en QIV middelen, komen we op een nog steeds onwaarschijnlijke groei uit van 1.717 MWp per kwartaal in de min. Uiteraard moeten we gaan afwachten wat voor (vreemde) data de december rapportage gaat brengen, en, vooral ook, de wijzigingen in de latere updates, voordat we hier (hopelijk) meer klaarheid in kunnen brengen.
Hoe eventuele verdere wijzigingen bij de capaciteit van gecertificeerde projecten zal gaan verlopen blijft gezien bovenstaande elke keer weer spannend.
Voor de evolutie van de gemiddelde systeem omvang (per maand), zie ook de grafiek onder paragraaf 2a.
3c. Halfjaarlijkse toenames van aantallen en capaciteit van gecertificeerde PV-installaties VertiCer 2022-2024 HII
Omdat een tijdje geleden de eerste resultaten voor het 1e half-jaar van 2023 beschikbaar waren gekomen, en alweer gewijzigd, heb ik in een vorige analyse ook weer de "half-jaar grafiek" van stal gehaald. Die had ik voor het laatst gepubliceerd op basis van de oude CertiQ data in het bericht van 9 januari 2023. Het huidige exemplaar bevat echter alleen de laatst bekende resultaten gebaseerd op de compleet gereviseerde publicatie systematiek bij VertiCer. In deze grafiek worden alleen de resultaten vanaf de 1e jaarhelft van 2022 getoond, tm. de eerste "complete" cijfers voor HII 2023 (tm. december), en de nog zéér voorlopige eerste resultaten voor HI en HII 2024, waarvoor we ongetwijfeld nog de nodige aanvullingen, en forse bijstellingen kunnen verwachten (gearceerde kolommen).
Ook uit deze nog zeer voorlopige halfjaarlijkse groei cijfers blijkt een duidelijke afname van het aantal (overgebleven) projecten in het VertiCer dossier, wat waarschijnlijk heeft te maken met verwijderde kleine projectjes waarvan de oudste SDE beschikkingen zijn vervallen, danwel actief uitgeschreven bij VertiCer. Bij de aantallen projecten nam de bij VertiCer geregistreerde half-jaarlijkse netto aanwas af, van 1.524 nieuwe projecten in HI 2022, via 1.066 stuks in HII 2022 (30% minder), naar nog maar een (voorlopige) groei van slechts 879 nieuw in HI 2023. Wederom 17,5% minder. De tweede jaarhelft van 2023 heeft nog maar 456 netto nieuwe projecten (-48%), maar daar zal waarschijnlijk nog wel het nodige aan gaan wijzigen. Achteraan vinden we (gearceerd) de eerste resultaten voor de eerste en tweede jaarhelft van 2024, met nog slechts zeer voorlopige data, een positieve (HI, 209), danwel negatieve groei van -893 installaties voor HII, en nog veel addities en wijzigingen te verwachten.
Bij de capaciteit is het beeld compleet anders (geworden, in de meest recente updates), en is er zelfs een behoorlijke opleving te zien in beide jaarhelften van 2023. Met de huidige bekende cijfers 1.119 MWp nieuw in HI 2022, 872 MWp in HII 2022 (22% minder), en, vanwege de bizarre, eerder al besproken toename in 1 maand (januari 2023), nu alweer een record bij de half-jaar aanwas, 1.385 MWp nieuwe capaciteit in HI 2023. Dat is bijna 24% meer dan in HI 2022, en zelfs al 59% meer dan in HII 2022. In de update van december 2023 was het netto aanwas volume voor HI 2023 nog maar 923 MWp.
De tweede jaarhelft van 2023 geeft, met de netto groei van, momenteel 1.278 MWp, al een fors hoger volume te zien dan in eerdere recente updates, en laat momenteel dan ook alweer een 47% hoger volume zien, dan de aanwas in HII 2022. Voor het eerste half-jaar van 2024 zijn de data uiteraard nog zeer fluïde, na de grote positieve groei in het februari rapport, gevolgd door een licht negatieve groei van 5 MWp in de maart rapportage, de fors negatieve groei in april, een opvallend positieve toename in mei en juni, en de record toename voor mei in het november rapport. Het voorlopige resultaat voor het eerste half-jaar is, van een licht negatieve aanwas tm. mei (-12 MWp), inmiddels omgeslagen in een hoge positieve groei van al 1.254 MWp. Al bijna even hoog als in de tweede jaarhelft van 2023. Het zal nog wel even gaan duren voordat er beter zicht komt op de (definitieve) groeicijfers voor de half-jaren, met name voor de recente jaargangen.
Mogelijk wordt de trend van véél minder netto overgebleven (want: deels bij VertiCer uitgeschreven) aantallen installaties, en nog steeds relatief hoge groeicijfers voor de capaciteit, nog verder versterkt, doordat er regelmatig kleinere projecten worden uitgeschreven bij VertiCer (zie tabellen onder paragraaf 5), terwijl de overblijvende (en nieuwe) projecten in de bestanden gemiddeld genomen zelf al veel groter zijn dan de oude (deels zelfs residentiële) kleine installaties.
Voor de tweede jaarhelft van 2024 valt nog weinig zinnigs te zeggen, gezien de absurde data anomalie voor augustus en de ook extreme negatieve bijstellingen in de 2 laatste maand rapportages. Door de combinatie van de twee laatste extreem negatieve bijstellingen, is, vooralsnog, de tweede jaarhelft met een "negatieve capaciteits-groei" bestempeld, van - 206 MWp. Ik neem aan dat dat nog wel in een positieve groei zal omslaan, maar waar dat gaat eindigen is het bekende kristallenbollen-werk.
3d. Jaarlijkse toenames van aantallen en capaciteit van gecertificeerde PV-installaties VertiCer YOY 2009 - 2023*
Wederom naar analogie van de grafiek voor de eindejaars-volumes, ditmaal de daar uit afgeleide jaargroei cijfers volgens de laatste data update van VertiCer, in bovenstaande grafiek (alle drie parameters met referentie de rechter schaal, logarithmisch weergegeven). Tot en met kalenderjaar 2020 zijn de data gebruikt uit de recent beschikbaar gestelde update (24 aug. 2024), waarin echter nauwelijks wijzigingen zijn opgenomen. De meest recente cijfers voor 2021**, 2022**, en 2023*, rechts toegevoegd, komen uit de huidige update van de data tm. november 2024, zoals geopenbaard door VertiCer. De grafiek toont dus de meest recente situatie, met de laatst beschikbare bron-cijfers. Mochten toekomstige "historische" jaarcijfers alsnog wijzigen, en wereldkundig worden gemaakt, zullen die in latere updates worden toegevoegd aan deze grafiek. Vermoedt wordt, dat eventuele nagekomen correcties met name voor de oudere jaargangen marginaal zullen zijn.
Goed is te zien dat er een duidelijk verschil is in de trend bij de nieuwe jaarlijkse aantallen installaties (blauwe kolommen) en bij de nieuwe capaciteit per jaar (gele kolommen). Bij de aantallen beginnen we op een hoog niveau van 3.765 [overgebleven †† !] nieuwe installaties in 2009, het gevolg van de enkele duizenden grotendeels particuliere kleine SDE beschikkingen die in de eerste jaren van de SDE (2008 tm. 2010) werden opgeleverd. Die bron droogde al snel op omdat particuliere installaties de facto uit de opvolger regelingen werden gedwongen (eis minimaal 15 kWp, later ook nog verplicht grootverbruik aansluiting), en zakte de hoeveelheid nieuwe installaties dan ook stapsgewijs naar het dieptepunt van 259 nieuwe projecten in 2014. Daarna zwol het jaarlijkse volume weer aan door een lange reeks van (deels) succesvol geïmplementeerde SDE "+" beschikkingen, tot een voorlopig maximum van 5.503 nieuwe projecten in Corona jaar 2020.
Daarna is, zelfs met grote hoeveelheden nieuw beschikte projecten onder de SDE "++" regimes, het tempo weer fors afgenomen, ook vanwege massieve wegval van beschikte projecten, waar met name de wijdverspreide net-problemen een belangrijke (maar niet de enige) oorzaak van zijn. In 2021 en 2022 zijn met de recentste cijfers nu netto 3.886, resp. 2.590 nieuwe projecten toegevoegd. Dat laatst bekende volume voor 2022 is 47,1% van het record niveau in 2020.
In 2023 is nog maar een beperkt volume van 1.355 (netto) nieuwe projecten bekend (gearceerde blauwe kolom achteraan). Hier kan nog het nodige aan wijzigen, in de te verwachten maandelijkse cijfer updates, later in 2024 en 2025. Duidelijk is, dat er netto bezien steeds minder aantallen projecten bijkomen. Zoals al vaker gememoreerd, komt dit grotendeels door een toenemende uitstroom van projecten, waarvan grotendeels de subsidie termijn is verlopen. Er komen daarvoor in de plaats slechts relatief weinig nieuwe projecten bij (grotendeels met SDE beschikking), waardoor de netto groei per jaar sterk afneemt, bij de aantallen projecten.
Capaciteit andersoortige trend, met een nieuw record jaar (2023)
Bij de capaciteit is de jaarlijkse aanwas in de beginjaren relatief "stabiel" geweest, met wat kleine op- en neerwaartse bewegingen, van 18,7 MWp nieuw in 2009, tijdelijk zakkend naar 13,0 MWp nieuw volume in 2010, nog eens 4 jaar iets boven dat niveau blijvend, om vanaf 2015 sterk te stijgen. Dat was in het begin vooral vanwege de implementatie van de toen succesvolle SDE 2014 regeling. Er werd elk jaar weer meer capaciteit toegevoegd, tot een voorlopig maximum van 2.436,9 MWp, wederom in het Corona jaar 2020. Maar ook de nieuwe capaciteit begon in de jaren 2021-2022 af te nemen, al was het op een veel minder dramatisch niveau dan bij de aantallen projecten.
In 2021 was het nieuwe netto volume nog 2.007,4 MWp, dat is in 2022 momenteel nog maar 1.990,9 MWp met de bekende cijfers in de huidige update. Dat is voor 2022, met 81,7% van het maximale nieuwbouw volume in 2020, in ieder geval beduidend beter dan de flinke terugval bij de (netto) aantallen nieuwe projecten (47,1%). Met, uiteraard, de blijvende disclaimer, dat ook deze jaargroei cijfers nog niet "in beton zijn gegoten", en nog verder kunnen wijzigen. Opvallend blijft in ieder geval, dat met de laatste updates, het jaargroei volume voor de capaciteit in 2022 steeds dichter is toegekropen naar dat van het voorgaande jaar. Het verschil is momenteel nog maar iets meer dan 16 MWp (vorige rapportage ruim 17 MWp).
In 2023 is inmiddels, vooral vanwege de eerder besproken, bizar hoge toevoeging in januari dat jaar, en de nodige toevoegingen in de meest recente updates, een netto volume bijbouw van 2.662,8 MWp geconstateerd (enkele updates hiervoor was dat nog slechts 1.223 MWp!). Dat is nu dus al hoger dan de nu bekende groei in zowel 2021 en 2022, en heeft de eerder vastgestelde record groei in Corona jaar 2020 al met 226 MWp overtroefd. 2023 is dus een nieuw recordjaar, wat de groei van gecertificeerde capaciteit betreft. Met de huidige stand van zaken zou de jaargroei in 2023 dus al bijna 34% hoger hebben gelegen dan de aanwas in 2022, en 9,3% meer dan in vorig record jaar 2020. We hebben echter ook gezien dat data regelmatig (flink) worden bijgesteld, dus de relatieve verhouding van de jaargroeicijfers in deze laatste jaren ligt beslist nog niet vast.
Gemiddelde project omvang
Wederom heb ik, uit deze uit de eindejaars-data afgeleide jaargroei cijfers, uiteraard ook weer de gemiddelde systeemcapaciteit van de nieuwe aanwinsten per jaar berekend, en getoond in de groene curve in bovenstaande grafiek (vermogen in kWp gemiddeld per nieuwe installatie). Deze vertoont, na een lichte inzinking tussen 2009 en 2010, een zeer sterke progressie, van 5,0 kWp bij de nieuwe projecten in 2009, tot alweer 769 kWp gemiddeld per nieuw project in 2022. Een factor 154 maal zo groot, in 13 jaar tijd. Deze enorme schaalvergroting, sterk gedreven door de oplevering van honderden zonneparken en enorme distributiecentra bomvol zonnepanelen op de uitgestrekte platte daken, is een van de belangrijkste oorzaken, van de nieuwe realiteit bij de stroomvoorziening in Nederland: de overal zichtbaar geworden netcongestie, met name op de middenspannings-netten. Voor de bijna actuele situatie, met details, zie de nieuwe gedetailleerde capaciteitskaart van Netbeheer Nederland (gescheiden in netafname resp. -invoeding, in de kaarten is reeds gereserveerde capaciteit voor nieuwe, nog te bouwen projecten, ingesloten). Wat uiteraard ook zijn weerslag heeft gekregen op de progressie van de uitbouw van de gecertificeerde nieuwe volumes in de VertiCer databank: die is sterk aan het vertragen. En slechts met veel moeite "op niveau" te houden.
Voor 2023 is een sterke toename van de gemiddelde capaciteit zichtbaar, naar inmiddels 1.995 kWp per project (!). Echter, omdat deze maatvoering van 2 input variabelen afhankelijk is (die beiden netto volumes betreffen, verschillen tussen instroom en uitstroom bij VertiCer), die beiden nog flink, in beide richtingen, kunnen gaan afwijken van de huidige waarden, is er nog niet veel te zeggen over wat dit uiteindelijk op kalenderjaar basis zal gaan opleveren. Het is echter wel waarschijnlijk, dat die gemiddelde nieuwe project capaciteit op een hoog niveau zal komen te liggen, vanweg de sterk neerwaartse trend bij het aantal nieuwe projecten, bij een blijvend hoog niveau voor de nieuwe totale capaciteiten.
†† Met name uit de oudere SDE regelingen, vallen regelmatig lang geleden bij VertiCer voorganger CertiQ ingeschreven projecten weg. Hier zijn verschillende redenen voor. In de uitgebreide SDE project analyses van Polder PV wordt hier regelmatig, en gedetailleerd over gerapporteerd (exemplaar 1 oktober 2024, zie hier).
4. 100 procents-grafieken en segmentatie naar grootteklasse
Een van de nieuwe mogelijkheden van de compleet herziene presentaties bij VertiCer, is de segmentatie naar grootteklasse. Daar kon tot enkele jaren geleden uitsluitend iets over gezegd worden op basis van de jaaroverzichten, waar, al lang geleden op basis van een verzoek in die richting door Polder PV, inderdaad werk van gemaakt is door rechtsvoorganger CertiQ. Zoals in de eerste analyses al duidelijk werd, is dit nu ook op maandelijkse basis mogelijk. Met, we blijven dit herhalen, de waarschuwing, dat alle cijfers bijgesteld kunnen worden in latere updates, met name m.b.t. de meest recente data. Bij de al wat oudere periodes vinden wijzingen minder vaak plaats, en zijn ze meestal van een bescheiden omvang.
In het 3e artikel over de eerste resultaten van januari 2023 heb ik al meer-jaarlijkse trends laten zien bij de evolutie van de diverse grootte klasses. Inclusief een toen nog in de bestanden van CertiQ voorkomende enorme anomalie, die niet bleek te zijn hersteld (artikel 14 februari 2023). Van dat historische overzicht is inmiddels een recente update verschenen, maar daar blijkt nauwelijks iets in te zijn gewijzigd (marginale bijstellingen). De huidige grafiek geeft voor de kortere termijn de nieuwe data tot en met november 2024, en de aangepaste waarden voor de maanden in de meest recente periode daar aan voorafgaand.
4a. 100 procents-grafiek aantallen per categorie
Een zogenaamde "100-procents-grafiek" voor de evolutie trends van de 8 door VertiCer en haar rechtsvoorganger onderscheiden grootteklassen van de gecertificeerde PV-populatie die zij bijhouden, dit exemplaar voor de aantallen projecten aan het eind van elke maand. Voor eind november / begin december 2024 zijn de absolute waarden per grootteklasse rechts weergegeven. Globaal genomen namen de kleinste categorieën (1-5 kWp, 5-10 kWp, en 10-50 kWp) in betekenis af sedert juli 2021, de impact van de grotere categorieën werd groter. Er is echter weer een stabilisatie gekomen, omdat het tempo bij de aantallen nieuw netgekoppelde (danwel netto overgebleven) projecten onder de SDE regimes weer flink is afgenomen. In de november 2024 update, is het totale aantal installaties groter of gelijk aan 50 kWp, medio 2021 al meer dan de helft, met het gezamenlijke volume al op ruim 57% van het totaal gekomen (19.837 van, in totaal, 34.676 netto overgebleven projecten). De categorie 100-250 kWp omvat het grootste aantal projecten, 7.391 exemplaren, afgezien van de kleinste installaties tot 5 kWp (overgebleven 8.608 stuks, eind november 2024). Uiteraard hebben de grotere project categorieën, vanaf 250 kWp, relatief weinig tot bescheiden aantallen. Maar schijn bedriegt: ze omvatten de allergrootste volumes bij de capaciteit, en hebben dus een zéér grote impact op de totale populatie, en dus ook op de te verwachten stroomproductie. Zie de volgende grafiek, in paragraaf 4b.
Plussen en minnen
Een klein deel van de afnemende betekenis van de kleinste project categorieën wordt veroorzaakt door continue uitval uit het databestand van VertiCer (diverse redenen mogelijk, ook al heel lang waargenomen bij de SDE portfolio's, analyse status 1 oktober 2024). Daar staat ook weer tegenover dat volledig buiten de populaire SDE regelingen om gerealiseerde kleinschalige projecten bijgeschreven kunnen worden in de registers van VertiCer. Een fenomeen wat compleet onbekend lijkt in de PV sector in ons land, er wordt in ieder geval nooit over gerept, behalve dan bij Polder PV. In 2023 werden er bijvoorbeeld, met de meest recente data, netto 38 installaties in de kleinste project categorie uitgeschreven, maar kwam er tegelijkertijd een verrassende hoeveelheid van 142 exemplaren bij in de categorie 5 tm. 10 kWp, waarvoor normaliter beslist géén (nieuwe) SDE beschikking afgegeven kan zijn sedert SDE 2011 (zie ook tabel paragraaf 5b). Dat soort kleine projecten zijn mogelijk afkomstig uit portfolio's van bedrijven zoals Powerpeers, Vandebron, en Allinpower, en het in België al actieve EnergySwap, die geoormerkt garanties van oorsprong (GvO's) van door de afnemer aangewezen projecten afboeken, ter "vergroening" van de stroomconsumptie van de klant. Daar kunnen ook (zeer) kleine residentiële projecten, of bijvoorbeeld kleine installaties op scholen, gymzalen e.d. bij zitten. Om dat soort transacties in Nederland te kunnen / mogen doen, moeten de betrokken projectjes ook verplicht geregistreerd worden bij VertiCer. En die zien we hier dus tevoorschijn komen.
De grootste categorie, projecten (of eigenlijk: "registraties") groter dan 1 MWp per stuk, omvat eind november 2024 1.730 installaties (wederom 9 meer dan in de vorige update tm. oktober 2024), wat slechts 5,0% van het totale aantal is op dat moment. Op herhaalde verzoeken van Polder PV, om deze grote "verzamelbak" verder op te splitsen, gezien de dominante hoeveelheid capaciteit in deze categorie (zie grafiek onder paragraaf 4b), is, destijds, CertiQ, helaas niet ingegaan.
4b. 100 procents-grafiek capaciteit per categorie - augustus 2024 anomalie lijkt hersteld
Een vergelijkbare "100 procents-grafiek" als voor de aantallen projecten, maar nu voor de periode juli 2021 tm. november 2024, voor de daarmee gepaard gaande capaciteiten in MWp. Voor eind november 2024 zijn wederom de absolute volumes rechts weergegeven, alsmede, voor de grootste categorie, voor eind juli dat jaar. Een totaal ander beeld is hier te zien, met "überdominant" de grootste project categorie (installaties groter dan 1 MWp). Ook is direct te zien, waar de enorme capaciteits-anomalie voor augustus, eerder reeds beschreven, zijn grondslag heeft. Eind juli was het volume in die categorie, met projecten per stuk groter dan 1 MWp, namelijk "nog maar" 9.267 MWp groot (wel alweer, door bijstellingen / nagekomen volume, 12,5% meer dan de eind van die maand gerapporteerde 8.238 MWp). Wat in lijn met de historie van de voorgaande evolutie is.
In augustus tm. september zou, volgens de oorspronkelijke cijfers van VertiCer, er al een absurd hoog volume van bijna 13,5 GWp zijn geaccumuleerd in die categorie. Dit is terug te voeren op de toen nog niet publiekelijk gecorrigeerde grote anomalie voor augustus dit jaar, en heeft een enorme impact op de kwaliteit van deze 100-procents-grafiek. In de augustus update ben ik kort ingegaan op de onmogelijkheid van deze accumulatie cijfers (paragraaf "29 Dorhoutmeessen"). Omdat de cijfers voor deze 2 maanden onwaarschijnlijk hoog zijn, heb ik deze gearceerd weergegeven, met rode kolom rand. Ook voor oktober zien we een nog steeds onwaarschijnlijk hoge status van - toen - 11,1 GWp, waarbij er kennelijk al een eerste "correctie ronde" over de data heen is gegaan bij VertiCer. In november lijken de data weer "genormaliseerd", en is het volume op een voorstelbaar niveau van 9.103 MWp uitgekomen, zoals in de vorige update al was voorspeld door Polder PV. Vandaar dat ik ook oktober hier gearceerd heb weergegeven, toen was er waarschijnlijk nog steeds sprake van gedeeltelijk incorrecte (veel te hoge) data. De sterk verstorende invloed op de evolutie van alle data in deze 100% grafiek is duidelijk zichtbaar bij de maandcijfers voor augustus tm. oktober.
Status eind november 2024
Begin december 2024 was het "genormaliseerde" aandeel van de grootste categorie op het totaal bijna 64% (9.103 t.o.v. 13.548 MWp), op basis van de huidige cijfers bij VertiCer. Eind juli 2021 was dat nog 51%, het relatieve verschil is dus behoorlijk groot geworden, in 3 en een half jaar tijd.
De grootste categorie heeft tegelijkertijd een relatief bescheiden aantal projecten, 1.730 exemplaren. Dit resulteert in een steeds hoger wordende systeemgemiddelde capaciteit. In juli 2021 was dat nog 4.024 kWp gemiddeld, begin december 2024 is dat alweer toegenomen naar 5.262 kWp, een toename van 31% in 40 maanden tijd.
Voor de overige categorieën blijft er dan niet zeer veel "ruimte" meer over op het totaal. Nemen we ook nog de drie opvolgende categorieën mee (flinke projecten van een halve - 1 MWp, 250 - 500 kWp, resp. 100 - 250 kWp), claimen de grootste vier project categorieën het allergrootste geregistreerde volume in de totale markt. Dit was in juli 2021 al 93,3%, eind november 2024 is dat, met de meest recente data in de huidige update, 95,6% geworden. De kleinste 2 categorieën zijn op deze schaal al vrijwel niet meer zichtbaar. Hun aandeel is begin december 2024 geslonken naar nog maar 0,12% van totaal volume (15,5 MWp, projecten van elk 5 - 10 kWp), resp. 0,18% (22,0 MWp, projecten van elk 1 - 5 kWp).
Dan resteren, eind november 2024, nog relatief bescheiden volumes voor de categorieën projecten van 50-100 kWp (totaal 375 MWp, 3,0%), resp. 10-50 kWp (totaal 132 MWp, 1,1%).
5. Jaarvolume segmentaties 2022 - 2023
5a. 2022 revisited - status update publicatie 2 december 2024
In de maandrapport analyse voor januari 2023 publiceerde ik ook een tabel met de nieuw gereconstrueerde cijfers voor de jaargroei voor kalenderjaar 2022. Daar zijn natuurlijk in de tussenliggende rapportages weer veel wijzigingen in gekomen, waarbij ik de laatste stand van zaken in de november 2024 update hier onder weergeef in tabelvorm. Voor nadere toelichting, zie de analyse bij het januari 2023 rapport. Ditmaal zijn er bij een 5-tal categorieën weer cijfermatige wijzigingen t.o.v. het voorgaande exemplaar (oktober 2024) geweest, en ook hier weer cursief weergegeven. Afgeleide cijfers zijn uiteraard (deels "achter de komma") mee veranderd. Bijna twee jaar na de afloop van 2022 wijzigen er dus nog steeds historische aanwas cijfers voor dat jaar. Het is goed om dat in de oren te blijven knopen.
Nieuwe
jaarvolumes 2022 (YOY) |
Aantallen |
aandeel
op totaal (%) |
Capaciteit
(MWp) |
aandeel
op totaal (%) |
Gemiddelde
capaciteit per nieuwe installatie (kWp) |
1-5
kWp |
-53 |
-2,0% |
-0,058 |
-0,003% |
1,1 |
5-10
kWp |
50 |
1,9% |
0,406 |
0,02% |
8,1 |
10-50
kWp |
228 |
8,8% |
7,145 |
0,36% |
31,3 |
50-100
kWp |
437 |
16,9% |
33,516 |
1,7% |
76,7 |
100-250
kWp |
800 |
30,9% |
138,143 |
6,9% |
172,7 |
250-500
kWp |
528 |
20,4% |
182,497 |
9,2% |
345,6 |
500-1.000
kWp |
270 |
10,4% |
193,087 |
9,7% |
715,1 |
>
1 MWp |
330 |
12,7% |
1.436,174 |
72,1% |
4.352,0 |
Totaal |
2.590 |
100% |
1.990,910 |
100% |
768,7 |
Aantallen nieuw "totaal" wijzigde in de huidige update, van 2.583 naar 2.590; de capaciteit "totaal" nam ook toe, van 1.990,110 MWp naar 1.990,910 MWp. De systeemgemiddelde capaciteit van de toevoegingen in 2022 veranderde mee, en is ditmaal weer wat lager geworden: van 770,5 kWp naar 768,7 kWp bij de totale volumes. Zie de tabel voor de overige details bij alle segmentaties.
Overduidelijk blijft, dat de grootste groei bij de aantallen nieuwe projecten in 2022 lag bij de installaties van 100 tm. 250 kWp (inmiddels 800 nieuwe exemplaren bekend, 30,9% van totale jaarvolume), met categorie 250 tm. 500 kWp als goede tweede (528 nieuwe projecten, 20,4%). Dat zijn beide populaire categorieën PV projecten op kleinere industriële daken en -complexen, en bij het midden- en kleinbedrijf.
Opvallend blijft het forse volume van, inmiddels, 330 nieuwe installaties in de grootste projecten categorie >1 MWp (12,7%), waar de meeste grondgebonden zonneparken en grote rooftop installaties op distributiecentra e.d. onder vallen. Ook valt de negatieve groei van de kleinste project categorie op, er zijn in totaal netto 53 projecten uit de databank van VertiCer "uitgeschreven" in 2022. Daarvoor zijn diverse redenen mogelijk, waar onder misschien eerste oude projecten met een SDE 2008 of 2009 beschikking, die door hun subsidie termijn heen zijn, en waarvan de eigenaren actief de registratie bij VertiCer hebben be-eindigd.
Bij de capaciteit is het verhaal compleet anders. Hier blijft de categorie projecten groter dan 1 MWp alles veruit domineren, met maar liefst 1.436,2 MWp van het totale 2022 jaarvolume (72,1%) op haar conto, een zoveelste illustratie van de schaalvergroting in de projecten markt. De drie opvolgende categorieën kunnen nog enigszins - op grote afstand - meekomen, met aandelen van 9,7, 9,2, resp. 6,9% van het totale toegevoegde project volume (capaciteit). De kleinste 3 categorieën doen uitsluitend voor spek en bonen mee bij dit grote projecten-geweld (aandelen 0,36% of veel minder bij de capaciteit).
5b. Groei in 2023 (voorlopig) - status update publicatie 2 december 2024
Naar analogie van de - licht gewijzigde - cijfers voor de nieuwe aanwas in heel 2022 (vorige tabel), geef ik hier onder de uiteraard nog voorlopige data voor de 12 maanden van 2023 (cumulatie januari tm. december), volgens de cijfers in het laatste maandrapport verschenen op de VertiCer website. Ondanks de hier al weergegeven aanpassingen, gaat er waarschijnlijk nog wel meer veranderen aan deze data, dus nog zéér voorlopige cijfers voor dat jaar (cursief: wijziging t.o.v. rapportage oktober 2024). Bijna alle primaire data zijn in de november update gewijzigd t.o.v. die in het voorlaatste maandrapport (categorie 5-10 kWp is wederom ongewijzigd):
Nieuwe
jaarvolumes 2023 (YOY) |
Aantallen |
aandeel
op totaal (%) |
Capaciteit
(MWp) |
aandeel
op totaal (%) |
1-5
kWp |
-38 |
-2,8% |
-0,040 |
-0,002% |
5-10
kWp |
142 |
10,6% |
1,249 |
0,05% |
10-50
kWp |
61 |
4,6% |
1,944 |
0,07% |
50-100
kWp |
244 |
18,3% |
18,574 |
0,7% |
100-250
kWp |
308 |
23,1% |
51,032 |
1,9% |
250-500
kWp |
204 |
15,3% |
66,895 |
2,5% |
500-1.000
kWp |
162 |
12,1% |
120,002 |
4,5% |
>
1 MWp |
252 |
18,9% |
2.403,096 |
90,2% |
Totaal |
1.335 |
100% |
2.662,752 |
100% |
Uit dit overzicht blijken 2 zaken kristalhelder: de groei is in 2023 in bijna alle kleinere categorieën "niet van betekenis" geweest, en/of, vanwege de vele wijzigingen in de actuele databestanden bij VertiCer, hebben deze zelfs (tijdelijk ?) tot negatieve groeicijfers geleid t.o.v. de herziene status aan het begin van het jaar (= status EOY 2022, vorige tabel). Er zijn vanaf begin 2023 nogal wat wijzigingen geweest in de updates van dat jaar. Sommige voorheen "negatieve groeicijfers" zijn inmiddels omgeturnd in positieve exemplaren, en vice versa. De categorie 10-50 kWp had eerst negatieve groeicijfers, kwam bij de aantallen op precies nul uit in de update van juli 2024, en laat nu al een positieve groei zien van 61 exemplaren. Nogmaals wijs ik op het oorspronkelijke, uitgebreide commentaar van CertiQ, hoe dergelijke (tijdelijke) negatieve groeicijfers en wijzigingen daarin tot stand kunnen komen in hun databestanden. Het berekenen van systeemgemiddeldes bij negatieve groeicijfers heeft niet zoveel zin, dus die heb ik voor dit specifieke overzicht voorlopig weggelaten. Dat komt later wel, als er enig zicht is op meer gesettelde, volledige jaarcijfers.
Negatieve groei cijfers zijn er nu alleen nog maar voor zowel aantallen als bij de capaciteit bij de categorie 1-5 kWp (-38, resp. -0,040 MWp).
In totaal zijn er netto bezien in 2023 nog maar 1.335 nieuwe projecten bijgekomen, dat zijn er 61 meer dan in de voorgaande update. Dat zal nog wel aardig bijgesteld kunnen gaan worden in komende updates. Het blijft in ieder geval een zeer laag niveau, dat is al een tijdje duidelijk. Een neergaande trend bij de netto bijkomende projecten was al veel langer zichtbaar in de klassieke maand rapportages. Zie de eerste grafiek in de analyse van het laatste "gangbare" maandrapport van rechtsvoorganger CertiQ (december 2022). Deze trend lijkt zich te hebben versterkt, vooral bij de netto aantallen nieuwkomers (netto = nieuwe aanwas minus bij VertiCer uitgeschreven projecten per maand).
Flinke wijziging bij groei capaciteit in 2023
Wat overblijft, is het enige positieve punt, namelijk de groei van de capaciteit, ondanks de vele, structurele problemen in de markt (met name voorhanden netcapaciteit en hogere project kosten). De facto is die vrijwel exclusief neergekomen op een toename in, het wordt eentonig, de grootste project categorie (registraties per stuk groter dan 1 MWp). Want daar werd tussen januari en eind december 2023 een aanzienlijk volume van 2.403,1 MWp aan toegevoegd, ruim 90% van het totale nieuwe record jaar volume van bijna 2.663 MWp. Inmiddels dus al duidelijk hoger dan de nog niet formeel gewijzigde jaargroei van voorgaand record jaar 2020 (bijna 2.437 MWp). Dit was in de update van eind 2023 nog maar 1.298 MWp, de bizarre toename van het bij VertiCer geregistreerde vermogen in januari 2023, gevolgd door de vele verdere wijzigingen in de volgende updates, is hier grotendeels debet aan. Er wordt dus heel veel volume later bijgeschreven voor reeds verstreken jaren, het is goed dat men dit beseft. Met bovengenoemd volume is 2023 het nieuwe record jaar geworden bij de aanwas cijfers voor capaciteit in de gecertificeerde projecten markt.
Schaalvergroting nochmals
De schaalvergroting in de projecten sector wordt duidelijk geïllustreerd, door het feit dat de capaciteits-aanwas voor de grootste PV installatie categorie (projecten per stuk groter dan 1 MWp), in 2023 nu al 67% groter is dan in 2022 (2.403 MWp voor 2023, tabel 5b, versus 1.436 MWp voor 2022, tabel 5a).
De in een oudere update gerapporteerde disclaimer, dat voor de grootste project categorie een schier onmogelijk hoog project gemiddelde van 31,5 MWp per project resulteerde voor het eerste kwartaal van 2023, is met de diverse gepasseerde latere forse bijstellingen al lang achterhaald, zoals toen ook al voorspeld. Het gemiddelde met de huidige cijfers is inmiddels uitgekomen op een "logischer" gemiddelde van ruim 9,5 MWp voor de grootste project categorie. Dat ligt echter nog steeds op een hoog niveau. Deze categorie blijft een zeer dominant stempel op het totale gerealiseerde volume zetten, en de projecten in deze categorie zijn per stuk ook nog eens gemiddeld zeer groot.
De enige categorieën die nog enigszins iets voorstellen zijn de 3 op een na grootsten, met projecten tussen de 500 en 1.000 kWp, resp. 250-500 kWp, en 100-250 kWp, die momenteel cumulatief in 2023 een verzameling van 120 MWp, resp. 67 MWp en 51 MWp nieuw toegevoegde capaciteit tellen. De overige categorieën stellen weinig voor bij de nieuw opgeleverde capaciteit in deze periode.
6. Evolutie van gecertificeerde zonnestroom productie / uitgifte van GvO's tm. oktober 2024
Ook voor deze parameter, afgegeven hoeveelheid Garanties van Oorsprong (GvO's), geldt, dat er op 24 augustus een update van de historische cijfers is gegeven. Deze zijn weergegeven in de tweede VertiCer revisie naast het voorgaande maandrapport. In het huidige bijgestelde overzicht geef ik weer alleen de meest recente cijfers weer, vanaf mei 2021. Voor een fraaie, bijgewerkte grafiek die verder terug gaat in de tijd, zie de update in de bespreking van het augustus 2024 rapport, en het commentaar daarbij. Nadat in een recente update voor het eerst een nog zéér voorlopige, totale jaarproductie bekend is geworden voor 2023, zijn inmiddels de eerste resultaten voor januari tot en met oktober in het nieuwe jaar, 2024, gepubliceerd. Met, het wordt saai, wederom een bizarre anomalie wat februari betreft, die ook nog steeds niet officieel is "gerepareerd" in de publiek beschikbare VertiCer data.*** Gevolgd door alwéér een onmogelijk, ook nog niet gecorrigeerd nieuw cijfer, voor december 2023.
De extractie van een continue reeks van zonnestroom productie data uit de nieuwe spreadsheets van VertiCer is niet eenvoudig omdat de zonnestroom data tussen alle overige GvO cijfers in staan (diverse energie productie platforms), sterk verspreid over meerdere locaties, er terug gerekend moet worden naar maand van productie, er continu wijzigingen / bijstellingen zijn, en alle over verschillende periodes uitgegeven garanties van oorsprong (GvO's) voor gecertificeerde zonnestroom uiteindelijk per maand opgeteld moeten worden. Bovenstaande grafiek is het uiteindelijke resultaat, met de meest recent beschikbare reeks van mei 2021 tm. oktober 2024. In de maand rapportages lopen de productie resultaten altijd 1 maand achter op die van de opgestelde generator capaciteit. De productie is weergegeven in de blauwe curve (rechter Y-as als referentie, eenheid GWh = 1 miljoen kWh).
De curves geven het netto resultaat weer van: garanties van oorsprong uitgegeven voor zonnestroom geleverd aan het net (grootste hoeveelheden) + GvO's uitgegeven voor "niet-netlevering" (directe eigen consumptie), minus het aantal om wat voor reden dan ook in de betreffende maand teruggetrokken GvO's. Dat laatste is meestal een relatief bescheiden aftrekpost, het hoogste volume wat ooit is afgetrokken was in mei 2023 (15,3 GWh), netto werd toen voor 1,36 TWh aan GvO's aangemaakt.
Er zijn twee "drijvende krachten" achter het verloop van deze curve. Ten eerste natuurlijk de seizoens-variabiliteit, die zich uit in hoge producties in de zomermaanden ("toppen"), resp. lage output in de wintermaanden ("dalen"). Meestal is december de minst producerende maand. Eerder zagen we al dat, sterk afhankelijk van de gemiddelde instralings-condities in de betreffende maand, in de zomerperiodes hetzij mei (2020), juni (2019, 2021, 2022), of juli (2017, 2018) de best performer waren bij de productie. Voor de hier getoonde recentere periode zijn de waargenomen "zomer pieken" alle 4 in juni gevallen. De huidige piek waarden voor juni 2021, 2022 en 2024 zijn voorlopig gestabiliseerd, voor juni 2023 is deze verhoogd t.o.v. het volume getoond in de vorige update.
De tot nog toe gecertificeerde productie in juni 2023 heeft een nieuw record niveau van, inmiddels 1.562 GWh bereikt (5 GWh hoger dan in de vorige update). Dat is al 25,5% hoger dan in juni 2022, waarvoor tot nog toe 1.245 GWh aan zonnestroom GvO's zijn uitgegeven. Anton Boonstra had voor heel Nederland, voor juni 2023, 11% meer instraling vastgesteld dan in juni 2022, de maand was dan ook "record zonnig" volgens het KNMI. Dit opmerkelijke resultaat voor juni is dus niet verbazingwekkend. Dat, in combinatie met de continu voortschrijdende nieuwbouw van PV projecten (al dan niet met SDE subsidie), maakt dat we eind juni 2023 al een (gecertificeerd) productie record te pakken hebben. Deze piek kan in theorie nog steeds iets hoger kan gaan worden in komende updates, zoals reeds in recente exemplaren is geschied.
Ook de piek volumes uit met name 2021 en 2022 kunnen later nog, zij het marginaal, worden bijgeplust. Zeker van de kleinere projecten, die niet maandelijks door een meetbedrijf worden gemeten, komen productiecijfers namelijk heel erg laat pas beschikbaar, en worden ze dan pas aan de databestanden van VertiCer toegevoegd. En worden ze "zichtbaar" in de hier getoonde productie historie. Als dit al geschiedt, zal de impact ervan echter zeer bescheiden zijn.
Juli 2023 duidelijk minder productie dan juni
Het resultaat voor juli 2023 laat een scherpe neerwaartse knik in de grafiek zien, en komt, voorlopig, uit op een productie van 1.221 GWh in die maand, inmiddels 0,7% hoger dan de 1.213 GWh in de zeer zonnige juli maand van 2022. Ten eerste was juli 2023, i.t.t. juni, een historisch bezien "normale" maand wat het aantal zonne-uren betreft. Boonstra meldde dat er in die maand 11,3% minder instraling was dan in juli 2022, en productie is altijd direct gerelateerd aan de hoeveelheid instraling. Dat er nu toch iets meer is geproduceerd, ligt uiteraard aan de ondertussen gegroeide gecertificeerde capaciteit die, ondanks lagere zoninstraling, in totaal dus een hogere output gaf te zien.
In juli 2023 steeg het aantal uren met negatieve prijzen op de stroommarkt behoorlijk, volgens de bekende grafiek van Martien Visser van Entrance op "X" (28 oktober 2023). Het kan dus ook beslist zo zijn geweest, dat hierdoor met name grotere projecten tijdelijk hun productie hebben gestaakt, om geen geld te moeten betalen i.p.v. te ontvangen. Geen productie = geen GvO's. De omvang daarvan is echter nog steeds een aardig mysterie, want die afschakelingen worden bij mijn weten niet nationaal bijgehouden cq. geopenbaard. Visser probeert die verliezen / "non-producties" weliswaar met steeds betere aannames te "modelleren" voor zijn data platform (zie tweet van 27 mei 2024), maar Minister Rob Jetten van MinEZK moest bij beantwoording van vragen van Eerdmans van JA21 het antwoord schuldig blijven over de mogelijke volumes die afgeschakeld zouden zijn / worden. Die zijn volgens hem niet bekend (zie tweet van Polder PV met het betreffende antwoord, van 30 mei 2024). De heer Visser probeert nog steeds de vinger te krijgen achter fysieke afschakeling, zoals bleek uit een recente vraag van hem aan Anton Boonstra over de PV Output.org statistieken.
Resterende maanden 2023 ff.
Augustus 2023 zit momenteel op 1.082 GWh, wat 7,7% lager is dan de 1.172 GWh, die tot nog toe voor ook zeer zonnig augustus 2022 door VertiCer zijn uitgegeven.
Voor september 2023 is tot nog toe voor 923 GWh aan GvO's afgegeven. Dat is al 19,6% meer, dan de al meer geconsolideerde uitkomst voor september 2022 (771 GWh). Dit is in lijn met het feit, dat Anton Boonstra uit de KNMI data 6,8% meer horizontale instraling in september 2023 heeft berekend dan in september 2022 (platform "X", 1 oktober 2023), in combinatie met de toegenomen capaciteit in het tussenliggende jaar.
Oktober 2023 heeft een voorlopig volume van 454 GWh, 8,9% onder het voorlopige resultaat voor oktober 2022. November 2023 heeft tot nog toe 7% relatieve minder opbrengst, dan in november van het voorgaande jaar. Voor december, zie de volgende paragraaf.
Nog niet herstelde nieuwe anomalieën: GvO uitgiftes februari 2024*** en december 2023
Februari 2024 heeft een volstrekt onwaarschijnlijk niveau van, inmiddels zelfs 2.133 GWh (!) aan "kennelijk" afgegeven volume van GvO's (dunne blauwe stippellijn). Vooral voor de categorie "Aantal uitgegeven GvO's (niet-netlevering)" was de uitgifte in die maand extreem hoog, 1.937 GWh (91% van totale uitgifte niveau, verminderd met een marginaal niveau van teruggetrokken GvO's voor zonnestroom, 2.073 MWh). Dit is volstrekt onbestaanbaar, en leek toen op een grote fout in het VertiCer systeem te wijzen, waarover ik destijds al een e-mail had verstuurd. Het antwoord kwam op 15 april 2024 binnen bij Polder PV:
*** Naar aanleiding van mijn e-mail aan VertiCer ter opheldering van de hoogst merkwaardige anomalie m.b.t. de gerapporteerde afgegeven hoeveelheid GvO's in de februari rapportage, kreeg ik op 15 april een kort, maar zeer duidelijk antwoord: "De oorzaak ligt in een foutieve meetwaarde die de netbeheerder heeft ingestuurd en geaccordeerd. De netbeheerder heeft na onze constatering een gecorrigeerde meetwaarde ingestuurd". We zouden dus een herstel van deze grote fout kunnen gaan verwachten in een van de komende updates, maar helaas is deze nog steeds niet doorgevoerd in de updates van april tm november 2024. In ieder geval, met dank aan VertiCer voor deze verklaring. Zie verder ook het intermezzo in dit artikel, waarin Verticer ingaat op het waarom van uitblijvende data wijzigingen.
Vanwege de nog steeds niet herstelde anomalie, is het betreffende gedeelte in de grafiek gestippeld weergegeven. Het "logische verloop" is in de grafiek weergegeven middels de streepjeslijn tussen de punten januari en maart 2024.
GvO anomalie II - december 2023
Helaas heeft Polder PV in de data van de oktober update alwéér een nieuwe fout ontdekt. Deze is aangegeven in de grafiek met een rood cirkeltje, en nog steeds niet hersteld. Het nieuwe volume voor december 2023 is opeens veel te hoog. Dat was in de update van september namelijk nog maar 142,9 GWh, een "logisch volume" gezien de historische context. Echter, in de update van oktober was opeens een netto (netlevering + niet netlevering - teruggetrokken) hoeveelheid van maar liefst 224,9 GWh te zien. Dit is weliswaar in de november update iets bijgesteld tot 224,8 GWh, wat slechts marginaal lager ligt dan het niveau in in november (momenteel 225,4 GWh). Maar, overduidelijk incorrect, véél hoger dan het huidige volume voor zeer zonnige januari 2024 (211,6 GWh) zou zijn. Dit is onmogelijk, zelfs als we zouden aannemen, dat er nog het nodige aan GvO's bijgeschreven zou moeten gaan worden voor al deze maanden. Volgens de definitieve KNMI rapportages voor de maanden november 2023, december 2023, en januari 2024, zou de globale instraling op het horizontale vlak achtereenvolgens 8.798 J/cm², 4.942 J/cm², resp. 8.824 J/cm² te zijn geweest. Waarbij december 2023 van het drietal dus by far de láágste instraling had, en opvolgend januari 2024 veruit de hoogste instraling, hoger nog dan in november 2023.
Geconcludeerd moet worden, dat er iets goed misgegaan moet zijn bij de ingave van de december 2023 volumes. Het enige wat namelijk blijkt te zijn gewijzigd, is een nieuwe entry voor december 2023, toegevoegd in de maand van melding, oktober 2024, waarin een extra volume van maar liefst 82,3 GWh is weergegeven. Wat gewoon niet kan kloppen. Hierover is, wederom, door Polder PV contact opgenomen met VertiCer. Naar aanleiding van enkele vragen hierover kwam een medewerker met een reply, die in een apart intermezzo is weergegeven, omdat die belangrijk is voor een beter begrip over de "fouten correctie policy" bij dit dochterbedrijf van TenneT / Gasunie.
Om aan te geven wat het "waarschijnlijke" niveau in december 2023 is geweest, heeft Polder PV een gebroken blauwe stippellijn onder de rode cirkel weergegeven. Later zal moeten blijken wat het exacte volume voor die maand zal zijn.
Duidelijk blijft, uit bovenstaande 2 voorbeelden, dat zelfs bij gecertificeerde meetwaarden opgaves, dus fouten kunnen arriveren op de VertiCer burelen. Dit is, wat Polder PV betreft, een zeer zorgwekkende constatering. Alleen zeer stricte, continue controles op die aangeleverde waarden, kunnen garanderen dat het GvO systeem 100 procent waterdicht blijft.
Intermezzo - reactie VertiCer op vragen over verwerking van "fouten" in data Bij de laatste melding van Polder PV, van de anomalie in de GvO cijfers voor december 2023, stelde hij ook enkele vragen aan de servicedesk van VertiCer, over de afhandeling van dergelijke data anomalieën, en wanneer we correcties in de publieke data konden verwachten. VertiCer antwoordde daarop medio november 2024 als volgt. Ik heb enkele belangrijke passages vet gemarkeerd: "Zoals u mogelijk bekend, zijn wij afhankelijk van de gegevens die wij op basis van verwerking/goedkeuring (van het verzoek tot vaststelling, maar ook het insturen van o.a. meetwaarden) vanuit netbeheerder ontvangen. Vanuit VertiCer mogen/kunnen hierin geen wijzigingen worden aangebracht. Wij hebben uw analyse over december 2023 dan ook doorgezet naar de betreffende netbeheerder, welke de gegevens zal moeten controleren en, waar nodig, corrigeren. Ik verwacht dat zij dit spoedig zullen oppakken. Voor wat betreft uw eerdere constateringen over het (mogelijk foutief) vastgesteld vermogen van een 2-tal installaties, hebben wij tevens de betrokken netbeheerder benaderd. Zij hebben toegezegd hierover contact op te nemen met de desbetreffende producent. De wijziging in een vastgesteld vermogen kan in dit geval enkel gemaakt worden, door middel van een nieuw verzoek tot vaststelling (die enkel door producent zelf kan worden ingediend). Wij zijn dus afhankelijk van het moment dat de producent dit instuurt en de netbeheerder deze opnieuw goedkeurt. Daarnaast, kan een nieuwe registratie de eerder doorgegeven (foutieve) registratieperiode niet overlappen op de maanden in het verleden, waardoor gedurende die periode de foutieve waarden in principe in de systemen zal blijven bestaan." Hieruit blijken enkele belangrijke zaken. Resumé van Polder PV:
Het is, linksom of rechtsom, dus niet te voorkomen, dat zelfs evident incorrecte data, ooit gepubliceerd door VertiCer, en meermalen bij hen gesignaleerd door Polder PV, langdurig in hun "officiële" cijfers blijven circuleren. Hier is ook niet "omheen" te werken, want de partijen waar de fouten zijn gemaakt zijn niet bekend bij het publiek, en zullen ook niet bekend worden. |
Januari, maart - oktober 2024
In de zeer zonnige januari 2024 werd tot nog toe ruim 33% (!) meer GvO's genoteerd dan in dezelfde maand in het voorgaande jaar. Voor februari, zie de nog niet herstelde anomalie hierboven.
Ook in maart 2024 was de geregistreerde certificaat uitgifte (795 GWh) veel hoger, 32% dan de tot nog toe uitgegeven hoeveelheid voor maart 2023 (602 GWh). De meest recente resultaten voor april 2024 laten al een uitgifte van 1.077 GWh zien, de eerste april maand waarvoor dus al meer dan 1 TWh aan groencertificaten is uitgegeven voor gecertificeerde PV installaties. Het was al 7,8% hoger dan het al meer gesettelde volume voor april 2023 (999 GWh), maar er zal nog wel het nodige bovenop gaan komen in komende maandrapportages van VertiCer. Het is duidelijk dat zelfs april 2023 al die 1 TWh zal kunnen gaan halen bij latere bijstellingen. Mei 2024 leverde tot nog toe 1.287 GWh op, wat nu nog 5,3% onder de productie van 1.359 GWh in mei 2023 ligt.
Juni is de nieuwe "maandrecord piek" voor 2024 geworden, zoals verwacht kon worden. Nog zeer voorlopige resultaten geven al 1.335 GWh voor die maand. Dat is nu nog 14,5% lager dan de piek in juni 2023 (bijgesteld, 1.562 GWh). Of de inmiddels in een jaar tijd toegevoegde capaciteit de flink lagere instraling in juni 2024 heeft kunnen compenseren is echter nog niet duidelijk. Boonstra had namelijk maar liefst 19,7% minder horizontale instraling in juni 2024 t.o.v. juni 2023 vastgesteld. Dus het gaat nog spannend worden, hoe hoog uiteindelijk de GvO piek voor juni 2024 zal gaan worden t.o.v. dezelfde maand een jaar eerder.
Vanaf juli gaan de totale opbrengsten weer omlaag. Voorlopig, voor juli 2024 1.331 GWh, maar dat is al 9,0% meer dan de 1.221 GWh in juli 2023. De instraling in juli 2024 was ook al wat hoger dan in het voorgaande jaar: 162,4 kWh/m² in juli 2024, t.o.v. 158,2 kWh/m², in juli 2023. Alleen nog onbekende volumes niet gerealiseerde productie bij afschakelen van projecten bij negatieve stroomprijzen op de elektriciteitsmarkt, kunnen een eventueel verder gegroeid verschil in negatieve zin onder druk zetten. Augustus heeft voorlopig 1.255 GWh GvO's toebedeeld gekregen, en dat is alweer 16,0% meer dan in augustus 2023 (1.082 GWh). September 2024 heeft, met nog zeer voorlopige cijfers, nu nog 5,5% minder GvO's gekregen dan september 2023.
De in de huidige analyse toegevoegde maand oktober kreeg in 2024 nog een marginaal volume van 672 MWh aan GvO's toebedeeld, tegenover 454 GWh in oktober 2023. Het is duidelijk, dat er kennelijk nog een hoop administratief werk afgerond moet worden voor deze maand, blijkbaar is VertiCer nog niet toegekomen aan de verwerking van de ongetwijfeld op een veel hoger niveau liggende data. De komende updates zullen dat gaan uitwijzen. De instraling in oktober was, volgens de data extracties van Anton Boonstra, 9,2% hoger dan in oktober 2023. De verwachting is dus dat uiteindelijk het aantal afgegeven GvO's in die maand ook veel hoger zal gaan uitpakken dan in dezelfde maand, een jaar geleden.
Met name voor de laatst gerapporteerde maanden zullen er sowieso nog het nodige aan uitgegeven GvO's bij gaan komen. Standaard bij de GvO data van VertiCer is, dat de eerstpublicatie voor een willekeurige maand al het veruit grootste volume GvO's voor die maand oplevert (met uitzondering dus nu oktober). Afgiftes die later worden gepubliceerd, zijn al veel geringer van omvang, en worden stapsgewijs kleiner qua volume. Het "doorsijpelen" van later afgegeven GvO's, die met terugwerkende kracht voor de betreffende maand worden bijgeschreven, kan echter zeer lang doorgaan. Dat kan langer dan een jaar duren in veel gevallen.
De tweede drijvende kracht achter deze curve is uiteraard de in het recente verleden zeer onstuimige groei van de projecten markt, met telkens flink meer, gemiddeld genomen steeds grotere PV projecten, wier nieuwe productie volumes in de loop van het kalenderjaar toegevoegd worden aan de output van het eerder al bestaande productie "park". Dat is dé drijvende kracht achter de steeds hoger wordende pieken (bovenop de verschillen in instraling van jaar tot jaar). Alle nieuwe capaciteit zal bijdragen aan het verhogen van de pieken, zelfs al hebben ze in sterk toenemende mate oost-west opstellingen om de voor netbeheerders zeer vervelende "middag-output-piek" te verlagen. Ook het steeds meer om zich heen grijpende fenomeen van afschakelingen bij negatieve marktprijzen, zal in de projecten markt al te sterke stijgingen bij de afgifte van GvO's onder druk zetten. De potentiële zonnestroom productie wordt dus in toenemende mate uitgehold.
Nog niet is bekend, hoe er bij VertiCer omgegaan zal gaan worden met certificaten voor, bijvoorbeeld, door grote zonnestroom projecten tijdelijk in accu's opgeslagen elektra. Mijn vermoeden is, dat zo'n accu dan als "afnemer" gezien zal worden, en dat daarna het recht op "groenheid" bij gebruik verloren is gegaan. Er is immers al bij de productie een certificaat afgegeven, dat kan niet "verdubbeld" worden.
Progressie in winter"dips"
In de productie curve was tot aan de vorige update goed te zien dat de zogenaamde "winter-dips" in de periode 2021 - 2023 ook op een steeds hoger niveau komen te liggen, a.g.v. de almaar toenemende productie capaciteiten, die ook in de winter aan een toenemende hoeveelheid zonnestroom output bijdragen. In deze laatste update blijkt december 2022 weer, achter de komma, een marginaal hoger volume te zijn toegerekend, het blijft echter steken op 137,3 GWh. Dat is wel al 13,4% hoger dan in december 2021 (121,1 GWh), en is zelfs al een factor 4,6 maal het niveau van de "dip" in het winterseizoen van 2017/18 (jan. 2018 29,8 GWh, zie eerder gepubliceerde historische grafiek).
Voor december 2023 staan we echter weer met lege handen, vanwege de hierboven gekenschetste "tweede GvO anomalie" die in de vorige update is ontdekt door Polder PV. Het is te hopen dat in de toekomst de reparatie van deze anomalie ook daadwerkelijk zichtbaar zal gaan worden in bijgestelde, publiek beschikbare cijfers.
7. Jaarproducties volgens Garanties van Oorsprong
Een herziene versie van de grafiek met de jaarlijkse uitgifte van Garanties van Oorsprong (GvO's) werd door Polder PV gegeven in de analyse van de augustus cijfers van 2024 (link).
Integreren we de data uit dat overzicht, met de meest recente toevoegingen (ook uit eerdere jaren) van de update van 2 december 2024, krijgen we de volgende grafiek met de totaal uitgegeven hoeveelheden GvO's (lees: zonnestroom producties) in de kalenderjaren 2006 tm. 2023, en de eerste, al forse volumes, voor 2024.
De tot nog toe bekende zonnestroom productie van uitsluitend de gecertificeerde zonnestroom markt (dus exclusief vrijwel alle residentiële en andere niet bij VertiCer bekende capaciteit) groeide razendsnel. Van nog bijna onmeetbare hoeveelheden in 2006, tot een volume van 219 GWh in 2015. Vervolgens zette de groei stevig in, vooral veroorzaakt door een toenemende hoeveelheid, en steeds grotere, via de SDE regelingen gesubsidieerde projecten. Van 556 GWh in 2016, 1,6 TWh in 2018, 2,9 TWh in 2019, 5,1 TWh in toenmalig record jaar 2020, naar 6,2 TWh in 2021. Aangezien 2022 zeer zonnig was (Anton Boonstra: 13% meer horizontale instraling dan in 2021), volgt meteen een grote sprong naar bijna 8,6 TWh in 2022.
Vervolgens werden er voorlopig al ruim 9,1 TWh aan GvO's afgegeven voor 2023. Hierbij komt ook nog, dat de nodige nakomende volumes van eerdere maanden worden bijgeplust. Het zal daarbij interessant zijn, te zien, wat de balans zal gaan worden tussen de méér productie van de (record) toegevoegde nieuwe gecertificeerde capaciteit in 2023, in relatie tot het feit, dat de cumulatieve instraling in dat jaar, 7,2% láger lag, dan in het relatief zonnige jaar 2022, aldus de data-extracten en waarnemingen van Anton Boonstra.
Verrassend is, dat 2024, met nog 1 maand te gaan (en heel veel updates te verwachten), nu al flink boven het kalenderjaar totaal voor 2023 uitkomt, met 10,3 TWh aan reeds uitgegeven GvO's. Hiermee is voor het eerst in de historie de 10 terawattuur gecertificeerde stroomproductie in een kalenderjaar al vroegtijdig "geboekt".
Dat is een volume aan zonnestroom wat al een factor 47 maal zo veel is, dan aan het begin van de "echte roll-out" van de eerste SDE subsidieregelingen (vanaf 2015). Wel dient hierbij als waarschuwing, dat de volstrekt foutieve (veel te hoge) waarde van februari 2024 bij dit voorlopige totaal volume zit, maar ook het te hoge volume voor de laag productieve maand december in 2023. Zolang die fouten nog niet zijn hersteld in de publieke cijfers, is de tot nog toe geregistreerde productie in de eerste tien maanden van 2024 dus nog enigszins onzeker.
In ieder geval is er vanaf 2006 tot en met 2024 door VertiCer en haar rechts-voorgangers, inmiddels 45,8 TWh aan garanties van oorsprong uitgegeven voor gecertificeerde PV capaciteit.
Intern - eerdere rapportages CertiQ / VertiCer 2023 - 2024, aflopend gesorteerd
VertiCer update oktober 2024, Gecertificeerde PV markt 14,5 GWp, jaargroei 2023 naar record 2.618 MWp nieuwbouw (2022 +32%), nieuwe anomalie getraceerd (5 november 2024)
VertiCer update augustus 2024, II. Syntheses evolutie aantallen PV projecten, en capaciteit vanaf 2006, en Garanties van Oorsprong vanaf 2006 / 2017 (5 september 2024)
VertiCer update augustus 2024, I. Gecertificeerde PV markt, jaargroei 2023 naar record 2.579 MWp nieuwbouw (2022 +30%), en grootste cijfer anomalie in historie (4 september 2024)
VertiCer update juli 2024 - 2023 gecertificeerde PV markt, record jaargroei naar 2.490 MWp nieuwbouw, bijna 26% meer aanwas dan in 2022 (4 augustus 2024)
VertiCer update mei 2024 - 2023 jaargroei naar 2.404 MWp nieuwbouw, 22% méér t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (4 juni 2024)
VertiCer update januari 2024 wederom surprise - 2023 naar 2.012 MWp nieuwbouw, nu 2,4% méér t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (?) (4 februari 2024)
VertiCer update december 2023 - voorlopig 1.298 MWp nieuwe gecertificeerde PV capaciteit, 34% minder t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (7 januari 2024)
VertiCer update september 2023 - eerste 3 kwartalen 867 MWp gecertificeerde PV capaciteit nieuw, (voorlopig) 46% minder t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (4 oktober 2023)
VertiCer update augustus 2023 - eerste 8 maanden 835 MWp gecertificeerde PV capaciteit nieuw, (voorlopig) 45% minder t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (7 september 2023)
VertiCer update juli 2023 - eerste zeven maanden 646 MWp, (voorlopig) 46% van nieuwe capaciteit t.o.v. zelfde periode 2022 (2 augustus 2023)
Januari 2023 flinke toename geregistreerde gecertificeerde zonnestroom capaciteit, 354 MWp, maar het verhaal is complexer bij CertiQ. Deel I. (8 februari 2023)
CertiQ herziet cijfer presentatie methodiek - een nieuw tijdperk ? (8 februari 2023)
Sinterklaas surprise november rapport CertiQ 2022 bleek een fopspeen: december rapport wederom "negatieve groei", 1e status update. (9 januari 2023, laatste analyse van "klassieke" maandrapportage, en links naar eerdere analyses in 2021 en 2022)
Meer licht in de duisternis (?) omtrent ontwikkeling gecertificeerde zonnestroom portfolio in (2019-) 2020 bij CertiQ. (4 november 2020; vroege signalering van sterk wijzigende historische CertiQ data door Polder PV)
Extern
Data overzichten website VertiCer (vooralsnog alleen rapportages over 2023 en 2024, en 1 gereviseerd overzicht met data tot juni 2021)
NB: de oude website van CertiQ is niet meer actief, de url verwijst door naar de site van rechtsopvolger VertiCer !
1 december 2024. Zonnestroom productie november PV systeem Polder PV - "bijna gemiddeld" in bijna gemiddeld zonnige maand. De zonnestroom productie lag bij Polder PV, onder anderen vanwege diverse ouderdoms-verschijnselen, waaronder hardnekkige problemen bij minstens 1 verbinding (1 micro-inverter daardoor slecht functionerend), bij gemiddeld zonnig weer, in november, marginaal onder het langjarige gemiddelde. De balans van alle cijfers vindt u hier onder.
In deze analyse de (geïnterpoleerde) cijfers voor november en voor de eerste 11 maanden van 2024, voor het referentie systeem bij Polder PV. Wat sedert de netkoppeling van de eerste vier zonnepanelen, op 13 maart 2000, in de basis, eind oktober 2024, inmiddels meer dan negenduizend, meer precies, 9.029 dagen, in bedrijf is.
De tabel met de gemeten producties van de verschillende "sets" zonnepanelen van Polder PV. Alleen voor november in de eerste kolommen, en daarnaast de cumulatie voor de 1e 11 maanden van 2024 (jan. tm. november). Naast het opgestelde vermogen in Wp wordt de productie per groep in Wattuur (Wh) vermeld, ernaast de belangrijke afgeleide specifieke opbrengst (in kWh/kWp, hetzelfde als Wh/Wp), waarmee de uit verschillende vermogens bestaande deelgroepjes goed vergeleken kunnen worden. Helemaal rechts, de vergelijkbare staatjes voor de specifieke opbrengsten in november, resp. januari tm. november 2023, ontleend aan het bericht over die maand, op de Polder PV website.
In november was de kleine Kyocera set (2x 50 Wp op 1 OK4E-100 micro-inverter), de best performer, met 30,5 kWh/kWp, gevolgd door een setje van 2 108 Wp panelen wat pal op zuid staat gericht, en de oudste zonnepanelen set, 4x 93 Wp Shell Solar modules (bijna 29, resp. 28 kWh/kWp). De Kyocera set zat daarmee op ruim 15% boven de productie in november 2023. De set 4 achterste 108 Wp modules (oranje band) deed het, met een specifieke opbrengst van 25,7 kWh/kWp, ook aardig, met name omdat in deze maand bij laag-staande zon deels schaduw effecten van de voorste rij op deze array spelen. De 2 problematische panelen (rode band, met donker rood kader, al langere tijd waarschijnlijk een slechte verbinding) hadden de laagste opbrengst t.o.v. november vorig jaar, toen die problemen ook al speelden. Met 21,6 kWh/kWp was dat, als enige deel-set, 13,8% láger dan in november 2023. Daarmee wordt ook het "groeps-resultaat" van de eerste set 108 Wp panelen (6 stuks, paarse band) in negatieve zin beïnvloed: dat gaf een slechts 1,3% hogere opbrengst te zien dan in november 2023. De andere deel-sets hadden veel hogere meer-opbrengsten.
Het kern-systeem van 10 panelen / 1,02 kWp (lichtgroene band) had een opbrengst van 26,3 kWh, wat neerkomt op een specifieke opbrengst van 25,8 kWh/kWp. Dat ligt, zoals we konden verwachten a.g.v. de slecht functionerende deelset in die groep, slechts 5,4% boven het niveau in november 2023 (24,4 kWh/kWp).
November 2024 had een "Normale temperatuur en hoeveelheid zon, en was vrij nat" volgens het KNMI, met 65 zonuren t.o.v. het langjarige gemiddelde van 70 voor die maand. Lauwersoog in Groningen was erg somber, met 45 zonuren. Opvallend was dat het normaliter zonnige zuidwesten van Nederland ook niet erg veel zon kreeg, maar Lelystad daarentegen, in centraal Nederland, het hoogste aantal zonuren telde (80 t.o.v. normaliter [gemiddelde 1991-2020] 69 zonuren).
Vergelijken we de specifieke producties in de eerste 11 maanden van 2024 met die in 2023 (laatste kolom rechts), blijkt 2024 gemiddeld genomen, mede vanwege de al langere tijd spelende structurele problemen bij onze oude PV installatie, beduidend mindere resultaten te laten zien, tussen de -0,3% en -16,0% voor de meest problematische set (rode band). Alleen het Kyocera setje bleef fier standhouden, en wist er tot nog toe 3,3% meer productie uit te persen dan tussen januari en november in 2023. Alle veertien panelen bij elkaar produceerden 4,9% minder dan vorig jaar in de eerste 11 maanden. Daarmee is het verschil weer wat kleiner geworden t.o.v. de vorige update tm. oktober.
Het resultaat voor het 1,02 kWp kernsysteem in 2024 is inmiddels geplot in het welbekende maandproductie diagram, wat Polder PV al vele jaren lang elke maand van een update voorziet.
In deze grafiek alle maandproducties van het kern-systeem van 10 panelen (1,02 kWp) bijeen, met elk kalenderjaar een eigen kleur. 2024 heeft weer een eigen kleurstelling. Tot oktober 2001 waren er nog maar 4 panelen in het eerste systeem, en de producties daarvan zijn dan ook niet vergelijkbaar met de rest van de datapunten. Oktober 2010 was het hele systeem grotendeels afgekoppeld van het net, vandaar de zeer lage waarde voor die maand. Die wordt dan ook niet meegenomen in de berekening van het langjarige gemiddelde per maand, de dikke zwarte lijn in de grafiek.
Afgezien van januari 2024, wat een record opbrengst toonde, is het daarna alleen maar matig tot slecht geweest met de opbrengsten. Wat deels heeft te maken met het zeer sombere, regenrijke weer in het eerste half jaar, gecombineerd met structurele problemen met de verbindingen van de panelen in onze oude installatie. September en oktober kwamen, mede vanwege de relatief zonnige omstandigheden, weliswaar duidelijk sub-gemiddeld, maar niet record laag uit, met opbrengsten van 77,8 kWh resp. 53,1 kWh. Dat was, voor oktober, bijna 6% onder het langjarige gemiddelde van 56,4 kWh. Oktober 2024 ligt daarmee iets onder het midden van de range voor alle jaren (2010 uitgesloten vanwege deels afgekoppeld systeem in die maand). November is "iets ondergemiddeld" uitgekomen, met 26,3 kWh productie, 3,5% onder het langjarige gemiddelde.
In deze vergelijkbare grafiek zijn alleen de maandproducties van de laatste vier jaar getoond. Zelfs in zo'n relatief korte periode zijn de verschillen soms groot in de lange zomerse periode. Het relatieve verschil in maart was het hoogst, omdat die maand in 2022 zéér hoog scoorde (zelfs hoger dan de opvolgende maand april). Goed is te zien dat 2024 sterk tegenvallende producties heeft laten zien, afgezien van januari. April en mei bereikten nieuwe laagte records bij de gemeten producties, ook juni en juli vielen flink tegen, al waren het geen laagte records. Augustus kwam iets ondergemiddeld uit, het resultaat van een combinatie van mooi, zonnig weer, met echter een matig functionerende (oude) installatie. September tm. november zaten iets lager dan de langjarig gemiddeld waarden, al was het verschil voor oktober en november marginaal.
In deze grafiek geef ik de cumulatieve opbrengsten per kalenderjaar voor alle maanden per kalenderjaar, tot en met de maand weergegeven in de titel (momenteel: november). De eerste twee jaren gelden niet voor het gemiddelde of de mediaan, omdat er toen grotendeels nog maar 4 panelen aanwezig waren en de producties dus veel lager dan met tien panelen. Het gemiddelde voor de productie in januari tm. november is in de laatste oranje kolom weergegeven, en door de horizontale zwarte streepjeslijn, en bedraagt (periode 2002-2024) inmiddels 913 kWh voor dit deel-systeem.
We zien een grote spreiding in de cumulatieve opbrengst voor de eerste elf maanden, met 4 jaren die behoorlijk tot flink boven het gemiddelde uitsteken, en nogal wat jaren er (ver) onder. Het overall zeer zonnige jaar 2003 had bij Polder PV al in februari de macht gegrepen, en heeft haar positie tm. november bestendigd, met een cumulatieve opbrengst van 1.054 kWh in de eerste elf maanden (15,4% meer dan het langjarige gemiddelde), gevolgd door ook hoog scorend 2022, 2018 en 2009.
De opbrengst in januari (hoge productie), februari (zeer lage productie), en maart 2024 (beduidend ondergemiddeld), april en mei (laagste scores ooit), tegenvallend juni en juli, iets ondergemiddeld producerend augustus, en daarna weer verder wegzakkend, in accumulatie eind november slechts 799 kWh, geeft, in totaal bezien, voor Polder PV's grootste deel installatie, voor de 9e maand achter elkaar, het slechtste cumulatieve resultaat in de volledige productie periode sedert 2002. Dat is 12,5% lager dan het langjarige gemiddelde. Dit wordt grotendeels veroorzaakt door (een) slechte verbinding(en) bij (minimaal) een paneel, natuurlijk in combinatie met de niet erg beste weers-omstandigheden in de eerste twee kwartalen.
In bovenstaande grafiek is ook weer de mediaan waarde voor de jaren 2002 tm. 2024 weergegeven, in de vorm van de horizontale, magenta streepjeslijn. Deze waarde ligt iets onder het gemiddelde, op een niveau van 896 kWh. De productie in januari-november 2024 ligt 10,9% onder deze mediaan waarde.
In deze grafiek zijn de voortschrijdende cumulaties van de energie (stroom) productie van het 1,02 kWp basis-systeem te zien, met elk jaar een eigen kleur. We zien voor het jaar 2023 (lichtgele kleurstelling), na aanvankelijk een gemiddelde start in januari-februari, dat, vanwege problemen met de installatie, de curve duidelijk onder het langjarige gemiddelde (zwarte streepjeslijn) duikt, in juni een korte opleving laat zien, om vervolgens weer weg te zakken, naar een voorlaatste positie, eind van het jaar. Rekenen we 2010 als niet representatief jaar (dakrenovatie, anderhalve maand niet gerealiseerde productie), is 2023 tot nog toe dus het slechtste productiejaar in de lange historie van Polder PV geworden, met een jaaropbrengst van slechts 868 kWh voor deze deel-installatie. Dat is 2% lager dan het tot nog toe laagste productie tonende "normale" jaar, 2012 (885 kWh).
De cumulatieve jaarproducties van de twee hoogst (2003 en 2022), en slechtst presterende jaargangen (2023, 2012) zijn rechtsboven naast de Y-as weergegeven, om een indruk van de spreiding te geven.
2024 begon aanvankelijk weer met een zeer hoge, "bijna record" opbrengst in januari, maar door de soms zeer sombere maanden in met name de eerste jaarhelft werd het cumulatieve resultaat weer duidelijk gedrukt. Gezien de slechte conditie van de installatie, én het zeer teleurstellend verlopen weertype in het eerste half-jaar, is het onmogelijk dat dit in de laatste maand nog goed gaat komen. Tot en met november kwam de productie op een nieuw laagte-record, 799 kWh (gemiddelde over alle jaren: 905 kWh). We stevenen dus af op een "all-year-bad" laagterecord, in 2024.
Data Anton Boonstra, Siderea.nl, NKP, Energieopwek.nl
Boonstra had direct, op zondag 1 december weer de volledige set van 4 kaartjes met de instraling en productie in november op "X" geopenbaard, alsmede de data voor de 1e 11 maanden van 2024, per provincie bepaald van opgaves van het KNMI, en het PVOutput.org portal, van 1.222 grotendeels residentiële installaties (links in bronnen overzicht, onderaan).
De horizontale instraling in november 2024 lag in Nederland gemiddeld 5,6% láger, dan in dezelfde maand in 2023, wat overeenkomt met het lagere aantal zonne-uren reeds gemeld door het KNMI zelf. Er was gemiddeld 22,8 kWh/m² aan instraling , en een redelijk gelijkmatige spreiding over het land. De extremen lagen voor die maand tussen de 18,6 kWh/m² (Groningen), en 25,6 kWh/m², in hartje Nederland, provincie Utrecht. De relatieve verschillen met november 2023 lagen tussen de -18,1% in Groningen, en +5,1% in provincie Utrecht, een nogal flink verschil, dus.
De gemiddelde specifieke productie opbrengst (van grotendeels residentiële installaties) lag voor heel Nederland op 20,9 kWh/kWp in november 2024, wat, volgens Boonstra, 2,1% lager lag dan in november 2023. Het lage "extreem" lag echter niet in Groningen, maar in Fryslân (15,5 kWh/kWp), resp. 22,9 kWh/kWp in Utrecht (productie bijna 48% hoger dan in Fryslân). De relatieve verschillen met november 2023 waren in negatieve zin het grootste in Zeeland (-22,9%), en in positieve zin in Utrecht, met 9,4% meer productie. In Polder PV's provincie Zuid-Holland was de gemiddelde specifieke productie 21,2 kWh/kWp in november 2024. Polder PV's oude installatie deed het, wederom verrassend, gezien de structurele problemen met de installatie, met gemiddeld 25,8 kWh/kWp, weer beter dan het provinciale gemiddelde (eerste tabel aan het begin van dit artikel). De Kyocera set haalde, met 30,5 kWh/kWp, zelfs 44% meer, dan dat provinciale gemiddelde (!).
Voor de cumulatieve instraling in de maanden januari tm. november liet Boonstra uiteraard ook weer een kaartje zien. Nog steeds blijft 2024 achter t.o.v. het voorgaande jaar, het verschil is echter weer, door de relatief zonnige oktober maand, wat afgenomen, in november zakte het weer iets in. Over heel Nederland was de totale horizontale instraling 1.041,9 kWh/m², wat inmiddels 5,8% lager is dan het niveau in jan.-nov. 2023 (NB: in de periode jan. tm. juli was het nog 9,1%, in jan. tm. sep. 6,5%). De tweede jaarhelft heeft dus wel een stuk goedgemaakt t.o.v. de behoorlijk natte, sombere, eerste helft van het jaar. Limburg bljft "met stip" rode lantaarndrager, met maar 1.007 kWh/m², op afstand gevolgd door buurprovincies Gelderland en Noord-Brabant. In de eerste elf maanden blijft NW Nederland duidelijk voorop lopen, met Noord-Holland, met 1.077 kWh/m² (7,0% meer instraling dan in Limburg, het verschil is weer iets verder geslonken), Fryslân (1.062 kWh/m²) en Zuid-Holland, wat inmiddels normaliter zonniger Zeeland achter zich heeft gelaten (1.054 om 1.051 kWh/m²), als relatief instralingsrijke provincies. In relatieve zin lagen de verschillen met de periode januari - november 2023 tussen de -8,5% in Limburg, tot -3,8% in Drenthe.
Kijken we naar de PVOutput.org installaties, is de gemeten (specifieke) productie in de eerste 11 maanden van 2024 gemiddeld 808,9 kWh/kWp geweest, wat 7,5% lager is dan de productie in die periode in 2023. In september was de delta tm. die maand nog 8,6% lager; het verschil is daarbij dus weer wat kleiner geworden, maar zal voor het hele jaar negatief blijven gezien de lage productie die we in december kunnen verwachten. Utrecht is, wat de laagste cumulatieve opbrengst betreft, inmiddels verdrongen door Fryslân (gemiddeld 784 kWh/kWp), gevolgd door Utrecht, Drenthe, en Noord-Brabant (786, 794, res. 796 kWh/kWp). De voorsprong van de installaties in Zeeland op die in Noord-Holland is in relatieve zin ongeveer gelijk gebleven, met gemiddeld 856 (t.o.v. 849) kWh/kWp.
De gebreken bij de oude installatie van Polder PV blijven de opbrengsten in Leiden fors drukken. De gemeten specifieke opbrengst van 795 kWh/kWp voor de hele installatie, in de eerste 11 maanden (tabel bovenaan dit artikel), blijft een flink eind onder die van het gemiddelde in zijn provincie, Zuid-Holland, steken (820 kWh/kWp). Het gemiddelde wordt hierbij flink gedrukt door de problematische set panelen, anders had de specifieke productie hoger gelegen dan het provinciale gemiddelde.
In relatieve zin waren de (negatieve) verschillen met hetzelfde tijdvak in 2023 als volgt. Het laagste verschil werd, wederom, in Groningen vastgesteld (-4,3%, met Noord-Holland en Fryslân -5,0%, resp. -5,4%, op de 2e en 3e plaats). De hoogste verschillen werden vastgesteld in Limburg en Noord-Brabant (-9,9% resp. -9,7%).
Verschillen
instraling vs. productie
Voor de periode januari tm. november blijven de negatieve verschillen
van de gemeten producties wederom groter t.o.v. dezelfde periode in 2023,
dan bij de instralings-data. Dit is al langere tijd zo, en is waarschijnlijk
terug te voeren op extra problemen, zoals tijdelijk uitvallende omvormers
bij netspannings-problemen in met name laagspanningsnet - gebieden (woonwijken
e.d.), en vermoedelijk ook, actieve uitschakeling van PV installaties
bij klanten met een dynamisch stroom contract, in periodes met negatieve
stroomprijzen. Deze problemen zullen vermoedelijk stapsgewijs gaan toenemen.
Na het voorgaande "incident" dat, de productie in oktober iets groter bleek te zijn dan de extra hoeveelheid instraling t.o.v. dezelfde maand vorig jaar, is in november iets vergelijkbaars aan de hand. De instraling was 5,6% lager dan in dezelfde periode in 2023, maar de productie lag "slechts" 2,1% lager. Het is mogelijk dat de netwerk problematiek minder of niet speelt in deze donkere maanden van het jaar, en dat daardoor de verschillen andersom kunnen uitpakken, dan bij de variatie over langere periodes (inclusief de "netcongestie maanden" in de lente en zomer).
Siderea verwijst al enige tijd voor hun opbrengst prognoses naar de nieuwe, interactieve Landelijke Opbrengst Berekening, met meer datapunten dan vroeger werden vermeld. De methodiek bij Siderea is verder verfijnd, zie het separate bericht onderaan. Dit werkt ook door in de resultaten op de LOB pagina. Deze resultaten worden ook apart weergegeven in een separaat tabblad.
Siderea stelt in zijn blog voor november 2024: "Productie zonnestroom in Nederland November 2024, iets onder normaal". Er wordt op de LOB pagina gerekend met haalbare specifieke opbrengsten van 20 (Eelde / Noord Drenthe) tot 32 kWh/kWp (Flevoland), voor goed werkende installaties met "gemiddelde oriëntaties", ZW of ZO. Tot waarden van 22 kWh/kWp tot 35 kWh/kWp voor zowel Flevoland, als voor westelijk Gelderland, voor installaties met optimale oriëntaties.
Voor de langjarige periode 2001-2020 berekende Siderea voor november haalbare opbrengsten, tussen de 24 kWh/kWp (noord Drenthe) en 31 kWh/kWp in zuid Limburg, voor "gemiddelde oriëntaties", en 28 kWh/kWp in noord Drenthe en Fryslân, tot 34 kWh/kWp, voor Zuid Limburg en oostelijk Noord-Brabant, voor "optimale oriëntaties".
Voor de periode jan.-nov. 2024 zijn alle data nog rood gekleurd, en, kennelijk, nog niet volledig. Dit kan dus nog wijzigen. Tot nog toe zijn in de Kooy (Den Helder) de hoogst haalbare waarden genoteerd (optimale oriëntaties: 1.037 kWh/kWp).
Zoals eerder al gememoreerd, zijn (finaal berekende cijfers) allemaal ideale gevallen. De meeste van de recenter geplaatste installaties halen deze prognoses niet (zoals al jaren blijkt uit de verzamelde data van Boonstra), omdat ze onder suboptimale omstandigheden zijn gerealiseerd. Bovendien komen tijdelijke afschakelingen, gewild (negatieve stroomprijzen bij dynamisch stroom contract), dan wel ongewild (spanningsproblemen op het laagspanningsnet, a.g.v. hoge penetratiegraad van PV op relatief "dun" uitgelegde netten) vaker voor, wat de werkelijk haalbare jaarproductie onder druk zet bij de getroffen installaties. Dit zal sowieso niet gaan verbeteren, maar eerder nog minder gaan worden. In ieder geval in de "zonnige" maanden. Wat de inmiddels door de Tweede Kamer aangenomen wet afschaffen salderen voor extra negatieve gevolgen zal gaan hebben voor de te verwachten (specifieke) productie volumes is nog afwachten. Dit kan beslist een significante rol gaan spelen.
Nationaal Klimaat Platform had op 1 december 2024 nog geen maandbericht klaar staan over november. Gezien het feit dat de wind productie voor de 2e maand op rij tegenviel (Tweet Martien Visser van 1 december 2024), zal de totale output aan stroom uit hernieuwbare bronnen in die maand ook wel (relatief) tegen gaan vallen.
De actueel berekende data zijn tegenwoordig te raadplegen via het Nationale Energie Dashboard, zie ook het artikel van 21 maart 2024, op Polder PV. Eerder leek te worden gesuggereerd, dat de energieopwek.nl site in de 2e helft van 2024 wordt opgeheven, en in het NED zal worden ondergebracht. Op 1 december 2024 is deze echter nog steeds actief, zie hier onder.
Energieopwek.nl
De brondata voor het Klimaatakkoord, Nationaal Klimaat Platform, en het Nationale Energie Dashboard, worden als vanouds berekend door de computers van En-Tran-Ce van Martien Visser (energieopwek.nl website). In november 2024 werd het hoogste gemiddelde vermogen voor de berekende zonnestroom productie al op de 3e bereikt, met een berekende output van gemiddeld 2,29 GW over dat etmaal. In 2023 lag het hoogste niveau in die maand op 1,48 GW, op 7 november. Te zien is, aan de berekende producties, dat ze hard achteruit gaan, wat uiteraard te maken heeft met een combinatie van steeds minder gunstige zonnestanden (lager t.o.v. de horizon), én de veel kortere daglengtes.
De gemiddelde output piek voor november 2024 is, uiteraard, geen record voor dat jaar, we zitten immers weer in de "donkere maanden met korte dagen", waarin we al lang geen jaar records meer kunnen verwachten. In de voorliggende maanden werden de gemiddelde record waarden bereikt op 5 oktober (3,95 GW), 1 september (5,1 GW), 12 augustus (6,4 GW), 29 juli (7,0 GW), resp. nieuw record houder 26 juni 2024, met 7,33 GW gemiddeld). In 2023 werd het vorige jaar record, ook in juni, op de 13e vastgesteld op 6,23 GW gemiddeld (aangepaste berekening, bij eerst-publicatie was het namelijk nog maar 5,85 GW).
Het dag-"record" van 3 november 2024 komt neer op een berekende zonnestroom productie van 2,29 (GW) x 24 (uren) = 55,0 GWh. Dat ligt alweer 55% (!) hoger dan het hoogste niveau in november 2023 (7e: 35,5 GWh).
Voor de maand november 2024 werd de hoogste momentane output piek voor zonnestroom door energieopwek.nl midden op de dag ook op de derde bereikt, op een niveau van 10,07 GW. Dat is uiteraard wel substantieel, bijna de helft, lager dan de record piek, 19,87 GW, berekend voor 26 juni dit jaar, toen de zon veel gunstiger stond t.o.v. de normaliter vaste zonnepaneel opstellingen in Nederland.
De maximale output waarden in de zomermaanden juni, juli en augustus 2024, lagen alweer flink hoger dan het momentane productie record in 2023. Dat was op 3 juni 2023, waarvoor 16,9 GW piek opbrengst is vastgesteld. De piek op 3 november 2024 lag uiteraard wel duidelijk lager, maar 10 Gigawatt vermogen is in zo'n late herfstmaand beslist zeer hoog. Het record voor 26 juni zal uiteraard het jaar record voor 2024 blijven, omdat de zonnestand midden op de dag al snel veel minder gunstig is geworden. De pieken zullen weer flink lager gaan worden, maar desondanks voor de betreffende maanden hoogstwaarschijnlijk weer record waarden gaan halen.
Bronnen:
Meetdata Polder PV sedert maart 2000
Extern:
Zachte en vrij natte herfst (kort nieuwsbericht KNMI, 29 november 2024)
November 2024. Normale temperatuur en hoeveelheid zon, vrij nat (maandbericht KNMI, 29 november 2024, voorlopig overzicht)
De staat van ons klimaat 2023: warmste en natste jaar ooit gemeten (nieuwsbericht KNMI, 31 januari 2024, met link naar volledige rapportage, let daarbij vooral ook op het instralingsdiagram op slide 12 !)
En verder:
Anton Boonstra (grafieken met gemiddelde waarden van KNMI weerstations resp. PVOutput.org, gelumpt per provincie)
1 dec . 2024. Instraling KNMI weerstations, voor november 2024, en voor januari tm. november 2024
1 dec . 2024. Gemiddelde productie in november 2024 t.o.v. ditto 2023 bij 1.222 zonnestroom installaties op het PVOutput.org platform
1 dec . 2024. Gemiddelde cumulatieve productie in jan-nov 2024 t.o.v. ditto in 2023, bij 1.222 zonnestroom installaties op het PVOutput.org platform
Siderea.nl (met name de interactieve LOB berekening pagina)
Update "Siderea PV Simulator". Bericht gedateerd 7 april 2024, over enkele wijzigingen in de berekenings-methodiek bij Siderea
Gemiddelde zonnepanelen opbrengsten in Nederland in 2023: 0,87 kWh/Wp (Solarcare, ongedateerd, januari 2024)
Martien Visser / En-Tran-Ce, meestal met hoogst interessante weetjes in de "grafiek van de dag", een paar recente voorbeelden. Productie data zijn veelal berekend, middels steeds fijnere modelleringen, en - voor PV - gebaseerd op voortschrijdende inzichten in combinatie met meest recente capaciteits-data van het CBS (zie ook deze verklarende tweet):
Berekende zonnestroom productie november 2024 21% hoger dan ditto in november 2023 (1 december 2024)
Interessante gedachtenwisseling met Greunsven van TenneT over gepercipieerde noodzaak netuitbreiding a.g.v. toename PV capaciteit (draadje, 29 november 2024)
Geschatte grootschalige batterij capaciteit en groei in Nederland (28 november 2024)
Verhouding hernieuwbare energie bronnen tussen Nederland en Duitsland vlg. Eurostat (27 november 2024)
Hoogste productie zonnestroom in MWh/km² in EU, in Malta, NL zou tweede zijn (26 november 2024)
30 november 2024: CBS update, deel 3. Zonnestroom capaciteit per provincie, gemeente, en per type - enkele segmentaties. In de vorige twee CBS cijfer updates toonde Polder PV achtereenvolgens de laatste nationale cijfer update voor aantallen PV installaties en gerelateerde capaciteit, en de berekende zonnestroom productie tot en met 2023. In dit vervolg artikel ga ik in op enkele belangrijke segmentaties van de installaties en capaciteiten. Later zal hier nog dieper op worden ingegaan, evenals het belangrijke segment zonneparken. Voor nu worden de eerste vijf grafieken getoond.
(1) Zonnestroom capaciteit evolutie per provincie tm. medio 2024
In deze eerste grafiek is de capaciteit evolutie van bij het CBS bekend zonnestroom vermogen weergegeven van 2019 tm. 2023 (tm. 2022 definitief, 2023 nader voorlopig), en achteraan de nog zeer voorlopige resultaten voor het eerste half jaar van 2024. De kolommen geven een stapeling van de provinciale volumes weer, waarbij alle kolommen zijn gesorteerd volgens de volgorde / omvang in de eerste jaarhelft van 2024, de grootste contribuant onderaan, en de kleinste bovenaan de kolom. Er is ook nog een fractie die kennelijk nog niet aan een provincie kan worden toegewezen, wat medio 2024 een volume bevatte van 176 MWp (licht oranje segment). Het totale (nationale) volume staat boven de kolommen weergegeven.
We zien een zeer rappe groei in de afgelopen jaren, van 7,2 GWp eind 2019, naar al 24,3 GWp, eind 2023. Medio 2024 is dat verder toegenomen naar 26,1 GWp, met ongetwijfeld nog het nodige volume toe te voegen in latere updates. Deze zullen niet meer het half-jaar volume weergeven, maar het einde-jaars volume, waarvoor de allereerste prognose vermoedelijk in het voorjaar van 2025 wordt bekend gemaakt.
Bij de volgorde van hoogste naar kleinste impact blijft Noord-Brabant met kop en schouders boven de andere 11 provincies uit steken, wat een gevolg is van de hoogste scores op het gebied van kleine installaties tm. 15 kWp, én de rooftop systemen groter dan 15 kWp, aangevuld met een substantieel (maar geen record) volume aan zonneparken. Noord-Brabant was de enige provincie die eind 2023 al meer dan 4 GWp op haar grondgebied had staan, meer precies 4.156 MWp. Gelderland had toen als enige provincie meer dan 3 GWp (3.125 MWp), Zuid- en Noord-Holland volgden met 2.895 resp. 2.302 MWp.
De drie "minst" presterende provincies zijn op dit vlak achtereenvolgens Fryslân (1.249 MWp), Flevoland (1.184 MWp), en, tot slot, Zeeland. Wat als enige provincie eind 2023 nog minder dan 1 GWp had, 952 MWp. De andere provincies liggen wat opgesteld vermogen betreft tussen deze "extremen" in.
Medio 2024, met nog zeer voorlopige cijfers, is de volgorde bijna identiek aan die van eind 2023, met een uizondering. Groningen presteerde toen beter dan Drenthe, eind 2023 lag de verhouding iets in het voordeel van Drenthe. Dit komt vermoedelijk vooral vanwege oplevering van het grote zonnepark Fledderbosch in gemeente Groningen, wat het vierde grootste zonnepark in Nederland is geworden in het eerste kwartaal van 2024. De verhouding tussen de 2 meest extreme provincies, Noord-Brabant (4.363 MWp), en Zeeland (de 1 GWp inmiddels gepasseerd, met 1.011 MWp), lag toen op een factor 4,3 : 1.
(2) Capaciteit per inwoner - grote verschillen tussen de provincies
In deze afbeelding zijn de in de eerste grafiek getoonde PV capaciteiten per provincie terug gerekend naar het aantal inwoners in deze 12 gebieden, daarbij gebruik makend van de meest actuele bevolkings-cijfers van het CBS. Deze grafiek is een update van het exemplaar van 7 juni jl., en toont, vanaf 2012, de hele jaar reeks, met inmiddels aangepaste data voor 2022 (definitief) en 2023 (nader voorlopig). En de eerste, voorlopige cijfers voor medio 2024, helemaal rechts.
Duidelijk blijft, dat Drenthe ver op kop gaat bij deze ook internationaal belangrijke rating, met 3.256 Wp/capita eind 2023, en alweer 3.421 Wp/capita, medio 2024. Dat is een factor 2,4 maal zo hoog dan het landelijke gemiddelde, waarvan in deel 1 van deze serie al was vastgesteld, dat het nog steeds een wereldrecord is t.o.v. voormalig kampioen Australië. Regionaal kan dit dus zeer significant afwijken, van het landelijke gemiddelde, zowel in negatieve zin (3 Randstedelijke provincies onderaan, tussen de 811 en 1.010 Wp/inwoner, medio 2024), als sterk positief, zoals bij Drenthe, en een stuk lager, bij Groningen, Flevoland en Zeeland (tussen de 2.980 en 2.576 Wp/inwoner). Het landelijke gemiddelde evolueerde van 17 Wp/inwoner, eind 2012, naar het 85-voudige, medio 2024.
Onregelmatigheden in het verloop van de curves worden in hoge mate beïnvloed door de netkoppeling van 1 of meerdere grote zonneparken in de betreffende provincies, resp. "minder tot geen" activiteit op dat gebied in het opvolgende jaar. Dergelijke abrupte trendbreuken zien we vooral in de provincies waar de grootste zonneparken zijn opgeleverd, Drente, Groningen, Flevoland en Zeeland. Bij de andere provincies is het verloop veel gelijkmatiger.
(3) Evolutie van capaciteit per gemeente - nieuwe record houder
In deze derde grafiek is de evolutie van de PV capaciteit per gemeente geplot (in kWp generator vermogen), van de medio 2024 best performing gemeentes, van de toen 342 overgebleven plaatsen in ons land. Onderaan is in de zwarte gestreepte curve het landelijke gemiddelde per gemeente weergegeven, wat is toegenomen van 858 kWp eind 2012, tot alweer het 88-voudige, 75,7 MWp per gemeente, medio 2024.
Er zijn diverse wisselingen geweest bij de "beste" gemeente op dit gebied, wat sterk is gerelateerd aan het verschijnen van (grote) zonneparken in de betreffende plaats. In 2017 was dat nog Noordoostpolder (Fl.), Emmen (Dr.) nam die rol even over in 2018, maar de daar op volgende drie jaren was Midden-Groningen (Gr.) de absolute kampioen. Met name vanwege het 103 MWp grote project in Sappemeer wat in 2019 werd opgeleverd, en wat toen het grootste project was in heel Nederland (gele curve). In 2022 greep echter Drentse collega Borger-Odoorn de macht, door een imposante reeks zonneparken die deze plaats naar het hoogste plan tilde. Dit bleef zo tm. eind 2023, waarbij ook Dronten in de Flevopolder Midden-Groningen passeerde. Dronten versnelde met name vanwege de combinatie van de grote zonneparken Dorhout Mees (nog steeds grootste in Nederland), de verzameling veldinstallaties en carport bij Flevonice, én de grootste solar carport van Nederland, te Biddinghuizen.
Medio 2024 is deze situatie alweer veranderd. Gemeente Groningen, wat eind 2023 nog op de 11e plek stond, is in 1 keer naar de hoogste plek geklommen en voorlopig (!) kampioen geworden halverwege het jaar. En de belangrijkste reden, eerder in dit artikel al genoemd, is Zonnepark Fledderbosch, wat op de grens van de "Groninger dorpen" Garmerwolde en Ten Boer is gebouwd. Of deze positie aan het eind van het jaar nog hetzelfde zal zijn, lijkt, gezien reeds gebouwde zonneparken waarvan de netkoppeling nog niet bekend is, waarschijnlijk, maar zullen we pas met meer zekerheid in 2025 "met terugwerkende kracht" te weten komen.
Lopik weer uit top25 verdwenen
Ook goed is om vast te stellen, dat gemeente Lopik niet meer in deze top25 lijst voorkomt, maar op een "normale" 284e (!) positie is terug te vinden. In de vorige update was er sprake van een enorme anomalie, er was een (beruchte) drie-nullen-fout gemaakt, waarmee Lopik tijdelijk onterecht in de top25 terecht kwam. En die is, nadat Polder PV dit meldde bij het CBS, binnen 2 weken weer uit de nationale cijfers gehaald (zie ook opmerkingen onder het betreffende artikel van 13 juni 2024, en de correctie van het CBS gemeld in de 1e analyse van de huidige reeks, van 18 november 2024.
(4) Meest recente status verhouding grotere PV projecten (> 15 kWp) rooftop versus zonnepark s.l.
Het CBS segmenteert sinds enige tijd ook op "type" installaties, althans volgens hun indelingen, die nog steeds vrij grof zijn. Een van die indelingen is een scheiding in installaties tm. 15 kWp, en grotere projecten. In de laatste categorie bevindt zich grotendeels (doch niet exclusief) de "projecten markt". Een markt die zich uitstrekt over de enorme range van installaties iets groter dan 15 kWp, tm. het momenteel grootste bekende project (Zonnepark Dorhout Mees, ruim 144 MWp). Een enorme grote, en diverse verzameling, dus.
In deze vierde grafiek toon ik de provinciale verdeling en de totaal volumes van de twee belangrijke deelsegmenten in deze "groter dan 15 kWp" categorie, met links de grotere rooftop projecten, en in de rechter kolom uitsluitend de "veld" installaties groter dan 15 kWp. Deze grafiek is een update voor eind 2023, in vergelijking met het exemplaar getoond in de CBS data revisie van 7 juni 2024 (grafiek in paragraaf 14e).
In de vorige update was de verhouding, al vele jaren lang in het voordeel van de grotere rooftop projecten, 9.102 : 4.533 = ongeveer factor 2. In de huidige revisie is deze verhouding geworden 8.793 (iets lager) : 4.662 (iets hoger) = een factor 1,89, dus iets kleiner geworden. Maar het verschil rooftop / zonnepark is bij de grotere projecten zeer groot, en het kan niet genoeg benadrukt worden dat dit al vele jaren lang de harde realiteit is. Veel mensen beweren maar wat als het over dergelijke verhoudingen gaat, maar dit zijn de feiten volgens de nationale CBS statistiek.
De sortering in beide kolommen is volgens de grootste contribuant, rooftops > 15 kWp, met de hoogste impact maker onderaan, de kleinste bovenaan. Daarbij is uiteraard Noord-Brabant weer kampioen, met 1.842 MWp aan grotere rooftop projecten, eind 2023. Zeeland is de rode lantaarndrager, met slechts 267 MWp in dit segment, 7 maal zo weinig. In totaal zou er volgens het CBS eind 2023 bijna 8,8 GWp zijn geaccummuleerd in dit enorme markt segment.
Utrecht weer genormaliseerd
Let ook op de "herstelde" positie van de provincie Utrecht, die in de vorige update o.a. vanwege de enorme anomalie rond Lopik, onterecht op de 6e positie kwam in de linker kolom. Die situatie is nu weer genormaliseerd, met provincie Utrecht op de 9e plek, met 424 MWp.
"Veld" installaties
De rechter kolom is volledig anders qua rating dan de grotere rooftops, de veld opstellingen zijn zeer "asymmetrisch" verdeeld, waarbij de grootste capaciteit niet bij Noord-Brabant ligt, maar in provincies Drenthe en Groningen (894 resp. 842 MWp volgens de CBS "tellingen"). Hier komen Limburg en Utrecht onderaan, met slechts 139 resp. 109 MWp aan door het data instituut gevonden capaciteit in zonneparken groter dan 15 kWp. Houdt hierbij ook scherp op het netvlies, dat het CBS, in tegenstelling tot Polder PV, drijvende zonneparken ook in deze verzamel"bak" gooit, en ze dus niet onderscheidt van hun totaal verschillende, puur grondgebonden, "klassieke" zuster projecten.
Het zal u, gezien de al jaren lange detail rapportages van Polder PV, niet verbazen, dat ondergetekende alweer veel meer capaciteit (en aantallen installaties) heeft gevonden in de "verzamelbak" veldsystemen inclusief floating solar projecten, dan het CBS nu in deze revisie heeft gerapporteerd voor eind 2023. Polder PV zal hier in zijn komende revisie zonneparken in Nederland diep op ingaan, dus daar hoort u nog van.
(5) Segmentatie drie soorten PV projecten per provincie voor eind 2023 (update)
In deze laatste grafiek, tot slot, ook weer een bekende voorstelling van zaken, met de laatste update van de drie "hoofd" typen projecten die het CBS de laatste jaren onderscheid, de capaciteit van de PV projecten tot en met 15 kWp (oranje kolom segmenten), daar bovenop gestapeld de rooftop projecten groter dan 15 kWp (blauwe segmenten). En, tot slot, de "veld" installaties (incl. floating solar) die het CBS onderscheidt als top segment (groen). Met helemaal bovenaan de totaal volumes per provincie, en helemaal rechts ook nog een rest categorie met (nog) niet bij "een" provincie in te delen project volume.
De cijfers zijn weer bijgesteld t.o.v. het exemplaar van de 7 juni update van het CBS, hier door Polder PV gepubliceerd.
Noord-Brabant is, eind 2023, nog steeds veruit kampioen bij zowel de kleinste projecten (1.914 MWp), als de grotere rooftop projecten (1.842 MWp). Bij de door het CBS als "veld" systemen beschouwde grotere projecten hebben het grootste volume in Drenthe. Wat met 894 MWp eind 2023, Groningen (842 MWp) nog de baas bleef.
Relatief lage volumes kleinere projecten vinden we in Flevoland (285 MWp) en Zeeland (334 MWp). Voor de grotere rooftop projecten doen Gelderland (1.183 MWp) en Zuid-Holland (1.113 MWp) het na kampioen Noord-Brabant goed, maar is er relatief weinig capaciteit te vinden in Zeeland (267 MWp) en Drenthe (280 MWp). Bij de grotere veldprojecten is Noord-Brabant een middenmoter (401 MWp), terwijl Limburg (139 MWp) en Utrecht (109 MWp) het met zeer lage volumes moeten stellen.
Let op dat het blauwe rooftop segment voor Utrecht inmiddels ook weer is "genormaliseerd". Dat was in de vorige update, met de beruchte "Lopik anomalie" namelijk nog 739 MWp, maar is inmiddels na herstel van die grote fout geslonken naar nog maar 424 MWp, 43% minder (!).
De nationale verdeling komt in de huidige update in ieder geval uit op volumes van 10,85 GWp voor installaties tm. 15 kWp, 8,79 GWp voor rooftop projecten groter dan 15 kWp, resp. 4,66 GWp voor "veld" installaties groter dan 15 kWp (incl. floating solar). Grofweg een verhouding 11 : 9 : 5. De kleine projecten blijven, derhalve, het solar landscape in Nederland domineren, en veldopstellingen sluiten de rij, ook al heeft Polder PV meer vermogen dan het CBS heeft staan.
Daarover later veel meer.
Voor de status medio 2024 zal ik later ook een toelichting geven, maar daarover is nog heel veel niet bekend, en gegevens nog zeer onvolledig. Latere updates door het CBS zullen uitsluitend voor de eindejaars-volumes worden gegeven, de half-jaar cijfers worden beslist (fors) gereviseerd, maar niet gepubliceerd.
Drieluik CBS status 15 november 2024:
Deel 1 (Derde) bijstelling cijfers zonnestroom markt 2023 door CBS. Jaargroei nu iets hoger dan aanwas in 2022; meer dan 3 miljoen PV installaties medio 2024 (18 november 2024; zie ook daar voor links naar eerdere publicaties over de CBS cijfers)
Deel 2 Zonnestroom productie, in relatie tot andere modaliteiten en totaal volumes (19 november 2024)Deel 3 Zonnestroom capaciteit per provincie, gemeente, en per type - enkele segmentaties (30 november 2024, huidige artikel)
19 november 2024: CBS update, deel 2. Zonnestroom productie, in relatie tot andere modaliteiten en totaal volumes. In het vorige artikel werden de laatst bekende wijzigingen van de capaciteits-cijfers voor PV installaties in Nederland, van de hand van het CBS, getoond en besproken door Polder PV. In dit vervolg artikel volgen de aangepaste cijfers voor de berekende zonnestroom producties. In tweede instantie wordt de relatie gelegd met de producties van andere als "hernieuwbaar" bestempelde bronnen. Data voor de jaren 2022 en 2023 zijn gewijzigd, in licht negatieve zin.
(1) Door CBS berekende zonnestroom productie 1998 - 2023
In de huidige update zijn de primaire productie data voor 2022 én 2023 gewijzigd bij het CBS, en ook ditmaal, verder neerwaarts bijgesteld. Deze wijzigingen vindt u in de laatste kolommen in onderstaande grafiek. In principe zijn de data voor 2022 definitief, die voor 2023 nog steeds "nader voorlopig", en kunnen dus nog (verder) wijzigen. Dat betekent, gezien de meestal sterk positieve evolutie van de capaciteits-cijfers, die ten grondslag liggen aan de berekeningen van de uiteindelijke productie cijfers, dat er later ook weer voor 2023 opwaartse aanpassingen in deze grafiek kunnen gaan komen.
Door diverse aanpassingen, zoals o.a. aan de berekende productie voor windenergie, zijn wel ook de relatieve aandeel percentages van zonnestroom weer gewijzigd. En wel, voor de jaren 2021 tm. 2023. In de toelichting, omschrijft het CBS genoemde wijzigingen voor windenergie als volgt:
"De methode achter de elektriciteitsproductie uit wind is gewijzigd; het eigen verbruik van de windmolens wordt nu meegenomen in de cijfers. Dit is teruggelegd tot en met 2021. Verder zijn er meer windmolens afgesloten in 2021 dan voorheen gedacht. Dit heeft ook invloed op het opgestelde vermogen van 2022 en 2023 en daarmee op de genormaliseerde bruto productie. Hierdoor wijzigt zowel de bruto (genormaliseerd en niet-genormaliseerd) als de netto productie vanaf 2021".
Voor zonnestroom, wordt, zoals in deel 1 van deze mini serie is beschreven, vanaf 2022 door het CBS uitgegaan van een nieuw type vermogen, het "systeemvermogen van de installatie", wat kennelijk voor de huidige productie tabel als uitgangspunt wordt gebruikt om de hoeveelheid zonnestroom te berekenen, vanaf dat jaar. Dit systeemvermogen heeft verschillende waarden, vergeleken met zowel het opgestelde omvormer vermogen, als met de opgestelde generator capaciteit van de PV modules.
Voor de vorige grafiek, met status update 7 juni 2024, zie het artikel van 9 juni 2024.
De door het CBS berekende jaarlijkse zonnestroom productie, van 1998 tm. 2023 (groene kolommen, referentie: rechter Y-as). Data tm. 2021 zijn, wat de producties betreft, ongewijzigd, voor zowel 2022 en 2023 zijn de berekeningen iets neerwaarts aangepast (definitieve, resp. nader voorlopige cijfers). De productie van zonnestroom nam van 2019 tm. 2023 enorm toe, van 5.399 GWh (2019), via 8.568 GWh (2020), en 11.304 GWh in 2021, 16.657 GWh in 2022 (gewijzigd & definitief), naar een, nog steeds nader voorlopig, volume van 19.578 GWh, in 2023 (neerwaartse bijstelling t.o.v. de 20,0 TWh in de vorige update). Daarmee is het relatieve aandeel van de "niet-genormaliseerde" zonnestroom productie in het binnenlandse bruto stroomverbruik (rode datapunten, referentie: linker Y-as) alweer gestegen, van 4,42% in 2019, via 7,10% in 2020, 9,23% in 2021 (licht neerwaarts bijgesteld), en 14,20% in 2022 (vorige update 14,53%), naar alweer 16,93% in 2023 (neerwaartse bijstelling t.o.v. 17,27% in de vorige update). Relateren we de productie aan de totale netto elektriciteitsproductie (exclusief eigenverbruik van o.a. gas en kolencentrales), zouden we in 2023 al op een aandeel zonnestroom van 17,5% van totaal zitten. De afschatting voor 2023 kan beslist nog verder worden aangepast in latere CBS updates, tm. 2022 zijn de cijfers voor de productie volumes definitief. Als er later nog zou worden "getweaked" aan productie volumes van andere modaliteiten, zouden in theorie nog aandeel percentages voor zonnestroom (licht) kunnen wijzigen in nieuwe updates, zoals nu met het aandeel voor 2021 is geschied.
(2) Zonnestroom productie in relatie tot andere hernieuwbare opties
Hoe is de stand van zaken m.b.t. de door CBS vastgestelde zonnestroom productie, in relatie tot andere opwek methodieken van elektra uit hernieuwbare bronnen? Daarvoor vinden we wederom in de CBS tabel "Hernieuwbare elektriciteit; productie en vermogen" de data terug. Hier onder presenteer ik weer een update van de grafiek, met de vier belangrijkste modaliteiten, en de totale stroom productie uit hernieuwbare bronnen. Waarbij tm. 2021 de kalenderjaar producties niet zijn gewijzigd t.o.v. de update van 7 juni jl., maar de volumes voor 2022 en 2023 inmiddels weer voor de meeste opties licht neerwaarts zijn bijgesteld.
In deze wederom bijgewerkte grafiek is de door het CBS berekende jaarlijkse elektra productie van vier als "hernieuwbaar" beschouwde bronnen getoond in de periode 2015 tm. 2023**, met de laatst bekende data uit genoemde CBS tabel, met peildatum 15 november 2024. De data tm. 2022 zijn definitief, die voor 2023 nog "nader voorlopig". Zonnestroom is hierin weergegeven als de gele lijncurve, met de in het eerste deel van dit artikel reeds behandelde, ook in de grafiek weergegeven jaarproducties, culminerend in 16,66 TWh in 2022, en 19,58 TWh in 2023 (beide data neerwaarts bijgesteld). Daarmee kwam de toename sedert 2022 op 17,5%. Zonnestroom haalde biomassa (bruine curve) in 2019 in, en is er verder op uitgelopen in de opvolgende jaren. Waarbij er opeens een enorme voorsprong ontstond in 2022, omdat de productie uit biomassa zelfs fors onderuit ging t.o.v. 2021. Daarbij moet wel de waarschuwing, dat dit nog enigszins kan bijtrekken, omdat volledige cijfers voor productie bij deze veelomvattende optie pas heel laat beschikbaar komen. De meer opbrengst bij zonnestroom was grotendeels te wijten aan de weer flinke capaciteit toename van het netgekoppelde PV installatie park, in combinatie met de uitzonderlijk zonnige condities in vrijwel het hele jaar 2022. In 2023 is de groei minder sterk, door een combinatie van minder zonnig weer, en een ongeveer gestabiliseerd groei volume. Maar, het wordt eentonig, ook de cijfers voor 2023 kunnen nog verder worden aangepast.
Voor windenergie (donkerblauwe curve) zijn die cijfers meestal niet zeer moeilijk te verkrijgen, alle windturbines zijn gecertificeerd bemeten en alle productie is als "hernieuwbaar" te bestempelen, dus de getoonde cijfers zullen vermoedelijk niet veel meer wijzigen, tenzij de bemetering van nieuw in het betreffende jaar opgeleverde windparken nog niet helemaal op orde was. Toch zijn er t.o.v. de update van 7 juni jl. voor de producties in 2021 tm. 2023 weer neerwaartse bijstellingen geweest (zie ook opmerkingen in de introductie). Wind op zee wijzigde voor 2023 van 11.549 naar 11.473 GWh, bij wind op land nam het volume af, van 17.615 naar 17.453 GWh. Het totale volume (wind op land plus off-shore) is mee gewijzigd, van 29,16 naar 28,93 TWh in 2023.
De productie van elektriciteit uit windturbines is ongeveer rechtlijnig toegenomen in de jaren 2020 - 2022. De toename tussen 2021 en 2022 resulteerde in een stijging van de productie met 19,2%. Door een combinatie van de plaatsing van nieuwe windturbines op zowel land, als off-shore, was in 2023 een opmerkelijke toename van de daarmee gepaard gaande productie van windstroom te zien, en wel met 33% (land), resp. 45% (off-shore). Het totale volume nam in dat jaar toe met een respectabele 37,3%.
De gecertificeerde productie voor waterkracht viel, na een tijdelijke stijging van 0,05 naar 0,09 TWh in 2020-2021, weer terug naar het lage niveau van 0,05 TWh in 2022, resp. 0,07 TWh in 2023 (onderste lichtblauwe lijn). Het blijft een zeer beperkt volume, en zal niet sterk kunnen groeien, vanwege de geografische beperkingen in het vlakke land genaamd Nederland.
In de donkergroene curve bovenaan wordt het totale volume van deze vier modaliteiten getoond. Wat een aanwas kende van 38,89 TWh (2021) tot, voorlopig, 55,32 TWh in 2023 (volumes 2021-2023 allen neerwaarts bijgesteld). De groei was vanaf 2020 bijna rechtlijnig. De Compound Annual Growth Rate (CAGR) was in de periode 2015-2023 gemiddeld 19,8% per jaar voor het totaal. Gemeten over de lange periode van 1998 (data niet getoond), tm. 2023 was het nog steeds een zeer respectabele 14,2% gemiddeld per jaar.
Het aandeel van zonnestroom in de "mix" van deze vier als "hernieuwbaar" bestempelde modaliteiten is fors gestegen, van 8,5% in 2015 via ruim 20% in 2018, naar, voorlopig, 35,8% in 2022. In 2023 viel het met de huidige cijfers licht terug, naar 35,4%, maar dat kan bij eventuele latere wijzigingen van de data in potentie ook weer tot een iets hoger percentage leiden. De relatieve stijging t.o.v. het voorgaande jaar was, in de getoonde periode, het grootst in 2018, toen 68% meer productie werd vastgesteld dan in 2017. Ook in 2020 was de toename aanzienlijk, bijna 59%. In 2021 lag het op een beduidend lager niveau, 32%, maar de meer opbrengst in zeer zonnig 2022 is, t.o.v. de output in 2021 neergekomen op ruim 47%, een prima prestatie. Het duidelijk minder zonnige jaar 2023 laat tot nog toe een tegenvallende toename van 17,5% zien, maar, zoals meermalen gesteld: latere te verwachten bijstellingen van de bron-cijfers voor 2023 bij het CBS kunnen hier nog wat verandering in gaan brengen.
Bij de CAGR groeicijfers blijft zonnestroom zonder meer kampioen. In de periode 2015-2023 lag het bij de berekende productie op gemiddeld 43,2% per jaar. Windenergie op land en op zee moesten het met een CAGR van gemiddeld 13,3%/jr, resp. 33,6%/jr stellen. Biomassa, waarvan de output bij de elektra productie flink onderuit is gegaan in de laatste 2 jaar, bleef steken op een CAGR van slechts 6,0%/jr gemiddelde groei. Kijken we naar de langere periode tussen 1998 en 2023, blijft zonnestroom ongeslagen op de eerste plaats staan. Met een gemiddeld groei percentage van 40,5% per jaar bij de berekende stroom productie.
In de voorgaande update is ook ingegaan op de aandelen van de als hernieuwbaar bestempelde stroombronnen in de totale stroomproductie mix. In de meest actuele tabel van de elektriciteits-balans (oktober 2024) zijn hier nog geen wijzigingen in terug te vinden, dus die komen blijkbaar nog. Daar zal ik later wellicht nog dieper op ingaan. Voor grafieken en details voor de status van 7 juni, zie de paragrafen 3 en 4 in de betreffende update op Polder PV.
Drieluik CBS status 15 november 2024:
Deel 1 (Derde) bijstelling cijfers zonnestroom markt 2023 door CBS. Jaargroei nu iets hoger dan aanwas in 2022; meer dan 3 miljoen PV installaties medio 2024 (18 november 2024; zie ook daar voor links naar eerdere publicaties over de CBS cijfers)
Deel 2 Zonnestroom productie, in relatie tot andere modaliteiten en totaal volumes (19 november 2024, huidige artikel)Deel 3 Zonnestroom capaciteit per provincie, gemeente, en per type - enkele segmentaties (30 november 2024)
Bronnen
Extern
Energieverbruik uit hernieuwbare bronnen gestegen naar 17 procent (nieuwsbericht CBS, 7 juni 2024)
Hernieuwbare elektriciteit; productie en vermogen (CBS, update datum 15 november 2024)
Elektriciteitsbalans;
aanbod en verbruik (CBS, update datum 31 oktober 2024)
Intern
CBS update, deel 1. (Derde) bijstelling cijfers zonnestroom markt 2023 door CBS. Jaargroei nu iets hoger dan aanwas in 2022; meer dan 3 miljoen PV installaties medio 2024 (18 november 2024)
CBS update. Eerste bijstelling cijfers zonnestroom markt 2023 door CBS. Deel 1 (9 juni 2024)
CBS update, deel 2. Zonnestroom productie, in relatie tot andere modaliteiten en totaal volumes (9 juni 2024, huidige artikel)
CBS update, deel 3. "Kleine" ultimate CBS zonnestroom statistiek - de 2023 update (13 juni 2024)
CBS update deel 1. Eerste afschatting zonnestroom markt 2023 door CBS, Nederland wereldkampioen Wp/capita herbevestigd (7 maart 2024, alsmede daar onder gelinkte vervolg artikelen)
CBS stelt data voor PV-capaciteit kalenderjaar 2022 weer fors opwaarts bij. Record jaargroei volume nog hoger, bijna 4,8 GWp, 564 duizend nieuwe installaties. Deel 1 (16 november 2023, alsmede daar onder gelinkte vervolg artikelen)
18 november 2024: CBS update, deel 1. (Derde) bijstelling cijfers zonnestroom markt 2023 door CBS. Jaargroei nu iets hoger dan aanwas in 2022; meer dan 3 miljoen PV installaties medio 2024.
Op 7 maart 2024 publiceerde het CBS haar aller-eerste afschatting voor de omvang van de zonnestroom markt in 2023, in Nederland, waar Polder PV getrouw zijn analyse op los liet, hier te raadplegen. Daarin vindt u ook cijfers over de onstuimige groei van PV installaties op woningen, van Netbeheer Nederland.
Op 7 juni werd de eerste update van het statistiek bureau gepubliceerd, voor alle hernieuwbare energie bronnen. Dat was kort voor onze vakantie, maar ik heb toen nog wel de meest essentiële data over zonnestroom gepubliceerd, in drie delen, 1, 2 en, in een uitgebreidere grafieken analyse, in de "kleine ultimate CBS zonnestroom statistiek", in deel 3.
Ik had in mijn analyses al een "stevige anomalie" in de provincie Utrecht ontdekt, die tot op hoog niveau doorwerkte in de statistieken, en die vreemde gevolgen had voor de positie van o.a. gemeente Lopik, en de provincie zelf. Die anomalie had ik direct gemeld bij het CBS, die tijdens onze vakantie snel een update heeft doorgevoerd. Mij is te verstaan gegeven dat met name de capaciteit voor Lopik niet klopte, en dat er weer eens een beruchte "drie nullen fout" is gemaakt. Die dus tot op provinciaal niveau is doorgewerkt. In de snelle revisie van de data van 7 juni, gepubliceerd op 17 juni, werden daarmee zelfs de nationale (!) zonnestroom cijfers beïnvloed. Marginaal voor het totale aantal installaties, maar behoorlijk voor de capaciteit. Laatstgenoemde ging namelijk van 24.261 naar 23.943 MWp, in de update van 17 juni 2024. Een verschil van 318 MWp in de min, -1,3%. In de toelichting tot de betreffende tabel, heeft het CBS deze wijziging omschreven als: "Voorlopige cijfers over 2023 zijn voor enkele gemeenten in de provincie Utrecht aangepast".
In de huidige update van de cijfers (15 november 2024), is dat volume echter, door tussentijdse toevoegingen van nieuw(e) (gevonden), opgeleverde capaciteit, weer opwaarts bijgesteld, naar 24.302 MWp, zodat er nu weer bijna 41 MWp meer bekend is dan in de update van 7 juni jl. Derhalve, een bescheiden 0,2% toename van de capaciteit. De allereerste afschatting voor medio 2024 (eind juni) is ditmaal ook bekendgemaakt, 26.065 MWp, wat een groei van 1,76 GWp zou inhouden in het eerste halve jaar. Waarbij direct de disclaimer moet, dat hier nog veel volume aan toegevoegd kan worden, zowel voor het eerste als voor het tweede half-jaar. En dat dit cijfer dus nog als zeer voorlopig beschouwd dient te worden. Ook de volumes voor de aantallen PV installaties zijn bijgewerkt, en voor de eerste jaarhelft van 2024 gepubliceerd. Voor de resultaten, en de duiding daarvan, zie de tabellen hieronder.
Uit de nieuwe cijfers volgen twee byzondere vaststellingen: voor het eerst in de cijfer historie van de CBS data is er nu iets meer groei geweest in 2023 dan in 2022 (dit was nog andersom in de cijfers van de voorgaande update!). Medio 2024 zouden er inmiddels al meer dan 3 miljoen PV installaties bekend zijn (geworden) bij het CBS. Voor 2022 zouden alle data nu "definitief" zijn, voor 2023 (en de 1e helft van 2024) zijn ze nog "nader voorlopig".
Er zijn nu ook gescheiden data voor opgesteld generator vermogen (DC), en voor aanwezige omvormer capaciteit (AC) gepubliceerd, van de afgelopen 2 jaar en voor de eerste jaarhelft van 2024. Waarbij er heel erg goed opgelet dient te worden, uit welke tabel dergelijke capaciteits-data worden ge-extraheerd, want dit is zeker niet altijd helder uit de beschikbare informatie. Er zijn meerdere tabellen over zonnestroom, die soms een andere "insteek" hebben, maar die wel soms (schijnbare) overlap vertonen bij de getoonde data.
In de huidige analyse zet ik de nieuwe cijfers van het CBS wederom in tabellen op een rijtje, en geef ik een nieuwe grafiek voor de door het CBS vastgestelde capaciteits-ontwikkeling. Ook wordt weer een nieuwe update gegeven van de grafiek met de evolutie van de zonnestroom capaciteit per hoofd van de bevolking, in voormalig wereldkampioen Australië, en haar opvolger, het kleine Nederland aan de Noordzee.
Later zullen de berekende zonnestroom producties worden behandeld.
Nieuwe cijfer update CBS - aangepaste tabel aantallen
Normaliter verschijnen cijfers voor de eerste aantallen PV installaties in de CBS Open Data tabel "Hernieuwbare elektriciteit; productie en vermogen", met als update datum 15 november 2024. Deze is echter beslist niet volledig, want er staan alleen (deels nieuwe) cijfers in voor de jaren 2021 tm. 2023. Ik heb de bij het CBS beschikbare overige cijfers gehaald uit de tabel "Zonnestroom; vermogen en vermogensklasse, bedrijven en woningen, regio". Ook daar is het aanbod nog karig, er zijn alleen cijfers vanaf 2019 voorhanden. Er bestaan wel oudere cijfers, vanaf 2012, maar het is niet duidelijk of die inmiddels al achterhaald zijn, gezien diverse methodologie revisies die CBS in de laatste jaren heeft doorgevoerd. Ze staan in ieder geval niet (meer) in de actuele CBS overzichten. Vandaar dat u in onderstaande tabel alleen de gegevens van 2019 tm. de eerste jaarhelft van 2024 zult vinden. De primaire cijfers die zijn gewijzigd t.o.v. de voorgaande update (EOY en daaruit volgende nieuwe YOY data), en het eerste nieuwe cijfer voor medio 2024 zijn in rood weergegeven.
^^^
point as decimal separator (read 2.808.439 as 2 808 439, or 2808439)
Note: slightly revised data CBS update June, 17, 2024: In 2023 2.808.437 installations accumulated, now replaced again.
Helemaal links de eerst door het CBS verstrekte cijfers voor het aantal installaties aan het eind van elk jaar van 2019, 2020, 2021, 2022, en voor 2023 (nader voorlopig), en de allereerste afschatting voor eind juni 2024 (ditto). Onder de tabel het medio november 2023 gepubliceerde cijfer voor eind van het eerste half-jaar van 2023, wat niet meer in gecorrigeerde vorm publiek wordt gemaakt door het CBS. Ook de nu gepubliceerde eerste half-jaar cijfers voor 2024 zullen later niet meer (publiek) worden bijgewerkt, ze zullen worden vervangen door de einde-jaars cijfers voor dat jaar.
Eind 2023 zouden er inmiddels bijna 2,88 miljoen PV installaties zijn ge-accumuleerd, wat alweer ruim 67 duizend installaties meer was dan in eerste instantie gedacht. Vergeleken met het inmiddels tot het "definitieve volume" gewijzigde, eindcijfer voor 2022 (bijna 2,30 miljoen), resulteert dit in een jaargroei cijfer van 576.628 nieuwe installaties. In tegenstelling tot de status in de vorige update, toen 2022 nog de hoogste groei leek te hebben, is dat inmiddels een nieuw record cijfer. Want 2022 is nu blijven steken op, nog steeds spectaculair, een aanwas van 568.574 nieuwe PV-installaties. 2023 zou derhalve 1,4% meer groei hebben gekend dan het voorgaande jaar.
Al is het verschil wel minder geworden, er zit nog steeds wat "spanning" in relatie tot cijfers begin dit jaar gepubliceerd door Netbeheer Nederland, die uitsluitend voor PV systemen op woningen signaleerde dat er al ruim 600 duizend nieuw waren geregistreerd, zoals onderaan de tabel weergegeven (detail cijfers uit een vorige analyse). Dit kan natuurlijk niet, want bij het CBS zouden ook alle andere installaties moeten zitten. Om dit meer in lijn te krijgen, verwacht ik nog steeds de nodige aanpassingen in zowel de cijfers van het CBS (alle installaties), als die van Netbeheer Nederland (alleen woningen / kleinverbruik ?).
De drie miljoenste is "binnen"!
Helemaal links onderin de tabel volgt, tot slot, het nog zeer voorlopige, later ongetwijfeld nog fors bij te stellen volume wat het CBS voor eind juni 2024 heeft gevonden (1e half-jaar). Meteen kunnen we hierbij de champagnefles laten knallen, er is een nieuwe piketpaal gepasseerd van ruim 3,0 miljoen PV installaties, geaccumuleerd in Nederland.
Ik heb in de desbetreffende CBS tabel ook nog even gekeken hoe de stand van (voorlopige) zaken is bij uitsluitend het aantal PV installaties op woningen. Dat zou tussen 2022 en 2023 zijn gegroeid, van 2,13 miljoen naar 2,65 miljoen "residentiële installaties". De groei zou in 2023 1% hoger zijn geweest dan de aanwas in 2022 (524 duizend t.o.v. 519 duizend nieuwe installaties op woningen). 2022 had de hoogste groei t.o.v. het voorgaande jaar, maar liefst 51% in dat segment. Let zoals gebruikelijk op, dat "installaties" niet hetzelfde is als "woningen", er wordt in Nederland al jarenlang massaal uitgebreid, vaak met nieuwe omvormers, waardoor er op heel veel huizen meer dan 1 "officiële installatie" ligt.
Medio 2024 zouden er inmiddels 2,79 miljoen installaties op woningen liggen. In de eerste jaarhelft zou de groei dan neerkomen op bijna 136 duizend residentiële installaties, wat zelfs bij verdubbeling met de 2e jaarhelft er bij maar zo'n beetje op de helft van de volumes in de voorgaande 2 recordjaren zou gaan komen. Maar zoals meermalen gesteld: deze eerste cijfers zijn nog zeer prematuur, en kunnen nog fors worden bijgesteld, ook voor de eerste jaarhelft.
Het aantal residentiële t.o.v. alle PV installaties schommelde tussen 2019 en medio 2024 van 90,4% (2019) tot zelfs 93,2% (2022).
In de tweede kolom, "most recent est.", de nu bekende meest recente cijfers voor de eindejaars-volumes voor alle projecten (zowel woningen als bedrijfsmatige projecten). De data voor 2022 en 2023 zijn gewijzigd t.o.v. de vorige update. 2022 is nu "definitief", bijna 2,30 miljoen installaties. 2023 kan nog aangepast worden, en staat nu op 2,88 miljoen installaties.
Achteraan zijn de meest recente, uit de EOY accumulaties berekende jaargroei cijfers toegevoegd, voor de jaren 2020 tm. 2023. Ook hier weer wijzigingen voor de resultaten in de jaren 2022 en 2023. De voorlopige groei voor 2023, 576.628, is inmiddels hóger geworden dan het volume in 2022 (568.574 nieuwe installaties), waar dat in de vorige update nog lager uitpakte. Het betreft dus een nieuw record groei cijfer. De voorspelling dat dit om zou kunnen slaan (in de bespreking van de vorige update van Polder PV) is dus bewaarheid geworden. Wel is het groeicijfer voor 2023 nog nader voorlopig, voor 2022 echter inmiddels "definitief".
Door de tussentijdse wijzigingen zijn inmiddels voor de jaren 2022 en 2023 ruim 83 duizend, resp. 67 duizend installaties toegevoegd t.o.v. de allereerste afschattingen voor die jaren. Daarmee is 3,8% resp. 2,4% aan volume achteraf toegevoegd. Voor eerdere jaren zijn die toevoegingen veel bescheidener geweest, maximaal een procent.
Tabel capaciteit met gamechange voor 2023
De tabel voor de capaciteit, die al langer completer was dan die voor de aantallen, is ook weer aangepast, met de gewijzigde cijfers voor de geaccumuleerde capaciteit aan het eind van 2022 en 2023, en de eerste afschatting voor medio 2024. Deze tabel vervangt het eerder gepubliceerde exemplaar in de update van 7 juni jl.
^^^
point as decimal separator (read 24.261 as 24 261, or 24261)
Note: revised data CBS update June, 17, 2024: In 2023 23.943 MWp accumulated, now replaced again.
In de tweede kolom vindt u het nieuwe cijfer voor de jaren 2022 en 2023. Eind 2022 zou nu definitief 19.536 MWp PV vermogen zijn geaccumuleerd. Dat is, vrij byzonder, 64 MWp láger dan in de vorige update, er is dus weer wat vermogen "verdwenen". Dit heeft vermoedelijk iets te maken met neerwaarts bijgestelde beschikking volumes in de SDE overzichten van RVO, dat is daar schering en inslag, de laatste jaren. Ondanks die finale neerwaartse bijstelling, is het eindresultaat wel 687 MWp, 3,6% méér, dan bij de allereerste CBS afschatting. Wat echter beslist geen record is. Dat ligt bij de cijfers voor Corona-jaar 2020, waar in latere updates zelfs 8,8% extra vermogen aan was toegevoegd: een spectaculair volume van 895 MWp.
Met nog nader voorlopige cijfers, is 2023 inmiddels beland op een accumulatie van 24.302 MWp, eind van het jaar, wat de eerste afschatting, 23.904 MWp, vervangt, en dus nog maar 1,7% meer volume betekent. Dit resulteert in de volgende gemiddelde jaargroei cijfers volgens de Compound Annual Growth Rate (CAGR) methodiek. Over de periode 2012 tm. 2023 was die groei gemiddeld 49,7% per jaar (!). In de periode 2018 tm. 2023 is dat gemiddelde wel wat gedaald, maar nog steeds, gezien de 5 jaar lange periode, in combinatie met alle problemen die de sector in die jaren op haar weg heeft gevonden, zéér sterk: gemiddeld 39,5% per jaar. Menig (Europees) land zal jaloers naar die hoge CAGR cijfers kijken.
In combinatie met het nieuwe, definitieve EOY cijfer voor 2022, leidt dit nieuwe eindejaars-cijfer tot een (voorlopige) groei van 4.766 MWp in 2023, zoals rechts onderaan weergegeven. Dit is zo sterk bijgetrokken sinds de eerste afschattingen, dat 2023 inmiddels 2022 op dit punt naar de tweede plaats heeft verwezen, wat iets minder aanwas liet zien in haar definitieve volume van 4.713 MWp groei. Deze mogelijkheid was in de bespreking van de voorgaande update reeds door Polder PV geopperd, en is dus uitgekomen.
Enkele verschillen CBS / NST 2024
In het Nationaal Solar Trendrapport 2024* werd een potentieel jaargroei volume van 4,82 GWp geclaimd voor 2023, wat nog maar 1,1% (vorige update: 3,4%) hoger zou liggen dan de huidige bijstelling op basis van het EOY 2023 cijfer van het CBS. U moet niet gek staan te kijken, dat het CBS daar in een later stadium mogelijk alsnog overheen zou gaan, zoals al vaker is geschied in de Nederlandse cijfer historie omtrent zonnestroom. Voor eind 2023 heeft het NST 2024 een geprognosticeerde capaciteit van "bijna 24,4 GWp" gegeven. Dat is nog maar 0,4% (vorige update 0,6%) hoger dan het huidige, door het CBS opgegeven EOY volume voor dat jaar, en wat ook nog zal gaan wijzigen.
Voor het residentiële marktsegment voorspelde het NST rapport 10,6 GWp opgesteld vermogen, eind 2023. Dat is 2,1% hoger dan de huidige afschatting van het CBS. Dat zit momenteel namelijk op 10,38 GWp voor de sector woningen. Ook voor de nieuwbouw in 2023 zat het NST momenteel hoger, met 2,55 GWp aanwas in de residentiële sector. Dat is fors, 7,7% hoger, dan blijkt uit de huidige cijfers van het CBS, wat voorlopig op een groei uitkomt van 2.367 MWp bij de woning deel-markt. NST claimt een 17% hogere groei in 2023, dan in 2022, het CBS komt in de huidige update niet verder dan 9,0%, in alleen het residentiële segment.
Polder PV volgt altijd de nationale statistieken van het CBS in zijn berekeningen en overzichten, omdat alleen dié cijfers uiteindelijk terechtkomen bij mondiale gremia als het IEA en IRENA, en daar als vergelijkings-materiaal worden gebruikt t.o.v. alle andere landen.
Tot slot nog enkele relatieve aandelen van de residentiële zonnestroom markt t.o.v. alle volume. Dit varieerde vanaf 2019 tussen de 39,4% (2021) en 44,8% (2019) bij de EOY volumes. Medio 2024 ligt het, met nog zeer voorlopige cijfers, op 42%. Bij de jaargroei cijfers lagen de aandelen residentieel t.o.v. de totale jaar aanwas tussen de 29,5% in 2023, en 38,7% in 2020. In de eerste jaarhelft van 2024 is, weliswaar met nog zeer voorlopige cijfers, het residentiële aandeel op het nieuwe totaal volume zeer fors terug gevallen naar nog maar 5,4%. Ook hierin zal nog veel veranderen, gezien de altijd fors achter de realiteit aan lopende "actuele cijfers".
* Nationaal Solar Trendrapport 2024 ©Dutch New Energy Research. Zie: https://www.solarsolutions.nl/trendrapport/
Grafiek evolutie capaciteit
In de hier onder weergegeven bijgewerkte grafiek geef ik de primaire data voor de capaciteits-groei weer in de Nederlandse zonnestroom markt tussen 2012 en 2023, met de meest recente cijfers voor 2023 inbegrepen. En achteraan toegevoegd, de nog zeer prille eerste data voor eind juni 2024.
De data zijn definitief tm. 2022, en nader voorlopig voor zowel 2023, als voor de eerste jaarhelft van 2024 (separaat achteraan weergegeven, eerste data, beide kolommen paren gearceerd weergegeven). In blauwe kolommen de door CBS gegeven eindejaars-accumulaties, cumulerend in 287 MWp eind 2012, tot inmiddels al 26.065 MWp, halverwege 2024**. Een factor 91 maal zo groot volume, in slechts 11 en een half jaar tijd, een fenomenale prestatie. Ik moet bij dergelijke groei cijfers altijd even met een glimlach terugkijken naar het verleden, toen door serieuze partijen, in 2011, een "Nationaal Actieplan" werd opgetuigd, waarin met veel bombarie werd aangekondigd dat er in 2020 maar lierst 4 GWp geaccumuleerd zonnestroom vermogen zou kunnen zijn gerealiseerd, als de handen uit de mouwen zouden worden gestoken. Ik wijs u op 2020 in bovenstaand plaatje, u mag met mij mee glimlachen ...
De toename van de opgestelde capaciteit was in 2023, sinds eind 2022, 26,9%. De oranje kolommen geven de uit de EOY data berekende jaargroei cijfers weer. Vanaf 2014 zijn die tm. 2020 continu groter geweest per jaar, om, vanaf 357 MWp nieuw volume in 2014, voorlopig te cumuleren in 3.883 MWp nieuwbouw in 2020. In 2021 zakte dit slechts licht in naar 3.714 MWp, maar in 2022 en, in de huidige update, topjaar 2023, werden weer nieuwe jaar records behaald, van 4.713 MWp, resp. 4.766 MWp. Dat laatste is een factor bijna 13,4 maal zo hoog dan in 2014. De groei in het eerste half jaar van 2024 is voorlopig vastgesteld op 1.763 MWp. Als we dat "theoretisch verdubbelen", komen we op ruim 3,5 GWp aanwas potentieel, wat een duidelijke terugval zou betekenen t.o.v. voorgaande jaren. Echter, er zijn nog veel data uit de eerste jaarhelft nog helemaal niet bekend, én er komt nog een tweede jaarhelft aan, waarbij er, bijvoorbeeld, het nodige aan reeds (lang) gebouwde zonneparken e.d. on-line zou kunnen gaan. Hier kan dus beslist nog veel aan veranderen.
Beide data kolommen hebben de rechter Y-as als referentie.
Uit de jaargroei cijfers is ook het procentuele verschil t.o.v. de aanwas in het voorgaande jaar berekend. Dit is weergegeven in de grijs gestippelde curve, met als referentie de linker Y-as. In 2015 en 2018 piekten de toenames naar 45% resp. 119% t.o.v. de groei in het voorgaande jaar. Vervolgens zakte dit tm. 2021 naar een 4% lágere groei dan bij de aanwas in Corona jaar 2020. In 2022 piekte de groei weer, naar 27% meer jaarvolume dan de aanwas in 2021. In 2023 was, met een iets hogere (record) aanwas dan in 2022, de "meer-groei" slechts ruim 1% t.o.v. die in het voorgaande jaar. Dat laatste percentage kan nog wat worden bijgesteld in latere CBS updates.
Gemiddeld systeem vermogen
Nu we van enkele jaren zowel de capaciteit data hebben, als de bijbehorende aantallen installaties, volgens de opgaves van het CBS, kunnen we ook weer berekenen wat de gemiddelde installatie omvang is geweest. Zowel voor de status eind van het jaar (accumulatie, EOY), als voor de nieuwbouw per jaar, YOY. We hebben (deels) daarvoor de cijfers beschikbaar van de kalenderjaren 2019 tm. 2024 HI. Hieruit volgt het hier onder weergegeven nieuwe tabelletje:
De opgaves zijn in kWp (generator vermogen) per installatie. Nieuwe en gewijzigde cijfers t.o.v. de vorige update zijn in rood weergegeven. Het systeemgemiddelde van de totale populatie is eind van het jaar gemiddeld genomen toegenomen, van 6,80 kWp eind 2019, tot 8,57 kWp in 2021, waarna het weer terugviel naar 8,45 kWp in 2023. Medio 2024 is dat weer toegenomen naar 8,62 kWp. Een toename van bijna 27% t.o.v. de status, eind 2019.
Bij de jaargroei cijfers, daarentegen, is er tussen 2019 en eind 2023 een duidelijke afname zichtbaar, van 12,07 kWp in 2020, tot 8,26 kWp bij de nieuwe installaties in 2023 (32% minder dan in 2020). Dit is waarschijnlijk het gevolg van de tussentijdse spectaculaire ontwikkeling van de residentiële markt tm. 2023, bij een minder sterke ontwikkeling van de grote projecten sector. Daardoor wordt het gemiddelde vermogen van alle installaties gedrukt. Medio 2024 zien we weer een duidelijke opleving van het gemiddelde, naar 11,90 kWp per installatie. Dit is een duidelijk teken aan de wand, dat de residentiële sector fors aan betekenis heeft ingeboet in de eerste jaarhelft van 2024. Wat duidelijk is terug te zien in de actuele cijfers van de "sub 1 MWac markt" bij energieleveren.nl, waar Polder PV een aparte statistiek sectie aan is gaan wijden.
Nieuw: ook omvormer capaciteit toegevoegd
In de huidige CBS updates is een nieuw fenomeen zichtbaar, waardoor ik in eerste instantie in verwarring werd gebracht doordat er inconsequenties bij gepresenteerde zonnestroom vermogens leken te ontstaan tussen CBS tabellen onderling. Na een telefonisch gesprek met een medewerker werd de sluier opgelicht. In de tabel "Zonnestroom; vermogen en vermogensklasse, bedrijven en woningen, regio" is namelijk een compleet nieuw veld met data opgenomen, met daarin weergegeven het "opgesteld vermogen omvormers", náást de gebruikelijke kolom capaciteit, die nu is omgedoopt tot "opgesteld vermogen van zonnepanelen". Het AC vermogen van de omvormers is vrijwel altijd lager dan de (DC) generator capaciteit van de zonnepanelen (nu weergegeven in kWp), en dat blijkt ook wel uit de data in de betreffende tabel.
Alleen van 2022, 2023, en voor de eerste jaarhelft van 2024, zijn deze omvormer vermogens nu voor het eerst separaat gepubliceerd. Terwijl, voor heel Nederland, de generator capaciteit in die drie periodes is ge-evolueerd van 19,54 GWp (EOY 2022) via 24,30 GWp (EOY 2023) naar 26,07 GWp (halverwege 2024), is tegelijkertijd het cumulatieve omvormer vermogen gestegen van 17,45 GW (EOY 2022), via 21,39 GW (EOY 2023), naar 22,81 GW (halverwege 2024). Daarmee is de verhouding tussen generator capaciteit en omvormer vermogen iets toegenomen, van 1,12 naar een factor 1,14 (EOY 2023 en medio 2024). Er zou dus 14% meer generator vermogen zijn aangesloten dan het AC vermogen van de populatie omvormers. Dat is een interessante vaststelling, omdat er bij energieleveren.nl er kennelijk van slechts 5% wordt uitgegaan.
Er zijn lichte verschillen tussen de regio onderling, bij deze verhouding. In Groningen vinden we de hoogste verhouding, medio 2024 (factor 1,17), mogelijk heeft dat iets te maken met het hoge aandeel van zonneparken in die provincie. Fryslân en Flevoland hebben halverwege 2024 de laagste verhouding, 1,11.
Deze expliciete scheiding tussen twee "soorten" vermogens vinden we alleen in bovengenoemde tabel. In andere tabellen vinden we een andere "definitie" terug. Zo staat in de al jaren gebruikte, klassieke tabel "Hernieuwbare elektriciteit; productie en vermogen", een aangepast begrip, waardoor je flink de kluts kunt kwijtraken, als je niet weet wat de begrippen in de betreffende tabel daadwerkelijk inhouden. In genoemde tabel benoemt het CBS deze policy change als volgt:
"Voor zonnestroom is vanaf 2022 het vermogen gelijkgesteld aan het systeemvermogen van de installatie, conform internationale afspraken. Het systeemvermogen is het maximale vermogen van de installatie, wat bepaald wordt door het minimum van het paneelvermogen en het omvormervermogen." Een nogal cryptische omschrijving, waarvan ik nog ga proberen om te achterhalen wat er exact mee wordt bedoeld. Sowieso is het erg ongelukkig, dat midden in een jaarreeks, er opeens iets anders "bedoeld" lijkt te worden met de nieuwe capaciteit vanaf dit breekpunt.
In ieder geval heb ik de data in die tabel niet (meer) gebruikt voor de huidige analyse, waarbij consistent de altijd gehanteerde generator capaciteit is, en wordt gebruikt. Die komen voor de recente jaargangen nu dus uit de tabel "Zonnestroom; vermogen en vermogensklasse, bedrijven en woningen, regio" (kolom capaciteit zonnepanelen).
Australia versus Nederland (ctd)
Al enkele malen eerder heb ik een vergelijking gemaakt tussen voormalig wereldkampioen Australia, versus de prestatie van Nederland, op het vlak van Wp/capita opgesteld vermogen. In een vorige update was al "officieel" geworden, dat Nederland de erepodium plaats van Australia had overgenomen, in 2023. In onderstaande grafiek geef ik de update met de meest recent beschikbare cijfers, voor zowel het opgestelde vermogen aan het eind van elk jaar, tm. 2023, aangevuld met de meest recente data uit 2024, als de meest actuele bevolkingscijfers. Voor uitgebreid commentaar op deze gegevens, en de vergelijking, verwijs ik gaarne naar het dieper gravende stuk in de analyse van 7 maart 2024.
Ten opzichte van de vorige grafiek zijn de volgende wijzigingen doorgevoerd:
Drieluik CBS status 15 november 2024:
Deel 1 (Derde) bijstelling cijfers zonnestroom markt 2023 door CBS. Jaargroei nu iets hoger dan aanwas in 2022; meer dan 3 miljoen PV installaties medio 2024 (18 november 2024, huidige artikel, zie ook daar voor links naar eerdere publicaties over de CBS cijfers)
Deel 2 Zonnestroom productie, in relatie tot andere modaliteiten en totaal volumes (19 november 2024)Deel 3 Zonnestroom capaciteit per provincie, gemeente, en per type - enkele segmentaties (30 november 2024)
Bronnen, extern
Hernieuwbare elektriciteit; productie en vermogen (CBS Open Data update 15 november 2024; opgelet! Vanaf 2022 wordt vermogen anders gedefinieerd !)
Zonnestroom; vermogen en vermogensklasse, bedrijven en woningen, regio (CBS Open Data update 15 november 2024)
Vermogen zonnepanelen iets minder sterk toegenomen in 2023 (tussentijds bericht CBS, 17 juni 2024)
Intern
CBS update, deel 2. Zonnestroom productie, in relatie tot andere modaliteiten en totaal volumes (19 november 2024)
Evolutie aantallen woningen, penetratie zonnestroom op woningen, en elektra verbruiks-data volgens CBS (20 augustus 2024)
CBS update. Eerste bijstelling cijfers zonnestroom markt 2023 door CBS. Deel 1 (9 juni 2024)
CBS update, deel 2. Zonnestroom productie, in relatie tot andere modaliteiten en totaal volumes (9 juni 2024)
CBS update, deel 3. "Kleine" ultimate CBS zonnestroom statistiek - de 2023 update (13 juni 2024)
Voor andere recente interne bronnen, zie lijstje onderaan het eerste artikel in de vorige artikel serie over de CBS energie updates
De "ultimate" CBS zonnestroom statistiek update - uitgebreide (eerste) resultaten voor 2022 en medio 2023. Segmentaties naar provincie, gemeentes, RES sub-regio, omvang en type PV installatie (Polder PV, 9 januari 2024; introductie tot zeer uitgebreide detail analyse van de CBS zonnestroom data tm. medio 2023. Voor de volledige analyse met talloze cijfers en grafieken, zie deze link, analyse opent in nieuw venster)
5 november 2024: Energieleveren.nl - sub 1 MWac PV markt opleving zet door, 114 MWac nieuw, nog steeds laag. Op de website energieleveren.nl zijn inmiddels de nieuwe cijfers voor de maand oktober 2024 gepubliceerd, voor het marktsegment van de daar gemelde / geregistreerde PV installaties per stuk kleiner dan 1 MW omvormer capaciteit. Er is wederom een lichte groei te zien t.o.v. de voorgaande maand, maar de aanwas is nog relatief laag: 114 MWac, verdeeld over (afgerond) zo'n 23 duizend nieuwe projecten.
In de eerste analyse van de energieleveren.nl cijfers, medio september jl., maakte ik gewag van de "instorting" van het kleine PV marktsegment in Nederland, op basis van de dit jaar voor het eerst daar gepubliceerde marktcijfers van de "sub 1 MWac markt". In augustus 2024 werd een dieptepunt bereikt, met slechts 14 duizend nieuwe installaties, met een toegevoegd omvormer vermogen van 81 MWac. Een tweet van Polder PV over deze markt "instorting" werd zeer vaak bekeken (laatste stand van zaken: 16.400 maal).
September deed het iets beter (18 duizend nieuwe installaties geregistreerd, 98 MWac toegevoegd. En nu laat oktober weer een verdere verbetering zien. En wel, met zo'n 23 duizend nieuwe geregistreerde PV installaties per stuk kleiner dan 1 MWac, met een gezamenlijk vermogen van zo'n 114 MWac (derhalve, gemiddeld een relatief lage 4,96 kWac per nieuwe installatie). Ook al is dit een lichte opleving t.o.v. de voorgaande maandrapportage, het lag uiteraard wel beduidend lager dan de hoeveelheden in oktober 2023 (46 duizend nieuwe installaties, 242 MWac toegevoegd).
Grafiek
met, per maand, de nieuwe aantallen registraties per maand, opgetekend
door energieleveren.nl, tm. oktober 2024.
2024 in magenta gekleurde
kolommen, die de forse terugval in nieuwe installaties in het <1 MWac
segment goed laat zien.
Maar ook weer een lichte opleving sinds september.
Met deze toevoeging in oktober zijn er begin november in totaal nu 3,095 miljoen PV installaties per stuk < 1 MWac bekend bij energieleveren.nl. Hierbij nogmaals de bekende disclaimer: dat is niet het aantal woningen, of dergelijke claims. Er worden immers zeer regelmatig uitbreidingen (= "installaties") aan bestaande projecten toegevoegd, zowel residentieel, als in de projecten markt, een endemisch verschijnsel in Nederland. Het aantal "objecten", "erven", "project sites", is, derhalve, altijd (veel) lager, dan bovengenoemd getal. Wat, desondanks, natuurlijk zonder meer een spectaculair volume weergeeft.
Het is nog onduidelijk of, en hoe, deze "sub 1 MWac" zich verder zal / kan herstellen. Voorlopig zullen de nieuwbouw cijfers vermoedelijk erg laag blijven, wat vooral ligt aan de "schrik" in de residentiële markt, over het definitieve voornemen van het huidige kabinet, om de salderingsregeling per 1 jan. 2027 af te schaffen. Met daarbij natuurlijk een flinke kanttekening: voor zover het huidige kabinet "overeind blijft". Want wat daarna zou geschieden, is al helemaal turen in sterk bewolkte glazen bollen geblazen ...
18 GWac capaciteit in cumulatie - en verder groeiend
In de september 2024 rapportage werd het passeren van de piketpaal 18 MWac gemeld. Inmiddels is er, eind oktober, in het sub 1 MWac segment 18.203 MWac vermogen geaccumuleerd. In heel Nederland stond eind 2023, wat nominaal generator capaciteit betreft (altijd hoger dan het daar achter aangesloten omvormer vermogen), met de laatste aanpassing van het CBS, na mijn melding van duidelijk foute cijfers voor Utrecht, 23.349 MWp.
Zie voor de mogelijke impact, andere grafieken, en duiding, de bespreking van de meest recente cijfers in mijn update, hier onder gelinkt:
Statistieken PV markt segment registraties < 1 MWac bij energieleveren.nlupdate
oktober 2024 |
Hoeveel zon opwekinstallaties zijn er in Nederland? (website energieleveren.nl, "inzicht")
5 november 2024: VertiCer update oktober 2024, Gecertificeerde PV markt 14,5 GWp, jaargroei 2023 naar record 2.618 MWp nieuwbouw (2022 +32%), nieuwe anomalie getraceerd. Voor uitgebreide toelichting van de voorliggende historie van de CertiQ data voor gecertificeerde zonnestroom in Nederland, zie de bespreking van 7 maart 2023 (februari rapportage). Voor de transitie van CertiQ naar de nieuwe organisatie VertiCer, zie introductie in de analyse, van 19 juli 2023.
In de huidige rapportage brengt Polder PV de nieuwe resultaten uit de data rapportage van VertiCer, voor de maand oktober 2024, waarmee de jaargroei in kalenderjaar 2023 voor de zoveelste maal verder blijkt te zijn uitgelopen op het volume in 2022, na eerder al het voormalige topjaar 2020 al ver achter zich te hebben gelaten, m.b.t. de gerealiseerde, gecertificeerde PV capaciteit. Tevens worden, tm. september 2024, de verstrekte Garanties van Oorsprong voor gecertificeerde PV projecten gereconstrueerd en grafisch verbeeld over de afgelopen periode. De grootste anomalie in de PV statistiek bij VertiCer en haar rechtsvoorganger, van augustus jl., lijkt inmiddels in de publieke data te zijn hersteld, via de grootste netto negatieve maand-groei tot nog toe bekend in de VertiCer historie. Maar nog steeds lijkt de capaciteits-aanwas voor 2024 aan de hoge kant. Helaas is door Polder PV weer een nieuwe anomalie ontdekt, en wel in de afgifte van GvO's voor december 2023, die nu op een onverklaarbaar hoog niveau is gekomen. Wel is er inmiddels alweer een historische grens bereikt: voor 2024 is voor het eerst in de geschiedenis al meer dan 10 terawattuur aan gecertificeerde zonnestroom productie in een kalenderjaar ingeboekt, met nog het nodige aan volume later bij te schrijven. Dit uiteraard, pending eventuele wijzigingen / correcties in de VertiCer boekhouding.
Bijstellingen - niets nieuws onder de zon
Benadrukt zal hier blijven worden, dat de voor sommigen (zelfs specialisten uit de zonnestroom sector) wellicht verwarrende, continu wijzigende maand-cijfers bij VertiCer, en haar rechtsvoorganger CertiQ, beslist géén "nieuw fenomeen" betreffen, ook al wordt regelmatig het tegendeel beweerd. Dit is altijd al staande praktijk geweest bij CertiQ, en wordt gecontinueerd onder VertiCer. Niet alleen werd dat zichtbaar in de soms fors gewijzigde cijfers in de herziene jaar rapportages tot en met het exemplaar voor 2019. Helaas zijn daarna geen jaarlijkse revisies meer verschenen. In een tussentijdse analyse van oorspronkelijk gepubliceerde, en toen actuele, bijgestelde cijfers, werd al duidelijk, dat de databank van de destijds alleen onder TenneT vallende dochter continu wijzigingen ondergaat, zoals geïllustreerd in de Polder PV analyse van 4 november 2020. In dit opzicht, is er dan ook niets nieuws onder de zon. De wijzigingen zijn er altijd al geweest, alleen zijn ze inmiddels, met weliswaar de nodige moeite, regelmatig zichtbaar te maken, door de nieuwe wijze van rapporteren van VertiCer. De cijfermatige consequenties daarvan worden weer besproken in de huidige analyse.
Voordat we de huidige resultaten bespreken, blijft de belangrijke, al lang geleden door Polder PV geïntroduceerde, en tussentijds verder aangepaste disclaimer bij alle (zonnestroom) data van VertiCer / CertiQ recht overeind:
*
Disclaimer & verduidelijking: Status officiële VertiCer
(ex CertiQ) cijfers
|
Het overzicht met de eerste cijfers voor oktober 2024 verscheen in de nieuwe, drastisch gewijzigde vorm op de website van VertiCer, op 4 november 2024. Referenties naar eerder verschenen historische data zijn uiteraard impliciet als CertiQ gegevens geanalyseerd, in oudere analyses.
2a. Evolutie van drie basis parameters gecertificeerde PV-installaties VertiCer juli 2021 - oktober 2024
(Herziene) status tm. oktober 2024
In deze grafiek, met de meest recente actuele en gewijzigde data uit de oktober 2024 rapportage van VertiCer, en deels oudere data uit de CertiQ updates, de stand van zaken vanaf juli 2021 tm. oktober 2024. De blauwe kolommen geven de ontwikkeling van de aantallen installaties weer (ref.: rechter Y-as), voorlopig culminerend in 34.816 exemplaren, begin november 2024. Wat, wederom, een netto negatieve groei weergeeft van 291 projecten** t.o.v. de status, eind september 2024 (gereviseerd, 35.107 exemplaren), en zelfs 739 exemplaren minder is dan het tot nog toe hoogste niveau (35.555 in mei 2024, gereviseerd). Er vindt dus, in toenemende mate, een netto uitstroom van projecten plaats uit de VertiCer databank (meer uitgeschreven dan ingeschreven). Wel is er, t.o.v. het ook weer herziene eindejaars volume van 2022, netto bezien in kalenderjaar 2023 een groei geweest van 1.274 projecten in het VertiCer bestand. Wat bijna 51% minder is dan de groei in 2022 (licht gereviseerd: 2.583 nieuwe projecten genoteerd; voor de half-jaar volumes, zie ook nieuwe half-jaar grafiek verderop). Diverse historische data zijn wederom gewijzigd t.o.v. de september update. Zo is de stand van zaken voor eind (december) 2022 inmiddels 34.018 projecten, in de vorige rapportage waren dat er nog 34.016.
In de gele kolommen (ref. rechter Y-as, in MWp) de bijbehorende geaccumuleerde gecertificeerde PV-capaciteit, die begin augustus 2024 weer is toegenomen, van 12.960 MWp in de vorige update, naar, inmiddels, 13.051 MWp. Maar wat nog steeds duidelijk minder is dan de status van, inmiddels, bijna 13,7 GWp in februari. Dit kan uiteraard nog steeds / wederom substantieel gaan wijzigen in komende updates, zoals ook in alle vorige exemplaren is geschied. Afhankelijk van komende revisies van historische cijfers, lijkt de 10 GWp in dit grote PV dossier, in ieder geval inmiddels ergens begin januari 2023 te zijn gepasseerd.
Deze ronduit opmerkelijke, forse wisselingen in de netto (overgebleven) volumes aan het eind van de laatste maanden, heeft uiteraard ook gevolgen gehad voor de systeemgemiddelde capaciteit, die eind maart weer flink lager is geworden, waar dit begin 2024 nog een opvallende tóename was (groene curve). Na deze terugval, is in mei - juli het gemiddelde weer wat toegenomen.
Eind 2022 is de geaccumuleerde capaciteit inmiddels op een niveau gekomen van 9.837,2 MWp. In het eerste flink gewijzigde januari rapport voor 2023 was dat nog 9.409,3 MWp. Voor EOY 2022 is sindsdien dus alweer 428 MWp / 4,5% meer volume bijgeschreven dan oorspronkelijk gerapporteerd. Het is goed om deze flink opgelopen verschillen voor reeds "lang" verstreken jaren op het netvlies te blijven houden, want dit gaat natuurlijk ook geschieden met de cijfers voor 2023, én voor de data voor 2024.
Groei 2023 t.o.v. 2022 volume, nieuw jaargroei record houder
Met de huidige, gereviseerde cijfers van de jaar volumes, is de voorlopige groei in het hele kalenderjaar 2023 bijna 2.618 MWp geweest. Dat lijkt, in grote tegenstelling tot eerdere maandrapportages door Polder PV (in december 2023 rapportage nog slechts een jaar-aanwas van 1.298 MWp!), inmiddels op een forse marktgroei te wijzen, t.o.v. de jaarlijkse aanwas in 2022, zelfs al weten we dat alle cijfers nog steeds regelmatig zullen worden bijgesteld. In dezelfde periode in 2022 was het - nu weer licht aangepaste - groei volume namelijk 1.990 MWp. De toename in 2023 is tot nog toe dus alweer bijna 32% hóger dan het nu bekende nieuwe volume in 2022 (in de update van december 2023 was het nog 34% láger!). Bij de aantallen nieuwe projecten was juist een zeer hoge netto negatieve groei vast te stellen uit de huidige cijfers (minus 51%). Deze combinatie is op zijn zachtst gezegd, "hoogst curieus", als je niet beter zou weten hoe deze cijfers tot stand komen.
In ieder geval kan óók geconstateerd worden, dat 2023 al een tijdje onbetwist kampioen is geworden, en het nieuwe jaargroei record heeft. Het is voormalig kampioen 2020 (voorlopig laatst bekend groeicijfer: 2.436,9 MWp) inmiddels alweer 181 MWp voorbijgestreefd, pending latere updates.
In de groene curve is de uit voorgaande parameters berekende systeemgemiddelde capaciteit voor de gehele, overgebleven gecertificeerde populatie PV-projecten bij VertiCer, in kWp (referentie linker Y-as) weergegeven. Dit blijft door de bank genomen almaar toenemen, en is sedert eind 2022 verder gegroeid, van 289 naar bijna 353 kWp, eind 2023. In januari - februari 2024 nam dit fors toe, naar 383 resp. bijna 388 kWp. Eind maart nam dit echt weer stevig af, vanwege de toen doorgevoerde, forse neerwaartse capaciteits-bijstelling, en eindigde voorlopig op 353 kWp gemiddeld. Vanaf april steeg het weer naar bijna 369 kWp in juli 2024. Ook dit niveau kan bij latere data bijstellingen weer wijzigen, zowel in negatieve, als in positieve zin.
Links in de grafiek vindt u ook de meest recent bekende EOY cijfers voor 2021 weergegeven. Die zijn net als in de vorige updates stabiel gebleven, 31.435 projecten, respectievelijk, 7.847,1 MWp. Deze data zijn belangrijk voor de vaststelling van de aangepaste jaargroei cijfers voor 2022, zie paragraaf 3d. Het ziet er niet naar uit dat er nog substantiële wijzigingen in die eindejaars-cijfers zullen komen, op zijn hoogst marginale aanpassingen.
... (gigantische) anomalie in augustus - september rapportages inmiddels (deels?) in publiek toegankelijke data hersteld ...
In augustus 2024 is helaas weer een ronduit verbijsterend cijfer gemeld door VertiCer, wat met geen mogelijkheid verklaard kan worden, en wat als het grootste data incident in de lange historie (incl. rechtsvoorganger CertiQ) beschouwd kan worden in de solar statistieken. Hierover is uitvoerig gerapporteerd in een vorige maand update, en is commentaar van VertiCer weergegeven in het intermezzo in deel II van die analyse. Met inmiddels alweer iets gewijzigde, maar nog steeds ongeloofwaardige cijfers volgens de VertiCer tabel, een ongelofelijk volume van 17.239 MWp, wat een onwaarschijnlijke maandgroei van bijna 4,2 GWp in augustus zou geven. Uit de reactie van VertiCer blijkt, dat de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit en accuraatheid van de aangeleverde cijfers bij de netbeheerders ligt, en moet Polder PV derhalve helaas vaststellen, dat er géén (effectieve) uitgangscontrole bij de netbeheerders is voor deze zeer belangrijke data. En dat, bovendien, een lang geleden beloofde ingangscontrole bij VertiCer moet ontbreken, anders had deze enorme anomalie al snel opgemerkt geweest. Niets van dit alles, (enorm) foute ingaves van netbeheerders blijven kennelijk nog altijd "ongeschonden" de publiek toegankelijke data van VertiCer in ernstige mate vervuilen.
In het september rapport was deze enorme anomalie helaas nog niet hersteld (17.177 MWp). Vanwege deze onmogelijke waarden, heb ik beide kolommen doorzichtig gemaakt en met een rood kader weergegeven. Kennelijk ook door aandrang van collegae bij Solar Magazine, is echter in de oktober rapportage eindelijk een flinke correctie doorgevoerd. Begin november wordt nu nog "maar" een volume van 14.522 MWp in accumulatie gerapporteerd. Wat vooral wordt veroorzaakt door een grote neerwaartse bijstelling voor de grootste project categorie (projecten groter dan 1 MWp), van 2,6 GWp (!), zie ook verderop bij segmentaties in paragraaf 4b). Dat daargelaten, vind ik het volume van 14,5 GWp nog steeds "aan de hoge kant", al is het niet meer als "onmogelijk" te bestempelen, i.t.t. het niveau in de voorgaande 2 maandrapportages.
Als gevolg van de veel te hoge capaciteiten in augustus en september, en de wél "logische" aantallen netto overgebleven geregistreerde projecten in die maanden, is de daar uit berekende systeemgemiddelde capaciteit natuurlijk ook véél te hoog (groene curve, een incorrecte, hoge 489 kWp gemiddeld per project weergevend in die maanden). In de oktober rapportage lijken we weer terug te keren naar "meer normale" verhoudingen. Het project gemiddelde is inmiddels beland op een "geloofwaardiger", doch nog steeds opvallend hoog niveau, van 417 kWp. Mogelijk volgen er later nog bijstellingen, al lijkt dat beslist géén gegeven, gezien de soms onbegrijpelijke sprongen in de curves in de historische data.
** Beter: "het netto overblijvende nieuwe volume, wat het verschil is tussen de (niet qua volume geopenbaarde) uitschrijvingen en de volumes aan nieuwe inschrijvingen".
2b. Evolutie van drie basis parameters gecertificeerde PV-installaties VertiCer EOY 2009 - 2023
Ik geef hieronder de volledig gereviseerde grafiek met de evolutie van de eindejaars-accumulaties weer. Hierbij is gebruik gemaakt van een separaat verschenen historische update (24 augustus 2024), van de oudere jaargangen (destijds gepubliceerd in CertiQ rapportages), waarin alleen zeer marginale wijzigingen zijn te vinden, en die dus nauwelijks effect hebben gehad op de hoogte van de kolommen. En waarbij de nu bekende, inmiddels deels weer gewijzigde cijfers in het oktober 2024 rapport van VertiCer, voor de jaren 2021 tm. 2024, zijn opgenomen. De cijfers voor 2023 zijn uiteraard nog zeer voorlopig en kunnen nog behoorlijk gaan wijzigen in komende updates (gearceerde kolom). Het capaciteits-cijfer voor 2024 is inmiddels weliswaar flink neerwaarts aangepast, maar ik vind het nog steeds hoog. Het is wel veel realistischer dan de foutieve waarde in de augustus-september rapportages, vandaar dat ik de laatste kolom voor de capaciteit niet meer rood heb weergegeven.
De tweede grafiek in deze sectie geeft niet de maandelijkse progressie (paragraaf 2a), maar de evolutie van de eindejaars-accumulaties van 2009 tm. 2023, en de huidige status in 2024 (achteraan) weer, met alle ondertussen weer gewijzigde data in de huidige VertiCer update. De opbouw van de grafiek is vergelijkbaar met die voor de laatste maand-cijfers, maar om alle data in 1 grafiek te krijgen zonder extreme verschillen, is de Y-as voor alle drie de parameters hier logarithmisch gekozen. Het aantal installaties is fors toegenomen, van 3.767 exemplaren, eind 2009, naar, inmiddels, 34.018, eind 2022, resulterend in een Compound Annual Growth Rate (CAGR) van gemiddeld 18,4% per jaar in 2009-2022. Eind december 2023 staat de teller alweer op 35.292 projecten; de CAGR voor de periode 2009-2023 heeft, met de nog voorlopige data voor met name 2023, een gemiddelde van 17,3% per jaar.
Bij de capaciteits-ontwikkeling is het echter nog veel harder gegaan. Deze nam toe van 18,7 MWp, eind 2009, tot alweer 9.837,2 MWp, eind 2022. Resulterend in een byzonder hoge CAGR, van gemiddeld 61,9% per jaar (!). Wel begint er, voorstelbaar, na zo'n langdurige, spectaculaire groei periode, een afvlakking zichtbaar te worden in de expansie. Wat veel te maken heeft met overal optredende problemen met beschikbare netcapaciteit, gestegen project kosten, forse competitie met andere CO2 besparende opties binnen de nieuwste SDE regelingen, diverse verzwarende omstandigheden voor planning en realisatie van nieuwe projecten (verzekeringen, participatie trajecten, ecologische eisen), beschikbaar personeel, etc. Eind december 2023 is de capaciteit fors doorgegroeid naar een voorlopig volume van 12.455,3 MWp, resulterend in een nog zeer voorlopige, doch hoge CAGR van gemiddeld 59,1% per jaar, in de periode 2009-2023. Hierbij moet ook worden vermeld, dat het eindejaars-cijfer voor 2023 fors is bijgesteld in eerdere updates van VertiCer. Vermoedelijk is er toen veel capaciteit bijgeschreven na de nodige vertragingen in de administratieve verwerking ervan.
Historische bijstellingen
Dat de cijfers in de databank behoorlijk worden bijgesteld, bezien over een langere periode, laten de nu actuele eindejaars-cijfers voor 2021 weer goed zien. Die zijn al enkele maanden ongewijzigd, namelijk 31.435 installaties, en een verzamelde capaciteit van 7.847,1 MWp. In het "klassieke" maandrapport voor (eind) december 2021, alsmede in het gelijktijdig verschenen eerste jaaroverzicht, waren die volumes nog maar 30.549 installaties, resp. 7.417,8 MWp. In de laatste cijfer updates zijn de verschillen t.o.v. de oorspronkelijke, "klassieke" maandrapport opgaves van, destijds, CertiQ, derhalve, opgelopen tot 2,9% (aantallen), resp. bijna 5,8% (capaciteit). Uiteraard hebben deze continu voorkomende bijstellingen ook gevolgen voor de uit de EOY cijfers te berekenen jaargroei volumes (YOY).
Uit voorgaande twee parameters werd door Polder PV weer de gemiddelde systeem-capaciteit aan het eind van elk kalenderjaar berekend (groene curve in bovenstaande grafiek). Ook deze nam spectaculair toe, van slechts 5,0 kWp, eind 2009 (bijna uitsluitend kleinere residentiële installaties), tot alweer 352,9 kWp, eind 2023 (bestand VertiCer inmiddels gedomineerd door duizenden middelgrote tot zeer grote projecten incl. zonneparken). Een factor 71 maal zo groot, in 14 jaar tijd. Wat de enorme schaalvergroting in de projecten sector goed weergeeft.
2024
Helemaal rechts in de grafiek zijn ook de nog zeer premature cijfers voor eind oktober 2024 getoond, met een waarschijnlijk "logisch", doch beslist nog niet definitief aantal van 34.816 installaties. Resulterend in een voorlopig netto verlies van 476 projecten sedert eind 2023 (meer uit- dan ingeschreven bij VertiCer). En met een weliswaar fors neerwaarts bijgestelde (lees: gecorrigeerde) capaciteit van 14.522 MWp voor de capaciteit (in de september rapportage nog, foutief, 17.056 MWp). Maar nog steeds vind ik dat volume aan de hoge kant. Het voorlopig resulterende systeemgemiddelde komt uit op 417 kWp, beduidend hoger dan de 353 kWp eind 2023.
Sowieso zal er voor kalenderjaar 2024 nog veel volume bijgeschreven worden, in de laatste 2 maanden, en in vervolg rapportages in het komende jaar. En ook de data voor de eerste maanden zullen daarbij nog flink worden bijgesteld. Waar dat alles zal "eindigen", inclusief potentiële andere correcties, is nog een niet te beantwoorden vraag. Er komen nog flink wat aanvullingen en wijzigingen aan voor dit jaar.
3. Maandelijkse, kwartaal-, half-jaar- en jaarlijkse toenames aantallen en capaciteiten bij VertiCer
3a. Maandelijkse toenames van aantallen en capaciteit van gecertificeerde PV-installaties VertiCer augustus 2021 - oktober 2024
Ook al moet ook bij deze grafiek de blijvende waarschuwing, dat de cijfers nog lang niet zijn uitgekristalliseerd, en we nog de nodige bijstellingen kunnen verwachten, de trend bij de nieuwe (netto) aantallen projecten door VertiCer, en rechtsvoorganger CertiQ, geregistreerd van maand tot maand, laten, ook in de huidige versie van oktober 2024, een zeer duidelijke afkoeling van de PV-projectenmarkt zien sedert de zomer van 2021. Werden er in januari 2022 nog netto 385 nieuwe gecertificeerde PV-projecten bijgeschreven, is dat in de rest van het jaar al zeer duidelijk minder geworden, en vanaf augustus dat jaar zelfs zeer sterk "afgekoeld". Met wat ups en downs, is het laagste volume in dat jaar voorlopig bereikt in november 2022, met, inmiddels, 105 (netto) nieuwe installaties. Daarna veerde het weer even op, daalde stapsgewijs, leidde tijdelijk tot een inmiddels licht positieve groei van netto 9 nieuwe projecten in augustus 2023 en vervolgens weer positieve groei in september tm. december. In 2024 zijn de aanwas cijfers per maand tm. mei netto, in de eerste updates ook vaak negatief, al in de plus geraakt. De aanwas cijfers voor juni tm. september zijn nu nog 100, 55, 124, resp. 169 netto exemplaren negatief, maar ook dat kan nog in positieve groei omslaan in latere updates. Oktober start met de eerste waarde ook flink onder de nullijn, met netto minus 291 projecten. Ook dat kan / zal waarschijnlijk in latere updates omslaan in positieve, doch relatief lage groei.
Eerder getoonde negatieve groeicijfers voor 2023 zijn inmiddels, zoals gebruikelijk, omgezet in positieve aanwas, a.g.v. de voortdurend wijzigende historische cijfers in de VertiCer bestanden. In de vorige update had augustus 2023 nog een licht negatieve groei, die inmiddels in een zeer bescheiden positieve aanwas is omgeslagen. Dit zal ongetwijfeld ook volgen voor de (5) laatste maanden waar op dit moment nog negatieve groeicijfers van bekend zijn. In de huidige, oktober, update zijn in totaal voor 23 maanden de waarden inmiddels weer aangepast sinds het exemplaar tm. september 2024. De oudste wijziging was weer voor augustus 2022 (1 project toegevoegd), in dat jaar is ook voor november het volume weer iets gewijzigd. In 2023 zijn voor alle 12 maanden weer nieuwe cijfers vastgesteld. De groei in januari tm. mei 2024 is ook weer bijgesteld, in opwaartse richting, maar blijft relatief bescheiden, per maand. Alleen juni tm. oktober hebben nu nog een netto negatieve groei, die waarschijnlijk in een positieve aanwas zal gaan omslaan in latere updates.
Al zullen de meeste maandwaarden in positieve zin ombuigen in latere updates, zoals in het recente verleden is geschied, de trend is bij de aantallen onmiskenbaar: er worden, netto bezien, nog maar relatief weinig netgekoppelde projecten bijgeschreven bij VertiCer, per maand. Een van de belangrijkste redenen zal zijn, dat er een toenemend aantal uitschrijvingen uit de databank van de Gasunie/TenneT dochter is begonnen, die de instroom (tijdelijk) afremt of zelfs overvleugelt. Waarschijnlijk is de oorzaak de beginnende uitval van de oudste onder SDE 2008 resp. 2009 gesubsidieerde kleine projectjes, die immers 15 jaar subsidie konden genieten. We moeten gaan zien hoe het verloop bij de aantallen zich ontwikkelt, nu de subsidie termijn voor de eerste projecten aan het aflopen is. Uiteraard betekent uitschrijving uit de VertiCer databank verder beslist niet dat de betreffende projecten fysiek zijn, of worden verwijderd. Ze kunnen nog vele jaren lang met een aardig rendement worden ge-exploiteerd door de eigenaren, zonder SDE-gerelateerde inkomsten. Hier is byzonder weinig zicht op, cijfers over het al of niet verder exploiteren van deze oudere projecten ontbreken in het geheel in statistiek moeras Nederland.
Een vergelijkbare grafiek als voor de aantallen (vorige exemplaar), maar ditmaal de ermee gepaard gaande netto maandelijkse toename (of zelfs tijdelijke afname) van de capaciteit van gecertificeerde PV-projecten, in MWp. De evolutie laat een nogal afwijkend, zo u wilt, chaotisch beeld t.o.v. dat bij de aantallen zien, met sterk fluctuerende verschillen tussen de maanden onderling. Ook deze kunnen uiteraard naderhand nog worden bijgesteld. Als voorbeeld: de "netto negatieve groei" in september 2022, al gesignaleerd in het januari 2023 rapport, is uiteindelijk in latere updates in ieder geval omgeslagen in "normale, positieve groei", van, inmiddels, 74,1 MWp.
Bizarre nieuwe pieken voor eerste maand in jaren 2023 en 2024
Wel is er, zoals al bij de eerst-rapportage gemeld (jan. 2024 rapport), een exceptioneel "verschijnsel" zichtbaar voor de maand januari 2023. Die maand had al lang de hoogste "piekwaarde" ooit meegekregen, en is in veel latere maandrapportages continu bijgeplust, tot het in het december 2023 rapport een al zeer hoog volume bereikte van 432,6 MWp. In het "klassieke" CertiQ december rapport van 2022 was nog een zeer hoge november piek zichtbaar bij de capaciteit. Het lijkt er op, dat een groot volume daarvan naar het begin van het nieuwe jaar is geschoven (de vermoedelijke feitelijke datum van netkoppeling). Ook in januari 2022 zagen we eerder al een "nieuw-jaars-piek", maar die is duidelijk kleiner, inmiddels neerkomend op 306,7 MWp nieuw volume (ongewijzigd in de laatste updates).
In de rapportage van januari 2024 is dat al hoge volume opeens extreem opgehoogd naar 770,2 MWp, en is dat momenteel zelfs verder gegroeid, naar 796,5 MWp in de huidige oktober 2024 update (buiten de hier weergegeven Y-as vallend).
Tweede extreme groei piek & "negatieve pieken"
En dat is nog niet alles, want hetzelfde is geschied met het nieuwe volume voor januari 2024. Dat was in de update voor die maand nog een negatieve groei van -84,6 MWp. In de februari 2024 rapportage sloeg dat in een keer om in een "record positieve aanwas" van 973,2 MWp, wat inmiddels in de huidige update nog verder is opgehoogd, naar alweer 1.096,4 MWp. Een onwaarschijnlijk hoog volume waar Polder PV, net als bij de vorige piek voor januari 2023, geen plausibele verklaring voor heeft. Ik heb in een eerste rood omkaderd venster aangegeven dat het bij beide maandgroei pieken om "uitzonderlijke", vooralsnog onverklaarbare volumes gaat.
Voor februari 2023 was er aanvankelijk een magere positieve groei van 28,1 MWp positief. Deze sloeg echter in de maart rapportage in dat jaar om in een enorme negatieve bijstelling van 316,1 MWp negatief (!), bij een netto aanwas van 65 nieuwe projecten. In de april 2023 update was er een marginale opwaartse correctie naar -312,3 MWp. In de rapportages voor mei 2023 tm. oktober 2024 is de negatieve "groei" verder fors geslonken naar, inmiddels, minus 203,2 MWp.
In een vorige rapportage (maart 2024) heeft dit proces zich herhaald, voor de eerste rapportage van het groeicijfer voor die maand. Terwijl de groei in februari evolueerde van een "bescheiden" negatieve 11,7 MWp naar een inmiddels "normale" positieve 161,1 MWp, kwam maart opeens met een record negatief groei volume van -1.140,9 MWp (!). Dat is in de huidige, oktober 2024 update, weliswaar verminderd, maar is nog steeds sterk negatief (-1.022,0 MWp). Ook deze extreme netto negatieve groei is zeer slecht verklaarbaar, of er moeten weer dramatische wijzigingen in de status van de administratie bij VertiCer hebben plaatsgevonden.
Het eerste beschikbare "groei" cijfer voor april 2024 was ook negatief, maar niet zo extreem als in de voorgaande maand, -218,5 MWp. Dit is inmiddels weer minder sterk negatief geworden, in het oktober rapport neerkomend op een negatieve aanwas van -145,7 MWp. De verwachting is dat dit volume nog behoorlijk "opwaarts" aangepast zal gaan worden.
Mei 2024 verraste weer, doordat het eerst gepubliceerde aanwas volume meteen al fors positief was, netto 198,4 MWp, wat inmiddels in de huidige update iets is doorgegroeid naar 207,6 MWp.
Juni en juli begonnen weer op een negatief niveau, maar hebben inmiddels ook positieve aanwas cijfers (207,7, resp. 89,4 MWp).
Zoals al vaker gemeld, kunnen de redenen voor zulke, soms aanzienlijke bijstellingen, en, meestal tijdelijk, zelfs fors negatieve netto groei cijfers, zeer divers zijn, zoals destijds gerapporteerd door CertiQ na vragen van Polder PV daar over (artikel 16 januari 2023). Mogelijk zijn er, daar bovenop, deels forse correcties doorgevoerd van foutieve opgaves, al zullen we nooit weten wat precies de oorzaken zijn geweest van deze, hoge impact hebbende, merkwaardige data updates.
Augustus anomalie met gigantische impact - mogelijk deels hersteld
De eerder al vermelde anomalie in het augustus 2024 rapport van VertiCer heeft natuurlijk een enorme impact bij de afgeleide maandgroei cijfers. Volgens de huidige data, in het oktober rapport, zou namelijk in augustus een groei opgetreden zijn van 4.188 MWp. Dat is, hoe je het ook wendt of keert, een volslagen onmogelijk groeicijfer en moet op een zeer ernstige fout bij VertiCer ( en/of (een) data aanleverende netbeheerder(s) ) berusten†. Deze enorme fout blijft gewoon zichtbaar in de september en oktober updates. Vanwege de onwaarschijnlijke omvang, is de betreffende kolom dan ook doorzichtig gemaakt en rood omlijnd, met een extra commentaar venstertje.
September zelf begon met minus 86 MWp, wat inmiddels minder negatief is geworden, -61,3 MWp. De verwachting is, dat dit in komende updates fors opwaarts zal worden aangepast, en vermoedelijk zelfs positief zal gaan worden, zoals in de "normale historie" van de VertiCer records.
In de oktober rapportage maken we weer kennis met een enorme negatieve "correctie", die vermoedelijk de anomalie in de augustus rapportage deels ongedaan maakt: er is namelijk een eerste negatieve "groei" van maar liefst 2.655 MWp zichtbaar geworden. Dat is een "record negatieve [maand] groei" in de data historie van VertiCer. Ze communiceren hier niet actief over, dus de precieze oorzaak van deze vreemde cijfers kunnen we alleen maar naar gissen. We gaan in de komende rapportages zien, of die correctie nog groter wordt, of dat het verschil met het vorige maandcijfer weer stapsgewijs "minder negatief" zal gaan worden.
† Het beknopte antwoord van VertiCer, met vérstrekkende consequenties voor de betrouwbaarheid van hun (actuele) statistieken, is besproken in een apart intermezzo in het vervolg artikel van de vorige analyse, door Polder PV.
Zeer forse wijzigingen in VertiCer data
In het tabelletje hier onder heb ik, voor 2023, en voor januari tm. oktober 2024, de wijzigingen tussen de oorspronkelijk gepubliceerde groeicijfers per maand en de huidige, meest recent bekende weergegeven, waar duidelijk de, soms zeer forse, continue veranderingen uit blijken die in het VertiCer dossier worden doorgevoerd, in de loop van de tijd. Achteraan cursief weergegeven = wijziging sedert de update van september 2024:
In de huidige update zijn voor in totaal 22 maanden de nieuwe capaciteit volumes inmiddels weer, allemaal opwaarts, aangepast sinds het exemplaar tm. september 2024, 1 voor 2022, en alle 12 maanden in 2023 kregen nieuwe cijfers. De capaciteiten voor januari tm. september 2024 zijn (ook) weer allemaal gewijzigd, zoals in het staatje hierboven getoond. De augustus opgave is onmogelijk, en berust op (een) enorme blunder(s) bij de data verstrekkende netbeheerder(s). De negatieve groei in september is al wat minder geworden. Oktober begint met de grootste netto negatieve groei ooit gedocumenteerd, en is vermoedelijk een (gedeeltelijke) correctie voor de evident foute opgave in het augustus rapport.
Als we de nieuwe maandvolumes voor 2022 optellen, komen we inmiddels op een groei uit van 1.990 MWp. Voor 2023 was de groei in een recente update nog maar 1.298 MWp (en daarmee fors lager dan 2022), maar mede door de bizarre toename in januari, en de daar op volgende extra wijzigingen, is de jaargroei voor 2023 inmiddels stevig bijgesteld, naar momenteel 2.618 MWp. Wat inmiddels alweer een forse 32% hóger is, dan in 2022. Bij de aantallen was er een groot negatief verschil, bijna 51% minder netto nieuwe projecten in 2023 (1.274), dan de 2.583 stuks in 2022.
Deze twee trends bij elkaar nemend, en accepterend dat er ook wegval van waarschijnlijk met name kleine oude installaties uit het VertiCer register zal zijn geweest, lijkt de hogere jaargroei bij de capaciteit in 2023 nog steeds slecht te rijmen, met het gering aantal overgebleven nieuwe aantal projecten, in vergelijking tot de situatie in 2022. We zullen moeten afwachten, of toekomstige cijfers over deze 2 kalenderjaren meer klaarheid in deze vreemde situatie zullen gaan geven. En anders moeten we, als meest waarschijnlijke oorzaak, accepteren, dat de flinke terugval in aanwas cijfers bij de aantallen, grotendeels veroorzaakt wordt door wegval van (SDE gesubsidieerde) kleine installaties, en dat alleen nog maar grote(re), inclusief nieuw toegevoegde, projecten overblijven, die een zwaar stempel op de nieuwe, en de geaccumuleerde capaciteit zullen zetten.
3b. Kwartaal groeicijfers QIV 2021 - QIV* 2024
In een eerdere update heb ik de kwartaal cijfers weer van stal gehaald en in grafiek weergegeven tm. de toen net "volledig", geworden cijfers voor de kwartalen QIV 2021 tot en met QI 2023. In het huidige exemplaar heb ik de soms weer licht gewijzigde data gebruikt, en nog lang niet definitief vastgestelde, ook aangepaste resultaten voor QII 2023 - QIV 2024 rechts toegevoegd. Met name de volumes van de meest recente kwartalen zullen nog flink wijzigen, gezien de continue wijzigingen in door Polder PV bijgehouden data historie van VertiCer en haar rechts-voorganger CertiQ. De anomalie voor de capaciteit in augustus 2024 heeft ook hier een enorme impact, en is dan ook wederom in een aparte kleurstelling in de betreffende kolom weergegeven ("kan niet" / geeft absoluut niet de marktontwikkeling weer).
Wederom met bovengenoemde disclaimer in het achterhoofd, waardoor de verhoudingen tussen kwartalen onderling dus ook nog lang niet vaststaan (deze zijn sowieso al fors gewijzigd in recente updates), lijkt een conclusie wel al duidelijk getrokken te kunnen worden: Met name de aantallen netto nieuw geregistreerde PV projecten per kwartaal, zijn sinds het laatste kwartaal van 2021 in globale zin stapsgewijs beduidend afgenomen. Het aantal nieuwe projecten per kwartaal is afgenomen van, momenteel, 902 exemplaren in QIV 2021, tot nog maar 444, met de nu bekende cijfers, voor QIV 2022, toegenomen naar 538 exemplaren in het eerste kwartaal van 2023, waarna het een bodem bereikte in QIII 2023 (113 netto nieuwe exemplaren). QIV 2023 zit momenteel op een plus van 317 nieuwe projecten. QI 2024 vertoont, mede door de bizarre negatieve groei in maart, en de later komende correcties, inmiddels, na een periode van netto negatieve aanwas nu een licht positieve groei van netto 136 projecten. QII 2024 had in de vorige update nog een netto negatieve groei van 37 projecten, maar dat is in de oktober update inmiddels omgeslagen in een netto positieve groei van 27 stuks. Wat ongetwijfeld nog fors verder bijgesteld zal gaan worden, in positieve zin. Hetzelfde geldt voor QIII 2024, met tot nog toe een netto negatieve aanwas van -348 projecten. Het eerst bekende volume voor QIV (oktober) 2024, is ook negatief, -291 projecten. We zullen later zien of voor de laatste 2 kwartalen uiteindelijk ook nog een "positief" resultaat gehaald zal worden, al zal dat resultaat dan bescheiden blijven t.o.v. de netto aanwas in dat kwartaal in eerdere jaargangen.
Bij de nieuwe gerapporteerde netto capaciteit is het verhaal compleet anders, wat vooral is veroorzaakt door de eerder gesignaleerde "excessieve" extra netto groei voor januari 2023 en 2024.
Het netto volume per kwartaal nam even toe, van, momenteel, 557 MWp in QIV 2021, naar 627 MWp, in QI 2022, maar is daarna ook, gemiddeld genomen, enkele kwartalen minder geworden. Om een voorlopig dieptepunt te bereiken in QIV 2022, met 374 MWp netto nieuw gerapporteerd volume, gebaseerd op de huidige cijfers.
En toen kwam de "grote verrassing", QI 2023 telde in een vorige update nog 449 MWp nieuw volume, maar dat is, met name door de zeer hoge toevoeging in januari 2023, en de daar op volgende wijzigingen in de maandrapportages, nu alweer een record volume van 838 MWp. Wat nu bijna 34% hoger zou zijn dan de groei in QI in 2022 (627 MWp). Voor de aanwas in QII 2023 geldt momenteel een netto groei van 541 MWp, waar later waarschijnlijk nog wat volume aan toegevoegd zal gaan worden. Het niveau is daarmee, zoals eerder al voorspeld door Polder PV, gestegen, naar 10% boven het niveau van 492 MWp in QII 2022, De nog premature aanwas in QIII 2023 is inmiddels 468 MWp in de plus, het is al 94% van het nieuwe netto volume in QIII 2022 (497 MWp).
Voor het laatste kwartaal van 2023 is het totale volume, al flink toegenomen in de januari 2024 update, in de versies van mei tm. oktober 2024 verder gegroeid, naar momenteel 771 MWp. Dit is al het dubbele volume, t.o.v. de 374 MWp in QIV 2022, en met nog latere updates aan toevoegingen te verwachten.
De tweede grote verrassing zien we bij de eerste, nog zeer voorlopige resultaten voor QI 2024. Januari was in een vorige rapportage extreem in positieve zin bijgesteld, maart vertoonde een record negatieve groei, en ook in april was de groei negatief. Met de opvolgende extra bijstellingen, is het voorlopige tussen-resultaat voor het hele kwartaal na even "negatieve aanwas" te hebben gekend, inmiddels op een groei van 236 MWp beland. Dat is nog steeds wel een dramatisch verschil met de 838 MWp netto groei in QI 2023.
Het tweede kwartaal van 2024 startte met een negatieve aanwas, maar is inmiddels in positieve zin gegroeid, met al een iets hogere groei dan in het voorgaande kwartaal, 270 MWp. Dat is inmiddels de helft van de aanwas in QII 2023 (541 MWp). Ook daar zal nog veel aan gaan wijzigen.
Het derde kwartaal van 2024 is, met de extreme anomalie voor augustus, vooralsnog een enigma, waar VertiCer hopelijk duidelijkheid in zal gaan verschaffen (rode kolom, onverklaarbare en onwaarschijnlijke toename van, momenteel, 4.126 MWp).
Het vierde kwartaal van 2024 start, met toevoeging van de eerste maand, oktober, met een kennelijke "augustus correctie", op een "historisch negatieve groei" van maar liefst 2.655 MWp in de min. Het blijft afwachten wat van dat bizarre negatieve getal over zal blijven in de komende updates. Als we de nu bekende cijfers voor QIII en QIV middelen, komen we op een nog steeds onwaarschijnlijk hoge groei uit van 736 MWp per kwartaal in de plus. Terwijl het laatste kwartaal nog 2 maanden heeft te gaan. Ook dit lijkt op "een zeer onwaarschijnlijke groei" te wijzen, in het laatste half jaar, er zouden dus nog steeds majeure fouten in de broncijfers van VertiCer kunnen zitten.
Hoe eventuele verdere wijzigingen bij de capaciteit van gecertificeerde projecten zal gaan verlopen blijft gezien bovenstaande elke keer weer spannend.
Voor de evolutie van de gemiddelde systeem omvang (per maand), zie ook de grafiek onder paragraaf 2a.
3c. Halfjaarlijkse toenames van aantallen en capaciteit van gecertificeerde PV-installaties VertiCer 2022-2024 HII
Omdat een tijdje geleden de eerste resultaten voor het 1e half-jaar van 2023 beschikbaar waren gekomen, en alweer gewijzigd, heb ik in een vorige analyse ook weer de "half-jaar grafiek" van stal gehaald. Die had ik voor het laatst gepubliceerd op basis van de oude CertiQ data in het bericht van 9 januari 2023. Het huidige exemplaar bevat echter alleen de laatst bekende resultaten gebaseerd op de compleet gereviseerde publicatie systematiek bij VertiCer. In deze grafiek worden alleen de resultaten vanaf de 1e jaarhelft van 2022 getoond, tm. de eerste "complete" cijfers voor HII 2023 (tm. december), en de nog zéér voorlopige eerste resultaten voor HI en HII 2024, waarvoor we ongetwijfeld nog de nodige aanvullingen, en forse bijstellingen kunnen verwachten (gearceerde kolommen).
Ook uit deze nog zeer voorlopige halfjaarlijkse groei cijfers blijkt een duidelijke afname van het aantal (overgebleven) projecten in het VertiCer dossier, wat waarschijnlijk heeft te maken met verwijderde kleine projectjes waarvan de oudste SDE beschikkingen zijn vervallen, danwel actief uitgeschreven bij VertiCer. Bij de aantallen projecten nam de bij VertiCer geregistreerde half-jaarlijkse netto aanwas af, van 1.524 nieuwe projecten in HI 2022, via 1.059 stuks in HII 2022 (31% minder), naar nog maar een (voorlopige) groei van slechts 844 nieuw in HI 2023. Wederom 20% minder. De tweede jaarhelft van 2023 heeft nog maar 430 netto nieuwe projecten (-49%), maar daar zal waarschijnlijk nog wel het nodige aan gaan wijzigen. Achteraan vinden we (gearceerd) de eerste resultaten voor de eerste en tweede jaarhelft van 2024, met nog slechts zeer voorlopige data, een positieve (HI, 163), danwel negatieve groei van -639 installaties voor HII, en nog veel addities en wijzigingen te verwachten.
Bij de capaciteit is het beeld compleet anders (geworden, in de meest recente updates), en is er zelfs een behoorlijke opleving te zien in beide jaarhelften van 2023. Met de huidige bekende cijfers 1.119 MWp nieuw in HI 2022, 871 MWp in HII 2022 (22% minder), en, vanwege de bizarre, eerder al besproken toename in 1 maand (januari 2023), nu alweer 1.379 MWp nieuwe capaciteit in HI 2023. Dat is 23% meer dan in HI 2022, en zelfs al 58% meer dan in HII 2022. In de update van december 2023 was het netto aanwas volume voor HI 2023 nog maar 923 MWp.
De tweede jaarhelft van 2023 geeft, met de netto groei van, momenteel 1.239 MWp, al een fors hoger volume te zien dan in eerdere recente updates, en laat momenteel dan ook alweer een 42% hoger volume zien, dan de aanwas in HII 2022. Voor het eerste half-jaar van 2024 zijn de data uiteraard nog zeer fluïde, na de grote positieve groei in het februari rapport, gevolgd door een licht negatieve groei van 5 MWp in de maart rapportage, de fors negatieve groei in april, en een opvallend positieve toename in mei en juni. Het voorlopige resultaat voor het eerste half-jaar is, van een licht negatieve aanwas tm. mei (-12 MWp), inmiddels omgeslagen in positieve groei van al 506 MWp. Het zal nog wel even gaan duren voordat er beter zicht komt op de (definitieve) groeicijfers voor de half-jaren, met name voor de recente jaargangen.
Mogelijk wordt de trend van véél minder netto overgebleven (want: deels bij VertiCer uitgeschreven) aantallen installaties, en nog steeds relatief hoge groeicijfers voor de capaciteit, nog verder versterkt, doordat er regelmatig kleinere projecten worden uitgeschreven bij VertiCer (zie tabellen onder paragraaf 5), terwijl de overblijvende (en nieuwe) projecten in de bestanden gemiddeld genomen zelf al veel groter zijn dan de oude (deels zelfs residentiële) kleine installaties.
Voor de tweede jaarhelft van 2024 valt nog weinig zinnigs te zeggen, gezien de absurde data anomalie voor augustus. Zelfs met de in deze update gesignaleerde, mogelijk gedeeltelijke (?) correctie daarop, van minus 2,7 GWp in de oktober rapportage, is het netto resultaat van deze bizarre positieve en negatieve groeicijfers inmiddels nog steeds een positieve groei van bijna 1,6 GWp. Wat onwaarschijnlijk is gezien de historische evolutie, ook al omdat er nog 2 maand rapportages aan moeten worden toegevoegd, en de projecten markt beslist niet hard zal zijn gegroeid in de tweede jaarhelft. Vandaar dat die laatste capaciteits-kolom van een rode rand is voorzien: "onwaarschijnlijk hoog".
3d. Jaarlijkse toenames van aantallen en capaciteit van gecertificeerde PV-installaties VertiCer YOY 2009 - 2023*
Wederom naar analogie van de grafiek voor de eindejaars-volumes, ditmaal de daar uit afgeleide jaargroei cijfers volgens de laatste data update van VertiCer, in bovenstaande grafiek (alle drie parameters met referentie de rechter schaal, logarithmisch weergegeven). Tot en met kalenderjaar 2020 zijn de data gebruikt uit de recent beschikbaar gestelde update (24 aug. 2024), waarin echter nauwelijks wijzigingen zijn opgenomen. De meest recente cijfers voor 2021**, 2022**, en 2023*, rechts toegevoegd, komen uit de huidige update van de data tm. oktober 2024, zoals geopenbaard door VertiCer. De grafiek toont dus de meest recente situatie, met de laatst beschikbare bron-cijfers. Mochten toekomstige "historische" jaarcijfers alsnog wijzigen, en wereldkundig worden gemaakt, zullen die in latere updates worden toegevoegd aan deze grafiek. Vermoedt wordt, dat eventuele nagekomen correcties met name voor de oudere jaargangen marginaal zullen zijn.
Goed is te zien dat er een duidelijk verschil is in de trend bij de nieuwe jaarlijkse aantallen installaties (blauwe kolommen) en bij de nieuwe capaciteit per jaar (gele kolommen). Bij de aantallen beginnen we op een hoog niveau van 3.765 [overgebleven †† !] nieuwe installaties in 2009, het gevolg van de enkele duizenden grotendeels particuliere kleine SDE beschikkingen die in de eerste jaren van de SDE (2008 tm. 2010) werden opgeleverd. Die bron droogde al snel op omdat particuliere installaties de facto uit de opvolger regelingen werden gedwongen (eis minimaal 15 kWp, later ook nog verplicht grootverbruik aansluiting), en zakte de hoeveelheid nieuwe installaties dan ook stapsgewijs naar het dieptepunt van 259 nieuwe projecten in 2014. Daarna zwol het jaarlijkse volume weer aan door een lange reeks van (deels) succesvol geïmplementeerde SDE "+" beschikkingen, tot een voorlopig maximum van 5.503 nieuwe projecten in Corona jaar 2020.
Daarna is, zelfs met grote hoeveelheden nieuw beschikte projecten onder de SDE "++" regimes, het tempo weer fors afgenomen, ook vanwege massieve wegval van beschikte projecten, waar met name de wijdverspreide net-problemen een belangrijke (maar niet de enige) oorzaak van zijn. In 2021 en 2022 zijn met de recentste cijfers nu netto 3.886, resp. 2.583 nieuwe projecten toegevoegd. Dat laatst bekende volume voor 2022 is 46,9% van het record niveau in 2020.
In 2023 is nog maar een beperkt volume van 1.274 (netto) nieuwe projecten bekend (gearceerde blauwe kolom achteraan). Hier kan nog het nodige aan wijzigen, in de te verwachten maandelijkse cijfer updates, later in 2024 ff. Duidelijk is, dat er netto bezien steeds minder aantallen projecten bijkomen. Zoals al vaker gememoreerd, komt dit grotendeels door een toenemende uitstroom van projecten, waarvan grotendeels de subsidie termijn is verlopen. Er komen daarvoor in de plaats slechts relatief weinig nieuwe projecten bij (grotendeels met SDE beschikking), waardoor de netto groei per jaar sterk afneemt.
Capaciteit andersoortige trend, met een nieuw record jaar (2023)
Bij de capaciteit is de jaarlijkse aanwas in de beginjaren relatief "stabiel" geweest, met wat kleine op- en neerwaartse bewegingen, van 18,7 MWp nieuw in 2009, tijdelijk zakkend naar 13,0 MWp nieuw volume in 2010, nog eens 4 jaar iets boven dat niveau blijvend, om vanaf 2015 sterk te stijgen. Dat was in het begin vooral vanwege de implementatie van de toen succesvolle SDE 2014 regeling. Er werd elk jaar weer meer capaciteit toegevoegd, tot een voorlopig maximum van 2.436,9 MWp, wederom in het Corona jaar 2020. Maar ook de nieuwe capaciteit begon in de jaren 2021-2022 af te nemen, al was het op een veel minder dramatisch niveau dan bij de aantallen projecten.
In 2021 was het nieuwe netto volume nog 2.007,4 MWp, dat is in 2022 momenteel nog maar 1.990,1 MWp met de bekende cijfers in de huidige update. Dat is voor 2022, met 81,7% van het maximale nieuwbouw volume in 2020, in ieder geval beduidend beter dan de flinke terugval bij de (netto) aantallen nieuwe projecten (bijna 47%). Met, uiteraard, de blijvende disclaimer, dat ook deze jaargroei cijfers nog niet "in beton zijn gegoten", en nog verder kunnen wijzigen. Opvallend blijft in ieder geval, dat met de laatste updates, het jaargroei volume voor de capaciteit in 2022 steeds dichter is toegekropen naar dat van het voorgaande jaar. Het verschil is momenteel nog maar iets meer dan 17 MWp (vorige rapportage 19 MWp).
In 2023 is inmiddels, vooral vanwege de eerder besproken, bizar hoge toevoeging in januari dat jaar, en de nodige toevoegingen in de meest recente updates, een netto volume bijbouw van 2.618,2 MWp geconstateerd (enkele updates hiervoor was dat nog slechts 1.223 MWp!). Dat is nu dus al hoger dan de nu bekende groei in zowel 2021 en 2022, en heeft de eerder vastgestelde record groei in Corona jaar 2020 al met 181 MWp overtroefd. 2023 is dus een nieuw recordjaar, wat de groei van gecertificeerde capaciteit betreft. Met de huidige stand van zaken zou de jaargroei in 2023 dus al bijna 32% hoger hebben gelegen dan de aanwas in 2022, en 7,4% meer dan in vorig record jaar 2020. We hebben echter ook gezien dat data regelmatig (flink) worden bijgesteld, dus de relatieve verhouding van de jaargroeicijfers in deze laatste jaren ligt beslist nog niet vast.
Gemiddelde project omvang
Wederom heb ik, uit deze uit de eindejaars-data afgeleide jaargroei cijfers, uiteraard ook weer de gemiddelde systeemcapaciteit van de nieuwe aanwinsten per jaar berekend, en getoond in de groene curve in bovenstaande grafiek (vermogen in kWp gemiddeld per nieuwe installatie). Deze vertoont, na een lichte inzinking tussen 2009 en 2010, een zeer sterke progressie, van 5,0 kWp bij de nieuwe projecten in 2009, tot alweer ruim 770 kWp gemiddeld per nieuw project in 2022. Een factor 155 maal zo groot, in 13 jaar tijd. Deze enorme schaalvergroting, sterk gedreven door de oplevering van honderden zonneparken en enorme distributiecentra bomvol zonnepanelen op de uitgestrekte platte daken, is een van de belangrijkste oorzaken, van de nieuwe realiteit bij de stroomvoorziening in Nederland: de overal zichtbaar geworden netcongestie, met name op de middenspannings-netten. Voor de bijna actuele situatie, met details, zie de nieuwe gedetailleerde capaciteitskaart van Netbeheer Nederland (gescheiden in netafname resp. -invoeding, in de kaarten is reeds gereserveerde capaciteit voor nieuwe, nog te bouwen projecten, ingesloten). Wat uiteraard ook zijn weerslag heeft gekregen op de progressie van de uitbouw van de gecertificeerde nieuwe volumes in de VertiCer databank: die is sterk aan het vertragen. En slechts met veel moeite "op niveau" te houden.
Voor 2023 is een sterke toename van de gemiddelde capaciteit zichtbaar, naar inmiddels 2.055 kWp per project (!). Echter, omdat deze maatvoering van 2 input variabelen afhankelijk is (die beiden netto volumes betreffen, verschillen tussen instroom en uitstroom bij VertiCer), die beiden nog flink, in beide richtingen, kunnen gaan afwijken van de huidige waarden, is er nog niet veel te zeggen over wat dit uiteindelijk op kalenderjaar basis zal gaan opleveren. Het is echter wel waarschijnlijk, dat die gemiddelde nieuwe project capaciteit op een hoog niveau zal komen te liggen, vanweg de sterk neerwaartse trend bij het aantal nieuwe projecten, bij een blijvend hoog niveau voor de nieuwe totale capaciteiten.
†† Met name uit de oudere SDE regelingen, vallen regelmatig lang geleden bij VertiCer voorganger CertiQ ingeschreven projecten weg. Hier zijn verschillende redenen voor. In de uitgebreide SDE project analyses van Polder PV wordt hier regelmatig, en gedetailleerd over gerapporteerd (exemplaar 1 oktober 2024, zie hier).
4. 100 procents-grafieken en segmentatie naar grootteklasse
Een van de nieuwe mogelijkheden van de compleet herziene presentaties bij VertiCer, is de segmentatie naar grootteklasse. Daar kon tot enkele jaren geleden uitsluitend iets over gezegd worden op basis van de jaaroverzichten, waar, al lang geleden op basis van een verzoek in die richting door Polder PV, inderdaad werk van gemaakt is door rechtsvoorganger CertiQ. Zoals in de eerste analyses al duidelijk werd, is dit nu ook op maandelijkse basis mogelijk. Met, we blijven dit herhalen, de waarschuwing, dat alle cijfers bijgesteld kunnen worden in latere updates, met name m.b.t. de meest recente data. Bij de al wat oudere periodes vinden wijzingen minder vaak plaats, en zijn ze meestal van een bescheiden omvang.
In het 3e artikel over de eerste resultaten van januari 2023 heb ik al meer-jaarlijkse trends laten zien bij de evolutie van de diverse grootte klasses. Inclusief een toen nog in de bestanden van CertiQ voorkomende enorme anomalie, die niet bleek te zijn hersteld (artikel 14 februari 2023). Van dat historische overzicht is inmiddels een recente update verschenen, maar daar blijkt nauwelijks iets in te zijn gewijzigd (marginale bijstellingen). De huidige grafiek geeft voor de kortere termijn de nieuwe data tot en met oktober 2024, en de aangepaste waarden voor de maanden in de meest recente periode daar aan voorafgaand.
4a. 100 procents-grafiek aantallen per categorie
Een zogenaamde "100-procents-grafiek" voor de evolutie trends van de 8 door VertiCer en haar rechtsvoorganger onderscheiden grootteklassen van de gecertificeerde PV-populatie die zij bijhouden, dit exemplaar voor de aantallen projecten aan het eind van elke maand. Voor eind oktober / begin november 2024 zijn de absolute waarden per grootteklasse rechts weergegeven. Globaal genomen namen de kleinste categorieën (1-5 kWp, 5-10 kWp, en 10-50 kWp) in betekenis af sedert juli 2021, de impact van de grotere categorieën werd groter. Er is echter weer een stabilisatie gekomen, omdat het tempo bij de aantallen nieuw netgekoppelde (danwel netto overgebleven) projecten onder de SDE regimes weer flink is afgenomen. In de oktober 2024 update, is het totale aantal installaties groter of gelijk aan 50 kWp, medio 2021 al meer dan de helft, met het gezamenlijke volume al op ruim 57% van het totaal gekomen (19.945 van, in totaal, 34.816 netto overgebleven projecten). De categorie 100-250 kWp omvat het grootste aantal projecten, 7.449 exemplaren, afgezien van de kleinste installaties tot 5 kWp (overgebleven 8.616 stuks, eind oktober 2024). Uiteraard hebben de grotere project categorieën, vanaf 250 kWp, relatief weinig tot bescheiden aantallen. Maar schijn bedriegt: ze omvatten de allergrootste volumes bij de capaciteit, en hebben dus een zéér grote impact op de totale populatie, en dus ook op de te verwachten stroomproductie. Zie de volgende grafiek.
Plussen en minnen
Een klein deel van de afnemende betekenis van de kleinste project categorieën wordt veroorzaakt door continue uitval uit het databestand van VertiCer (diverse redenen mogelijk, ook al heel lang waargenomen bij de SDE portfolio's, analyse status 1 oktober 2024). Daar staat ook weer tegenover dat volledig buiten de populaire SDE regelingen om gerealiseerde kleinschalige projecten bijgeschreven kunnen worden in de registers van VertiCer. Een fenomeen wat compleet onbekend lijkt in de PV sector in ons land, er wordt in ieder geval nooit over gerept, behalve dan bij Polder PV. In 2023 werden er bijvoorbeeld, met de meest recente data, netto 39 installaties in de kleinste project categorie uitgeschreven, maar kwam er tegelijkertijd een verrassende hoeveelheid van 142 exemplaren bij in de categorie 5 tm. 10 kWp, waarvoor normaliter beslist géén (nieuwe) SDE beschikking afgegeven kan zijn sedert SDE 2011 (zie ook tabel paragraaf 5b). Dat soort kleine projecten zijn mogelijk afkomstig uit portfolio's van bedrijven zoals Powerpeers, Vandebron, en Allinpower, en het in België al actieve EnergySwap, die geoormerkt garanties van oorsprong (GvO's) van door de afnemer aangewezen projecten afboeken, ter "vergroening" van de stroomconsumptie van de klant. Daar kunnen ook (zeer) kleine residentiële projecten, of bijvoorbeeld kleine installaties op scholen, gymzalen e.d. bij zitten. Om dat soort transacties in Nederland te kunnen / mogen doen, moeten de betrokken projectjes ook verplicht geregistreerd worden bij VertiCer. En die zien we hier dus tevoorschijn komen.
De grootste categorie, projecten (of eigenlijk: "registraties") groter dan 1 MWp per stuk, omvat eind oktober 2024 1.721 installaties (wederom 11 meer dan in de vorige update tm. september 2024), wat slechts 4,9% van het totale aantal is op dat moment. Op herhaalde verzoeken van Polder PV, om deze grote "verzamelbak" verder op te splitsen, gezien de dominante hoeveelheid capaciteit in deze categorie (zie grafiek onder paragraaf 4b), is, destijds, CertiQ, helaas niet ingegaan.
4b. 100 procents-grafiek capaciteit per categorie - augustus 2024 anomalie slechts deels (?) hersteld
Een vergelijkbare "100 procents-grafiek" als voor de aantallen projecten, maar nu voor de periode juli 2021 tm. oktober 2024, voor de daarmee gepaard gaande capaciteiten in MWp. Voor eind oktober 2024 zijn wederom de absolute volumes rechts weergegeven, alsmede, voor de grootste categorie, voor eind juli dat jaar. Een totaal ander beeld is hier te zien, met "überdominant" de grootste project categorie (installaties groter dan 1 MWp). Ook is direct te zien, waar de enorme capaciteits-anomalie voor augustus, eerder reeds beschreven, zijn grondslag heeft. Eind juli was het volume in die categorie, met projecten per stuk groter dan 1 MWp, namelijk "nog maar" 8.488 MWp groot (wel alweer, door bijstellingen / nagekomen volume, 3,0% meer dan de eind van die maand gerapporteerde 8.238 MWp). Wat in lijn met de historie van de voorgaande evolutie is. In augustus tm. september zou, volgens de oorspronkelijke cijfers van VertiCer, er al een absurd hoog volume van 12,7 GWp zijn geaccumuleerd in die categorie. Dit is terug te voeren op de toen nog niet publiekelijk gecorrigeerde grote anomalie voor augustus dit jaar, en heeft een enorme impact op de kwaliteit van deze 100-procents-grafiek. In de augustus update ben ik kort ingegaan op de onmogelijkheid van deze accumulatie cijfers (paragraaf "29 Dorhoutmeessen"). Omdat de cijfers voor deze 2 maanden onwaarschijnlijk hoog zijn, heb ik deze gearceerd weergegeven, met rode kolom rand. De sterk verstorende invloed op de evolutie van alle data in deze 100% grafiek is duidelijk zichtbaar.
Kennelijk is er inmiddels wel wat gebeurd bij VertiCer, want de cijfers voor oktober laten weer een "enigszins normaler" beeld zien. Eind die maand zou er nu een volume van 10,05 GWp in de grootste categorie zijn geaccumuleerd. Beduidend lager dan de onwaarschijnlijke volumes in augustus - september, maar naar de zin van Polder PV nog steeds op een "opvallend hoog niveau", t.o.v. het cijfer eind juli 2024. Mogelijk zitten er nog steeds foute (te hoge) cijfers in de data die netbeheerders - kennelijk "unchecked" - aan VertiCer hebben aangeleverd. De toekomst zal uit moeten wijzen of er nog meer neerwaartse bijstellingen zullen gaan volgen.
Status eind oktober 2024
Begin november 2024 was het aandeel van de grootste categorie op het totaal ruim 69% (10,050 t.o.v. 14,522 GWp), op basis van de huidige cijfers bij VertiCer. Eind juli was dat nog 65%, het relatieve verschil is dus behoorlijk groot geworden, in slechts 3 maanden tijd.
De grootste categorie heeft tegelijkertijd een relatief bescheiden aantal projecten, 1.721 exemplaren. Dit resulteert in een steeds hoger wordende systeemgemiddelde capaciteit. In juli 2021 was dat nog 4.024 kWp gemiddeld, begin november 2024 is dat alweer toegenomen naar 4.960 kWp, een toename van 45% in 39 maanden tijd.
Voor de overige categorieën blijft er dan niet zeer veel "ruimte" meer over op het totaal. Nemen we ook nog de drie opvolgende categorieën mee (flinke projecten van een halve - 1 MWp, 250 - 500 kWp, resp. 100 - 250 kWp), claimen de grootste vier project categorieën het allergrootste geregistreerde volume in de totale markt. Dit was in juli 2021 al 93,3%, eind oktober 2024 is dat, met de meest recente data in de huidige update, 96,4% geworden. De kleinste 2 categorieën zijn op deze schaal al vrijwel niet meer zichtbaar. Hun aandeel is begin november 2024 geslonken naar nog maar 0,11% van totaal volume (15,6 MWp, projecten van elk 5 - 10 kWp), resp. 0,15% (21,9 MWp, projecten van elk 1 - 5 kWp).
Dan resteren, eind oktober 2024, nog relatief bescheiden volumes voor de categorieën projecten van 50-100 kWp (totaal bijna 362 MWp, wat verlies geïncasseerd, 2,5%), resp. 10-50 kWp (totaal bijna 125 MWp, ditto, 0,9%).
5. Jaarvolume segmentaties 2022 - 2023
5a. 2022 revisited - status update publicatie 4 november 2024
In de maandrapport analyse voor januari 2023 publiceerde ik ook een tabel met de nieuw gereconstrueerde cijfers voor de jaargroei voor kalenderjaar 2022. Daar zijn natuurlijk in de tussenliggende rapportages weer veel wijzigingen in gekomen, waarbij ik de laatste stand van zaken in de oktober 2024 update hier onder weergeef in tabelvorm. Voor nadere toelichting, zie de analyse bij het januari 2023 rapport. Ditmaal zijn er bij 2 categorieën weer cijfermatige wijzigingen t.o.v. het voorgaande exemplaar (september 2024) geweest, en ook hier weer cursief weergegeven. Afgeleide cijfers zijn uiteraard (deels "achter de komma") mee veranderd.
Nieuwe
jaarvolumes 2022 (YOY) |
Aantallen |
aandeel
op totaal (%) |
Capaciteit
(MWp) |
aandeel
op totaal (%) |
Gemiddelde
capaciteit per nieuwe installatie (kWp) |
1-5
kWp |
-54 |
-2,1% |
-0,061 |
-0,003% |
1,1 |
5-10
kWp |
50 |
1,9% |
0,406 |
0,02% |
8,1 |
10-50
kWp |
227 |
8,8% |
7,095 |
0,36% |
31,3 |
50-100
kWp |
435 |
16,8% |
33,334 |
1,7% |
76,6 |
100-250
kWp |
798 |
30,9% |
137,856 |
6,9% |
172,8 |
250-500
kWp |
527 |
20,4% |
182,219 |
9,2% |
345,8 |
500-1.000
kWp |
270 |
10,5% |
193,087 |
9,7% |
715,1 |
>
1 MWp |
330 |
12,8% |
1.436,174 |
72,2% |
4.352,0 |
Totaal |
2.583 |
100% |
1.990,110 |
100% |
770,5 |
Aantallen nieuw "totaal" wijzigde in de huidige update, van 2.581 naar 2.583; de capaciteit "totaal" nam ook toe, van 1.988,344 MWp naar 1.990,110 MWp. De systeemgemiddelde capaciteit van de toevoegingen in 2022 veranderde mee, en is ditmaal weer marginaal hoger geworden: van 770,4 kWp naar 770,5 kWp bij de totale volumes. Zie de tabel voor de overige details bij alle segmentaties.
Overduidelijk blijft, dat de grootste groei bij de aantallen nieuwe projecten in 2022 lag bij de installaties van 100 tm. 250 kWp (inmiddels 798 nieuwe exemplaren bekend, 30,9% van totale jaarvolume), met categorie 250 tm. 500 kWp als goede tweede (527 nieuwe projecten, 20,4%). Dat zijn beide populaire categorieën PV projecten op kleinere industriële daken en -complexen, en bij het midden- en kleinbedrijf.
Opvallend blijft het forse volume van, inmiddels, 330 nieuwe installaties in de grootste projecten categorie >1 MWp (12,8%), waar de meeste grondgebonden zonneparken en grote rooftop installaties op distributiecentra e.d. onder vallen. Ook valt de negatieve groei van de kleinste project categorie op, er zijn in totaal netto 54 projecten uit de databank van VertiCer "uitgeschreven" in 2022. Daarvoor zijn diverse redenen mogelijk, waar onder misschien eerste oude projecten met een SDE 2008 of 2009 beschikking, die door hun subsidie termijn heen zijn, en waarvan de eigenaren actief de registratie bij VertiCer hebben be-eindigd.
Bij de capaciteit is het verhaal compleet anders. Hier blijft de categorie projecten groter dan 1 MWp alles veruit domineren, met maar liefst 1.436,2 MWp van het totale 2022 jaarvolume (72,2%) op haar conto, een zoveelste illustratie van de schaalvergroting in de projecten markt. De drie opvolgende categorieën kunnen nog enigszins - op grote afstand - meekomen, met aandelen van 9,7, 9,2, resp. 6,9% van het totale toegevoegde project volume (capaciteit). De kleinste 3 categorieën doen uitsluitend voor spek en bonen mee bij dit grote projecten-geweld (aandelen 0,36% of veel minder bij de capaciteit).
5b. Groei in 2023 (voorlopig) - status update publicatie 4 november 2024
Naar analogie van de - licht gewijzigde - cijfers voor de nieuwe aanwas in heel 2022 (vorige tabel), geef ik hier onder de uiteraard nog voorlopige data voor de 12 maanden van 2023 (cumulatie januari tm. december), volgens de cijfers in het laatste maandrapport verschenen op de VertiCer website. Ondanks de hier al weergegeven aanpassingen, gaat er waarschijnlijk nog wel meer veranderen aan deze data, dus nog zéér voorlopige cijfers voor dat jaar (cursief: wijziging t.o.v. rapportage september 2024). Bijna alle primaire data zijn in de oktober update gewijzigd t.o.v. die in het voorlaatste maandrapport (categorie 5-10 kWp is ongewijzigd):
Nieuwe
jaarvolumes 2023 (YOY) |
Aantallen |
aandeel
op totaal (%) |
Capaciteit
(MWp) |
aandeel
op totaal (%) |
1-5
kWp |
-39 |
-3,1% |
-0,043 |
-0,002% |
5-10
kWp |
142 |
11,1% |
1,249 |
0,05% |
10-50
kWp |
43 |
3,4% |
1,408 |
0,05% |
50-100
kWp |
225 |
17,7% |
17,178 |
0,7% |
100-250
kWp |
293 |
23,0% |
48,529 |
1,9% |
250-500
kWp |
202 |
15,9% |
66,128 |
2,5% |
500-1.000
kWp |
160 |
12,6% |
118,509 |
4,5% |
>
1 MWp |
248 |
19,5% |
2.365,192 |
90,3% |
Totaal |
1.274 |
100% |
2.618,150 |
100% |
Uit dit overzicht blijken 2 zaken kristalhelder: de groei is in 2023 in bijna alle kleinere categorieën "niet van betekenis" geweest, en/of, vanwege de vele wijzigingen in de actuele databestanden bij VertiCer, hebben deze zelfs (tijdelijk ?) tot negatieve groeicijfers geleid t.o.v. de herziene status aan het begin van het jaar (= status EOY 2022, vorige tabel). Er zijn vanaf begin 2023 nogal wat wijzigingen geweest in de updates van dat jaar. Sommige voorheen "negatieve groeicijfers" zijn inmiddels omgeturnd in positieve exemplaren, en vice versa. De categorie 10-50 kWp had eerst negatieve groeicijfers, kwam bij de aantallen op precies nul uit in de update van juli 2024, en laat nu al een positieve groei zien van 43 exemplaren. Nogmaals wijs ik op het oorspronkelijke, uitgebreide commentaar van CertiQ, hoe dergelijke (tijdelijke) negatieve groeicijfers en wijzigingen daarin tot stand kunnen komen in hun databestanden. Het berekenen van systeemgemiddeldes bij negatieve groeicijfers heeft niet zoveel zin, dus die heb ik voor dit specifieke overzicht voorlopig weggelaten. Dat komt later wel, als er enig zicht is op meer gesettelde, volledige jaarcijfers.
Negatieve groei cijfers zijn er nu alleen nog maar voor zowel aantallen als bij de capaciteit bij de categorie 1-5 kWp (-39, resp. -0,043 MWp).
In totaal zijn er netto bezien in 2023 nog maar 1.274 nieuwe projecten bijgekomen, dat zijn er 58 meer dan in de voorgaande update. Dat zal nog wel aardig bijgesteld kunnen gaan worden in komende updates. Het blijft in ieder geval een zeer laag niveau, dat is al een tijdje duidelijk. Een neergaande trend bij de netto bijkomende projecten was al veel langer zichtbaar in de klassieke maand rapportages. Zie de eerste grafiek in de analyse van het laatste "gangbare" maandrapport van rechtsvoorganger CertiQ (december 2022). Deze trend lijkt zich te hebben versterkt, vooral bij de netto aantallen nieuwkomers (netto = nieuwe aanwas minus bij VertiCer uitgeschreven projecten per maand).
Flinke wijziging bij groei capaciteit in 2023
Wat overblijft, is het enige positieve punt, namelijk de groei van de capaciteit, ondanks de vele, structurele problemen in de markt (met name voorhanden netcapaciteit en hogere project kosten). De facto is die vrijwel exclusief neergekomen op een toename in, het wordt eentonig, de grootste project categorie (registraties per stuk groter dan 1 MWp). Want daar werd tussen januari en eind december 2023 een aanzienlijk volume van 2.365,2 MWp aan toegevoegd, ruim 90% van het totale nieuwe record jaar volume van ruim 2.618 MWp. Inmiddels dus al duidelijk hoger dan de nog niet formeel gewijzigde jaargroei van voorgaand record jaar 2020 (bijna 2.437 MWp). Dit was in de update van eind 2023 nog maar 1.298 MWp, de bizarre toename van het bij VertiCer geregistreerde vermogen in januari 2023, gevolgd door de vele verdere wijzigingen in de volgende updates, is hier grotendeels debet aan. Er wordt dus heel veel volume later bijgeschreven voor reeds verstreken jaren, het is goed dat men dit beseft.
Schaalvergroting nochmals
De schaalvergroting in de projecten sector wordt duidelijk geïllustreerd, door het feit dat de capaciteits-aanwas voor de grootste PV installatie categorie (projecten per stuk groter dan 1 MWp), in 2023 nu al 65% groter is dan in 2022 (2.365 MWp voor 2023, tabel 5b, versus 1.436 MWp voor 2022, tabel 5a).
De in een oudere update gerapporteerde disclaimer, dat voor de grootste project categorie een schier onmogelijk hoog project gemiddelde van 31,5 MWp per project resulteerde voor het eerste kwartaal van 2023, lijkt met de diverse gepasseerde latere forse bijstellingen in ieder geval alweer achterhaald, zoals toen ook al voorspeld. Het gemiddelde met de huidige cijfers is inmiddels uitgekomen op een "logischer" gemiddelde van ruim 9,5 MWp voor de grootste project categorie. Dat ligt echter nog steeds op een hoog niveau. Deze categorie blijft een zeer dominant stempel op het totale gerealiseerde volume zetten, en de projecten in deze categorie zijn per stuk ook nog eens gemiddeld zeer groot.
De enige categorieën die nog enigszins iets voorstellen zijn de 3 op een na grootsten, met projecten tussen de 500 en 1.000 kWp, resp. 250-500 kWp, en 100-250 kWp, die momenteel cumulatief in 2023 een verzameling van 119 MWp, resp. 66 MWp en 49 MWp nieuw toegevoegde capaciteit tellen. De overige categorieën stellen weinig voor bij de nieuw opgeleverde capaciteit in deze periode.
6. Evolutie van gecertificeerde zonnestroom productie / uitgifte van GvO's tm. september 2024
Ook voor deze parameter, afgegeven hoeveelheid Garanties van Oorsprong (GvO's), geldt, dat er op 24 augustus een update van de historische cijfers is gegeven. Deze zijn weergegeven in de tweede VertiCer revisie naast het voorgaande maandrapport. In het huidige bijgestelde overzicht geef ik weer alleen de meest recente cijfers weer, vanaf mei 2021. Voor een fraaie, bijgewerkte grafiek die verder terug gaat in de tijd, zie de update in de bespreking van het augustus 2024 rapport, en het commentaar daarbij. Nadat in een recente update voor het eerst een nog zéér voorlopige, totale jaarproductie bekend is geworden voor 2023, zijn inmiddels de eerste resultaten voor januari tot en met september in het nieuwe jaar, 2024, gepubliceerd. Met, het wordt saai, wederom een bizarre anomalie wat februari betreft, die ook nog steeds niet officieel is "gerepareerd" in de publiek beschikbare VertiCer data.*** Gevolgd door alwéér een onmogelijk nieuw cijfer, voor december 2023.
De extractie van een continue reeks van zonnestroom productie data uit de nieuwe spreadsheets van VertiCer is niet eenvoudig omdat de zonnestroom data tussen alle overige GvO cijfers in staan (diverse energie productie platforms), sterk verspreid over meerdere locaties, er terug gerekend moet worden naar maand van productie, er continu wijzigingen / bijstellingen zijn, en alle over verschillende periodes uitgegeven garanties van oorsprong (GvO's) voor gecertificeerde zonnestroom uiteindelijk per maand opgeteld moeten worden. Bovenstaande grafiek is het uiteindelijke resultaat, met de meest recent beschikbare reeks van mei 2021 tm. september 2024. In de maand rapportages lopen de productie resultaten altijd 1 maand achter op die van de opgestelde generator capaciteit. De productie is weergegeven in de blauwe curve (rechter Y-as als referentie, eenheid GWh = 1 miljoen kWh).
De curves geven het netto resultaat weer van: garanties van oorsprong uitgegeven voor zonnestroom geleverd aan het net (grootste hoeveelheden) + GvO's uitgegeven voor "niet-netlevering" (directe eigen consumptie), minus het aantal om wat voor reden dan ook in de betreffende maand teruggetrokken GvO's. Dat laatste is meestal een relatief bescheiden aftrekpost, het hoogste volume wat ooit is afgetrokken was in mei 2023 (15,3 GWh), netto werd toen voor 1,35 TWh aan GvO's aangemaakt.
Er zijn twee "drijvende krachten" achter het verloop van deze curve. Ten eerste natuurlijk de seizoens-variabiliteit, die zich uit in hoge producties in de zomermaanden ("toppen"), resp. lage output in de wintermaanden ("dalen"). Meestal is december de minst producerende maand. Eerder zagen we al dat, sterk afhankelijk van de gemiddelde instralings-condities in de betreffende maand, in de zomerperiodes hetzij mei (2020), juni (2019, 2021, 2022), of juli (2017, 2018) de best performer waren bij de productie. Voor de hier getoonde recentere periode zijn de waargenomen "zomer pieken" alle 4 in juni gevallen. De huidige piek waarde voor juni 2021 is gestabiliseerd, voor juni 2023 iets verlaagd, en voor juni 2022 en 2024 zijn ze weer opgehoogd t.o.v. de volumes getoond in de vorige update.
De tot nog toe gecertificeerde productie in juni 2023 heeft een nieuw record niveau van, inmiddels 1.557 GWh bereikt (1 GWh lager dan in de vorige update). Dat is al 25,0% hoger dan in juni 2022, waarvoor tot nog toe 1.245 GWh aan zonnestroom GvO's zijn uitgegeven. Anton Boonstra had voor heel Nederland, voor juni 2023, 11% meer instraling vastgesteld dan in juni 2022, de maand was dan ook "record zonnig" volgens het KNMI. Dit opmerkelijke resultaat voor juni is dus niet verbazingwekkend. Dat, in combinatie met de continu voortschrijdende nieuwbouw van PV projecten (al dan niet met SDE subsidie), maakt dat we eind juni 2023 al een (gecertificeerd) productie record te pakken hebben. Deze piek kan in theorie nog steeds iets hoger kan gaan worden in komende updates, zoals reeds in recente exemplaren is geschied.
Ook de piek volumes uit met name 2021 en 2022 kunnen later nog, zij het marginaal, worden bijgeplust. Zeker van de kleinere projecten, die niet maandelijks door een meetbedrijf worden gemeten, komen productiecijfers namelijk heel erg laat pas beschikbaar, en worden ze dan pas aan de databestanden van VertiCer toegevoegd. En worden ze "zichtbaar" in de hier getoonde productie historie. Als dit al geschiedt, zal de impact ervan echter zeer bescheiden zijn.
Juli 2023 duidelijk minder productie dan juni
Het resultaat voor juli 2023 laat een scherpe neerwaartse knik in de grafiek zien, en komt, voorlopig, uit op een productie van 1.218 GWh in die maand, inmiddels iets hoger dan de 1.213 GWh in de zeer zonnige juli maand van 2022. Ten eerste was juli 2023, i.t.t. juni, een historisch bezien "normale" maand wat het aantal zonne-uren betreft. Boonstra meldde dat er in die maand 11,3% minder instraling was dan in juli 2022, en productie is altijd direct gerelateerd aan de hoeveelheid instraling. Dat er nu toch iets meer is geproduceerd, ligt uiteraard aan de ondertussen gegroeide gecertificeerde capaciteit die, ondanks lagere zoninstraling, in totaal dus een hogere output gaf te zien.
In juli 2023 steeg het aantal uren met negatieve prijzen op de stroommarkt behoorlijk, volgens de bekende grafiek van Martien Visser van Entrance op "X" (28 oktober 2023). Het kan dus ook beslist zo zijn geweest, dat hierdoor met name grotere projecten tijdelijk hun productie hebben gestaakt, om geen geld te moeten betalen i.p.v. te ontvangen. Geen productie = geen GvO's. De omvang daarvan is echter nog steeds een aardig mysterie, want die afschakelingen worden bij mijn weten niet nationaal bijgehouden cq. geopenbaard. Visser probeert die verliezen / "non-producties" weliswaar met steeds betere aannames te "modelleren" voor zijn data platform (zie tweet van 27 mei 2024), maar Minister Rob Jetten van MinEZK moest bij beantwoording van vragen van Eerdmans van JA21 het antwoord schuldig blijven over de mogelijke volumes die afgeschakeld zouden zijn / worden. Die zijn volgens hem niet bekend (zie tweet van Polder PV met het betreffende antwoord, van 30 mei 2024). De heer Visser probeert nog steeds de vinger te krijgen achter fysieke afschakeling, zoals bleek uit een recente vraag van hem aan Anton Boonstra over de PV Output.org statistieken.
Resterende maanden 2023 ff.
Augustus 2023 zit momenteel op 1.078 GWh, wat 8,0% lager is dan de 1.172 GWh, die tot nog toe voor ook zeer zonnig augustus 2022 door VertiCer zijn uitgegeven.
Voor september 2023 is tot nog toe voor 923 GWh aan GvO's afgegeven. Dat is al 19,6% meer, dan de al meer geconsolideerde uitkomst voor september 2022 (772 GWh). Dit is in lijn met het feit, dat Anton Boonstra uit de KNMI data 6,8% meer horizontale instraling in september 2023 heeft berekend dan in september 2022 (platform "X", 1 oktober 2023), in combinatie met de toegenomen capaciteit in het tussenliggende jaar.
Oktober 2023 heeft een voorlopig volume van 454 GWh, 8,9% onder het voorlopige resultaat voor oktober 2022. November 2023 heeft tot nog toe bijna 7% relatieve minder opbrengst, dan in november van het voorgaande jaar. Voor december, zie de volgende paragraaf.
Nog niet herstelde, en alweer een nieuwe anomalie: GvO uitgiftes februari 2024*** en dec. 2023
Februari 2024 heeft een volstrekt onwaarschijnlijk niveau van, inmiddels zelfs 2.133 GWh (!) aan "kennelijk" afgegeven volume van GvO's (dunne blauwe stippellijn). Vooral voor de categorie "Aantal uitgegeven GvO's (niet-netlevering)" was de uitgifte in die maand extreem hoog, 1.937 GWh (91% van totale uitgifte niveau, verminderd met een marginaal niveau van teruggetrokken GvO's voor zonnestroom, 1.647 MWh). Dit is volstrekt onbestaanbaar, en leek toen op een grote fout in het VertiCer systeem te wijzen, waarover ik destijds al een e-mail had verstuurd. Het antwoord kwam op 15 april 2024 binnen bij Polder PV:
*** Naar aanleiding van mijn e-mail aan VertiCer ter opheldering van de hoogst merkwaardige anomalie m.b.t. de gerapporteerde afgegeven hoeveelheid GvO's in de februari rapportage, kreeg ik op 15 april een kort, maar zeer duidelijk antwoord: "De oorzaak ligt in een foutieve meetwaarde die de netbeheerder heeft ingestuurd en geaccordeerd. De netbeheerder heeft na onze constatering een gecorrigeerde meetwaarde ingestuurd". We zouden dus een herstel van deze grote fout kunnen gaan verwachten in een van de komende updates, maar helaas is deze nog steeds niet doorgevoerd in de updates van april tm oktober 2024. In ieder geval, met dank aan VertiCer voor deze verklaring.
Vanwege de nog steeds niet herstelde anomalie, is het betreffende gedeelte in de grafiek gestippeld weergegeven. Het "logische verloop" is in de grafiek weergegeven middels de streepjeslijn tussen de punten januari en maart 2024.
GvO anomalie II - december 2023
Helaas heeft Polder PV in de laatste data alwéér een nieuwe fout ontdekt. Deze is aangegeven in de grafiek met een rood cirkeltje. Het nieuwe volume voor december 2023 is opeens veel te hoog. Dat was in de update van september namelijk nog maar 142,9 GWh, een "logisch volume" gezien de historische context. Echter, opeens is in de laatste update een netto (netlevering + niet netlevering - teruggetrokken) hoeveelheid van maar liefst 224,9 GWh te zien, wat slechts marginaal lager dan in november zou zijn (226,3 GWh). Maar, overduidelijk incorrect, véél hoger dan het huidige volume voor zeer zonnige januari 2024 (211,6 GWh) zou zijn. Dit is onmogelijk, zelfs als we zouden aannemen, dat er nog het nodige aan GvO's bijgeschreven zou moeten gaan worden voor al deze maanden. Volgens de definitieve KNMI rapportages voor de maanden november 2023, december 2023, en januari 2024, zou de globale instraling op het horizontale vlak achtereenvolgens 8.798 J/cm², 4.942 J/cm², resp. 8.824 J/cm² te zijn geweest. Waarbij december 2023 van het drietal dus by far de láágste instraling had, en opvolgend januari 2024 veruit de hoogste instraling, hoger nog dan in november 2023.
Geconcludeerd moet worden, dat er iets goed misgegaan moet zijn bij de ingave van de december 2023 volumes. Het enige wat namelijk blijkt te zijn gewijzigd, is een nieuwe entry voor december 2023, toegevoegd in de maand van melding, oktober 2024, waarin een extra volume van maar liefst 82,3 GWh is weergegeven. Wat gewoon niet kan kloppen. Hierover zal, wederom, contact opgenomen worden met VertiCer.
Duidelijk blijft, uit bovenstaande 2 voorbeelden, dat zelfs bij gecertificeerde meetwaarden opgaves, dus fouten kunnen arriveren op de VertiCer burelen. Dit is, wat Polder PV betreft, een zeer zorgwekkende constatering. Alleen zeer stricte, continue controles op die aangeleverde waarden, kunnen garanderen dat het GvO systeem 100 procent waterdicht blijft.
Januari, maart - september 2024
In de zeer zonnige januari 2024 werd tot nog toe ruim 33% (!) meer GvO's genoteerd dan in dezelfde maand in het voorgaande jaar. Voor februari, zie de nog niet herstelde anomalie hierboven.
Ook in maart 2024 was de geregistreerde certificaat uitgifte (795 GWh) veel hoger, 32% dan de tot nog toe uitgegeven hoeveelheid voor maart 2023 (602 GWh). De meest recente resultaten voor april 2024 laten al een uitgifte van 1.077 GWh zien, de eerste april maand waarvoor dus al meer dan 1 TWh aan groencertificaten is uitgegeven voor gecertificeerde PV installaties. Het was al 8,1% hoger dan het al meer gesettelde volume voor april 2023 (996 GWh), maar er zal nog wel het nodige bovenop gaan komen in komende maandrapportages van VertiCer. Zelfs april 2023 zou die 1 TWh nog kunnen gaan halen bij latere bijstellingen. Mei 2024 leverde tot nog toe 1.287 GWh op, wat nu nog 5,0% onder de productie van 1.355 GWh in mei 2023 ligt.
Juni is de nieuwe "maandrecord piek" voor 2024 geworden, zoals verwacht kon worden. Nog zeer voorlopige resultaten geven al 1.335 GWh voor die maand. Dat is nu nog 14,3% lager dan de piek in juni 2023 (ook bijgesteld, 1.557 GWh). Of de inmiddels in een jaar tijd toegevoegde capaciteit de flink lagere instraling in juni 2024 heeft kunnen compenseren is echter nog niet duidelijk. Boonstra had namelijk maar liefst 19,7% minder horizontale instraling in juni 2024 t.o.v. juni 2023 vastgesteld. Dus het gaat nog spannend worden, hoe hoog uiteindelijk de GvO piek voor juni 2024 zal gaan worden t.o.v. dezelfde maand een jaar eerder.
Vanaf juli gaan de totale opbrengsten weer omlaag. Voorlopig, voor juli 2024 1.330 GWh, maar dat is al 9,3% meer dan de 1.218 GWh in juli 2023. De instraling in juli 2024 was ook al wat hoger dan in het voorgaande jaar: 162,4 kWh/m² in juli 2024, t.o.v. 158,2 kWh/m², in juli 2023. Alleen nog onbekende volumes niet gerealiseerde productie bij afschakelen van projecten bij negatieve stroomprijzen op de elektriciteitsmarkt, kunnen een eventueel verder gegroeid verschil in negatieve zin onder druk zetten. Augustus heeft voorlopig 1.255 GWh GvO's toebedeeld gekregen, en dat is alweer 16,3% meer dan in augustus 2023 (1.078 GWh).
De in de huidige analyse toegevoegde maand september kreeg in 2024 de eerste 864 GWh aan GvO's toebedeeld, tegenover 923 GWh in september 2023. Dat is nu nog 6,4% minder volume. De instraling in die maand was, volgens de data extracties van Anton Boonstra, 9,8% lager dan in september 2023, dus dat is niet vreemd. Wel kan dat verschil in komende updates kleiner worden, als er in de maanden tm. september flink wat participerende PV capaciteit zou zijn bijgebouwd.
Met name voor de laatst gerapporteerde maanden zullen er sowieso nog het nodige aan uitgegeven GvO's bij gaan komen. Standaard bij de GvO data van VertiCer is, dat de eerstpublicatie voor een willekeurige maand al het veruit grootste volume GvO's voor die maand oplevert. Afgiftes die later worden gepubliceerd, zijn al veel geringer van omvang, en worden stapsgewijs kleiner qua volume. Het "doorsijpelen" van later afgegeven GvO's, die met terugwerkende kracht voor de betreffende maand worden bijgeschreven, kan echter zeer lang doorgaan. Dat kan langer dan een jaar duren in veel gevallen.
De tweede drijvende kracht achter deze curve is uiteraard de in het recente verleden zeer onstuimige groei van de projecten markt, met telkens flink meer, gemiddeld genomen steeds grotere PV projecten, wier nieuwe productie volumes in de loop van het kalenderjaar toegevoegd worden aan de output van het eerder al bestaande productie "park". Dat is dé drijvende kracht achter de steeds hoger wordende pieken (bovenop de verschillen in instraling van jaar tot jaar). Alle nieuwe capaciteit zal bijdragen aan het verhogen van de pieken, zelfs al hebben ze in sterk toenemende mate oost-west opstellingen om de voor netbeheerders zeer vervelende "middag-output-piek" te verlagen. Ook het steeds meer om zich heen grijpende fenomeen van afschakelingen bij negatieve marktprijzen, zal in de projecten markt al te sterke stijgingen bij de afgifte van GvO's onder druk zetten. De potentiële zonnestroom productie wordt dus in toenemende mate uitgehold.
Progressie in winter"dips"
In de productie curve was tot aan deze upate goed te zien dat de zogenaamde "winter-dips" in de periode 2021 - 2023 ook op een steeds hoger niveau komen te liggen, a.g.v. de almaar toenemende productie capaciteiten, die ook in de winter aan een toenemende hoeveelheid zonnestroom output bijdragen. In deze laatste update blijkt december 2022 weer een marginaal hoger volume te zijn toegerekend, 137,3 GWh. Dat is al 13,4% hoger dan in december 2021 (121,1 GWh), en is zelfs al een factor 4,6 maal het niveau van de "dip" in het winterseizoen van 2017/18 (jan. 2018 29,8 GWh, zie eerder gepubliceerde historische grafiek).
Voor december 2023 staan we echter weer met lege handen, vanwege de hierboven gekenschetste "tweede GvO anomalie" die in de huidige update is ontdekt door Polder PV.
7. Jaarproducties volgens Garanties van Oorsprong
Een herziene versie van de grafiek met de jaarlijkse uitgifte van Garanties van Oorsprong (GvO's) werd door Polder PV gegeven in de analyse van de augustus cijfers van 2024 (link).
Integreren we de data uit dat overzicht, met de meest recente toevoegingen (ook uit eerdere jaren) van de update van 4 november 2024, krijgen we de volgende grafiek met de totaal uitgegeven hoeveelheden GvO's (lees: zonnestroom producties) in de kalenderjaren 2006 tm. 2023, en de eerste, al forse volumes, voor 2024.
De tot nog toe bekende zonnestroom productie van uitsluitend de gecertificeerde zonnestroom markt (dus exclusief vrijwel alle residentiële en andere niet bij VertiCer bekende capaciteit) groeide razendsnel. Van nog bijna onmeetbare hoeveelheden in 2006, tot een volume van 219 GWh in 2015. Vervolgens zette de groei stevig in, vooral veroorzaakt door een toenemende hoeveelheid, en steeds grotere, via de SDE regelingen gesubsidieerde projecten. Van 556 GWh in 2016, 1,6 TWh in 2018, 2,9 TWh in 2019, 5,1 TWh in toenmalig record jaar 2020, naar 6,2 TWh in 2021. Aangezien 2022 zeer zonnig was (Anton Boonstra: 13% meer horizontale instraling dan in 2021), volgt meteen een grote sprong naar 8,6 TWh in 2022.
Vervolgens werden er voorlopig al ruim 9,1 TWh aan GvO's afgegeven voor 2023. Hierbij komt ook nog, dat de nodige nakomende volumes van eerdere maanden worden bijgeplust. Het zal daarbij interessant zijn, te zien, wat de balans zal gaan worden tussen de méér productie van de (record) toegevoegde nieuwe gecertificeerde capaciteit in 2023, in relatie tot het feit, dat de cumulatieve instraling in dat jaar, 7,2% láger lag, dan in het relatief zonnige jaar 2022, aldus de data-extracten en waarnemingen van Anton Boonstra.
Verrassend is, dat 2024, met nog 2 maanden te gaan (en heel veel updates te verwachten), nu al flink boven het kalenderjaar totaal voor 2023 uitkomt, met 10,29 TWh aan reeds uitgegeven GvO's. Hiermee is voor het eerst in de historie de 10 terawattuur gecertificeerde stroomproductie in een kalenderjaar al vroegtijdig "geboekt".
Dat is een volume aan zonnestroom wat al een factor 47 maal zo veel is, als aan het begin van de "echte roll-out" van de eerste SDE subsidieregelingen (vanaf 2015). Wel dient hierbij als waarschuwing, dat de volstrekt foutieve (veel te hoge) waarde van februari 2024 bij dit voorlopige totaal volume zit. Zolang die nog niet is hersteld in de publieke cijfers, is de tot nog toe geregistreerde productie in de eerste negen maanden van 2024 dus nog onzeker.
In ieder geval is er vanaf 2006 tot en met 2024 door VertiCer en haar rechts-voorgangers, inmiddels 45,7 TWh aan garanties van oorsprong uitgegeven voor gecertificeerde PV capaciteit.
Intern - eerdere rapportages CertiQ / VertiCer 2023 - 2024, aflopend gesorteerd
VertiCer update augustus 2024, II. Syntheses evolutie aantallen PV projecten, en capaciteit vanaf 2006, en Garanties van Oorsprong vanaf 2006 / 2017 (5 september 2024)
VertiCer update augustus 2024, I. Gecertificeerde PV markt, jaargroei 2023 naar record 2.579 MWp nieuwbouw (2022 +30%), en grootste cijfer anomalie in historie (4 september 2024)
VertiCer update juli 2024 - 2023 gecertificeerde PV markt, record jaargroei naar 2.490 MWp nieuwbouw, bijna 26% meer aanwas dan in 2022 (4 augustus 2024)
VertiCer update mei 2024 - 2023 jaargroei naar 2.404 MWp nieuwbouw, 22% méér t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (4 juni 2024)
VertiCer update januari 2024 wederom surprise - 2023 naar 2.012 MWp nieuwbouw, nu 2,4% méér t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (?) (4 februari 2024)
VertiCer update december 2023 - voorlopig 1.298 MWp nieuwe gecertificeerde PV capaciteit, 34% minder t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (7 januari 2024)
VertiCer update september 2023 - eerste 3 kwartalen 867 MWp gecertificeerde PV capaciteit nieuw, (voorlopig) 46% minder t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (4 oktober 2023)
VertiCer update augustus 2023 - eerste 8 maanden 835 MWp gecertificeerde PV capaciteit nieuw, (voorlopig) 45% minder t.o.v. nieuwe capaciteit in dezelfde periode 2022 (7 september 2023)
VertiCer update juli 2023 - eerste zeven maanden 646 MWp, (voorlopig) 46% van nieuwe capaciteit t.o.v. zelfde periode 2022 (2 augustus 2023)
Januari 2023 flinke toename geregistreerde gecertificeerde zonnestroom capaciteit, 354 MWp, maar het verhaal is complexer bij CertiQ. Deel I. (8 februari 2023)
CertiQ herziet cijfer presentatie methodiek - een nieuw tijdperk ? (8 februari 2023)
Sinterklaas surprise november rapport CertiQ 2022 bleek een fopspeen: december rapport wederom "negatieve groei", 1e status update. (9 januari 2023, laatste analyse van "klassieke" maandrapportage, en links naar eerdere analyses in 2021 en 2022)
Meer licht in de duisternis (?) omtrent ontwikkeling gecertificeerde zonnestroom portfolio in (2019-) 2020 bij CertiQ. (4 november 2020; vroege signalering van sterk wijzigende historische CertiQ data door Polder PV)
Extern
Data overzichten website VertiCer (vooralsnog alleen rapportages over 2023 en 2024, en 1 gereviseerd overzicht met data tot juni 2021)
NB: de oude website van CertiQ is niet meer actief, de url verwijst door naar de site van rechtsopvolger VertiCer !
<<<
recenter |
actueel
195
194
193 192
191
190-181
180-171
170-161 160-151
150-141
140-131
|
|