| |
                             
Brand
en zonnepanelen - algemene sectie
Een
historisch overzicht
Verzameld,
updated, en van commentaar voorzien door Peter J. Segaar / www.polderpv.nl
Inhoud:
Introductie
Nieuwe
berichtgeving, analyses en commentaren "brand en zonnepanelen"
Resultaten
vooronderzoek Instituut Fysieke Veiligheid
Incidenten
overzicht Nederland & buitenland (selectie) >> zie
aparte pagina
Informatie
vakpers
Oudere
publicaties
Oplossingsrichtingen
Eerste
uitgebreidere bericht over "brand en zonnepanelen" op de website
van Polder PV
Berichtgeving
en bronnen, n.a.v. eerste artikel van 17 augustus 2010
Laatst
toegevoegd alhier
Introductie
Op 17
augustus 2010 postte ik in mijn time-line op de toen al 6 jaar bestaande
Polder PV website een wat langer bericht over de eerste meldingen rond
het thema "brand en zonnepanelen", zie ook het van deels aangepaste
links voorziene bericht
elders op deze pagina. Het was destijds een klein micro stormpje in een
glas water, vol onbegrip en onkunde. Maar dat heeft, vanwege de extreme
uitbouw van nieuwe PV capaciteit in Nederland sedert met name 2018 beslist
een "maatschappelijk actueel" vervolg gekregen. Al blijft de
(technische) onkunde op het gebied van zonnestroom nog steeds endemisch,
wat regelmatig tot soms belachelijke en incorrecte stellingnames leidt,
in de nationale pers uitingen. Polder PV volgt ook dit dossier al vele
jaren, zeker in de begintijd als enige, gedetailleerd op de voet, mede
vanwege een serie uitgebreide artikelen in het eerste decennium van de
21e eeuw over het thema in het Duitstalige vaktijdschrift Photon. Sedertdien
heeft Polder PV een forse verzameling "incidenten en brand bij /
rond zonnepanelen" geïnventariseerd, wat ten tijde van publicatie
al wat groter was dan dat getoond in een (betaald) TNO onderzoek in april
2019. Ook werden al jaren de toenemende berichten over branden op objecten
met zonnepanelen bijgehouden in een link overzicht met, waar nodig, commentaar.
Alsmede de politieke reacties daar op.
We moeten hierbij
blijven benadrukken, dat het aantal branden in/op objecten met zonnepanelen
nog steeds compleet in het niet valt bij de totale hoeveelheid branden
in Nederland ("waar hebben we het over ?"). Maar, om ex-voorzitter
Baarsma van de branche organisatie Holland Solar te citeren, het natuurlijk
ook zo is, dat elke brand er een teveel is. Zélfs als we weten,
dat de feitelijke oorzaak van "een" brand vaak niet eens bij
de PV generator of de daar aan gekoppelde bedrading ligt. Vanwege het
extreem toegenomen aantal panden met zonnepanelen, is de kans natuurlijk
aan het toenemen dat er ooit iets mis zal gaan, maar de brand kan altijd
een interne oorzaak hebben (gehad) die niet bij het PV systeem ligt. Hier
wordt zelden tot in detail (of helemaal niet) over gerapporteerd, dus
het aantal "incidenten" zal sowieso overschat zijn, waar het
een oorzakelijk verband betreft tussen "brand" en "aanwezigheid
zonnepanelen". Die dingen liggen gewoon op het dak, en als er brand
in het pand uitbreekt vanwege een andere oorzaak, en de PV generator loopt
ook (dramatische) schade op als gevolg van die brand, is er geen enkele
relatie tussen die twee zaken. Het is goed om te beseffen dat een "oorzakelijk
verband" zelden met hard bewijs wordt overlegd. Wat beslist niet
uitsluit, dat er wel degelijk incidenten zijn geweest (en nog zullen komen),
waar de PV generator de oorzaak zal blijken te zijn.
In ieder geval kwam
het thema brand en zonnepanelen de afgelopen jaren wel in een versnelling.
Met name vanwege een opvallend aantal branden bij zogenaamde "in-dak
systemen" (onder de generieke noemer BIPV, "building integrated
photovoltaics", vallend). Waar Polder PV al in een vroeg stadium
voor heeft gewaarschuwd, dat daar zeer goed gekeken naar moest worden.
Want het zijn de meest risico gevoelige installaties, omdat de connectoren
daar zo'n beetje tussen het dakbeschot en/of vlak bij het isolatie materiaal
liggen. De trend in Nederland is steeds meer "esthetische" toepassingen,
zoals hele huizenblokken met uniforme PV vlakken. Vaak in de huursector,
die immers over grote volumes van dergelijke "straten vol gelijkvormige
eengezinswoningen met zadeldak" beschikt. Dat zijn vaak installaties
waar niet eens meer dakpannen onder de panelen liggen, en daarvan moeten
we uitgaan, dat ze voor de volle honderd procent failproof gebouwd
zullen moeten worden. Zeker waar het de "zwakke schakels" betreft:
de connectoren moeten absoluut goed zijn, mogen niet van verschillende
merken zijn, en mogen uitsluitend professioneel, met hulp van het correcte
gereedschap, worden aangesloten. Hier gaat het veel te vaak fout, met
zogenaamde "DC-arcs", vonken, en resulterende, persistente vlambogen
tot gevolg, met alle ellende van dien. Daar moet dus tegen worden opgetreden.
Als hier te makkelijk over wordt gedacht, en het installatiewerk niet
streng verplicht, en gecertificeerd gekeurd wordt, kunnen we meer problemen
op dat gebied gaan verwachten. Dat wil neem ik aan niemand voor zijn /
haar verantwoording nemen. Gelukkig beweegt de sector inmiddels ook richting
strengere opleidingen en verplichte keuringen, iig bij grotere objecten.
En hopelijk vooral ook bij de zogenaamde BIPV installaties in de residentiële
sector, inclusief de "NOM" (nul op de meter) trajecten. Laten
we hopen dat dat de standaard gaat worden. Nederland verdient het. Zonnestroom
is te mooi, en te kostbaar, om dat aan beunhazen over te laten.
Veel plezier bij het
bekijken van dit historisch overzicht. Mocht u info en/of "zonnepanelen
en brand" incidenten missen, schroom niet om deze, met de correcte
url / link, naar Polder PV te
sturen.
Peter Segaar / www.polderpv.nl
Leiden
Nieuwe
berichtgeving, analyses en commentaren "brand en zonnepanelen"
Met name n.a.v. diverse
branden in panden met zonnepanelen in NL in 2018 en later: algemeen en
gerelateerd nieuws. Recentste algemene bericht bovenaan;
zie ook de naar een aparte pagina verplaatste, zeer uitgebreide en gedetailleerde
incidenten lijst.
21 augustus 2024 Brandgevaar
door balkonzonnepaneel met stekker: 'Dit kan echt misgaan'. Goed artikel
van Tim Wijkman-van-Aalst en Jeroen Kraan op Nu.nl, over de potentiële
(brand) gevaren van zogenaamde "stekker panelen", ook wel "plug
and play" setjes zonnepanelen, die op een stopcontact aangesloten
zouden kunnen worden. Onder anderen komt elektrotechnisch specialist Henry
Lootens aan het woord, die over potentiële overbelasting van interne
stroomkabels rept, en van de aanraakgevoeligheid van de "stekker"
van dergelijke setjes. Tevens wordt de situatie in Duitsland kort belicht
(streng gereguleerd, i.t.t. de Nederlandse markt).
Oktober - december 2024. Recente publicaties Nederlands Instituut
Publieke Veiligheid (NIPV). In de tweede helft heeft het NIPV 2 nieuwe
publicaties uitgegeven omtrent branden en (aanwezigheid van) zonnepanelen.
(1)
Gebouwbranden
met zonnepanelen (pdf, 24 oktober 2024, eerder al gepubliceerd 12
juli 2024). 33 pagina's dikke publicatie met resultaten uit een mede door
het Ministerie van EZK betaald (gesubsidieerd) landelijk opgezette database
met gebouwbranden waarbij zonnepanelen "betrokken" waren. De
al jarenlange gepubliceerde gedetailleerde incidentenrapportages van Polder
PV worden hierbij wederom niet benoemd, maar moeten daar beslist al langere
tijd bekend zijn.
Onderzocht zijn branden
tussen november 2022 en oktober 2023, waarbij van 70 van 152 gebouwbranden
een PV installatie was "betrokken".
- Bij 1%
van gebouwbranden was een PV-installatie "betrokken". "Ca
0,005% van alle PV-installaties op/aan gebouwen, waren bij een brand
betrokken".
- Van de
70 nader onderzochte incidenten waren 40 woningbranden, waarbij de oorzaak
"even vaak wel als niet" bij de aanwezige PV-installatie was
te zoeken.
- Bij 9%
(6 incidenten) van genoemde woningbranden ondervond de brandweer last
van de aanwezigheid van het PV-systeem.
- Bij 30
gevallen "heeft de brandweer specifieke maatregelen getroffen om
de PV-installatie na de brand veilig te stellen."
- Bij 31
incidenten waarbij schade aan de zonnepanelen ontstond betrof het rooftop
installaties, waarvan (slechts) 3 "dakgeïntegreerd".
- In 4 gevallen
zouden resten van de zonnepanelen "verder dan 100 meter van de
betreffende getroffen woning" zijn verspreid. Hoogstwaarschijnlijk
worden daarmee met name de zeer herkenbare silicium scherven bedoeld,
die ontsnappen uit gebarsten zonnepanelen als de brand intens is, en
er een sterke convectieve werking van de rookkolom is geweest.
- 70% van
de gebouwbranden zou woning gebouwen betreffen (eerder onderzoek), in
de huidige steekproef was het aandeel 57%.
- Van de
70 onderzochte branden zijn er 30 (43%) ontstaan in een onderdeel van
een PV installatie, in 29 gevallen bij een andere installatie in het
gebouw, van 11 incidenten was de oorzaak niet bepaalbaar.
- Als meest
voorkomende brandveroorzakende activiteit is "stroomopwekking"
opgegeven.
- Er lijkt
geen duidelijke relatie te zijn tussen het object waarin de brand is
ontstaan en de onderdelen van de PV-installatie die door de brand waren
aangetast. Wel wordt opgemerkt, "dat branden waarbij de zonnepanelen
waren aangetast, relatief vaak niet in de PV-installatie zijn ontstaan".
- Gewezen
wordt op het feit dat dit een beperkte steekproef is geweest, en de
conclusies geen algemene geldigheid kunnen hebben. Hiertoe moet continu
gemonitored worden, om wel (meer) representatieve resultaten te kunnen
krijgen. Doel van het huidige onderzoek is de aanzet tot een "structurele
monitoring van gebouwbranden waarbij een PV-installatie betrokken was,
[en] meer inzicht te verkrijgen in de mogelijke rol van PV-installaties
bij het ontstaan en het verloop van gebouwbranden"
Het rapport is ingedeeld
in de volgende hoofdstukken: Onderzoeksmethode, Resultaten, Conclusie,
Beschouwing, Bijlagen (waaronder opzet van de vragenlijst).
Veel van de signaleringen
en grafieken betreffen vrij kleine deel-datasets, over algemene trends
is nog niet veel te zeggen op basis van deze beperkte steekproef. Ook
wordt gewag gemaakt van het feit dat het invullen van de betreffende vragenlijst
voor deze inventarisatie de nodige tijd en uitzoekwerk kost, "wat
het invullen gezien de beperkte capaciteit van de TBO-leden niet altijd
haalbaar maakt".
Een van de opmerkelijke
claims in het rapport wordt verder niet onderbouwd met aanwijzingen of
getalsmatige ondersteuning: "Ook is het denkbaar dat in de komende
jaren het aandeel van branden waarbij een PV-installatie betrokken is,
zal stijgen, bijvoorbeeld als gevolg van veroudering van bestaande PV-installaties."
(2)
Zonneparken
en natuurbranden (pdf, 19 december 2024, 96 pagina's, tevens bijbehorende
factsheet).
Onderzoeksrapport
met als hoofdvraag "Welke invloed kunnen het PV-systeem en de vegetatie
hebben op het ontstaan en het verloop van brand in een zonnepark; en welke
veiligheidsmaatregelen passen daarbij?"
Het rapport is onderverdeeld
in Aanpak, Resultaten (incl. inbreng van diverse stakeholders), Casuïstiek
(incidenten), "Modellering" (gedetailleerd behandeld, op basis
van mogelijke vegetatie in/rond zonneparken, onderhouds-regime daarvan,
brandbaarheid en risico's), Handelingsperspectief voor Veiligheidsregio's,
Conclusies. Het behandelt potentiële risico's, mitigatie maatregelen,
en schade beperking uitgebreid en gedetailleerd.
Het geciteerde aantal
zonneparken wordt, omdat NIPV daarover geen kennis bezit, en daarvoor
de tekort schietende data van het Kadaster gebruikt, zwaar onderschat.
In het rapport wordt geclaimd dat er eind 2022 slechts 562 zonneparken
zouden zijn. Polder PV heeft uitgebreid, en gedetailleerd, individueel
gedocumenteerd, eind 2022 al 810 RES-fähige (>15 kWp) exemplaren
staan in zijn uitvoerige
update van 17 december 2024. Dit komt ook omdat er van de niet consequent
door het Kadaster aangehouden ondergrens van "1.000 m²"
wordt uitgegaan. Zie ook het gedetailleerde commentaar van Polder PV op
de uitgangspunten en inconsequenties in de Kadaster gegevens, in de zonnepark
update van augustus 2023 (intermezzo
aldaar). Ook kleinere zonneparkjes kunnen aan exact dezelfde (gepercipieerde)
risico's blootstaan als de door het NIPV geïnventariseerde risico's
van grote zonneparken. Ze hier uitsluiten is dus beslist niet opportuun.
Zeer interessant zijn
de incident rapporten van de nog zeldzame branden in zonneparken, waarbij
de trafobranden op zonnepark Emmeloord (Noordoostpolder, Fl., 24
maart 2019 en, besproken, 8
april 2020), de gras / bermbrand op zonnepark Sas van Gent (Zld, 19
juli 2022), en de doorslaande bodembrand in zonnepark Lungendonk (Lierop,
NB, 15
januari 2023) gedetailleerd worden uitgelicht.
Een van de conclusies
van de rapportage lijkt in ieder geval al lang duidelijk (ook bij Polder
PV, die het zonneparken areaal in Nederland zeer gedetailleerd in beeld
heeft gebracht, en alle nieuws daarover op de voet volgt): "Op
basis van de beschikbare gegevens valt op dat er tot nu toe vrij weinig
branden in zonneparken lijken te hebben plaatsgevonden waarbij de brandweer
is ingezet. Dit kan te maken hebben met het kleine aantal zonneparken,
de toenemende professionalisering van de sector, de grotere aandacht voor
veiligheid bij het plaatsen van zonneparken in vergelijking met PV-systemen
op daken van woonhuizen en de strenge eisen die verzekeraars stellen aan
de eigenaars van zonneparken".
Ook wordt geconcludeerd:
"Al met al is het nodig dat de brandweer meer investeert in opleiden,
trainen en bijscholen van het brandweerpersoneel over de risico’s
en het optreden in zonneparken. Daarbij zouden de eigenaren van zonneparken
betrokken moeten worden".
In de conclusies sectie
passeren een veertien-tal deelvragen, die geadresseerd moeten (blijven)
worden om risico's goed te kunnen afschatten en zoveel mogelijk te voorkomen.
Ook worden diverse aanbevelingen gedaan aan project eigenaren, om genoemde
risico's zoveel mogelijk te mitigeren.
In de conclusies,
tot slot, ook nog een opmerkelijke stellingname, ook in verband met af
en toe opflakkerende onderbuik claims van omwonenden van (nieuwe) zonnepark
projecten: "Bij een brand in een zonnepark is depositie van resten
van zonnepanelen niet te verwachten, omdat daarvoor de warmteontwikkeling
en pluimstijging niet groot genoeg zijn". NB: dit in tegenstelling
tot sommige branden op gebouwen, die zeer fel en intens kunnen zijn, sterk
afhankelijk van daarin aanwezige dan wel opgeslagen [zeer brandbare] materialen.
Eerder al werd in de "Resultaten" sectie de volgende passage
opgenomen: "... brand in zonnepanelen vooral snel uitbreidt als
de ondergrond brandbaar is en de zonnepanelen zich dicht daarboven bevinden.
Grootschalige verspreiding van brand in een zonnepark is daarom onwaarschijnlijk
als de ondergrond niet brandt; iets wat ook door Brandweer Nederland is
geconcludeerd".
Het dikke rapport
wordt afgesloten met een referentie sectie naar diverse veiligheids-rapportages,
verantwoordingen, en diverse bijlagen ter ondersteuning van de "modellering"
sectie.
18 juli 2024 Registratie
van huishoudelijke elektriciteitsongevallen achter de meter 2023.
Rapportage van Netbeheer Nederland / Krado. Rapport van 122 pagina's met
generiek beeld van (grotendeels) brand incidenten bij grotendeels "huishoudelijke"
kleinverbruik aansluitingen in 2023. Die typering moet niet letterlijk
worden genomen, er worden ook de nodige brand incidenten bij bedrijven
beschreven, en zeker niet alles is "achter de meter" ontstaan.
Dat daargelaten, is de grootste hoeveelheid geïnventariseerde incidenten
bij woningen geweest (42%), met bedrijven (13%) en schuren / garages,
resp. appartementen / flats (beiden 11%) op grote afstand. De meeste incidenten
werden geregistreerd in de maanden december, september, resp. juli. De
oorzaken zijn meestal onbekend (65%), van de incidenten waarvan de oorzaak
wel achterhaald kon worden, dan wel er een sterk vermoeden van de oorzaak
was, betreft 24% (een vermoeden van) kortsluiting.
Opvallend waren twee
typen "installaties", waar de grootste problemen mee waren (incidenten),
achtereenvolgens accu's resp. opladers (21%), en incidenten in de meterkast
(19%). De wasdroger, categorie "onbekend", en magnetrons / ovens
(7,7, resp. 6%) volgden daarna, de overige cateogoriën apparaten
hebben percentages onder de 5%. Er werden (slechts) 24 gevallen met problemen
met de zonnestroom installatie gevonden, wat 3% van het totaal van alle
"apparaat ongevallen" zou betreffen. Daarbij zijn ook enkele
bliksem inslag incidenten, wat natuurlijk verder geen "oorzakelijk
verband a.g.v. een PV-systeem" betreft. De meeste ongevallen in de
meterkast vonden plaats in woningen met een bouwjaar ouder dan 1960.
Het aantal incident
registraties "achter de meter" is toegenomen van 274 exemplaren
in 2019, tot 770 in 2023, met daarbij het voorbehoud dat in 2023 voor
het eerst incidenten als gevolg van menselijk handelen expliciet zijn
opgenomen. Ook is de stijging van het aantal accu incidenten evident,
een verviervouding sinds 2022. Het aantal geregistreerde incidenten met
PV-installaties is het hoogst sinds 2019, 24 exemplaren (3% van totaal
geregistreerde incidenten), maar valt totaal in het niet t.o.v. het cumulatieve
aantal geïnstalleerde PV systemen. Dat waren er volgens het CBS namelijk
2,8
miljoen, eind 2023. Zelfs al moet daarbij worden gezegd dat er meer
dan 1 installatie per woning kan zijn (uitbreidingen in ander jaar dan
1e exemplaar), het aantal systemen bij bedrijven e.d. zal hoogstens enkele
honderdduizenden betreffen (nog steeds in onderzoek bij CBS), dus de overgrote
meerderheid van die 2,8 miljoen installaties zal residentieel blijken
te zijn.
Het aandeel incidenten
met PV-systemen "achter de meter" kan dus hoogstens in de vorm
van "marginale fractie van een promille" t.o.v. het totale aantal,
soms al vele jaren werkende PV installaties worden omschreven.
Bezits-meting
& details PV
Interessant in het
rapport is een tabel met de "bezits-meting van elektrische apparatuur"
bij Nederlandse huishoudens, onderdeel van een onderzoek van de Stichting
OPEN in 2022. Huishoudens zouden gemiddeld 131 elektrische apparaten hebben,
waarvan er 106 worden "gebruikt", 22 niet worden gebruikt, en
3 exemplaren "kapot" zouden zijn. Opvallend detail-rijk zijn
de opgaves voor PV-installaties, waarbij vraagtekens mogen worden geplaatst
gezien de zeer beperkte basisgegevens. Er zouden 22.991.180 "zonnepanelen"
zijn die "achter de meter" zouden zijn aangesloten in dat jaar
(cumulatie), 43.046 exemplaren zouden "niet worden gebruikt",
en nog eens 22.555 zouden "kapot" zijn (zonder verdere specificaties).
Van alle apparaten zouden zonnepanelen numeriek bezien op de 3e plaats
staan (na armaturen en verlengsnoeren / stekkerdozen). Het aantal "ongevallen"
per miljoen apparaten zou voor PV op een factor 1,04 liggen. Veel apparaat
categorieën hebben een veel hogere incident factor. De wasdroger
staat, met een factor 12,22, ver boven alle categorieën op nummer
1, gevolgd door split airco systemen (4,08), verplaatsbare elektrische
verwarmingen (3,47), ovens en magnetrons (3,37), wasmachines (3,23), en
elektrische kookplaten (2,78).
Bijlage 3 van het
rapport bevat een enorme hoeveelheid incidenten met apparaten (meestal)
achter de meter, verdeeld over pagina's 29 tm. 120. De 24 incidenten waarbij
een mogelijke oorzaak bij PV-systemen ligt heb ik nagekeken, en de incidenten
die nog niet bekend waren bij Polder PV, zijn inmiddels in de waslijst
onder kalenderjaar 2023 opgenomen, op de separate incidenten
pagina.
13 februari 2024 Rook
dispersie in huizen met PV-installatie en verschillende hellingshoeken.
Engelstalige bespreking van studie naar dispersie van rook in huizen met
PV installaties en verschillende hellingshoeken van de daken. In PV Magazine
International.
13 december 2023.
Opruimkosten
zonnepaneeldeeltjes vanaf nu gedekt. De opruimkosten voor materiaal
wat vrijkomt na een (heftige, sterk convectieve) brand, en wat over de
omgeving wordt verspreid, wordt, volgens eigen zeggen, door de Milieuschadeverzekering
van Techniek Nederland Verzekeringen gedekt. Storend is (zeker voor een
verzekering van een technologie branche organisatie), dat er gesproken
wordt over "Glasdeeltjes kunnen zich verspreiden en moeten worden
opgeruimd". Zoals regelmatig, en uitentreuren door Polder PV uitgelegd,
zijn de meest herkenbare deposities na heftige branden in / van panden
met zonnedaken, silicium scherven (niet zijnde "glasdeeltjes")
van de meestal kristallijne zonnepanelen, die vrijkomen nadat de PV-modules
door extreme hitte zijn gebarsten, en door hun lichte gewicht, en combinaties
van sterke convectie en wind, in de omgeving raken verspreid.
2 september 2023. "Brandschutz.
Warum brennen Photovoltaikanlagen? Häufige Ursachen und Gründe".
Interessant Duitstalig artikel over mogelijke oorzaken van branden bij
PV systemen, bij Agrarheute.com. Enkele punten op rij uit dit artikel:
- Slechts
0,006% van het aantal PV installaties in Duitsland "veroorzaakt
een brand met grotere schade".
- Kans op
brand bij PV-systemen ongeveer even groot als bij andere elektrische
apparatuur in huis.
- Meeste
fouten / brand oorzaken bij geselecteerde componenten in het systeem,
bij de planning van de installatie, en bij de installatie zelf, alle
drie ongeveer derde deel van oorzaken.
- Veelgemaakte
fout in agrarische sector: het "overbouwen" van de brandscheidings-wanden
(waardoor evt. brand makkelijk kan "doorslaan" naar rest van
het complex).
- DC spanning
blijft altijd op generator gedeelte staan, zelfs als de omvormer(s)
is/zijn afgeschakeld, hierdoor risico op vlamboog bij slechte contacten
/ verbindingen.
- Als stekkerverbindingen
slecht zijn gemaakt / aangebracht, is risico op vlamboog het hoogst
(NB: zeker in moderne tijd, met hoge stroomsterktes bij de zeer krachtig
geworden zonnepanelen).
- "Fehlerhaft
ausgeführte oder vorzeitig gealterte Kontakte" belangrijkste
oorzaak van brand bij een PV generator. Expliciet worden hier benoemd:
junction-boxen onderzijde paneel, stekker-verbindingen, en contacten
in de aansluitdozen (meestal op dak) en bij de omvormers (op dak of,
meestal, in-pandig).
19 juni 2023. Brandweer
pleit na brand in woonblok voor strengere bouwregels zonnepanelen.
NOS.nl. Naar aanleiding van de flinke impact makende brand in een woningblok
in de Arnhemse wijk Presikhaaf (incidenten
analyse alhier), wordt zowel door de brandweer als door het Verbond
van Verzekeraars en de Veiligheidsregio gepleit voor aanscherping voor
de installatie regels voor zonnestroom systemen. Nils Rosmuller van het
Nederlands Instituut Publieke Veiligheid (NIPV), claimt dat "er in
de eerste helft van dit jaar zo'n 55 branden met zonnepanelen [zouden
zijn] geweest. Dat waren er de jaren ervoor gemiddeld zo'n 35 per jaar
... Uit eerder onderzoek blijkt dat in ruim 80 procent van de gevallen
sprake was van ondeugdelijke installatie". Hoe dat percentage is
vastgesteld, gezien de meestal totale verwoesting in de betreffende panden
(leidend tot onmogelijk vast te stellen feitelijke oorzaken van de brand),
wordt er niet bijverteld.
24 mei 2023. Je
huis met zonnepanelen als energiecentrale, maar dan veilig Brandweer.nl.
Artikel met tips over veilige exploitatie van eigen zonnepanelen. Er wordt
hierbij verwezen naar een nieuwe website, met aanwijzingen, "Veilig
Vinkie". Deze is opgezet door Brandweer Nederland, met medewerking
van Holland Solar, Techniek Nederland en het Verbond van Verzekeraars.
https://www.brandweer.nl/onderwerpen/zonnepanelen-tips/
24 april 2023. Hoe
voorkom je een stalbrand? Website Verbond van Verzekeraars. Tips ter
preventie van stalbranden, die grote ellende (dierenleed, slachtoffers),
en enorme schade kunnen opleveren. Elektrische installaties "met
stip op 1", enkele tips voor omgaan met o.a. plaatsing zonnepanelen
en accu systemen in diverse toepassingen, en andere tips voor andere potentiële
gevaar bronnen. M.b.t. zonnepanelen:
- Laat elektrische
installatie altijd aanleggen, of aanpassen en opleveren door een erkend
installateur volgens de NEN1010.
- Laat vervolgens
periodiek (na drie tot vijf jaar) een Scope 10 elektrakeuring uitvoeren.
Deze keuring is mede gericht op brandveiligheid.
- Indien
ook personeel aanwezig is: Kies dan aanvullend voor een Scope 8 keuring,
die arbeidsveiligheid als uitgangspunt heeft (VvV geeft daarbij een
link naar een lijst met gecertificeerde bedrijven.
- Indien
reeds zonnepanelen op het dak van de stal of plannen om deze te gaan
plaatsen >> vraag erzekeraar welke eisen er zijn
- Laat
die installatie(s) keuren bij oplevering (Scope 12) en vervolgens periodiek
keuren.
- Plaats
de omvormers buiten de stal op een brandvrije ondergrond of in een ruimte
buiten de stal.
- Informeer
altijd de verzekeraar of tussenpersoon vóór het plaatsen
van de panelen en vraag naar de geldende preventiemaatregelen.
Op de website van
de VvV is ook een "Risicomonitor
Stalbranden" te vinden met enkele cijfers over het fenomeen.
Nieuwe Oogst berichtte
op 2 mei 2023 over deze bevindingen van de VvV, en stelt dat er in
2022 13 van de in totaal 43 stalbranden waren waar de elektrische installatie
als oorzaak van de brand werd gezien, 3 meer dan in toenmalig "record"
jaar, in de monitor die sedert 2014 wordt bijgehouden. Van 20 branden
in / van stallen kon niet achterhaald worden wat de oorzaak was. Een woordvoerder
van de VvV wordt geciteerd die suggereert dat door "een run op zonnepanelen"
de brand oorzaak "elektra" is toegenomen. Dit wordt verder niet
cijfermatig, of met bewijzen onderbouwd, daargelaten dat er uiteraard
meerdere grote branden op stallen zijn geweest met zonnepanelen (zie incidentenlijst
Polder PV). Maar een hard oorzakelijk verband ("PV generator
of randapparatuur was de feitelijke oorzaak van de brand")
is bijna nooit aangetoond. Wel is ze bij grote, door het dak heen slaande
branden vaak het "slachtoffer".
In 2022 kwamen meer
dan honderdduizend dieren om bij stalbranden, wat toen zeer hoog lag vanwege
het grote aantal slachtoffers onder kippen bij enkele branden van pluimvee
bedrijven, waar vaak zeer veel dieren worden gehuisvest in de intensieve
veehouderij.
20 september 2022. Update
NIPV. Inmiddels heeft het Nederlandse Instituut Publieke Veiligheid
(NIPV) een aardige waslijst publicaties, handreikingen, en andere documenten
verzameld over incidenten en bestrijding van branden waar zonnepanelen
"een" rol spelen (niet noodzakelijkerwijs als bron, maar zeker
vaak als "slachtoffer"). U vindt deze verzameling onder de volgende
link (daar onder weer downloads beschikbaar voor gepubliceerde documenten):
Kennisdossier
zonnepanelen - veiligheidsaspecten:
- Kennisbundel
Zonnepanelen 29-03-2021
- Depositie
bij branden met zonnepanelen 15-07-2021
- Vooronderzoek
depositie bij branden met zonnepanelen 16-07-2021
- Handreiking
Energieopslag en/of opwekking op daken van collectieve woongebouwen
07-03-2022
- Input
omgevingsveiligheid 04-03-2022
- Infoblad
energietransitie ten behoeve van veiligheidsregio’s 20-07-2021
- Factsheet
informatieblad energietransitie 04-03-2022
- Zakboek
Energietransitie voor incidentbestrijders 20-09-2022
En diverse Handreikingen
voor risicobeheersing en incidentbestrijding:
- Handreiking
Incidentbestrijding zonnepanelen 11-11-2021
- Aandachtskaart
Incidentbestrijding zonnepanelen 11-11-2021
- Handreiking
risicobeheersing advies veilige pv-systemen 01-12-2020
- Handreiking
Plaatsing zonneweide nabij een stalen buisleiding 16-03-2022
Tevens, onderaan de
pagina, een lijstje met verwijzingen naar externe documenten (deels al
opgenomen op deze informatie pagina)
7 juli 2022. "Stoffen
die vrijkomen bij brand met zonnepanelen niet gevaarlijker voor gezondheid
dan bij gewone branden". Rapportage van het RIVM, naar aanleiding
van enkele incidenten met "deposities" uit rookkolommen van
in Nederland staande brandende gebouwen waarop PV generatoren lagen (zie
o.a. de grote incidenten lijst van Polder PV, op
aparte pagina). Het RIVM heeft onderzoek en experimenten gedaan, en
komt met de in de titel al duidelijke, vrij geruststellende bevindingen
dat er niet veel verschil is tussen (deposities) van branden van panden
met of zonder zonnepanelen. Met uiteraard de uitzondering, dat scherven
van de zeer lichte - kristallijne - zonnecellen bij intense branden op
panden mét PV generatoren, vrij kunnen komen uit gebarsten zonnepanelen,
en deze middels sterk convectieve rook kolommen in de omgeving terecht
kunnen komen. Het RIVM daarover:
De
zonnecellen in zonnepanelen zijn erg dun en licht. Daardoor breken ze
bij brand makkelijk. Deze scherven kunnen op grote afstand van de brand
terecht komen. In de praktijk speelt dit alleen bij branden in grote gebouwen.
Ook de weersomstandigheden, zoals de windsterkte en -richting beïnvloeden
hoe ver scherven zich kunnen verspreiden.
Scherven
van zonnecellen bevatten heel weinig schadelijke stoffen, zoals lood.
Mensen en dieren komen met deze schadelijke stoffen nauwelijks in contact.
De kans op gezondheidsschade is daardoor heel erg klein.
Wanneer
de scherven in een weiland terechtkomen, kunnen grazende dieren ze inslikken.
De scherpe deeltjes kunnen schade veroorzaken aan het maag- en darmstelsel.
Scherven kunnen ook op moestuinen terechtkomen. Als dat gebeurt, is het
nodig groenten hierop te controleren en de scherven te verwijderen, bijvoorbeeld
door ze goed te wassen.
Afhankelijk
van de locatie en de hoeveelheid scherven, kan het nodig zijn ze uit voorzorg
op te ruimen. Het RIVM adviseert vanwege dit voorzorgsprincipe om hier
landelijk afspraken over te maken.
Rook bevat altijd schadelijke stoffen. De rook van een brandend gebouw
met zonnepanelen is in de praktijk echter niet gevaarlijker dan van een
gebouw zonder zonnepanelen. Dat komt omdat zonnepanelen slechts een klein
deel van de totale brand vormen.
Voor het volledige
RIVM rapport, zie deze
link. Er is ook een video gemaakt met 4 vragen over brand met zonnepanelen,
zie deze
link. Hiering stelt Niels van Veen, projectleider bij de brandexperimenten,
kristalhelder: "zonnecelscherven bestaan uit zuiver silicium plaatjes,
dat is wat anders dan glas".
Juni 2022. InVeZo legt basis voor intrinsieke brandveiligheid
zonnepanelen van nu en morgen. Solar
Magazine 13(3) / juni 2022: p. 45. Artikel over TKI project InVeZo,
waarin onderzoek wordt besproken om zonnepanelen "intrinsiek veiliger"
te maken, met name de nieuwe generaties PV modules. Zonnepanelen zijn
door de bank genomen beslist "veilig", bij goed geïnstalleerde
PV-systemen is brandgevaar vrijwel uitgesloten (behalve bij externe oorzaken
niet veroorzaakt door de installaties zelf). Wel zijn er aandachtspunten,
voor nieuwe generaties PV modules. Die gaat dit onderzoek bij de horens
vatten.
23 juni 2022. Onderzoeksprotocol
zonnepaneel incidenten versie 3.0. Publicatie / rapportage door de
Vereniging voor Onderzoek en Advies Milieugevaarlijke Stoffen, 26 pagina's.
Gepubliceerd op website van Stichting Salvage.
3 juni 2022. Steeds
meer branden met zonnepanelen betekenen gevaar voor volksgezondheid.
Hartvannederland.nl. Nogal fors aangezette titel, die zwaar overtrokken
is als we het aantal branden met "problematische gevolgen",
waar onder de al door NIPV gevonden "7 branden met depositie"
(zie bespreking
verderop), in al die jaren, afzetten tegen de eind 2021 al 1,7 miljoen
geaccumuleerde PV installaties volgens
de laatste cijfers van het CBS. Er wordt met name ingegaan op de reeds
eerder uitgebreid
gedocumenteerde gevolgen van de brand "met depositie" bij
een pompoenkwekerij in het Gelderse Erichem. Ook na de eerste grote opruimings-acties
van uit de rookkolom op de omgeving neergedaalde scherven en andere verbrande
materialen van dak en mogelijk inhoud van de loodsen, met een combi maaier
/ "stofzuiger", blijven dergelijke deeltjes teruggevonden worden,
anderhalve maand na de grote brand. Vooral de scherven van de zonnecellen
zouden problematisch zijn, maar ik heb nog niet van "gezondheidsschade"
voor dier of mens gehoord, in de omgeving van de paar gevallen waar "deposities"
zijn gesignaleerd.
Als potentiële
oorzaak van de brand worden "cowboys" op de markt genoemd, maar
die zijn er altijd al geweest (zonder grote brand incidenten). Bovendien
zal óók een grote brand die in het geheel niet door een
"perfect geïnstalleerd PV systeem door een gecertificeerd, ervaren
installateur" is veroorzaakt, onherroepelijk vergelijkbare gevolgen
hebben, als de condities "gunstig" zijn voor flinke deposities
(denk aan harde wind, en een grote brand, met flinke convectie tot gevolg).
Daar helpt geen predikaat "erkend installateur" tegen. Ook keurmerken
worden niet als oplossing gezien, omdat insiders het vaststellen en verstrekken
daarvan al "commerciële business" noemen. Of toepassing
van de gesuggereerde glas-glas panelen in alle gevallen soelaas zal gaan
bieden is nog beslist geen bewezen suggestie.
Ondertussen lijkt
alle rommel bij de getroffen pompoenteler te zijn geruimd, met een herbouwd
bedrijf kan binnen enkele weken weer met de bedrijfsvoering worden gestart,
ook met medewerking van de verzekering. En, het zal u wellicht niet verbazen,
de eigenaar beaamt, dat er zeker weer een (flinke ?) PV generator terug
gaat komen op de nieuwe loodsen ...
29 maart 2022. Brandveiligheid
PV-panelen op platte daken. Bouwtotaal.nl. Een wat diepgravender stuk
met citaten uit onderzoek naar brandveiligheid van platte daken in relatie
tot zonnepanelen. Een van de opvallende conclusies op basis van brand
testen aan zowel bitumineuze dakbedekkingen (KIWA-BDA), als daken met
polyurethaan hardschuim of EPS isolaties (Efectis Nederland), in samenwerking
met betreffende branche organisaties, is dat "dat het niet uitmaakt
welke dakbedekking wordt toegepast". In andere bewoordingen,
"de opbouw van de dakbedekkingsconstructie is niet de oplossing
voor (beperking van) het brandrisico van daken met PV-panelen".
Bovendien zou bij
de testen op bitumineuze daken bij toepassing van klassieke glas / backfoil
panelen of glas-glas PV modules relatief weinig verschil worden gevonden
in het tempo waarbij een brandhaard zich zodanig via de dakbedekking uitbreidt,
dat de brand moet worden geblust. Dat zou in het eerste geval binnen 4
tot 5 minuten zijn, in het geval van glas-glas panelen tussen de 5 en
8 minuten.
Efectis ziet vanuit
brandveiligheid meer soelaas in het beperken van de maximale omvang van
een cluster panelen, de oriëntatie van de PV-modules, compartimentering
van het dak, en een afscherming tussen de panelen en de dakbedekking.
Ze komen tot een lijst aan aanbevelingen om de brandveiligheid te verhogen
in relatie tot de aanwezigheid van (of plannen voor) een PV generator:
- Schakelkast
op onbrandbare ondergrond. Bij brand in een schakelkast kan een
brand zich van daaruit ontwikkelen over het oppervlak van het dak. Plaats
de kast daarom op een onbrandbare ondergrond, zoals betontegels. Rondom
de kast kan bijvoorbeeld met twee stroken betontegels van 30 x 30 cm
het dakoppervlak afgeschermd worden, zodat de eerste brandontwikkeling
wordt beperkt.
- Brandwerende
voorziening kabelgoot. Vanuit de schakelkast zal de brand zich
als gevolg van een kortsluiting in de kabels vrijwel altijd in de richting
van de zonnepanelen ontwikkelen. Zorg daarom dat de kabels vrijgehouden
worden van het dakoppervlak en er bij voorkeur een brandwerende voorziening
aangebracht wordt tussen de kabelgoot en het dakoppervlak. Dit kan door
de kabelgoot bijvoorbeeld op een strook betontegels te plaatsen. Van
de talloze grote plat dak projecten waarvan Polder PV fotomateriaal
heeft gezien, is het al standaard, dat van draadgoten gebruik wordt
gemaakt, die "verhoogd", dus op enige afstand van het dakoppervlak,
zijn gemonteerd op staanders.
- Metalen
ondersteuningsconstructies. Om de brandontwikkeling met name onder
de panelen zoveel mogelijk te beperken, zou het gebruik van kunststoffen
in de ondersteuningsconstructie van de zonnepanelen beperkt kunnen worden.
Gebruik van metalen ondersteuningsconstructies beperkt de ontwikkeling
van de brand. Voetnoot Polder PV: gebruik van kunststoffen is slechts
bij een zeer beperkt aantal leveranciers (consoles) een issue. Het overgrote
merendeel van de plat dak installaties in Nederland wordt op metalen
frames aangebracht.
- Voldoen
aan testmethoden en normen. De NEN-werkgroep ‘Brandveiligheid
van PV-panelen in en op de gebouwschil’ werkt aan een systeem
dat meer duidelijkheid geeft over de relatie tussen het effect van een
potentiële brand en de kans op deze brand. Aansluitend op de huidige
testmethodes adviseert Efectis om de dakconstructie ten minste te laten
voldoen aan de in België voor dakafdichtingen verplichte EU-klasse
Broof (t1), in overeenstemming met EN 13501-5
(Brandclassificatie van bouwproducten en bouwdelen) of aan de classificatie
niet brandgevaarlijk conform NEN 6063 (Brandgevaarlijkheid dak bij vliegvuur).
Daarnaast is er NEN 7250; de norm voor de integratie van zonnepanelen
en zonnecollectoren (zonneboilers) in gebouwen. Deze norm is niet aangewezen
in het Bouwbesluit, maar toepassing wordt aanbevolen.
- Ballast
onder zonnepanelen. Voor een dak voorzien van ballast adviseert
Efectis om het grind, of als alternatief betontegels, ook onder de zonnepanelen
aan te brengen om zo de aanstraling van de dakbedekking te voorkomen
en verdere brandontwikkeling te beperken. Een andere mogelijkheid is
om tussen de zonnepanelen en het dak een plaat aan te brengen waardoor
directe warmtestraling naar en vlamcontact met de dakbedekking voorkomen
wordt. Voetnoot Polder PV: de meeste grote platte daken die in Nederland
voor PV worden toegepast hebben geen grind noch tegels (behalve voor
looppaden indien van toepassing), vaak is dat om redenen van draagkracht
bij de soms enorme overspanningen van dergelijke daken.
- Afstand
tussen zonnepanelen en doorvoeren en daklichten. Ongeacht het toegepaste
type isolatie kan er uitbreiding naar binnen toe plaatsvinden via doorvoeringen,
openingen in de dakplaat en via daklichten en lichtstraten. Rondom daklichten
en doorvoeringen adviseert Efectis daarom de zonnepanelen op een voldoende
veilige afstand te plaatsen. "Voldoende" wordt hier echter
niet gedefinieerd of gekwantificeerd (zie echter "vervolg onderzoek"
onderaan).
- Barrière
bij geperforeerde dakplaat. Wanneer een geperforeerde dakplaat
is toegepast in combinatie met bij brand smeltende materialen kan er
een open verbinding ontstaan tussen de zonnepanelen en de binnenruimte.
Er bestaat dan een kans op branduitbreiding naar binnen. Bij toepassing
van een geperforeerde dakplaat adviseert Efectis om een barrière
aan te brengen, waardoor een brandwerend dak ontstaat en geen risico
van branduitbreiding naar de binnenruimte plaatsvindt. Gedacht kan worden
aan het aanbrengen van een vlamdichte plaat tussen zonnepanelen en dak
of een brandwerende beplating aan de onderzijde van de isolatie of aan
de onderzijde van de dakplaat.
Efectis noemt in haar
analyse nader onderzoek naar 8 branden op industriële daken, die,
op een na (inmiddels toegevoegd), reeds eerder door Polder PV in zijn
incidenten lijst waren opgenomen (zie links onder naam gemeente). Het
ging hierbij om branden in Denekamp
(2016), Ede (2017),
Opmeer
(2018), Amsterdam
(2019), Dieren (2019), Buitenpost
(2019), Wateringen
(2020) en Elst
(2021). Over een brand in Den
Bosch (2020) was volgens Efectis onvoldoende informatie beschikbaar.
Polder PV heeft in zijn incidenten lijst nog meer branden bij PV generatoren
op daken van bedrijven, die kennelijk niet zijn onderzocht door Efectis.
Meest opmerkelijk daarbij is de zeer grote brand die een grote loods van
HVC in Middenmeer NH in 2015 in de as legde, waarbij een voor die tijd
"relatief grote" PV generator verloren is gegaan (link
bericht PPV). Maar ook bijvoorbeeld de brand op het platte dak van
een flat van Trivire in Dordrecht (1
mei 2021) is kennelijk niet onderzocht.
Het onderzoeksbureau
eindigt haar analyse met een suggestie voor 3 vervolgonderzoeken:
- "Er
vinden nauwelijks branden plaats op industriële daken met zonnepanelen,
informatie wordt niet verspreid en inzichten (dus) niet gedeeld. De
kennis over deze branden wordt vergroot wanneer brandonderzoeksteams
van de Brandweer, IFV en schade-experts van verzekeraars meer gedetailleerd
informatie verzamelen en analyseren over branden op industriële
platte daken met zonnepanelen." NB: Polder PV inventariseert alle
branden met zonnepanelen al sedert 2010, zie incidenten lijst.
- Praktijktesten
met verschillende zonnepanelen systemen op diverse daktypes om het brandverloop
te bepalen.
- Praktijktesten
in combinatie met warmtestralingsberekeningen om de veilige afstand
tussen zonnepanelen en openingen in het dak te bepalen.
Zie voor verdere details
het artikel in BouwTotaal.nl, of de eerder verschenen bron analyse van
Efectis:
Branden
op industriële platte daken met zonnepanelen: Dit leren we ervan
(25 januari 2022)
4 maart 2022. Kennisbundel
zonnepanelen. Status update van het Instituut Fysieke Veiligheid (inmiddels
opgegaan in Nederlands Instituut Publieke Veiligheid). pdf, 17 pagina's.
Februari 2022. Schade
door onweer, wateroverlast of brand: Hoe helpt u uw klant? Praktische
tips in onderdeel van het "kenniscentrum" van Duits omvormer
specialist SMA (verschenen kort na de grote schade veroorzaakt door winterstorm
Eunice op 18 februari 2022).
4 oktober 2021. Advies
rapport Veiligheidsregio Limburg-Noord (pdf). Inzake brand mitigerende
maatregelen in te voeren voor acceptatie omgevingsvergunning voor bouw
van het zonnepark "de Baendj" (Enovos Green Power), langs de
A73 in Reuver (gem. Beesel, L.). Hierin stelt de veiligheidsregio verschillende
expliciete maatregelen voor die genomen moeten worden om eventuele (uitbreiding
van) brand in het nog te bouwen zonnepark zo effectief mogelijk te voorkomen.
Voor alle voorgestelde maatregelen is "akkoord" getekend. Zoals
goede bereikbaarheid van de trafo's, omvormers en inkoopstation voor de
brandweer, maaien van vegetatie rond de meest kwetsbare / gevaar zettende
onderdelen, noodschakelaars om de PV generator bij incidenten te kunnen
uitzetten, brandvertragende bekabeling, goede informatievoorziening over
indeling van het zonnepark, verplichte omheining en goede toegang voor
de brandweer, en een bluswater voorziening.
19 augustus 2021. Zonnepanelenbrand
kent ver strekkende gezondheidsrisicio's. Nogal over the top
conclusie van SGI Compliance uit Rotterdam, in een eigen bondige analyse.
Oordeelt u zelf. Het bedrijf heeft een eigen inspectiedienst, die ingehuurd
kan worden. En suggereert, dat na incidenten met deposities van verbrande
zonnepaneel deeltjes, een "asbest protocol" zou moeten worden
gevolgd (met verregaande eisen en ditto financiële gevolgen). NB:
diverse in het stuk genoemde cadmium verbindingen komen uitsluitend in
dunnelaag CdTe generatoren van, met name, het Amerikaanse First Solar
voor. Dergelijke projecten zijn er een paar van in Nederland, maar op
het geheel genomen (meer dan 700 zonneparken, vele duizenden rooftop projecten
op bedrijven) zijn ze een zeldzaamheid. Hetzelfde geldt voor projecten
met Gallium - arseenverbindingen. Dergelijke GaAs, CIGS en/of CIS projecten
zijn ook zeer dun gezaaid in Nederland (en waarschijnlijk niet eens als
zodanig bekend bij de brandweer). De verwijzing naar het "zeer giftige"
(lees: sterk reactieve) siliciumtetrachloride
(SiCl4) is op zijn zachtst gezegd hoogst curieus.
Dat is namelijk een tussenproduct in de enorme raffinaderijen die solargrade
silicium maken. Die bevinden zich vrijwel allemaal - op grote schaal -
in zwaar beveiligde installaties in China.
17 augustus 2021. Zonnepaneelbranden
vereisen landelijke aanpak. Gemeente van Den Helder vraagt om een
landelijke aanpak over de te volgen handelswijze bij branden met zonnepanelen.
Dit o.a. na vragen van de PVV over deze materie (bericht
2 aug. 2021).
25 juni 2021. Is
een PV-paneel met brandklasse C veilig? Vrij oppervlakkig artikel
op Gawalo.nl over brandklassen van zonnepanelen, gerangschikt onder codes
A tm. C.
10 maart 2021. Bouwspecial Brandveiligheid. Via deze
link op de site van Bouwwereld.nl is een special magazine op te vragen
over brandveiligheid en zonnepanelen, bezien vanuit het standpunt van
de bouwsector. Dit, naar aanleiding van het feit dat er waarschijnlijk
veel meer "BIPV" zonnedaken (in casu geïntegreerde,
zogenaamde "in-dak PV systemen") gerealiseerd zullen gaan worden.
Vooralsnog een zeer klein segment van het totaal PV volume in Nederland,
waarbij wel een opvallend aantal incidenten waren te betreuren in de afgelopen
jaren (zie incidenten overzicht
op deze pagina). In deze special concrete praktijkvoorbeelden, producten
en verhalen van experts. Experts en fabrikanten delen hun kennis om een
brandveilige gebouwde omgeving te realiseren. "Een goed systeem en
goede installatie zijn een minimale vereiste, maar of er verdere maatregelen
nodig zijn, hangt af van de situatie".
januari 2021.
Solar verzekeraar Solarif schreef voor Solarplaza een 14 pagina's lange
"brand preventie whitepaper", met de titel "A Fireproof
Business. Fire safety assurances for rooftop PV installations". Behandeld
worden onder anderen de secties probleem analyse; analyse van de "setting"
van het betreffende gebouw; inzet van materialen op het dak, kabelmanagement,
en waar op te letten tijdens installatie; inspectie en onderhoud. 1 van
de vele tips ter preventie van - uitbreiding van de - brand, is compartmentalisatie
van de PV generator op grote platte daken: er moeten paden tussen de delen
worden gemaakt, om eventuele uitbreiding van brand van 1 sectie naar de
rest te voorkomen. In Polder PV's langjarige historie van vele honderden
satelliet- en luchtfoto's bekijken, komt het nog niet vaak voor, maar
lijkt er de laatste jaren wel meer "gesegmenteerd" te worden
bij de grotere projecten. Opmerkelijk is de vaststelling dat "meer
dan de helft van de huidige PV installaties voldoet niet aan de [in de
whitepaper besproken] veiligheids-voorschriften".
De whitepaper is te
vinden in het publicatie
overzicht van Solarplaza, en, na inschrijving, te downloaden.
23 december 2020.
Het in risico inspecties gespecialiseerde bedrijf Burghgraef
en van Tiel heeft een succesvolle
test uitgevoerd bij Trones in Enschede (webarchive link), om te bezien
of een brandwerende coating kan voorkomen dat eventuele brand
in een PV generator op het dak kan "doorslaan" het dak in. Gepoogd
werd, om een stalen dak voorzien van EPS-Se-isolatie (polystyreen) en
PVC dakbedekking in brand te steken, waarop een zogenaamde keramische
coating van enkele millimeters dik was gespoten (onder het PV systeem).
Het lukte niet, om zo'n "doorslag" van de brand richting het
isolatiemateriaal te forceren. De, wat samenstelling betreft, nog onbekende
coating, is separaat getest, en men kwam op een - spectaculaire - levensduur
van 50 jaar uit, wat veel langer is dan de waarschijnlijk meest toegepaste
PV installaties. De coating zou ook kunnen voorkomen dat bijvoorbeeld
vuurpijlen die op het dak belanden, of dakdekkers, die bijvoorbeeld met
branders een nieuwe bitumen laag aanleggen, een brandhaard voor de isolatie
onder het dak zouden kunnen opleveren. Burghgraef claimt dat op deze wijze
"de veiligste daken ter wereld" zouden kunnen ontstaan. Althans,
waar het een potentiële gevarenbron vanaf de buitenzijde van het
dak betreft. 5% van de branden zouden hun oorzaak hebben bij fouten van
dakdekkers. Slechts minder dan 0,005% zou het gevolg zijn van (brandende)
PV installaties.
Nog niet alles is
"zeker", de wijze waarop getest wordt is ook van invloed. In
zogenaamde "vliegvuur" testen wordt namelijk geen rekening gehouden
met de hogere "brandlast" bij zonnepanelen, daar zou een ander
type test voor ontworpen moeten worden. Gezocht wordt naar een methodiek,
waarbij de combinatie van het type dak en de brandbaarheid van de panelen
wordt getest. Er wordt gewerkt aan een test met een "extra gecoat"
brandwerend doek, en een test met een "volledig onbrandbaar zonnepaneel".
Hoe die laatste er uit zou zien, wordt in het midden gelaten, mogelijk
worden hier glas-glas panelen bedoeld ?
In ieder geval een
bemoedigende ontwikkeling, waarmee verzekerbaarheid van bestaande daken
met polystyreen of polyurethaan isolatie onder het dak in het huidige,
kritische "tijdsgewricht" voor verzekeraars, een stap dichterbij
zou kunnen gaan komen.
Zie ook de visie van
het bedrijf op de verzekerbaarheid van panden met (grote) PV-systemen
(artikel
van 9 december 2020), en twee technische stappenplannen met aanwijzingen
om brandrisico's te minimaliseren. Waarbij controle door Scope 12 gecertificeerde
inspecteurs een must zijn. De eerder verschenen "Stappenplan
zonnepanelen op een brandbaar geïsoleerd dak", resp. "Stappenplan
zonnestroominstallaties > woningcorporaties" zijn niet meer
beschikbaar op de website. Wel is er ook een artikel "Praktische
tips en handvatten voor de verzekerbaarheid van zonnepanelen" verschenen,
in
Schade-Magazine.nl.
21 december 2020.
Het Instituut Fysieke Veiligheid heeft een 42 pagina's dik rapport gepubliceerd
(hier
te downloaden), met de uitgebreide titel "Vooronderzoek depositie
bij branden met zonnepanelen. Versie 20 maart 2022 alhier.
Een verkennende studie naar de depositie van verbrandingsproducten als
gevolg van brand met substantiële hoeveelheden zonnepanelen".
Dit naar aanleiding van vragen en druk
uit de Tweede Kamer, het gevolg van "deposities" (lees:
zonnecel scherven en verkoolde backsheet partikels) na twee grote branden
in Rutten in juli dit jaar
(NOP, Fl.), en, snel daar na, in
't Veld (Noord-Holland). Het rapport geeft de resultaten van een internet
zoektocht naar brand incidenten weer, zowel naar NL- als Engelstalige
berichten, maar, curieus, géén inventarisatie van de omvangrijke
berichtgeving in wereldmarkt Duitsland. Daarmee komt het IFV voor de onderzochte
periode 2018 tot en met 26 oktober 2020, lees dat s.v.p. goed, "het
jaarlijks aantal branden waarbij zonnepanelen betrokken zijn", op
in totaal 95 brand incidenten, die in een database zijn opgenomen. Van
de al jaren door Polder PV gerapporteerde incidenten vóór
2018 is niets opgenomen in het rapport. Het merendeel van de 95 gevonden
brand incidenten was in 2020 (tm. eind oktober), 37 stuks, zie tabel verderop.
Heel erg belangrijk is om de twee "criteria" aan te geven die
zijn gebruikt bij de inventarisatie, cursivering is van Polder PV:
- "Alleen
incidenten waarbij de zonnepanelen daadwerkelijk in brand hebben gestaan
zijn meegenomen, variërend van één enkel paneel tot
grote hoeveelheden panelen. De brandoorzaak of ontstaansbron van
de brand hoeft niet bij de zonnepanelen te liggen.
- Incidenten
waarbij alleen sprake was van oververhitting of andere mankementen die
niet tot brand in de zonnepanelen hebben geleid, zijn niet meegenomen.
Branden in randapparatuur waarbij geen zonnepanelen betrokken
raakten, zijn niet meegenomen. Dit, in tegenstselling tot Polder PV,
die meerdere incidenten met omvormer, schakelkast, en trafostation branden
bij / van PV installaties heeft meegenomen.
Deposities
- 1 belangrijk incident vergeten
Het is geen (voor)studie
naar de oorzaken van de branden, maar naar de mogelijke gevolgen
ervan. Er wordt sterk de nadruk gelegd op de branden waarbij
deposities zijn gemeld, maar u ziet al aan de tabel, dat zelfs van het
geringe aantal branden waarbij zonnepanelen (in)direct zijn betrokken,
dat een fractie is geweest. Totaal, aanvankelijk, 4 gemeld of "bekend"
(1x 2019, 3x 2020), met daarbij de mededeling dat er later een bericht
was van een brand met depositie op 14 oktober dit jaar (incident
Visvijverweg Lelystad), maar "dat het niet meer mogelijk is geweest
aanvullende informatie over deze brand te verzamelen". Er zullen
echter beslist meer branden met "deposities" zijn geweest (niet
alleen van zonnepaneel restanten, maar van alles wat maar heeft gebrand
in de betreffende panden), maar daar is niets tot zeer weinig van bekend.
Een belangrijke kandidaat is de enorme brand (klassificatie GRIP 1) van
afval loodsen van HVC in Middenmeer (NH), in augustus 2015, waar Polder
PV uitgebreider bij heeft stilgestaan in
een separaat artikel op de website. Die loodsen, tot de grond toe
afgebrand, en 80 containers aan afval opleverend, droegen een generator
van 972 PV modules, die bijna allemaal verloren zijn gegaan. De brand
was zo heftig, dat op zuidelijk Texel, 32 kilometer noord-waarts, de
schuin wegtrekkende rook kolom zichtbaar was. Op een video
vanuit een drone zijn dikke zwart-grijze wolken met asdeeltjes te zien
die oostwaarts drijven, richting de weilanden benoorden Medemblik. Dit
is een zeer belangrijke kandidaat voor een brand waar we gegarandeerd,
vanwege de heersende windrichting, een flinke "depositie" in
de omgeving mochten verwachten. Hier is echter destijds niets over gemeld
in relatie tot de PV generator. De gemeente meldde dat er geen hoge concentraties
schadelijke stoffen zouden zijn vrijgekomen. Wel werd destijds door de
Veiligheidsregio geadviseerd:
"Heeft u roetaanslag op groenten uit uw volkstuin. Advies: Niet schoonmaken
maar weggooien".
De cijfers
- aantallen
Goed om te beseffen
waar alle reuring over gaat, gezien alleen al de 220 duizend brandmeldingen
resp. ruim 64 duizend woningbranden per jaar (Federatie
Veilig Nederland). In de waslijst gepresenteerd door het IFV, wordt,
ronduit bizar, en tot groot verdriet, in het geheel géén
gewag gemaakt van de al tien
jaar durende detail inventarisatie van Polder PV naar brandincidenten
met zonnepanelen, ook TNO zweeg hierover eerder al in alle talen ...

^^^
© 2020 Instituut Fysieke Veiligheid (rapport)
Van de
gevonden incidenten, was in 2018 en 2019 iets meer dan de helft bij woningen,
in 2020 was echter het aantal incidenten bij "niet-woningen"
wat hoger (wordt getoond in aparte grafiek in rapport). Drie branden "hebben
plaatsgevonden in zonneparken" (de beruchte trafo branden bij Zonnepark
de Munt in Emmeloord inbegrepen).
Het rapport
bestaat uit drie hoofd secties, een uitlijning van de onderzoeksmethodiek,
de resultaten van het vooronderzoek, en de conclusies. Het geheel wordt
afgesloten met een literatuur lijst (groot deel ook al lang op onderstaande
overzicht terug te vinden), een lange lijst met enkele parameters van
de gevonden 95 brand incidenten, een digitale vragenlijst over 25 grote
branden en/of branden waarbij enige mate van "depositie" werd
gerapporteerd, en antwoorden met meer details over gevonden "casussen",
door de lokale brandweer korpsen. Hierin o.a. meldingen over eventuele
"deposities" in de omgeving, (schattingen van) aantallen getroffen
zonnepanelen, getroffen vierkante meters (verbrand) dak oppervlak, een
enkele keer ook een merk paneel genoemd. Ook regelmatig meldingen dat
de PV generator (waarschijnlijk) niet als oorzaak van de brand kon worden
gezien. En verwarrende meldingen van vondsten van delen van de "bovenlaag
van zonnepanelen", waarbij zeer expliciet wordt bedoeld: scherven
van in de gebroken zonnepanelen blootliggende (kristallijne) zonnecellen,
die door de sterke opwaartse convectie tijdens de brand, omhoog en flink
zijwaarts, de omgeving in zijn verplaatst, zoals in casus
Heythuysen (max. 5x5 cm. grote scherven gevonden). Van de nodige branden
kon geen detail info (meer) achterhaald worden, vooral branden in 2018.
Van branden waarvan wel detail info aanwezig was, zijn rapportages, filmbeelden
e.d. toegevoegd aan de rapportage door IFV.
Voor
woningbranden wordt aangenomen dat eventuele "deposities" van
materialen (van zonnepanelen) buiten de invloedssfeer van het betreffende
pand gering of afwezig zijn, omdat dergelijke branden meestal niet "zeer
groot" kunnen worden, de zogenaamde "pluimstijging" gering
blijft, en het aantal panelen vaak zeer beperkt is. Sowieso gaat er natuurlijk
meestal een (groot) deel van het hele dak in brand, bij de grotere woningbranden,
en zal alles wat kan branden in theorie kunnen "deponeren" in
de buurt.
De hoofdvraag
van dit vooronderzoek was: "Wat is er bekend over depositie bij branden
waarbij zonnepanelen zijn betrokken?"
Verder
zijn de volgende deelvragen geformuleerd:
- Hoe vaak
komen branden met zonnepanelen in Nederland voor?
- Hoe vaak
is er bij branden met zonnepanelen sprake van depositie?
- Welke
verbrandingsproducten komen vrij bij branden met zonnepanelen?
- Wat is
de mate van verspreiding van deze verbrandingsproducten?
- Hoe schadelijk
zijn deze verbrandingsproducten voor mens en milieu?
- Welke
maatregelen (kunnen) worden genomen om verspreiding zoveel mogelijktegen
te gaan?
- Op welke
wijze kunnen deze verbrandingsproducten verantwoord worden opgeruimd?
Veel vragen zijn nog
lang niet beantwoord.
Deposities
en gepercipieerde gevaren
Uit nader onderzoek
door IFV blijkt dat in totaal zo'n 8 (van de in totaal 95) casussen van
- grotere - branden zijn gevonden waarbij er sprake is geweest van "deposities"
(bedoeld: onderdelen, celscherven van zonnepanelen, maar dit kan ook andere
materialen van het dak betreffen). Van 2 is bekend dat alleen de incident
lokatie is getroffen, bij 6 van de 95 (ruim 6%) waren er ook deposities
"in het effectgebied".
Het is nog geen algemene
praktijk dat een incidentgebied (standaard) op deposities wordt onderzocht,
er is sowieso nog onvoldoende bekend over dergelijke - nog steeds zelden
voorkomende - deposities in relatie tot gevaarlijke stoffen. Mocht uit
nader onderzoek blijken dat er wel degelijk een risico bestaat, moet hiervoor
een nieuw protocol worden opgesteld waarbij bij de uitvoering ook de verantwoordelijke
gemeente en Veiligheidsregio moet worden betrokken. Er is vanwege de schaarse
praktijk informatie in Nedeland derhalve vooral een literatuurstudie gedaan.
Verbrandingsproducten
Zonnepanelen kunnen,
zoals vrijwel alles, verbranden, als het vuur heet genoeg is geweest en
lang heeft aangehouden. "Ze zijn brandbaar, ongeachte ingezette technologie",
en kunnen "zelfstandig blijven branden bij grote brand". Na
enkele minuten kunnen glasplaten barsten, het glas, en de gebruikte films
kunnen vervolgens gaan "druipen", waardoor onderliggende materialen
ook in brand kunnen vliegen (als dat al niet eerder is geschied). Glas-glas
modules zouden minder verbrandingswarmte en rookgassen genereren omdat
de backsheet folie ontbreekt. Het is waarschijnlijk dat er gasvormige
giftige stoffen vrijkomen, evenals uittreding van kleine hoeveelheden
giftige zware metalen. Als de brand heet genoeg is/wordt (600 graden C)
kunnen in bluswater en rook stoffen voorkomen als glas, een serie metalen,
waarvan aluminium en koper de grootste hoeveelheden zal betreffen. Lood
uit nu nog gebruikte soldeerverbindingen is bijvoorbeeld een potentiële
risico factor, maar er wordt aan gewerkt om dat op termijn te vervangen
of andere technologie in te zetten.
De genoemde andere
metalen (molybdeen, zink, gallium, indium, tin, cadmium, arseen, selenium
en hun oxides), komen alleen in het zeer beperkte areaal aan dunnelaag
modules voor. Er worden nogal wat woorden vuil gemaakt aan de gevaren
van cadmium (CdTe modules) en arseen en selenium, al wordt ook gesteld
dat uit sommige onderzoeken blijkt dat door smelten van materialen, eventuele
uittredene chemicaliën worden vastgelegd en ingekapseld. De beroemde
Amerikaanse producent van CdTe modules, FirstSolar was trouwens een van
de eerste grote commerciële zonnepaneel producenten die een compleet
eigen recycling programma heeft opgestart voor hun "end-of-life"
modules. Er zou meer onderzoek nodig zijn om vast te stellen wat de risico's
daadwerkelijk zullen zijn, "studies op grote schaal en onder realistische
condities ontbreken". Een recente studie vond dat "de kans op
overdracht van cadmium en andere stoffen na branden met zonnepanelen via
de melk van de koe naar de mens zeer gering lijkt". Maar dat geldt
niet alleen voor branden met zonnepanelen, maar voor de meeste branden.
Sowieso is juist het karakter van dunnelaag modules, dat er minimale
hoeveelheden materialen worden gebruikt, die in zeer dunne laagjes
worden ingezet. Dus de hoeveelheden grondstoffen die zijn ingezet, en
die "een (nog onbekend) risico" zouden kunnen vormen, zijn en
blijven beperkt.
Dunnelaag
- zeer beperkt in projecten bestand
Feit is, dat in Nederland,
de populaties van dergelijke volumes aan dunnelaag panelen zeer beperkt
zijn. Ik heb dat nagezocht in mijn enorme projecten database. Die concentreert
zich vooral op de grotere projecten, en omvat daarmee slechts een gedeelte
van het totale volume van de categorie "alle economische activiteiten"
die het CBS hanteert, en die tm. 2019 met de laatst bekende cijfers al
99.731 projecten zou hebben omvat (voor laatste globale stand van zaken
CBS, zie artikel
14 december 2020 op Polder PV). Van lang niet alle projecten is zeker
wat het aandeel dunnelaag modules in het totaal is, er komen in de populatie
met dunnelaag hebbende modules namelijk regelmatig ook kristallijne deel-generatoren
voor. Ik heb dat verder genegeerd, en een optelling gedaan voor alle modules
in de betreffende projecten, en dat gerelateerd aan het totaal volume
voor álle in mijn projecten overzicht aanwezige installaties. Het
totaal aantal projecten met dunnelaag modules, onder te verdelen in amorf
Si (diverse varianten, waaronder ook een combinatie amorf / microkristallijn
Si), CIS, CIGS, en CdTe, is slechts 3% van het volume van alle projecten
in mijn database, omvat 5% van het totaal aantal PV modules, en slechts
2% van de totale capaciteit. Kijken we naar het totale door CBS gerapporteerde
aantal PV projecten "alle economische activiteiten", is het
aandeel dunnelaag (NB: inclusief een geringe populatie dunnelaag projecten
in mijn database opgeleverd in 2020) zelfs nog maar minder dan
0,3%. Het gaat daarbij dus om zeer kleine volumes, een compleet
ondergeschikt deel van de totale markt in Nederland, waar dan ook nog
eens een beperkte materialen inzet in aanwezig is. Ik zal beslist nog
wel e.e.a. over het hoofd hebben gezien, met name de wat kleinere projecten,
maar dat zal de uitkomst beslist niet substantieel wijzigen. Tel daarbij
op, dat het aantal branden op panden met zonnepanelen sowieso al extreem
klein is, en we houden bijna verwaarloosbare risico's over over gezondheid-
en veiligheids-problemen waar het branden van projecten met dunnelaag
modules betreft. Vergeet daarbij nooit, dat een leven in een moderne,
extreem complexe samenleving, nooit 100% "veilig" kan, noch
zál zijn. Hoe graag u dat ook zou willen. Het is een fysieke onmogelijkheid.
We leven dagelijks met risico's, het enige wat we kunnen doen is die proberen
te beperken.
CdTe
Een uitzondering wil
ik hierbij wel noemen. Niet zozeer op het gebied van veiligheid, maar
op het vlak van de statistiek. Een opvallende positie nemen de CdTe modules
in, met slechts 5 (!) bekende projecten, die echter bij elkaar een omvang
hebben van bijna 400 duizend modules, bijna 48 MWp, en die daarbij 56%
van "alle" door mij gevonden dunnelaag modules claimen in de
grotere project populatie. 4 van die projecten zijn behoorlijk grote grondgebonden
zonneparken, waarvan 2 op industrieterreinen, 1 in het buitengebied, en
1 vlak naast / bij intensief gebruikte infrastructuur. Eventuele koppeling
met gevolgen door "pluimstijging" bij een felle brand (wat op
zich al byzonder zou zijn bij een grondopstelling) lijken juist bij dunnelaag
panelen voor de wijde omgeving niet van toepassing te zijn. Een deel van
de deposities veroorzaakt bij de schaarse branden die daar mee te maken
hadden, betreft namelijk de scherven van inerte zonnecellen in de "überdominant"
aanwezige kristallijne projecten. Die hebben dunnelaag modules helemaal
niet, die hebben slechts extreem dunne laagjes fotovoltaïsche films,
die waarschijnlijk al geheel on-site verbranden, als het vuur heet genoeg
is. Er zullen derhalve beslist geen scherven neer regenen in de omgeving,
op zijn hoogst verkoolde restanten indien van backsheets gebruik is gemaakt
(NB: er zijn ook dunnelaag modules met 2 glasplaten, waardoor eventuele
risico's nog verder worden ingeperkt). Voor die paar grote projecten die
ik in mijn database heb terug gevonden kunnen eenvoudig contingency plannen
worden gemaakt (iig voor de paar gevonden CdTe exemplaren). Voor de overige
44% van de dunnelaag projecten zullen de risico's zéér beperkt
zijn. Maar dat mag het IFV nader gaan uitzoeken.
Mate van verspreiding
- veel onbekend
Weinig is bekend over
de mate van verspreiding van de rookpluim, het IFV heeft er vrijwel niets
over gevonden. Deposities in de directe omgeving tot enkele honderden
meters zijn gemeld, de "kilometers" van de twee beruchtste recente
branden (met deposities) lijken vooralsnog een uitzondering. Over eventuele
beheersmaatregelen na deposities over grotere afstanden (wijze van opruimen,
afvoer van gevonden deposities) is niets gevonden in het literatuuronderzoek.
Om hier iets over boven tafel te krijgen, wordt dit kennelijk opgepakt
in een vervolg onderzoek.
Conclusies
Het IFV kon geen rode
draad of gemene deler identificeren voor het 8-tal (van 95) brand incidenten
waarbij depositie heeft plaatsgevonden of mogelijk kan plaatsvinden. Deze
vond in ieder geval plaats bij grotere branden, bij sommige van deze grotere
branden was er wel, bij andere weer geen sprake van deposities. IFV sluit
deposities echter niet uit, omdat het om een "relatief nieuw fenomeen"
zou gaan, wat niet als zodanig is onderkend dan wel "herkend".
Ook zijn niet alle vragenlijsten ingevuld op dit punt, "er ontbreekt
een totaalbeeld" bij de grotere branden.
Zowel niet- als (potentieel)
gevaarlijke stoffen kunnen vrijkomen, zoals trouwens bij alle branden,
dus dat is feitelijk niets nieuws onder de zon. IFV stelt dit zelf ook,
schadelijke stoffen kunnen bij alle branden in de (directe) omgeving vrijkomen.
Daarbij kan sprake zijn van glas - in het geval van zonnepanelen veiligheids-glas,
wat bij breuk zal verbrokkelen en vrijwel uitsluitend "on-site"
zal blijven (en onschadelijk). Naast de uit literatuurstudie reeds bekende
gevaarlijke probleem stoffen hierboven genoemd, kunnen ook, uit kunststoffen
en organische materialen in de zonnepanelen uittreden na brand: koolstofmonoxide,
waterstofchloride, benzeen en waterstofcyanide, formaldehyde, styreen
en waterstoffluoride uit polymeren.
Specifieke omstandigheden,
de zonnepanelen (type, hoeveelheid, en de betrokkenheid ervan bij de brand),
en de mate van verspreiding van verbrandingsproducten, evenals van de
(directe) blootstelling eraan en de duur daarvan zijn bepalend voor "eventuele
schadelijke gevolgen voor mens, dier en milieu". Waarbij er dus geen
enkele zékere relatie is te leggen met standaard veiligheids-risico's.
Het hangt allemaal van het type en verloop van het incident af, een generieke,
universeel toepasbare maatstaf is niet te geven.
Waar het IFV wel op
stuitte, is het groot aantal kennis "hiaten" over de materie.
Waar onder:
- Brandgedrag
per type paneel.
- Aard van
vrijkomende stoffen (per type paneel): niet duidelijk.
- Beheersmaatregelen
na (grote) brand met depositie: niets over bekend.
- Vooral
"zichtbare deeltjes" in de zeldzame gevallen met deposities
(lees: vooral scherven van c-Si zonnecellen, en verkoolde resten van,
waarschijnlijk met name de kunststof backsheets, vermengd met andere
materialen in het verbrande dak). De eventuele gevaren van deze deeltjes
voor levende have en/of de leefomgeving: onbekend.
- Over mogelijk
uittredende gassen en vloeistoffen uit brandende zonnepanelen is vrijwel
niets bekend.
- Onderscheid
met ándere verbrande materialen "niet zijnde restanten van
zonnepanelen" is niet goed te maken volgens IFV, waardoor
zowel onder- als overschatting van de problematiek kan resulteren. 1
uitzondering wil Polder PV hier echter beslist maken: scherven van kristallijne
zonnecellen zijn behoorlijk uniek (zeer dun en breekbaar, zilveren contact
lijntjes aan 1 zijde, lichtblauwe tot zwarte kleur), en kunnen derhalve
door getrainde ogen beslist wél herleid worden tot "verbrande
(kristallijne) zonnecellen. Voor een van de typische foto's van de gevonden
Si-cel scherven (NB: dus niét "glas deeltjes" zoals
geclaimd), zie het gefotografeerde
exemplaar in Nieuwe Oogst, n.a.v. de boerderij brand in Rutten (NOP,
Fl.) in juli 2020.
- Toekomstige
branden waar depositie heeft plaatsgevonden moeten diepgaander / nauwkeurig(er)
worden onderzocht op feitelijke effecten op de omgeving.
- Over gevaren
op mens, dier "en milieu" is feitelijk weinig tot niets bekend.
De inschatting van Polder PV blijft: afgezien van de scherpe silicium-cel
scherven, die voor dieren potentieel problemen zouden kunnen
geven in de maanden na zo'n incident (daarna zullen door combinatie
wind, temperatuur schommelingen, regen, oxidatie, betreding / berijding
van de percelen, etc., de scherven verder verbrokkelen tot kleine deeltjes),
zouden de gevolgen wel eens "zeer beperkt" kunnen zijn. Ook
dat mag het IFV proberen te acherhalen, en dat zal geen sinecure blijken.
Discussie
Omdat "branden
met zonnepanelen" niet systematisch zouden worden bijgehouden - volgens
het IFV dan, Polder PV bewijst dat er al tien jaar dossiervorming bestaat
op dit gebied, wat echter het graf in wordt genegeerd - zou er een onder-rapportage
kunnen zijn van het aantal incidenten. Niet alle incidenten zijn terug
te vinden op sociale media, of in de Google databanken en caches, niet
alle (bijna) branden worden gemeld bij de brandweer of verzekeraars. Dit
geldt vooral voor de kleinere branden die door de eigenaar van de zonnepanelen
zelf zijn geblust. Aanwezigheid en/of betrokkenheid van zonnepanelen bij
brand incidenten wordt ook niet altijd gemeld. Als het "fenomeen"
beter bekend zou zijn geweest (nogmaals: Polder PV rapporteert hier al
tien jaar over...), zouden de uitkomsten van dit vooronderzoek wellicht
anders hebben kunnen uitpakken.
Risico afschatting
De kans op brand op
een object met zonnepanelen is niet meegenomen in deze studie, zodat een
echte risico afschatting niet mogelijk zou zijn volgens het IFV. Het zou
"onmogelijk zijn het aantal branden met zonnepanelen af te zetten
tegen exacte cijfers van het aantal geïnstalleerde panelen in Nederland".
Daar valt beslist wel wat op af te dingen, wat Polder PV betreft. Natuurlijk,
het aantal brand incidenten waar zonnepanelen "bij betrokken zijn",
zal beslist hoger zijn, maar de resultaten van deze voorstudie laten kristalhelder
zien, dat het allemaal zeer beperkt blijft en beperkt zal blijven
(ondanks de flink toegenomen media aandacht). IFV claimt in hun rapport
dat het aantal geïnstalleerde panelen niet bekend is, maar Polder
PV houdt daar ook al jaren een separaat overzichtje van bij, wat, gezien
de gemiddelde module omvang die per jaar wordt ingezet (en blijft toenemen),
wel redelijk betrouwbaar berekend kan worden, vanuit de (af en toe bijgestelde)
CBS capaciteits-cijfers per jaar, en de daaruit afgeleide jaargroei volumes.
Tot en met 2019 komt Polder PV op een geaccumuleerd volume van maar liefst
26,5 miljoen zonnepanelen in Nederland. Uitgaande van de door Holland
Solar gesuggereerde - record - jaargroei van mogelijk 2,8 GWp in 2020
(Solar Power Europe Market
Outlook rapport 2020-2024), zou het eindejaars-volume dit jaar wellicht
op kunnen lopen richting de 35,3 miljoen PV modules (uitgaande van een
conservatieve aanname van 320 Wp gemiddeld per paneel voor de toevoegingen
dit jaar).
Het IFV gaf alleen
voor 17 van de grotere branden wat cijfers, en kwam (bij opgegeven "oppervlaktes"
gerekend met 1,62 m² per paneel, op 1 uitzondering na), grofweg op
bijna 6 en een half duizend verbrande PV modules in die grotere incidenten.
De uitzondering betrof een bekende brand bij Polder PV, waarvan het exacte
aantal panelen wat verloren is gegaan bekend is (en wat een stuk hoger
ligt dan wat IFV voor oppervlakte geeft voor die generator). Polder PV
kwam, grof tellend in zijn incidentenlijst voor de jaren 2018-2020, op
een volume van ruim 8.400 modules die in brand zouden kunnen zijn gevlogen.
Het totaal aantal verloren gegane zonnepanelen op woonhuizen is, alleen
al vanwege hun karakter (kleinschalig) zeer beperkt. Het totale, grof
berekende verlies zou slechts 0,02% (0,2 promille) van
het mogelijke geaccumuleerde volume aan geïnstalleerde panelen zijn,
eind 2020. Zelfs als we, met een tienvoudige factor zouden rekenen (en
er dan, hoogst onwaarschijnlijk, van uit zouden gaan dat 90% van de "verbrande
zonnepanelen incidenten" nooit in de publiciteit gekomen zou zijn),
kom je in het meest pessimistische scenario uit op 0,2% (2 promille) van
het totaal.
Kijken we naar het
totaal aantal door IFV gevonden 95 branden, is dat op een totaal van de
1,06 miljoen PV installaties in Nederland, eind 2019 (laatst
bijgestelde CBS cijfers), ook al zeer beperkt: minder dan 0,01%. Eind
2020 zullen er natuurlijk alweer veel meer projecten zijn bijgekomen,
dus dat aandeel wordt nog veel kleiner als die cijfers bij benadering
bekend zullen worden gemaakt door het CBS.
Polder PV heeft voor
de jaren 2018-2020 nog gecheckt of eigen onderzoek nog tot niet gevonden
incidenten in de IFV lijst heeft geleid. Ik blijk 2 incidenten te hebben
ontdekt die het IFV niet had gevonden, maar zij blijken met een uitgebreide,
"multi-level" internet search wel wat meer branden te hebben
ontdekt waarbij zonnepanelen direct of indirect zouden zijn betrokken.
Van veel incidenten is echter zeer weinig bekend.
Tot besluit
Het IFV besluit het
rapport met de opmerking dat er "mogelijk meer informatie achterhaald
had kunnen worden bij andere partijen" (met name over de gevolgen
voor de omgeving), en "moet simpelweg geconcludeerd worden dat er
nog veel onbekend is over dergelijke typen branden".
De organisatie zet
het onderzoek in januari 2021 voort, waarbij het doel is om "een
handelingsperspectief te bieden aan betrokken partijen bij grootschalige
incidenten met zonnepanelen". Subdoelen zijn, o.a. beantwoording
van de vragen: "Welke mogelijkheden zijn er om de eventuele gezondheids-
en milieurisico's te beperken?" En "Hoe kunnen neergeslagen
verbrandingsproducten op een veilige en verantwoorde wijze worden gesaneerd?"
Nagekomen
Op 15 juli 2021 werd
na literatuuronderzoek een "definitieve" rapportage gepubliceerd
door het IFV, Depositie bij branden met zonnepanelen, met daarin
de conclusie dat "bij branden met zonnepanelen geen specifieke gevaren
[zijn] te verwachten in de vorm van toxiciteit. Wel kunnen resten van
zonnepanelen die neerkomen in de omgeving vanwege de scherpe randen schadelijk
zijn voor bijv. grazend vee. Dit soort resten moeten ook niet in de voedselketen
terechtkomen. Ze moeten daarom worden opgeruimd".
Verder concludeert
het IFV "Er bestaat echter geen specifieke aanpak voor het opruimen
van de resten van zonnepanelen die in de (verre) omgeving terechtgekomen
zijn en alles wat er verder bij komt kijken (verzekering, zorg voor voedselveiligheid
etc.). Er bestaat onduidelijkheid over taken en verantwoordelijkheden
en er moet ad hoc geïmproviseerd worden.
Tot slot stelt het
IFV: "Het ontbreken van een landelijke aanpak is overigens niet uniek
voor (on)verbrande resten van zonnepanelen. Dit is ook het geval voor
het opruimen van (on)verbrande resten isolatiemateriaal, dakbedekking
e.d. die bij een grote brand in de omgeving verspreid worden. Het is daarom
wenselijk dat voor de nafase van dit soort incidenten een landelijke aanpak
ontwikkeld wordt. Alleen specifiek voor de aanpak (inclusief nafase) van
asbestincidenten bestaat een landelijke handreiking". Het rapport
is hier
te downloaden. Versie 20 maart 2022 bij NIPV alhier.
Bronnen:
Vooronderzoek
naar verbrandingsproducten zonnepanelen
(nieuwsbericht IFV van 17 december 2020)
Volledige
rapport IFV (pdf, 42 pp.)
Onderzoek
naar rol zonnepanelen bij branden (Omroep Zeeland, 18 december 2020)
N.a.v. het
rapport verscheen er nog een kort item bij Omroep Zeeland op
1 februari 2021, met een video met interview met Edwin de Maat van
brandweer Zeeland over "brand en zonnepanelen". En het blussen
van een brand van een vrijstaande (vakantie ?) woning met zonnepanelen.
Echter zonder indicatie van lokatie, noch werd de oorzaak van die brand
bekend gemaakt (als die al gevonden kon worden).
16 december 2020.
2e versie Preventiebrochure
voor PV-installaties - Technische informatie voor verzekeringsprofessionals.
pdf op website van Verbond van Verzekeraars. Nieuwe versie van eerdere
brochure waar de zonne-energie branche zich destijds kritisch over heeft
gebogen en advies voor verbeteringen heeft gegeven aan het Verbond van
Verzekeraars (VvV). Holland Solar "vraagt hierbij nogmaals de aandacht
van haar leden voor het kwalitatief goed installeren van de systemen en
blijft, samen met haar leden en andere belanghebbenden, werken aan het
verder verbeteren van het kwaliteitsborgingssysteem van de sector",
met verwijzing naar deze nieuwe brochure ("een stap in de goede richting"),
in hun bericht
van 16 december 2020. Een van de nieuwe onderdelen is de paragraaf over
het door de zonne-branche bevorderde SCIOS Scope 12 protocol, waardoor
zeker de grotere installaties inspectie keuringen zullen moeten gaan krijgen.
Overigens staat het
eerste exemplaar van deze folder ook nog steeds op de site van de VvV
(pdf).
En, wat Polder PV opviel bij het browsen door de nieuwe versie. Er staat
helaas sowieso al een lerp van een fout in, op pagina 4: "Netbeheerders
stellen in de toekomst het plaatsen van een slimme meter verplicht om
in aanmerking te komen voor saldering". Dat is klinkklare nonsens,
slimme meters zijn en blijven niet "verplicht",
en ook netbeheerders kunnen en mogen dat beslist niet afdwingen ! Voor
eind 2022 moeten wel alle kleinverbruikers zijn voorzien van "een
meter die netinvoeding en netafname separaat geijkt meten" (om de
afbouwregeling voor salderen per 1 januari 2023 voor iedereen uniform
te kunnen laten gelden, zie bespreking
van wetsvoorstel door Polder PV). Niets meer, niets minder. Dat kan
dus ook gewoon een niet op afstand uitleesbare "domme digitale meter"
zijn. Een belangrijke omissie die in versie 3 van deze folder, "geschreven
voor verzekeraars, door verzekeraars" *, gerepareerd dient te worden
...
* Met als
disclaimer aan het eind van de folder: "De maatregelen en adviezen
zijn algemeen gesteld en zijn uitsluitend bedoeld als hulpmiddel om eventuele
schade te voor- komen of te beperken. Voor elke situatie zal een deskundige
een complete inschatting moeten maken."
10 december 2020.
Actueel thema brand, zonnepanelen, en inspecties, in Solar
Magazine, december 2020 & Marktgids
Zonneenergie 2021, december 2020. 3 artikelen in deze twee op het
eind van 2020 gepubliceerde publicaties:
(1) "Verzekeringsprobleem
met zonnepanelen veel groter dan in eerste instantie gedacht", interview
met algemeen directeur van Holland Solar, Wijnand van Hooff. Solar Magazine
11(5) / december 2020: pp. 27-29. Van Hooff wijst "oorzaak zonnepanelen"
voor de koudwatervrees als primaire oorzaak van de hand. Het
zou vooral aan de combinatie liggen van de al jaren onprofijtelijke vastgoed
verzekeringen, en de zeer rap toegenomen aanleg van PV installaties op
dat vastgoed. Hij schetst de contouren van de gesprekken met de verzekeringsbranche,
en maakt zich met name zorgen over de mogelijke aanscherping van verzekeringsvoorwaarden
voor al langer bestaande grote PV projecten op daken. Hij stelt dat er
binnen een half jaar duidelijkheid moet zijn over de minimale
kwaliteitseisen die aan PV-systemen mogen worden gesteld. In ieder geval
dienen op dat punt individuele verschillen tussen verzekeraars te zijn
verdwenen, om weer rust in de markt te krijgen. Een cruciaal punt zal
zijn hoe om te gaan met bestaande installaties op daken met - door de
verzekeraars als riskant beschouwde - brandbare (kunststof) isolatie materialen.
Zo'n dak-geïntegreerde isolatie laag is immers slechts tegen zeer
hoge kosten te vervangen (en de hele generator zal daarbij ook nog langdurig
van het dak moeten), dus daar is de race zeker nog niet gelopen.
(2) "Brandgevaar
mag geen rem zetten op opmars van zonnepanelen". Solar Magazine 11(5)
/ december 2020: pp. 49-51. Interview met voorziter van de Mineral Wool
Association (MWA), Louis Cleef. Deze zet zit af tegen de branche die nog
wel brandbare isolatiematerialen als EPS en vergelijkbare materialen toepast
(artikel september
2020 in Solar Magazine 11(4): pp. 43-45), en vindt de riscio's in
combinatie met zonnestroom installaties te groot. In Europa is als gevolg
van de grote brand in de Grenfell toren in London (2017, 71
doden tot gevolg) in veel landen verscherpte wetgeving voor de toepassing
van niet brandbare isolatiematerialen doorgevoerd. Nederland is volgens
Cleef 1 van de slechts 3 landen die dat (nog) niet heeft gedaan. Een hoog
risico, gezien de politiek gewilde combinatie energietransitie en zon
op dak. De gevolgen van doorslaande branden op daken met brandbare kunststoffen
zijn te groot, en onacceptabel, aldus Cleef. Het gaat bij de verzekerings-problemen
vooral om daken met een hoge vastgoed waarde, utiliteit en appartementen
hoogbouw boven de 13 meter, totaal goed voor zo'n anderhalf miljoen gebouwen.
Juist hier zouden veilige isolaties moeten worden gebruikt, vaak worden
hier ook al sprinkler installaties toegepast. Cleef besluit met de stellingname
dat, als het zou moeten gaan om schadebeperking en continuïteit van
het betreffende bedrijf of instelling, dat "toepassing van onbrandbare
isolatie met minimaal brandreactie klasse A2 de voorkeur verdient".
Dat is de op een na hoogste (strengste) Europese brandklasse, die uit
7 stappen bestaat. Het Verbond van Verzekeraars streeft naar isolatie
van gebouwen bij voorkeur vallend onder de 2 hoogste klassen.
(3) "Strengere
regels overheid leiden tot explosieve groei tekort aan gecertificeerde
installateurs, inspecteurs en keurders". Marktgids Zonne-energie
2021 / december 2020: pp. 123-125. Een titel die voor zichzelf spreekt:
ook op het gebied van inspecties van PV installaties gaat het krap worden
met de "(wo)manpower". Een extra risicofactor, in een overspannen
markt, waar ook branden en andere veiligheids-issues een steeds grotere
rol zijn gaan spelen. "De schatting is, dat Nederland in de komende
jaren zeker 500 tot 1.000 inspecteurs nodig heeft", die allemaal
met succes een Scope 12 examen afgelegd dienen te hebben. We hebben het
hier alleen nog maar over de commerciële daken en projecten. We willen
liever niet nadenken over dit brisante thema, als ook residentiële
systemen verplicht geïnspecteerd zouden moeten gaan worden, gezien
de reeds 1 miljoen installaties op woningen die
er begin 2020 al geaccumuleerd moeten zijn ...
3 december 2020. Motie
van het lid Agnes Mulder c.s. over knelpunten bij het verzekeren van zon-op-dakprojecten
- aangenomen. Het actieve CDA lid Agnes Mulder gaat niet over 1 nacht
ijs bij het "brandende" thema branden bij PV systemen, en verzekeringen
daaromtrent, zoals uit vorige stukken met een serie door Wiebes beantwoorde
vragen blijkt (zie items onder 16 november resp. 6 augustus dit jaar in
dossier hier onder). Ze diende op 3 december een motie in op dit onderwerp,
die vooral ook de zwakke positie van de financieel armlastige energie
coöperaties onderstreept, en de aantasting van de mogelijkheden voor
burger participatie bij de in Den Haag "gewilde" rooftop projecten.
De motie werd op 8 december met grote meerderheid (afgezien van tegen
stemmende FvD en PVV) aangenomen. De motie werd ook ondertekend door VVD
lid Harbers, en PvdA lid Moorlag.
"constaterende
dat er projecten met zon op dak zijn die geen doorgang vinden omdat de
verzekeringspremie wordt verdrievoudigd en de initiatiefnemers het project
financieel niet langer rondkrijgen;
overwegende dat
deze problemen met de verzekerbaarheid van zonnepanelen op daken een belemmeringen
vormen voor de energietransitie en voor inwoners die daaraan mee willen
doen;
verzoekt de regering,
om in gesprek te gaan met de energiecoöperaties over knelpunten bij
het verzekeren van zon-op-dakprojecten;
verzoekt de regering,
tevens een onafhankelijk onderzoek in te stellen naar de factoren, zoals
installatie, dakisolatie en constructie, van zonnepanelen op daken die
van invloed zijn op de verzekerbaarheid"
Aangezien de motie
is aangenomen, moet de overheid dit onderzoek dus daadwerkelijk laten
doen. De vraag is wie zo'n opdracht gaat krijgen. Wordt ongetwijfeld vervolgd.
1 december 2020. Zonnepanelen
op uw bedrijfsdak? Betrek tijdig de verzekeraar! Artikel op website
Risicoinbeeld.nl. Interview met vier betrokken specialisten bij verzekeringen
en professioneel werken op daken. Gesignaleerd wordt dat vaker zonnestroom
projecten op grotere daken - die al lang worden voorbereid - in een laat
stadium on hold worden gezet omdat de verzekeraar van het pand niet (op
tijd) is ingeseind, en deze allerlei bezwaren gaat aanvoeren. Nadrukkelijk
wordt dakeigenaren van grotere daken met zonnepanelen plannen geadviseerd,
om al in een vroeg stadium contact op te nemen met experts en de verzekering,
om niet voor onaangename verrassingen zoals
bij Thialf te komen staan. Een medewerker van inspectiebureau Burghgraef
Van Tiel claimt dat "Een derde van alle branden in zonnestroominstallaties
het gevolg is van een elektrisch defect", daarbij verwijzend naar
de connectoren, omvormers, en verdeelkasten. "Hoe groter de installatie,
hoe meer kabels en verbindingen, hoe groter het brandrisico". Verder
wordt het brandrisico groter als het dak is geïsoleerd met brandbare
isolatiematerialen zoals polystyreen of polyurethaan. De combinatie zonnepanelen
en brandbare isolatie kan voor een verzekeraar net de druppel zijn, waardoor
hij besluit om het risico niet meer te verzekeren. Want naast de zonnestroominstallatie
zijn er natuurlijk diverse andere oorzaken die een brand kunnen
veroorzaken." Die "laatste druppel" cq. "het laatste
zetje" voor de verzekeraars, werd ook door algemeen directeur van
Holland Solar benoemd, in een interview in het december nummer van het
Solar Magazine tijdschrift (zie 10
december bericht).
Het inspectiebureau
heeft op haar website een checklist
voor brandveilige zonne-energiesystemen geplaatst. Opvallend is dat
ze adviseren om geen indaksystemen te plaatsen, waarschijnlijk n.a.v.
het snel toegenomen aantal incidenten met dergelijke installaties. Daarvoor
dient eerst contact opgenomen te worden met het bureau, voordat men zich
aan dergelijke installaties moet "wagen". Bij daken met brandgevaarlijke
isolatie materialen als polystyreen of polyurethaan, adviseert het bureau
toepassing van glas-glas PV modules, in combinatie met vlamboogdetectie
in de omvormer configuratie.
Er wordt gewerkt aan
een oplossing voor daken met brandbare isolatie materialen. Burghgraef
van Tiel werkt met een brandwerend gecoat doek wat tussen het (geïsoleerde)
dak en de PV generator wordt geplaatst. Half december volgt een experiment,
waarbij ze zonnepanelen boven zo'n doek op een dak met polystyreen isolatie
in brand steken, om te kijken of het dak intact blijft. Vermoedelijk is
dat Thialf, of gaat dat ook bij Thialf getest worden, gezien een bericht
over een dergelijke oplossing bij verzekeraars-portal Amweb (4
december 2020, opgenomen in nasleep onder Thialf casus).
Jurjen Burghgraef
van het gelijknamige bedrijf over deze proefneming: "Slaagt deze
test, dan kunnen ondernemers ervoor kiezen de huidige isolatielaag te
laten liggen. Bovendien verleng je de levensduur van de dakbedekking en
kan er geen brand ontstaan na dakdekwerkzaamheden. Als het dak al veertig
jaar op het pand ligt met daaronder brandbaar isolatiemateriaal, zou ik
overwegen om de isolatie te vervangen. En de nieuwe glas-glaspanelen branden
bijvoorbeeld bijna niet. Die gaan voor ‘moeilijke’ daken de
oplossing zijn."
Remco de Mol, projectleider
en KAM-coördinator bij E2 Energie, wat veel grotere bedrijfsdaken
van PV installaties voorziet, en medeontwerper van de nieuwe scope 12-richtlijn
voor zonnestroominstallaties, stelt dat 2018 het keerpunt is geweest:
"In dat jaar waren er relatief veel branden en sindsdien zijn verzekeraars
strenger. En terecht, want van de installaties die vóór
2018 op bedrijfspanden zijn gelegd, voldoet zeker 75 procent niet aan
de norm". Sinds de vele pers aandacht (zie incidenten
lijst verderop) zijn bedrijven rap gaan professionaliseren, en wordt
er volgens de laatste NEN 2010 laagspanningsnorm gewerkt. De installaties
worden al veel veiliger aangelegd dan voorheen.
Het eind advies is,
om gezamenlijk op te trekken met een keuringsbedrijf en de verzekeraar,
dan is er veel (meer) mogelijk. En blijven de verzekerings-premies ook
betaalbaar.
Tot slot volgt nog
een punten lijstje, om met de verzekering een acceptabel plan voor aanleg
van een groot PV systeem voor elkaar te krijgen:
- Vraag
uw verzekeraar van tevoren of ze de installatie willen verzekeren als
u een onafhankelijk en erkend inspectiebedrijf betrekt bij het ontwerp.
- Zie erop
toe dat de installateurs de installatie aanleggen volgens de NEN-7250-norm;
laat dat vooraf in de offerte vastleggen.
- Is het
dak van uw bedrijfspand geïsoleerd met brandbaar materiaal zoals
polystyreen? Schakel dan een expert in om met u mee te denken over een
oplossing.
- Als het
dak groot genoeg is om op te delen in compartimenten, biedt dat meer
verzekermogelijkheden.
- Kijk samen
met de expert of de omvormers buiten kunnen staan. Als dat niet kan,
laat ze binnen, in een afgesloten ruimte plaatsen.
16 november 2020. Antwoord
op vragen van het lid Agnes Mulder over het verzekeren van zonnepanelen
en voor de kosten van het opruimen van schade veroorzaakt door brand bij
zonnepanelen. Website Tweede Kamer. Zie ook antwoorden van Min. Wiebes
(EZK) op eerdere vragen van CDA kamerlid Mulder over de verzekerbaarheid
van zonnepanelen verderop (antwoorden
van 6 augustus jl.). Wiebes gaat in op, o.a. het overleg tussen hem,
de verzekerings-branche, en andere betrokken partijen omtrent de verzekerbaarheid
van zonnepanelen. Met name vanwege de fors gewijzigde positie van de verzekeringsbranche
n.a.v. onder anderen de beruchte Thialf
casus.
Complex vraagstuk
Verzekeren van (grote) bedrijfspanden is een algemeen vraagstuk, waar
de aanwezigheid van zonnepanelen (slechts) een onderdeel van is. De waarde
van het pand wordt met een PV installatie vergroot, daarmee ook de verzekerde
waarde ervan. Dat is een verhoging van het risico voor de verzekeraar.
Soms (zoals bij Thialf) werden de risico's zo hoog geacht, dat het pand
niet meer - vanuit de perceptie van de verzekeraar - verzekerbaar bleek.
Risico's kunnen voorkomen worden, door zo vroegtijdig mogelijk, nog vóór
installatie van grote PV systemen, in contact te treden met de verzekeraar
om een nieuwe situatie van tevoren duidelijk te krijgen, en wat dat voor
"een" opstalverzekering voor gevolg zou kunnen hebben. Ook een
eventuele combinatie van het PV systeem met een (aangepaste) dakconstructie,
gebruikte dakisolatie materialen, het specifieke gebruik van het pand,
en de waarde ervan, en van de PV generator, spelen bij dit complex van
overwegingen een rol. Dat moet vooraf worden afgestemd, niet achteraf.
De branches zijn in
beweging gekomen, en hebben zwaardere en nieuw eisen laten opstellen om
kwaliteit maximaal te krijgen. Hiertoe horen de Scios Scope 12 (certificering
en inspectie van installaties), verzwaring van de eisen voor het keurmerk
InstallQ (erkenning installateurs), de Nederlanse Brandweer komt met een
richtlijn voor veilige inpassing van PV systemen in gebouwen, de kwaliteit
van (nieuwe) installaties zal hiermee toenemen en de verzekerbaarheid
van gebouwen met zonnepanelen ook.
Overleg ACM
Vanwege mededingings-overwegingen mogen verzekeraars (ook) geen onderlinge
afspraken maken over acceptatie beleid, premies, of preventie maatregelen,
dus zal elke verzekeraar anders kunnen omgaan met bestaande en nieuwe
situaties. Wiebes is met de Autoriteit Consument en Markt (ACM) in gesprek
om de mogelijkheden te bekijken wat er wél onderling mag worden
afgesproken bij de verzekeraars op het gebied van minimale preventie-eisen.
Verbond van Verzekeraars, Holland Solar, Techniek Nederland, de Nederlandse
Vereniging voor Isolatie Industrie, en Brandweer NL blijven in gesprek
om tot optimale oplossingen te komen, en "proportionele maatregelen",
om de verzekerbaarheid van gebouwen met PV systemen te vergroten.
Deposities
bij branden met zonnepanelen
Mulder vroeg ook naar de verzekerbaarheid bij de - nu nog zeldzaam opgetreden
gevallen dat er asdeeltjes en scherven van zonnecellen in weilanden zijn
beland (casussen in
't Veld NH en Rutten Fl.).
Bij de verzekeraars wordt dit als een "nieuw element" beschouwd,
de opruimingskosten van dergelijke gevolgschade zijn meestal niet of zeer
beperkt verzekerd bij de gehanteerde brand polissen. Hiervoor zou een
aparte verzekering of extra dekking afgesloten moeten worden. Het Verbond
van Verzekeraars is een onderzoek gestart hoe dit soort gevolgschade op
een uniforme, eenduidige wijze kan worden afgewikkeld, en de deposities
kunnen worden opgeruimd. Stichting Salvage zou hierbij ingeschakeld kunnen
worden. Onderzoek naar de risico's bij dergelijke deposities worden momenteel
op elkaar afgestemd door betrokken instellingen als het Instituut Fysieke
Veiligheid (IFV), Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM),
en TNO. De trein is in beweging gezet, Wiebes ziet geen extra dwingende
of "versnellende" rol van de overheid meer in deze materie,
dat moet zorgvuldig gebeuren, en dat kunnen genoemde instellingen prima.
Bij deposities na
branden zal de lokale omgevingsdienst monsters nemen. Voordat daar resultaten
van bekend zijn gemaakt, dienen producenten op wier grond voedsel wordt
gekweekt, het voorzorg principe te hanteren. Bij twijfel over de veiligheid
van geteelde producten, mogen deze niet op de markt worden gebracht. Mocht
uit het onderzoek volgen dat de voedselveiligheid niet meer gegarandeerd
kan worden, moet de landbouwer passende maatregelen nemen. De Nederlandse
Voedsel- en Warenautoriteit NVWA houdt hier op toezicht. Ondernemers hebben
hierin een eigen verantwoordelijkheid, bij twijfels over veiligheid dient
hiervan melding te worden gemaakt bij NVWA. Wiebes gaat er niet op in,
maar de twee grote casussen waar het hier om gaat, hebben grotendeels
alleen scherven silicium uit de zonnecellen opgeleverd op akkers / weiden
in de omgeving, en grotendeels verkoolde backsheet snippers van de zonnepanelen.
Een groot deel van de scherven is handmatig verwijderd door ondernemers
en vrijwilligers. Aangezien backsheet materialen zeer resistent zijn vanwege
hun functie, valt te betwijfelen of deze, wijd verspreid, problemen zullen
opleveren voor de voedselveiligheid. Maar dat moeten de omgevingsdiensten
objectief vaststellen.
DIRECT e.a.
onderzoek trajecten
Mulder vroeg ook naar de status van het "DIRECT" programma,
"duurzaam en veilig ontwerp van zonnestroom installaties", en
brandexperimenten van het RIVM. Wiebes antwoord dat het "DIRECT"
programma loopt van 2019 tot medio 2021, en dat dan resultaten bekend
zullen worden gemaakt. RIVM gaat in het tweede kwartaal van 2021 de brand
experimenten uitvoeren, de resultaten daarvan worden in het tweede half
jaar van dat jaar verwacht. Eventuele vervolgstappen op basis van de conclusies
zullen worden kortgesloten met het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.
In het 2e kwartaal wordt duidelijk, of het IFV aanvullende aanbevelingen
zal doen voor acties bij incidenten waarin PV generatoren zijn verbrand,
en of daartoe eventuele aanbevelingen in het protocol zullen worden opgenomen.
Vroeg contact
opnemen met verzekeraars
Wiebes claimt ook dat de meeste (kleinere) panden goed verzekerbaar zijn
en blijven, waar het om kleinere PV installaties gaat. Voor de grotere
commerciële projecten wordt nu de kwaliteitseis extra streng geborgd
door de in gang gezette trajecten (deels hierboven genoemd). Wiebes dringt
er met klem op aan om als commercieel of non-profit instelling vastgoed
eigenaar zo vroeg mogelijk met de verzekeraar in contact te treden, vóórdat
een koop opdracht voor een groot PV project wordt gegeven. Dit om problemen
achteraf te voorkomen.
Wiebes benadrukt,
dat er al veel in gang is gezet, en dat het niet wenselijk is dat de overheid
"de rol van de marktpartijen overneemt". Ergo: hij ziet geen
noodzaak voor overheids-ingrijpen, wat logisch is, gezien de sfeer die
de laatste neoliberale kabinetten ademen.
16 november 2020. "Goednieuwsverklaring". In een overleg
met de vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat op 7 oktober
2020 antwoordde Wiebes op vragen van, o.a. Matthijs Sienot (D'66), over
de verzekerbaarheid van zonnepanelen (met name "op grotere daken",
n.a.v. "casus Thialf"), en kwam hij met een nieuw toverwoord.
Uit het nog ongecorrigeerde
stenogram van de vergadering (voor eigen risico "te genieten"):
"Op 3 september heeft EZK een rondetafel voorgezeten met de verzekeringsbranche
en marktpartijen. Daaruit bleek dat het voor het overgrote deel geen probleem
is, maar dat de verschillende initiatiefnemers actief zullen wijzen op
het belang van contact met de verzekeraar en het zo bouwen dat het risico
wordt verminderd. Daar zijn allerlei partijen bij betrokken, onder andere
het Verbond van Verzekeraars en Techniek Nederland. Er wordt dus gewerkt
aan een soort preventie op basis van technische informatie over zonnepanelen
die de verzekeringsrisico's reduceert en helderder maakt, een voorbeeldclausule
voor verzekering van zonnestroominstallaties en een erkenning, ook van
installateurs, zodat de verzekeraar een soort goednieuwsverklaring
krijgt en dat aandurft".
3 november
2020. Publicatie
over kwaliteit en veiligheid van zonnestroomsystemen. Website Holland
Solar. Publicatie in samenwerking met Techniek Nederland, met overzicht
van de kwaliteitsborging trajecten inclusief veiligheids-issues binnen
de zonnestroom - en installatie sector. Eerste document, wordt aangepast
bij voortschrijdende inzichten en wijzigigingen in het hele raamwerk rond
kwaliteit en veiligheid in de sector.
13 oktober
2020. Tips
& maatregelen over het veilig plaatsen van zonnepanelen in combinatie
met Elektriciteit Opslag Systemen. Verslag van Live Webinar van VvE
verduurzaming ontzorger, Voor de VvE, over het eerst geplaatste PV systeem
met accu opslag bij een 29 appartementen tellend complex in Maassluis,
wat voldoet aan de nieuwste
richtlijnen van het Instituut Fysieke Veiligheid, Handreiking
voor plaatsing zonnepanelen in combinatie met Elektriciteit Opslag Systemen.
Waarbij ook de brandveiligheid maximaal wordt gewaarborgd. Zoals plaatsing
van normaliter "interne" installaties als omvormers, accu systeem
e.d. op het dak om minimaal rookoverlast bij eventualiteiten te krijgen
binnen in het complex. Zie ook de uitgebreide link lijst naar documentatie
over de nieuwe richtlijn in een separaat
bericht over het webinar van 24 september 2020, en een serie
berichten in de pers (ook op de Voor de VvE site). Het gaat bij dit
eerste systeem om een 300 zonnepanelen tellende nieuwe installatie (een
paar jaar oud bestaand systeem is gedoneerd aan een school voor autistische
kinderen) en 70 kWh accu opslag met volledig eigen bemetering op het Uilenstaete
complex aan de Korhoenstraat te Maassluis (project bericht met foto's
hier).
oktober 2020.
De
6 stappen naar brandveiligheid bij PV-installaties. Kennisdocument.
(website Conduct.nl). Via een invulformulier met persoonlijke gegevens
is een zogenaamd "kennisdocument" op te vragen bij deze specialist
op het gebied van overspanningsbeveiliging (o.a. voor zonnestroom installaties).
Hierin wordt informatie verstrekt over de volgende aspecten:
- Bouwkundige
aspecten
-
Kabelmanagement
-
Aarding en potentiaalvereffening
-
Bliksem- en overspanningsbeveiliging
-
Brandpreventie en materialen
-
Aansluit- en schakeltechniek
23 september 2020. Connectors
and suitable tools. Het Tsjechische installatie bedrijf Greenbuddies
benadrukt in hun Engelstalige bijdrage in hun nieuwsbrief van september
2020 nogmaals het belang van het gebruik van goede connectoren bij het
maken van DC verbindingen bij zonnestroom projecten. Vertaling uit het
Engels door Polder PV:
Wist u dat de meest
branden bij PV installaties worden veroorzaakt door verkeerde connectoren
en foute installatie ervan ? Het is nog steeds gebruikelijk dat 'MC4'
connectoren worden gebruikt in PV systemen met een voltage niveau van
1.500 volt DC, terwijl de connectoren slechts tot 1.000 volt DC zijn getest.
Hierbij moet worden gezegd, dat de connectoren het enige punt in het gelijkstroom
deel op de constructie plaats zijn, waar ingegrepen wordt / kan worden,
en dat er dus aandacht aan moet worden besteed. Stäubli, voorheen
Multi Contact, is de enige producent van originele MC4 connectoren. Een
veel voorkomende fout is om de originele Stäubli MC4 connector te
verbinden met een exemplaar met de zichtbare "zelfde" type naam,
bijvoorbeeld QC4. Alhoewel op het eerste gezicht het lijkt alsof deze
2 connectoren vrijelijk kunnen worden gecombineerd in het DC circuit,
is het tegenovergestelde het geval. Het verbinden van "mannelijke"
en "vrouwelijke" connectoren van verschillende producenten is
verboden volgens de PV standaarden, om oververhitting, kortsluiting, en
mogelijk brandgevaar van de DC installatie te voorkomen. Een professioneel
installatie bedrijf dient zogenaamde "krimp tangen" ("crimping
pliers") met de correcte "bek" te gebruiken voor elk type
connector, zoals MC4, MC4 Evo2, of Amphenol. Dit soort connector tangen
worden verkocht door, o.a. Stäubli, Knipex, of Rennsteig.
14 september 2020. ‘Einde
aan pv-cowboys op daken’. Installatie.nl. Goed dat die titel
tussen aanhalingstekens staat, want zoals al geopperd in de reacties onder
dit artikel, zal een tweede "keurmerk" voor de zonne-energie
installatie branche, dat van Kiwa, waarschijnlijk niet voorkomen dat er
alsnog beunhazen gaan knutselen aan PV systemen, zonder dat er - van overheidswege
- sancties op staan. Met alle gevolgen van dien, zoals mogelijk brand
a.g.v. slechte installatie kwaliteit, verkeerd gezette connectoren, etc.
Kiwa heeft namelijk een eigen kwaliteitskeurmerk, K11008, in het leven
geroepen, om tot betere kwaliteit voor de installatie van zonne-energie
systemen te komen. "Deze keur certificeert niet alleen de monteur,
maar ook het volledige installatieproces". Hiermee heeft de markt
nu twee verschillende kwaliteitssystemen, die van elkaar verschillen,
maar ook overlap hebben. Het zal u niet verbazen, de initiatiefnemers
van het al enkele jaren bestaande Zonnekeur
voor installateurs, Holland Solar en Techniek Nederland zijn "not
amused" over dit zoveelste initiatief. Holland Solar stelt in haar
reactie (bericht
16 september 2020) zelfs: "onnodig en vertroebelt het beeld voor
de klanten in onze sector", en "vreemd en teleurstellend dat
een partij van buiten de sector een dergelijk keurmerk ontwikkeld zonder
vertegenwoordigers van de sector hierbij te betrekken".
In het Installatie.nl
artikel wordt e.e.a. belicht, en volgen de nodige reacties ...
Zie verder:
BRL
K11008: Installatie van zonne-energie systemen (website Kiwa)
september 2020. Verzekeren
van zonnedaken. In whitepaper van Dutch Green Building Council, sep.
2020. Apart artikel met 3 secties. In een andere
bijdrage in dezelfde whitepaper, stelt operationeel directeur van
de grote solar rooftop ontwikkelaar KiesZon, Bram Peperzak, het volgende
over verzekerbaarheid tegen o.a. brand op logistiek vastgoed: “Er
komen drie controlemomenten: tijdens de engineering, gedurende het installeren
en een opleverinspectie.” Op die manier komt er ook voor de verzekeraars
meer inzicht. Want dat is volgens Peperzak de reden van de premiestijging:
“Er is te veel onbekend, dus is het een hoog risicoprofiel. En er
is nog een te lage risicospreiding, doordat verzekeraars vaak een beperkt
aantal gebouwen met een zonnestroomsysteem op het dak in de portefeuille
hebben. Verzekeraars zullen snel meer kennis en ervaring opdoen en door
het grote aantal projecten dat nu wordt gerealiseerd ontstaat er ook spoedig
voldoende risicospreiding.” KiesZon is betrokken bij het nieuwe
SCOPE 12-richtlijn. Die richtlijn legt op dat een onafhankelijke derde
partij de zonnedaken controleert. Overigens is zijn claim "nog nooit
brand geweest bij een logistiek project" incorrect, in Amsterdam
is bijvoorbeeld een klein deel van een groot logistiek PV project in brand
gevlogen (en gelukkig beperkt gebleven qua schade: incident
Latexweg, september 2019).
september 2020. Scope
12 - Inspectie van zonnetroominstallaties. September 2020. De stichting
SCIOS is eigenaar van, beheert en ontwikkelt het kwaliteitssysteem ten
behoeve van installatie-eigenaren en inspectie- en installatiebedrijven
voor de inspectie en het onderhoud van technische installaties. Na lange
voorbereiding, is nu eindelijk het Scope 12 programma, waarbij inspecties
van zonnestroominstallaties groot en klein mogelijk worden gemaakt, klaar
om van start te gaan. De organisatie van deze inspecties is tot stand
gekomen op initiatief van het Verbond van Verzekeraars, Holland Solar
en inspectiebedrijven (vanuit de brancheorganisaties iKeur en Techniek
Nederland) ontwikkeld. Met de toename van het aantal zonnestroominstallaties
en de magere kwaliteit van de installatiebedrijven, wordt de schadelast
steeds groter. Werkzaamheden van gecertificeerde inspecteurs zullen bestaan
uit eerste inspectie (EBI) en periodieke vervolginspecties (PI). De verwachting
is, dat de vezekerings-branche dergelijke inspecties verplicht zal gaan
stellen, in ieder geval voor grotere projecten. Maar ook woningen kunnen
inspecties verwachten, mede omdat in de afgelopen jaren diverse indak-systemen
in brand zijn gevlogen, en vermoedt wordt, dat er zaken structureel fout
zijn gegaan bij het installatiewerk (met name bij de connectoren). Zie
ook het uitgebreide artikel in Solar Magazine, september 2020, "Verzekeraars
gaan inspectie als harde eis stellen".
31 augustus 2020. Brandveiligheid
PV-systemen. Whitepaper van DWA (Gouda), 31 augustus 2020. Benoemt
beknopt potentiële gevaren m.b.v. het actuele thema "brand en
zonnepanelen", regelgeving, en oplossingsrichtingen. Een goed begin
van meer professionele aandacht voor deze materie, en hopelijk ook een
daadwerkelijke aanpak van de belangrijkste risico's in de solar sector
in Nederland. 5 pagina's, downloadbare pdf.
27 augustus 2020. Het
Verbond van Verzekeraars en de VNAB stellen een Voorbeeld Zonnepanelenclause
op. Website VNAB, 27 augustus 2020. De Coöperatieve Vereniging
Nederlandse Assurantie Beurs B.A. heeft samen met het Verbond van Verzekeraars
een - niet bindende - clausule opgesteld voor zonnestroomsystemen op daken
(dus exclusief andere toepassingen zoals grondgebonden en fassade systemen).
De clausule beschrijft waar aan de PV-installaties moeten voldoen. Hierin
onder anderen een meldingsplicht voor (uitgebreide) installaties vanaf
5 kVA (wat de meeste particulieren nooit zullen halen), en, onder voorbehoud
van ouderdom van de installatie, overhandiging van een daklast berekening
voor het onderhavige pand waarop het zonnestroom genererende systeem is
aangebracht. De tekst van de voorbeeld clausule is hier
te vinden (> tab blad "brand" > Modelclausules > "Voorbeeld
clausule zonnepaneleninstallaties met een vermogen van meer dan 5 kVA
(garantie)", pdf). VNAB benadrukt, dat het gebruik van deze clausule
"op generlei wijze wordt aanbevolen", maar slechts als voorbeeld
dient. Immers, de vrijheid van gebruik ligt bij de marktpartijen zelf,
die met elkaar concurreren om de klanten.
Volgens de antwoorden
van Wiebes op een nieuwe serie vragen van Agnes Mulder (16
nov. 2020), zou de brochure van een update worden voorzien in samenwerking
met branche organisaties Techniek Nederland en Holland Solar.
14 augustus 2020. Risico's
brand met zonnepanelen in kaart brengen. Website Instituut Fysieke
Veiligheid, 14 augustus 2020. Het instituut wil tot een nationaal plan
komen voor onderzoek naar, en het omgaan met branden waar zonnepanelen
bij zijn betrokken. Gesteld wordt: "Kennen, herkennen en onderkennen
we de veiligheids-, gezondheids- en milieurisico's hiervan? In welke mate
treden deze gevaren op? Op welke wijze moet hiermee worden omgegaan? En
wie is er verantwoordelijk voor de gevolgen en de afwikkeling van een
dergelijke brand? De antwoorden op bovenstaande vragen zijn niet eenduidig
te beantwoorden maar de vraag naar een landelijke richtlijn wordt wel
steeds urgenter". Het instituut gaat deskundigen in veiligheidsregio's,
het RIVM, het Veiligheidsberaad, omgevingsdiensten en de NVWA benaderen
om te onderzoeken hoe gezamenlijk expertise en advies op dit vlak gebundeld
kan worden. Hoogst curieus is daarbij, dat dé partij die daar ook
bij betrokken zou moeten worden, omdat daar majeure kennis over het "fenomeen
zonnepanelen" aanwezig is, branche organisatie Holland Solar, in
dat rijtje juist niet wordt benoemd ...
In een blog
van Nils Rosmuller (lector Energie- en transportveiligheid IFV), met
de makkelijk te misbruiken, nogal suggestieve titel, "Zijn zonnepanelen
het nieuwe asbest ...?", wordt verder ingegaan op deze plannen, en
wordt expliciet naar de twee recente branden met depositie van scherven
van zonnecellen in Rutten (NOP,
Fl.) en in 't
Veld (Hollands Kroon, Noord Holland) verwezen. Hoogst ongelukkig is
de suggestieve verwijzing naar een test van het Duitse TÜV uit 2015,
"Mogelijke overschrijding van toxicologische grenswaarden van zware
metalen zoals lood en cadmium is echter alleen in de onmiddellijke nabijheid
van de brand en onder zeer ongunstige omstandigheden gemeten". Cadmium
zit uitsluitend in de in Nederland zeldzaam ingezette CdTe dunnelaag modules
(bijna uitsluitend in enkele grotere veldsystemen).
Later besteedde Binnenlands
Bestuur in een lang artikel (2
oktober 2020, penvoerder: BNG Bank) ook aandacht aan de bevindingen
van het IFV.
Zie ook artikel op
Nieuwe Oogst (19
aug. 2020), en bespreking
van het uitgebreide vooronderzoek van het IFV gepubliceerd in december
2020.
6 augustus 2020 ff. Kamervragen
van CDA leden Geurts en Agnes Mulder aan Wiebes (MinEZK) en van Veldhoven
(MinIenM). Website Tweede Kamer. Over "weilanden vol glas"
n.a.v. twee recente brand incidenten waarbij stallen / loodsen met zonnepanelen
in een agrarische omgeving waren betrokken (in casu: Wrakkenweg
Rutten [NOP], 28 juli 2020, en 't
Veld [Hollands Kroon, NH], 30 juli 2020. De onvermijdelijke parlementaire
reactie op twee breed uitgemeten incidenten met uitgebrande agrarische
loodsen, die een spoor van as en scherven van zonnecellen achterlieten
op het omringende land. De kamerleden willen van de ministers weten, of
er iemand wel over dergelijke gevolgschade heeft nagedacht, wat de mogelijke
effecten op de gezondheid van mens en dier zouden (kunnen) zijn, wat er
aan gedaan zou kunnen worden, of er verschil is in effect in type of bevestiging
van panelen (tongue in cheek inschatting Polder PV: maakt niet of nauwelijks
uit), of er (al) protocollen worden ontwikkeld hoe te acteren bij dergelijke
(PPV: nog steeds marginaal optredende) incidenten, of er een "landelijke
oplossing" voor dergelijke incidenten is of gaat komen, en welke
partijen daarbij worden betrokken, en, tot slot, of deze "gevolg
casus" van branden ook worden besproken in al lopende gesprekken
met de verzekeraars.
25 september 2020 antwoord
van Wiebes in Kamerbrief, wederom op website van de Tweede Kamer.
Vrij nietszeggende antwoorden, het RIVM zou brand testen gaan doen om
te kijken wat er aan (potentieel) gevaarlijke stoffen zou vrijkomen. Dit,
parallel aan een strategisch onderzoeksprogramma (project
"DIRECT") naar duurzaam en veilig ontwerp van zonnestroominstallaties,
waarbij ook wordt gekeken naar (mogelijk gevaarlijke) stoffen in zonnepanelen.
Verder blijkt Wiebes niet goed te zijn ingelicht door zijn ambtenaren.
De stellingname "Dit neemt niet weg dat de incidenten van de afgelopen
maanden, waar bij branden specifiek deeltjes vrijkwamen uit zonnepanelen,
niet eerder voorgekomen zijn" klopt beslist niet. Al een jaar eerder
(30 juli 2019) gebeurde tijdens een felle brand van een loodsen complex
van een appel-verwerkend bedrijf in Marknesse exact hetzelfde, en belandden
scherven van losgeraakte zonnecellen wijd verspreid over aanpalende agrarische
percelen. Een gebeurtenis die Polder PV dan ook al lang in zijn brand
incidenten lijst had opgenomen.
Het is beslist niet ondenkbaar dat bij de zeldzame vergelijkbare (felle)
eerdere branden in het buitengebied iets vergelijkbaars is geschied, maar
dat er nooit over is gerapporteerd. Bijvoorbeeld bij de helaas regelmatig
optredende stalbranden, met soms honderden tot duizenden dode dieren tot
gevolg, waar vaak de aandacht naar uitgaat, en waarbij in sommige gevallen
ook een PV generator in brand is gevlogen (zoals in
Renswoude, Ut., in 2019). Of bij andere hevige branden met te verwachten
flinke convectie in het buitengebied, zoals in Ens
(BioRomeo, Fl.), jachthaven te IJsselstein
(Ut.), de zeer grote brand met verloren gegane PV generatoren op loodsen
van het afvalverwerkend bedrijf HVC te Middenmeer NH (al
in augustus 2015), e.a. Wiebes meldt in ieder geval aan het slot van
de brief, dat de veelbesproken (recente) "brand in Moerbeek"
(lees: in
't Veld, Hollands Kroon, NH) niet de PV generator als oorzaak had
(feitelijke oorzaak niet benoemd / bekend).
Kennelijk nog lang niet tevreden met de antwoorden van Wiebes, kwamen
er nog eens dertien (!) vragen overheen, over de verzekerbaarheid van
zonnepanelen, o.a. in relatie met eventueel optredende "deeltjes"
van zonnepanelen die op gewassen in het omliggende land zouden kunnen
terechtkomen. En waarom alles zo lang duurt, en wat er uit overleg met
de verzekerings-sector tevoorschijn is gekomen over deze materie. Wederom
van Agnes Mulder van het CDA, gericht aan Wiebes (MinEZK), in een waslijst
gepubliceerd op 1 oktober 2020. Zie downloadbare
vragen lijst op de site van de Tweede Kamer. Die vragen werden op
16 november beantwoord door Wiebes, zie het aparte item daarover, hier.
28 juli 2020.
De
veranderende rol van de verzekeraar: Centraal Beheer helpt bedrijven bij
verduurzamen. Duurzaam Bedrijfsleven. Interview met directeur Hommel
van grote verzekeraar Centraal Beheer, over de veranderende rol van het
bedrijf bij het verzekeren van vastgoed. Inclusief voorzorgsmaatregelen
om nare zaken als brand te voorkomen. "Als je als verzekeraar ervoor
kiest om vanwege de risico’s niet meer te verzekeren, laat je de
ondernemer aan zijn lot over", vindt Jack Hommel, directeur bij Centraal
Beheer Bedrijven. "En je lost de problemen niet op. Dat is juist
wat we bij Centraal Beheer wel willen." Daarom pleit hij voor een
andere aanpak. In het artikel worden richtingen aangegeven waarover de
verzekeraar nadenkt en waar ze op acteren.
15 juni 2020.
Brandveiligheid
bij zonnepanelen: wat zijn de verschillen? Advertorial op website
Cobouw, gesponsored door glas-glas zonnepanelen producent SolarWatt, waarin
deze typen PV-modules werden gecertificeerd volgens twee normen (IEC en
EN), en bleken te "voldoen aan de hoogste eisen die kunnen worden
gesteld aan brandveiligheid bij toepassing op daken". Bij een andere
test bleken de "busbars" over de zonnecellen bij glas-glas panelen
bedekt, terwijl die bij modules met kunststof backsheets, die kunnen vervormen
bij brand, en de glasplaat aan de voorzijde in stukken laat breken. Waardoor
de busbars "vrij" komen te liggen, en dus een potentiële
bron voor elektrische schokken zouden kunnen vormen. Er wordt niet bij
verteld hoe dat in brand situaties tot verhoogde risicio's zou kunnen
leiden, omdat de meeste brandweerkorpsen grote afstand houden tot de generator
in het geval van brand, en het niet gebruikelijk is, dat een brandweer
bestrijder met opzet de voorzijde van zo'n beschadigd paneel zou willen
aanraken.
Zie ook artikel van
23 juni 2020, "Brandveiligheid van zonnepanelen: de verschillen zijn
enorm", in
Ditishelmond.nl.
2 juni 2020 - Casus Thialf - en nasleep. Zonnepanelen
Thialf staan uit: schade loopt in de tonnen. Omroep Fryslân.
Schokkend nieuws uit Heerenveen, Friesland. Kennelijk n.a.v. nogal opgeklopte
commotie over branden bij PV installaties, de afgelopen twee jaar (zie
incident dossier PPV, nogmaals:
een fractie van het totaal aan PV systemen in Nederland betreffend), en
een verbazingwekkende stellingname "zeer slechte schadestatistieken
van panden met zonnepanelen en gebruikte materialen van de dakisolatie",
blijkt de verzekeraar van het Thialf stadion per 30 mei eenzijdig de brandverzekering
te hebben stopgezet. Als gevolg hiervan, blijkt de grote, uit 5.000 zonnepanelen
bestaande, 1,35 MWp grote PV generator, door meerdere partijen, met als
"energiepartner" destijds Nuon (> Vattenfall), en uitvoerder
Louters Solar eind 2016 opgeleverd, eind mei 2020 in zijn geheel te zijn
uit gezet, "om verzekerd te kunnen blijven". Dit betekent sowieso
dat dit met 2 SDE subsidies "gezegende" zonnestroom project
geen inkomsten meer kan genereren voor de al door andere problemen getroffen
exploitant. Er wordt gesproken van een schadepost van een paar ton per
jaar a.g.v. derving van subsidies én natuurlijk misgelopen verkoop
van zonnestroom die niet in het complex wordt verbruikt (in dit
bericht, Webarchive link i.v.m. verwijderd exemplaar op website Powerpeers),
wordt gerept van overschotten zonnestroom productie in de maanden april
tm. september). Er moet dan dus ook nog stroom worden ingekocht, wat nog
eens zo'n 125.000 Euro extra uitgaven per jaar oplevert. Dit alles "raakt"
ook de aandeelhouders van het stadion, waar onder Provinciale Staten van
Friesland, die inmiddels van het vreselijke nieuws per brief door de directie
op de hoogte is gesteld. De provincie heeft destijds ook een subsidie
verstrekt voor de bouw van het grote PV project (zie bericht
Vattenfall). Later is er, voor het afvangen van de piekvraag tijdens
top evenementen zoals het wereldkampioenschap schaatsen, ook nog een 250
kVA / 420 kWh "Green Battery" van leverancier Alfen geplaatst
door de Nederlandse dochter van het Zweedse staatsbedrijf. Ook daarvoor
werd provinciale subsidie verstrekt.
Het wordt mogelijk nog erger, want het kan kennelijk zelfs zo "bont"
gaan worden met de verzekering, dat de generator voor 1 oktober zelfs
in het geheel van het dak gehaald zou moeten worden om het complex verzekerd
te kunnen houden. De directie gaat daartoe in gesprek met de verzekeraar(s)
om dit te proberen te voorkomen, want dan zou er nog een extra schadepost
(verwijderings-kosten) bij gaan komen (midden in Corona pandemie tijd).
De suggestie in het artikel "Over de opbrengsten van subsidie, ook
80.000 euro, ontstaat nu ook onzekerheid" kan hier met gerust hart
worden herschreven als volgt. Die (SDE) subsidie kan de directie gewoon
op haar buik schrijven, want het is een expliciete exploitatie subsidie.
Als de generator uit staat, wordt er niks geproduceerd, en ontvangt Thialf
daarvoor niets van SDE uitkering instantie RVO. Mocht in het aller ergste
geval de generator daadwerkelijk ook nog fysiek van het dak moeten, zal
er geen cent aan subsidie meer verstrekt worden. Wat de facto, impliciet,
al het geval is per eind mei dit jaar, vanwege nihil productie. Eventuele
voorschotten verkregen van RVO (op basis van de oorspronkelijke subsidie
beschikkingen), zullen later gecorrigeerd worden op basis van de daadwerkelijk
gecertificeerd bemeten bruto productie, waarvan de data later bij RVO
(via de netbeheerder, Liander, en CertiQ) binnen zullen komen. De directie
van Thialf claimt in de brief dat ze niet onder het voorliggende (nieuwe)
"verzekerings-voorstel" uit kan komen, omdat ze wil voorkomen
met een onverzekerd gebouw (ook voor bedrijfsschade in / op het gebouw)
verder te moeten.
Elektriciteit consumenten kunnen al langere tijd zogenaamd "stroom
van het zonnedak van Thialf" afnemen via het Powerpeers
vehikel van Zweeds energieleverancier Vattenfall. Er werd zelfs gezinspeeld
op "schaatsfans" die zo betrokken zouden worden bij het Walhalla
in Nederland, op dit gebied. Dat is de facto gewoon afname van Garanties
van Oorsprong die dat dak oplevert, voor de hoeveelheid stroom die thuis
wordt geconsumeerd bij de contractanten, dus "vergroening van de
doorsnee stroommix die wordt afgenomen van het net". Ook die klanten
krijgen, in het slechtste geval, straks mogelijk bericht dat het contract
eenzijdig zal moeten worden (of wellicht zelfs al is) opengebroken, vanwege
mogelijke verwijdering van de generator in Heerenveen. En die zullen op
een andere "bron" moeten overstappen. Of, wellicht, als die
optie geboden wordt, hun contract met Powerpeers moeten opzeggen. Voorwaar:
een echte Friese Solar Soap in wording. Dit gaat vast vragen bij Gedeputeerde
Staten en/of in de Tweede Kamer in Den Haag opleveren, is mijn inschatting.
Zie ook NOS
artikel met inhoud van vergelijkbare strekking. Energeia kwam op 3
juni 2020 met meer details over de verzekering kwestie, met o.a. reacties
van directeur van Wijnand van Hooff van branche organisatie Holland Solar,
en Oscar van Elferen van het Verbond van Verzekeraars. Maar suggereerde
daarbij onterecht ook "onzekerheid" over misgelopen SDE subsidie
(artikel
achter pay-wall, zie ook reactie
Polder PV via Twitter). Het tussenkopje moet ook niet "mln"
(Euro) zijn maar "ton" (factor 1.000 minder). Friesch Dagblad
besteedde
op 4 juni 2020 aandacht aan deze zoveelste Nederlandse solar soap,
het gebouw kan volgens de gemeente voorlopig openblijven omdat er voldoende
vluchtwegen zouden zijn. Directeur van installatiebedrijf Zonel, hoofdaannemer
voor de PV generator, vindt standpunt verzekeraars niet kies, en in de
energietransitie onhoudbaar. En claimt "Het grootste deel van de
Nederlandse daken heeft dit isolatiemateriaal" (bedoeld wordt EPS-SE),
waarvan verzekeraar nu opeens zou vinden dat het brandgevaarlijk zou zijn
in combinatie met zonnepanelen. "Die risicoclassificatie is pas een
paar maanden geleden bekend gemaakt". Er zijn bij Thialf SolarEdge
optimizers en omvormers gebruikt die bij problemen automatisch de generator
in veilige toestand zouden brengen, het bedrijf ziet niet in waarom dat
(nu) onacceptabel zou zijn. Thialf zelf overweegt sensoren op het dak
aan te brengen, om te voorkomen dat de PV generator voor 1 oktober 2020
van het dak af moet.
In een interview met
de geschokte Thialf-directeur Marc Winters door Omroep Fryslân (bericht
3 juni 2020) wordt, door hem, merkwaardig, gesteld "We hebben
bij vele verzekeraars gecheckt ... Sommigen melden honderden schadegevallen
bij dit soort panelen. Daarom worden de verzekeraars steeds defensiever
bij dit soort panden". Tientallen incidenten met brand(jes) met zonnepanelen,
OK, zie de incidentenlijst.
Maar "honderden per verzekeraar" ?? Dat heb ik nog niet eerder
gehoord, en daar is in de publieke ruimte ook absoluut geen aanwijzing
voor. Wordt hier niet van een mug een olifant gemaakt ?
Nasleep casus Thialf
Op 4 juni 2020 stelde
GroenLinks Tweede Kamerlid Tom Van der Lee kamervragen
aan Wiebes over deze kwestie, waarbij hij suggereert of er onderzoek
gedaan kan worden naar een - hypothetische - verzekering voor dergelijke
projecten via de overheid, om verzekeraars te "prikkelen" een
beter aanbod te doen aan de markt (dossier nummer 2020Z10090).
Op 9 juni 2020 volgde nog een
reactie van branche organisatie Holland Solar, waarvan directeur Wijnand
Hooff stelt dat de actie van de verzekeraar van Thialf, kennelijk AFM,
"de wereld op zijn kop" was en dat het onvoorstelbaar is dat
"de stekker er zomaar uitgetrokken wordt" in de onderhavige
casus. Hooff stelt, dat zonnepanelen in slechts 2% van de gevallen de
oorzaak zijn van elektriciteitsongevallen met brand als gevolg in woonhuizen.
Het percentage brand door zonnepanelen op daken van bedrijven of logistieke
centra is nog veel lager. Hooff stelt tevens, "de uitspraak dat “gebouwen
nauwelijks verzekerbaar zijn door zeer slechte schadestatistieken”
blijkt uit geen enkel van de onderzoeken of dagelijkse praktijk".
Hij maakt zich grote zorgen over de ontwikkeling van "casus Thialf",
en stelt "zo komen we nooit van de fossiele brandstoffen af".
De branche organisatie is samen met Techniek Nederland al langere tijd
in gesprek met het verbond van de verzekeraars, probeert harde info op
tafel te krijgen, voorlichting te geven, en zal de gesprekken continueren
om het gif uit de angel proberen te krijgen. Er staan immers inmiddels
al heel erg veel grote PV installaties in Nederland, Holland Solar ziet
de bui op dat punt al hangen. Vergelijkbare ingrepen bij andere projecten
zouden compleet desastreus zijn voor het vertrouwen van investeerders
in nog geplande (grote) zonneprojecten. Voor de zoveelste maal dus: werk
aan de winkel en handen uit de mouwen ...
Tweede Kamer lid Moorlag (PvdA) diende naar aanleiding van het verzekerings-incident
bij Thialf een
motie in, met het verzoek aan de regering "stappen te zetten
die bevorderen dat de risico’s van zonnepanelen afnemen en belemmeringen
weg te nemen om zonnepanelen onder de dekking van verzekeringen te houden
en te brengen". (10 juni 2020, reg. nr. 32 813 nr 509). Motie is
16 juni 2020 aangenomen.
Gemeente Heerenveen en Provincie Friesland kondigen onderzoek naar gang
van zaken aan. Woordvoerder Verbond van Verzekeraars: "cocktail aan
risico's die hier samenkomen", "de reden dat de verzekeraar
zo streng optreedt". Genoemd worden specifiek de impact hebbende
factoren: "er liggen kabels bloot", "de dak constructie",
en "het ligt dicht op brandbaar isolatiemateriaal" ... Bericht
en video bij
Omroep Friesland (12 juni 2020).
Installatiejournaal
zette 12 juni de zaken rond "casus Thialf" op scherp met een
artikel met de kop "Broddelwerk
met zonnepanelen niet te verzekeren".
Techniek Nederland (voortgekomen uit branche organisatie voor installerend
Nederland, UNETO-VNI) maakt zich ernstig zorgen over de incidenten met
verzekeringen, zoals de nogal verbijsterende "casus Thialf",
en stelt, bij monde van voorzitter Doekle Terpstra "Installaties
voor zonne-energie zijn onmisbaar om de klimaatdoelstellingen te halen.
Problemen met de verzekering remmen de groei van zonne-energie nu af.
Daar moeten we samen met de verzekeraars en de overheid iets aan doen".
Gesprekken met de verzekeringsbranche waren al gaande (o.a via Holland
Solar), en zullen in verhevigde mate gaan plaatsvinden, om, op basis van
harde feiten, een "eerlijker" verzekerings-maatstaf voor PV
installaties in Nederland op tafel te krijgen. Voor grote projecten werkt
de branche-organisatie aan een aparte inspectieregeling, onder SCIOS
scope 12. SCIOS is de eigenaar van, beheert en ontwikkelt het kwaliteitssysteem
ten behoeve van installatie-eigenaren en inspectie- en installatiebedrijven
voor de inspectie en het onderhoud van technische installaties. Zie berichtgeving
op TN website, van
22 juni 2020.
AM
Web meldt op 4 december 2020 dat men gaat proberen om het dak van
een "coating" te voorzien die het dak brandwerend zou maken,
en de risico's dermate klein, dat de verzekering weer afgesloten zou kunnen
gaan worden. Het enige probleem is, dat het stadion weliswaar wat uitstel
heeft gekregen om de zaak op orde te brengen, maar dat al op 1 februari
2021 dit moet zijn aangebracht, anders valt het doek voor de verzekerbaarheid
van het pand. Over een dergelijke coating wordt ook gesproken in een artikel
in Risico in beeld van 1 december (zie separaat
artikel).
Op 12 januari 2021
meldt
Thialf zelf ogenschijnlijk goed nieuws, ook overgenomen door Provincie
Friesland in een
eigen bericht. Na intensief overleg met de nieuwe verzekeraar, en
onderzoek, in opdracht van provincie Friesland gedaan door Burghgraef
van Tiel & Partners, is de verval datum van de verzekering weer verschoven
naar 1 juni 2021. Er is ondertussen namelijk veel tijd besteed aan het
onderzoeken van de meest kansrijke, hierboven reeds genoemde optie, de
nieuwe brandwerende coating. In de bewoordingen van Thialf: "De testresultaten
zijn verbluffend en de gehoorde technische experts van verzekeraars zijn
positief maar willen op een aantal onderdelen nog meer onderbouwing. Zaak
is nu met verzekeraars dit pad verder te onderzoeken. Indien de coating
een oplossing is voor Thialf zal dit ook een oplossing zijn voor andere
panden met zonnepanelen". Voor de resultaten van een brandtest met
deze zogenaamde "keramische coating", zie het elders
op deze pagina te vinden artikel.
Uitgebreide rapportage Thialf
Onder het bericht
van de provincie vinden we nog verwijzingen naar de brief
van Provinciale Staten over de bevindingen van het onderzoek, met
een inschatting van een extra investering die kan oplopen tot 1 miljoen
Euro, afhankelijk van het gekozen "renovatie scenario" voor
het dak van Thialf. N.a.v. berichten die PS ter ore zijn gekomen, blijkt
Thialf wat de verzekerbaarheid betreft, beslist niet het enige pand te
zijn waarbij deze problemen spelen. De Provincie hoopt, dat bij een goede
afloop van de verzekerings-situatie rond Thialf, dit kan uitstralen naar
een vergelijkbare aanpak bij andere "getroffen" gebouw-eigenaren
met grotere PV systemen in Nederland.
In de brief wordt
uitdrukkelijk gesteld, dat "het probleem er voornamelijk in [ligt]
dat de afgelopen jaren de verzekeraars van gedachten zijn veranderd. Ook
al valt het werkelijke risico op een brand mee. Van de grootschalige branden
ontstaan deze volgens onderzoekers slechts in zeer beperkte mate door
zonnepanelen. Fouten van dakdekkers vormen als oorzaak een groter gevaar".
Tot slot, volgt onder
de brief van de provincie, een link naar het 43
pagina's tellende onderzoeksrapport, van de hand van Burghgraef van
Tiel & Partners. Er worden 6 "verzekerings-scenario's" benoemd,
waarbij wordt aangestuurd op een scenario waarbij de PV generator, na
herstel van vastgestelde gebreken, en het aanbrengen van een (keramische)
coating tussen de generator en het dakoppervlak, weer in bedrijf kan worden
gesteld. Zodat de investering, en resterende opbrengsten uit de SDE subsidie
beschikking(en) en de verkoop van niet in het pand verbruikte zonnestroom,
"gered" kan worden, zonder al te dramatische ingrepen. Mocht
dit alles niet lukken, verliest Thialf flink wat gedorven inkomsten, moet
er weer een flinke hoeveelheid stroom per jaar worden ingekocht, inclusief
eventuele garanties van oorsprong ter "vergroening" van die
inkoop, én moet ook nog eens een groene lening van 1 miljoen Euro
aan de Rabobank worden terugbetaald. Al met al, zullen zeker bij een forse
systeem renovatie, ook de aandeelhouders van het complex de nadelige gevolgen
ondervinden, al is nog niet duidelijk in welke mate dat zal zijn.
Er zijn bij de inspecties,
verricht door het in Rotterdam hoofdkantoor hebbende bedrijf BMT Netherlands
B.V., wel wat tekortkomingen vastgesteld rond de PV generator. Recentere
voorschriften onder de NEN normeringen zijn ook strenger dan de normen
die bij de aanleg golden, dus moet hier ook weer rekening mee worden gehouden
bij een renovatie van het project. Door het destijds voor de aanleg van
de PV installatie als hoofdaannemer optredende firma Zonel, is toegezegd,
dat de gesignaleerde gebreken zullen worden verholpen, zodat de PV generator
t.z.t. weer ingeschakeld kan worden, én het er onder liggende complex
verzekerd kan blijven. De installatie staat al een tijdje "uit"
(sedert begin juni 2020), het huidige brand risico wordt minimaal geacht
zolang de generator niet aan het net is gekoppeld.
De meest opvallende
gebreken die door BMT Netherlands werden vastgesteld, en samenvattende
conclusies m.b.t. de PV generator zijn als volgt:
- Wijze
van verankering van de montage rails aan de PVC dakbedekking, waarvan
getwijfeld wordt of deze voldoet aan de nieuwe NEN 7250 norm. Er is
een veld van zo'n 300 modules weg gehaald omdat de verankering daar
niet deugdelijk bleek.
- Er zijn
losliggende kabels en connectoren gevonden, dit voldoet niet aan de
(oude en nieuwe) norm.
- De type
verklaring voor de gebruikte connectoren ontbreekt, en moet nageleverd
worden (er mogen alleen exact dezelfde connectoren van dezelfde leverancier
worden gebruikt, dus geen "cross-mating", om problemen met
contactweerstanden te voorkomen, met alle mogelijke problemen van dien).
- Bundeling
van kabels moet worden geïnspecteerd, en waar nodig gereviseerd.
Met name bij de dakdoorvoeren.
- Vanwege
verwijdering van een flink aantal panelen (hechting aan dakbedekkig
niet goed), die tijdelijk zijn opgeslagen in het gebouw, liggen de betreffende
connectoren en optimizers al enige tijd los op het dak. De connectoren
zijn hierbij niet afgeschermd. Deze mogen niet (weer) gebruikt worden
als er corrosie van de metalen contacten wordt vastgesteld. Ze moeten
door nieuwe optimizers en connectoren worden vervangen als dat wel zo
blijkt te zijn.
- De panelen
dienen voldoende afstand tot de dakbedekking te hebben. Die blijkt namelijk
8 cm. te zijn, terwijl 12 cm. zou zijn voorgeschreven volgens de module
fabrikant (Zwitserse Luxra), waardoor, verzekerings-technisch, "het
brandrisico zou worden verzwaard". Dit moet worden gecorrigeerd,
al is nog onduidelijk of een (geclaimde) afstand van 9 cm. ook nog zou
mogen. In ieder geval is een "verlaging naar 8 cm. niet voldoende
onderbouwd", volgens de rapportage. Als die status quo niet wordt
geaccepteerd, zou dus de hele generator iets hoger moeten worden gemonteerd,
wat een zeer forse klus zou opleveren, mede gezien de wijze van bevestiging.
- De huidige
installatie is uitgeschakeld, na interventie van de verzekeraar, anders
is de lopende verzekering niet geldig. Bij aansluiting van de gerenoveerde
installatie dient de vlamboog detectie, ingebouwd in de gebruikte SolarEdge
optimizers, te worden ingeschakeld.
- De gehele
installatie dient gecontroleerd te worden door middel van een zogenaamde
Scope 12 inspectie, conform TD18, waarbij de geconstateerde gebreken
worden hersteld.
30 april 2020.
Risicopreventie:
tips voor een veilige installatie van zonnepanelen. Tips om brand
risico's bij rooftop PV projecten tot het minimum te beperken, door professioneel
project bouwer en EPC contractor, Ecorus.
20 maart 2020.
"Handelingsperspectief
zonnepanelen". Jaaroverzicht van brandweer Twente. Met op pagina
83 een korte beschrijving "what to do?" voor de regionale brandweer,
bij aantreffen van zonnepanelen op / aan een pand wat in brand staat.
De slotopmerking, "ook kunstmatig licht zorgt voor spanning op de
bekabeling van zonnepaneel" dient in het kader van eerdere
bevindingen van de Zwitserse meetbeesten van Berner Fachhochschule
Technik und Informatik te worden bezien. Die gezien de zeer lage gemeten
spanningen bij een overkill aan "floodlights" (bij blussen in
de nacht) geen problemen zien op dit punt ... Publicatie op Issue.com.
23 maart 2020. Registratie
van huishoudelijke elektriciteitsongevallen achter de meter. Jaaroverzichten
2018 en 2019.
Rapportages Kiwa i.o.v. Netbeheer Nederland, 11 maart 2019, resp. 23 maart
2020 (doc-player versie 2018, resp. pdf 2019 bij Netbeheer Nederland,
zie ook intro).
Inventarisatie aantal "elektriciteitsongevallen", dat in 2018
en 2019 heeft plaatsgevonden achter de meter, alsmede de aard en de ernst
van de gevolgen van deze ongevallen. Inventarisaties zijn beslist niet
compleet omdat er geen meldingsplicht bestaat, wel zouden alle "ernstige"
ongevallen bekend zijn bij KIWA. Waarbij in 2018 er 112 gewonden en 2
doden zouden zijn gevallen, en in 2019 88 gewonden resp. 1 dode. Ook evolutie
van trends 2014-2019 worden geduid. Ook al wordt gewaarschuwd voor onvergelijkbare
bronnen waaruit is geput, wordt daarnaast gesteld: "Uit de verkregen
informatie komt naar voren, dat het menselijk handelen één
van de voornaamste oorzaak van brand is". In het rapport over 2019
is daar aan toegevoegd: "In diverse gevallen is het installatiewerk
(o.a. het correct aansluiten van connectoren) de oorzaak geweest van branden
bij zonnepanelen. Voorlichting in de sector rondom verkoop, installatie
en het beheer van zonnepanelen wordt aanbevolen" (wat via Holland
Solar en Techniek Nederland inmiddels al ter hand is genomen).
Naast de meterkast, worden wasdrogers en magnetrons het vaakst als oorzaak
ongevallen gesignaleerd (2019 28% meterkast, 26% wasdroger, 10% magnetron).
Zonnepanelen worden separaat benoemd. In 2017 zou er volgens KIWA géén
"ongeval" met zonnepanelen bekend zijn, maar ik heb zeker 2
incidenten in mijn lijst staan die beslist op PV systemen lijken terug
te voeren in dat jaar. Het aantal "oorzakelijke" brand incidenten
steeg vervolgens vlg. KIWA van 7 naar 13 in de jaren 2018-2019, waarbij
in 2019 dus 5% van de apparaten met incidenten zonnepanelen zou hebben
omvat. Dit zijn echter opmerkelijk lage cijfers, mede gezien het aantal
"incidenten met zonnepanelen en brand", wat Polder PV in de
separate incidenten sectie
op deze pagina heeft weergegeven in die jaren. Voor 2018 werd door KIWA
het volgende benoemd in deze context. " In 2018 zijn al 21 branden
geteld, waarvan 12 bij huizen, 4 bij schuren, 3 bij bedrijfspanden en
2 bij zonnepanelenparken. Het werkelijk aantal branden met zonnepanelen
ligt waarschijnlijk nog stukken hoger dan de 21 in 2018. Deze cijfers
worden namelijk niet goed bijgehouden volgens Brandweer Nederland. De
precieze oorzaak van de branden is in veel gevallen nog niet bekend. De
meeste onderzoeken lopen nog. In diverse gevallen is het installatiewerk
de oorzaak geweest van de branden geweest volgens het IFV".
Aan het eind van de jaren 2017 en 2018 stonden er reeds 582 resp. 774
duizend PV installaties volgens
het CBS. KIWA gaat trouwens uit van "meer dan 11 miljoen zonnepanelen
in gebruik", eind 2018. Dat is een zeer forse onderschatting van
het geïnstalleerde volume. Polder PV houdt al jaren een onderbouwde
afschatting van het mogelijke aantal zonnepanelen in NL bij. Ik kom voor
eind 2018 al op 17 en een half miljoen exemplaren uit, zo'n 58% meer (!!).
Uit deze cijfers volgt in ieder geval, dat het aantal daadwerkelijke oorzaken
van brand bij zonnepanelen in/op woningen en bij bedrijven byzonder laag
zou kunnen zijn, en/of KIWA heeft slechts beperkte info / incidenten in
haar database staan. Van opgetekende incidenten waarin "zonnepanelen"
figureren is bovendien meerdere malen de oorzaak van de brand (nog) niet
bekend, en kan deze beslist nog "elders" liggen (niet bij de
zonnepanelen, omvormers of andere delen van de PV installaties). Zie ook
artikel
Solar Magazine van 14 april 2020.
11 maart 2020.
Motie
van het lid Ronnes over de kwaliteit van de installatie van zonnepanelen.
CDA kamerlid Ronnes kwam op 11 februari 2020 met een "relatief ongevaarlijke"
motie in verband met media reuring over branden op panden met zonnepanelen.
Het was 1 van vier moties ingebracht in het "Debat over brandgevaarlijk
isolatiemateriaal in woonhuizen". Na de gebruikelijke ambtelijke
inleiding volgt: "verzoekt de regering, op basis van het advies van
NEN in overleg met de bestaande kwaliteitskeurmerken en verzekeraars te
treden met als doel om de kwaliteit van de installatie van zonnepanelen
op een brandveilig hoger niveau te krijgen". Volgens het geaccordeerde
stenogram van de vergadering (waarin hij trouwens een opvallende
blunder maakt over het gesuggereerde aantal zonnepanelen in NL), wil
Ronnes dit aan de kaak stellen, "omdat we zien dat er in omliggende
landen anders wordt omgegaan met regels die aan zonnepanelen en aan de
installatie gesteld worden. We hebben bijvoorbeeld horen zeggen dat België
meer eisen dan Nederland zou stellen aan installatie". Website Tweede
Kamer.
Nagekomen: motie
is 18 feb. 2020 aangenomen met handopsteken, 130 voor (van 150). Zie documentatie
op website Tweede Kamer.
31 januari
2020. Hoe
brandgevaarlijk is zonne-energie nu écht? Korte beschouwing
op website van vakbeurs Solar Solutions.
10 december
2019 ff. De
verzekering van zonnepanelen. Kamervragen Moorlag en Nijboer (PvdA),
aan ministers van EZK (Wiebes) en Financiën (Hoekstra). Over verzekerbaarheid
van zonnepanelen na enkel onfrisse wijzigingen van polissen door diverse
verzekeraars. Drie vragen hebben betrekking op de situatie m.b.t. de laatste
tijd meer gesignaleerde branden bij zonnepanelen (nog steeds een fractie
van totaal aantal panden met zonnepanelen, maar wel verontrustend). Die
vragen 5 tm. 7 luiden:.
"Vraag 5
Is het waar dat er meer brandschade ontstaat ten gevolge van het verkeerd
aanleggen van zonnepanelen? Zo ja, wat is de omvang van deze schade?
Vraag 6
Welke wet- en regelgeving geldt er om ervoor te zorgen dat zonnepanelen
goed worden aangelegd? Hoe wordt deze gehandhaafd?
Vraag 7
Is deze wet- en regelgeving afdoende om brandschade te voorkomen? Zo ja,
hoe verhoudt zich dat tot de meldingen van meer brandschade? Zo nee, hoe
gaat u zorgen voor aanscherping van deze wet- en regelgeving en de handhaving
daarvan?"
Antwoorden
van Min. EZK, Wiebes, op 10 feb. 2020. Houdt de boot af m.b.t. de
gesuggereerde rol die de overheid zou moeten spelen in hoogte van verzekerings-premies
voor zonnestroom installaties (met name hier ter sprake: op gebouwen).
Met verwijzing naar "lopend constructief overleg tussen de branche
organisaties en marktpartijen". De verzekeringspremie is ook een
"klein maar niet te verwaarlozen" onderdeel van de totale kostprijs,
en "het [is] wel wenselijk dat de verzekeringspremies in verhouding
tot de risico’s en de schadelast staan". Precieze omvang brandschades
bij zonnepanelen is niet bekend, maar gezien de al enorme gerealiseerde
volumes, én het aantal bekende gevallen (waarvan causaliteit zonnepanelen
<> brand vaak ook nog niet eens is aangetoond) zeer beperkt (verwijzing
naar TNO rapport ook besproken op deze pagina). Wiebes verwijst voorts
naar NEN 1010 normen en Bouwbesluit, waarin voldoende zou zijn geborgd
dat er "niet brandgevaarlijk" zou (mogen) worden geïnstalleerd.
Gemeenten zouden hier op toe moeten zien (al vergeet Wiebes er bij te
zeggen dat die meestal absoluut niet de capaciteit noch de kennis hebben
om lokale situaties deskundig te beoordelen). Wel wordt de NEN normering
tegen het licht gehouden, om nog beter te borgen dat installaties niet
brandgevaarlijk zullen worden opgeleverd. Tot slot, uitbreiding van een
"handreiking richting gemeenten" om invulling aan de zonneladder
te geven bij toekenning van projecten / project gebieden voor toepassing
van zonnestroom wordt niet opportuun geacht. Het hanteren van de zonneladder,
die daken prioritair zou moeten bevorderen, wat ook "gedragen"
wordt door alle regionale partijen, is volgens Wiebes in combinatie met
de bestaande richtlijnen binnen het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl)
voldoende basis voor een verstandige, en succesvolle implementatie, zonder
dat verzekerings-kwesties hier een rol in zouden spelen.
Zie ook diverse schermutselingen in Den Haag n.a.v. het vergelijkbare,
forse megahagel dossier en de verzekerings-kwesties die daarbij spelen,
elders
op Polder PV.
24 december 2019. Geen
verzekering voor bedrijfspand met zonnepanelen: onderneming uit Lochem
ten einde raad. De Stentor. "Onfrisse" gevolgen van een
serie brand incidenten op panden met zonnepanelen in de laatste jaren
(die op het totaal aan daken met zonnepanelen nog steeds een marginale
fractie blijkt te vertegenwoordigen): de verzekeraars lijken het nu al
zat te zijn, en gaan hun brand verzekering premies heftig verhogen, ook
voor bedrijfspanden. Talloze daken met polystyreen als dak isolatie lijken
niet meer verzekerbaar, als er zonnepanelen op worden aangelegd. Een van
de slachtoffers lijkt het nieuwe bedrijfspand van Wila in Lochem te worden,
met plannen voor een voldak systeem, waar echter "onbetaalbare eisen"
aan de dak constructie voor zouden worden geeist door de verzekeraar.
Ook dekking van gevolgschade van brand, zoals het opruimen van silicium
cel, en folie fragmenten in weilanden rondom het eind juli 2019 volledig
loods complex van V.S. Apple Industries in Marknesse (zie incident
melding), zou niet te betalen zijn / worden.
5 september 2019. Slordige
installatie vaak oorzaak zonnepaneelbrand. NRC. Beschouwend artikel
over mogelijke oorzaak van branden bij PV systemen. Wederom wordt temperatuur
(bij indak systemen "oplopend tot 80 graden") als een causale
factor gezien, wat volgens mij echter geen oorzaak kán zijn van
een brand incident. Ook al wordt door TNO rapporteur Bende "voor
een brand heb je een ontstekingspunt nodig en gunstige conditie"
genoemd, waarbij "een [reeds aanwezig] probleem" eerder tot
brand zal leiden. Connectoren blijven ook hier hoofd oorzaak. De zin dat
"gespecialiseerde installateurs hun eigen normen en waarden voor
het plaatsen" kennen kan tot vreemde interpretaties leiden, gezien
het nogal uit de hand gelopen "normen en waarden" debat in NL.
In Vlaardingen wordt door de brandweer geoefend met een zeecontainer met
een PV systeem "hoe een brand te lijf te gaan". Er wordt helaas
weer fatale flauwekul geopperd in de stelling "zodra een hoogwerker
als gewoonlijk zijn felle lichten aanzet om de brandweer te helpen bij
het blussen, wekken de zonnepanelen weer energie op en staat er stroom
op het dak". Dit ongelofelijk hardnekkige fabeltje is reeds jaren
geleden door de Berner Fachhochschule Technik naar Armageddon verwezen,
en het NRC onwaardig, elektrische stromen onder maan- of kunstlicht zijn
bij PV generatoren nauwelijks meetbaar (lees: "Skip
de maan, en breng voldoende schijnwerpers mee..." van ... 24
januari 2011 !). De conclusie, "veel is al goed geregeld, misschien
is het een risico waar we mee moeten leren omgaan, plaatsen van zonnepanelen
blijft mensenwerk" kan Polder PV onderschrijven. Dus: hoofd er bij
houden, professioneel werken, voorschriften naleven en extreme zorgvuldigheid
bij keuze en aanbrengen van connectoren in het systeem: dan is er al een
wereld gewonnen. Utopia bestaat niet.
juni 2019.
'Het
blijft improviseren in het veld'. Artikel in Solar Magazine 10(3)
juni 2019, pp. 26-27, waarin Jaap Molenaar van de Brandweeracademie (onderdeel
van het Instituut Fysieke Veiligheid, IFV) uit de doeken doet wat de huidige
status m.b.v. preventie en bestrijding van branden in/op panden met zonnepanelen
is in Nederland. Waarbij "onduidelijkheden" uit de weg geruimd
zouden moeten worden rond het "brandende" thema zonnepanelen
en brand(bestrijding). Dit, terwijl deze thematiek in buurland Duitsland
al lang goed is geregeld, maar Nederland loopt dan ook op het gebied van
problemen rond zonnestroom blijvend achter bij de rest van Europa. Ook
al omdat de politiek altijd afzijdig is gebleven van deze thematiek, het
neoliberale model dat de "markt" alle problemen wel zou oplossen
heeft hier evident gefaald. Er worden in de zomer van 2019 5 publicaties
van de academie verwacht om het publiek en de brandweer korpsen zelf te
informeren over de preventie van brand in relatie tot PV systemen, om
risicobeheersing helder te krijgen, en tools aan te reiken bij het blussen
van brand op panden met zonnestroom installaties. In de communicatie zal
onderscheid gemaakt gaan worden in drie verschillende typen PV installaties:
opdak systemen, in-dak systemen (zogenaamde BIPV installaties), en grondgebonden
zonneparken. Er wordt gedacht over een makkelijk herkenbare "schakelaar"
die de verbinding tussen "de" omvormer en "de" zonnepanelen
zou moeten kunnen verbreken in het geval van brand. Dat zal echter in
het geval van diverse deelsystemen op het pand een lastig te realiseren
item worden. Bovendien zullen vlambogen van een beschadigde DC generator
zelf daarmee niet voorkomen kunnen worden, zo lang er (voldoende) licht
op de panelen valt.
mei 2019. Veiligheid
van een zonnestroominstallatie. Nulrisico als doelstelling. White-paper
van bekend omvormer fabrikant voor zonnestroom installaties, het Duitse
SMA. Nederlands-talig document, in mei 2019 geopenbaard op de Benelux
sub-site van SMA (indicatie in de white-paper lijkt op publicatie datum
april 2019 te duiden). SMA gaat uitgebreid in op de veiligheids-aspecten
rond zonnestroom systemen. De algemene teneur is, en blijft, dat zonnestroomsystemen
veilig zijn. Recent (2018) onderzoek van het bekende keurings-instituut
TÜV, en ditto Fraunhofer laat zien dat "minder dan 0,006 procent
van alle zonnestroominstallaties ooit een brand veroorzaakte". In
Duitsland zouden er jaarlijks zo'n 190.000 branden optreden. Van slechts
210 gevallen is de oorzaak herleidbaar geweest naar een PV installatie
(NB: Duitsland had eind 2018 volgens
branche organisatie BSW Solar al 1,7 miljoen PV installaties). Volgens
statistieken van de Duitse brandweer en van TÜV zouden "de meeste
gedocumenteerde branden (> 99,9 procent) andere hoofdoorzaken hebben"
dan (een defect bij) zonnepaneel installaties. Volgens TÜV Rheinland
"vormen zonnestroominstallaties onder normale bedrijfsomstandigheden
geen risico‘s voor de gezondheid, de veiligheid of het milieu als
ze op de juiste wijze worden geïnstalleerd en onderhouden door gekwalificeerd
personeel, zoals vereist door de elektrische voorschriften".
TÜV komt, wat eventuele oplossingsrichtingen zoals toepassing van
micro-inverters, cq. power-optimizers op paneel-niveau, betreft, ook tot
de conclusie: "Door de grotere objectiviteit van de argumentering
zijn brandweerkorpsen afgestapt van de algemene vereiste om het systeem
uit te schakelen, met als reden dat in theorie elk uitschakelapparaat
kan falen". Wat de veiligheid voor het brandweer personeel zelf betreft
zijn er ook al lang in Duitsland toegepaste voorschriften volgens de daar
toegepaste DIN VDE 0132 veiligheids-norm: neem blusafstanden van 5 m bij
volle straal, en van 1 m bij het zogenaamde "sproeiblussen"
in acht. Als men deze minimum afstanden respecteert, treden er geen gevaarlijke
lekstromen op die een eventueel gevaar voor het blus personeel zou kunnen
opleveren.
Brandpreventie. De belangrijkste punten van aandacht om brand bij PV systemen
te voorkomen:
1. Fouten bij de installatie: slechte aansluiting van gelijkstroomconnectoren,
onvoldoende gekrompen connectoren, ontbrekende trekontlasting, enz.
2. Productfout: defecten in panelen en omvormers
3. Externe invloeden: aanvreten door dieren, blikseminslag, enz.
4. Ontwerpfout: verkeerde mechanische en elektrische installatie
Gewaarschuwd wordt voor het gebruik van zogenaamde "kruisconnectoren"
(connectoren van verschillende fabrikanten, bij TNO "cross-mating"
genoemd, de studie meldt een onderzoek van de Universiteit van Bern uit
2016, waaruit bleek dat 48% van de ondervraagde installateurs die toepaste)
en slecht gemaakte "gekrompen connectoren" (kabel-kabel verbindingen
met aangezet metalen tussenstuk), die hoge risico's op brand vormen indien
slecht / ondeskundig in elkaar gezet (hoge interne weerstanden opleverend,
een tale-telling IR foto wordt getoond).
Belangrijkste oorzaak van storingen in PV installaties:
1. Contactstoringen
2. Productgebreken
3. Opleiding en gekwalificeerd personeel
Opvallend is ook de claim dat indien besloten zou worden om "uitschakeling
op paneel niveau" te introduceren (NB: middels micro inverters of
power optimizers, wat vaak als "oplossingsrichting" wordt gezien),
dit het aantal gelijkstroom connectoren in het systeem zou verdubbelen,
en risico's op fouten juist zou verhogen. De algemene conclusie van het
voorkomen van problemen luidt: "Om het veiligheidsniveau verder te
verhogen, moet de aandacht worden gericht op de hoofdoorzaken van storingen
in zonnestroominstallaties: contactfouten en productfouten. Het verhogen
van de kwaliteit en het definiëren van testnormen zijn van essentieel
belang om de kwetsbaarheid op het gebied van veiligheid te verminderen.
Zo niet, zal uitschakelapparatuur op paneelniveau het risico op brand
bij een zonnestroominstallatie verhogen. Dergelijke apparatuur mag dan
ook niet verplicht worden gemaakt in het kader van brandpreventie".
Een toevoeging die, dat moet er bij gezegd worden, string omvormer specialist
SMA natuurlijk goed uitkomt.
Tot slot worden richtlijnen voor brandbestrijding gegeven (toegangsroutes
tussen panelen op het dak, documentatie en signalisatie van essentiële
systeem componenten, en blus voorschriften bij brand), algemene conclusies
deels hierboven al beschreven, en wordt een literatuur lijstje, en, als
bijlage, een overzicht van citaten van deskundigen gegeven omtrent deze
materie.
15 mei 2019.
Kamerbrief
met reactie op bericht 'Meeste kans op brand met in het dak geïntegreerde
zonnepanelen'. Website Rijksoverheid - Min. EZK. Minister Wiebes van
Min. EZK reageert schriftelijk op een vraag van de vaste commissie voor
Economische Zaken van de Tweede Kamer n.a.v. berichtgeving over het in
april gepubliceerde TNO rapport (in casu bericht
van Nu.nl van 11 april 2019). Het grootste deel van de brief is een
samenvatting van bevindingen in het verslag van TNO (wat zelf expliciet
stelt dat het geen uitgebreid rapport is maar een inventarisatie). Op
pagina 2 van de bijna 3 pagina's tellende brief stelt Wiebes dat de branche
organisaties Holland Solar en Techniek Nederland een informatie campagne
richting installerend Nederland is gestart, waarbij met name het al zeer
lang door Polder PV gewraakte thema "deugdelijke connector verbindingen"
extra onder de aandacht zal worden gebracht. Of eventuele (vrijwillige)
certificaten zoals het al langer binnen de sector gebezigde "Zonnekeur"
op dit punt verbeterd zouden moeten worden is aan de branche om daar aan
invulling te geven, en om de te verkrijgen installatie kwaliteit "borgende"
certificaten aan te scherpen. Wiebes krijgt na de zomer terugkoppeling
van RVO over deze mogelijke aanscherping, na gesprekken met vertegenwoordiger
uit de zonne-sector.
Wiebes stelt verder dat aan de standaard bouwnorm NEN
1010 (laagspanningsinstallaties) voldaan dient te worden bij PV installaties.
Deze norm zou - volgens TNO - slechts "adviserend" zijn, i.p.v.
"dwingend" op het punt van (deugdelijke) connector verbindingen,
en het gebruik van zowel male als female stekkers van een en dezelfde
fabrikant (en merk) bij het maken van verbindingen bij PV installaties.
Verder stelt Wiebes dat de onderzoekers van TNO kanttekeningen bij de
norm NEN
7250 (Zonne-energiesystemen - Integratie in daken en gevels - Bouwkundige
aspecten) zetten. Deze norm is geen Bouwbesluit norm, maar een vrijwillig
toegepast document door de sector. In de norm wordt een uitwerking gemaakt
van "zowel de publiekrechtelijke eisen uit het Bouwbesluit, als aanvullende
privaatrechtelijke eisen". TNO stelt dat met name bij in-dak PV systemen
deze norm tekort schiet ten aanzien van de brandbaarheid van materialen
onder de (waterkerende) buitenste daklaag. RVO heeft normalisatie instituut
NEN gevraagd de TNO studie mee te nemen in aanscherping van de NEN 7250
bij de diverse norm commissies. Aangezien hier een duidelijke relatie
ligt met het Bouwbesluit, wordt er binnenkort ook overleg gevoerd tussen
het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, die over
dat dossier gaat, met de NEN organisatie.
Wiebes besluit met "standaard brandveiligheid" normen bij product
regelegeving, en dat er sowieso altijd brandveilig opgeleverd dient te
worden volgens het Bouwbesluit. Bouwers, PV installateurs, én gebouw
eigenaren, dienen aan het Bouwbesluit te voldoen, en dit in de praktijk
na te leven. Toezicht op de naleving hiervan ligt bij de gemeenten. Wiebes
geeft geen invulling aan de suggestie, dat gemeentes dit dan maar op moeten
lossen, en hoe ze dat voor elkaar gaan krijgen, gezien de complexiteit
van de materie, hun al omvangrijke takenpakket, én het feit dat
de zonnestroom sector al jaren "boomt". Wiebes stelt tot slot
dat (inderdaad) het aantal branden bij PV systemen beperkt is, en dat
het door gerichte voorlichting van en door de branche, de frequentie ervan
nog verder omlaag kan. Overigens, ook in deze Kamerbrief geen enkele verwijzing
naar het al jaren gevoerde, omvangrijke, al in de zomer van 2010 opgetuigde
"zonnepanelen
en brand dossier" op de website van Polder PV, die zijn tijd
op dit punt wederom ver vooruit was, en die uitdrukkelijk heeft gewaarschuwd
voor installatie kwaliteit, met name bij BIPV installaties ....
mei 2019.
"Niet
met de vinger wijzen, maar het samen doen" (Solar Magazine tijdschrift,
10(2) mei 2019: pp. 84-85. Impressie van "technologische verdieping"
workshop bij Conduct Technical Solutions, o.a. over veiligheid van PV
installaties in Nederland, incl. brandgevaar. Verschillende contribuanten
komen aan het woord, waaronder drie professionals uit de verzekerings-branche.
Voor introductie tot het artikel zie SM
bijdrage van 14 mei 2019.
6 mei 2019.
Brandgevaar
door foute aansluiting zonnepanelen. BNR radio. Uitzending met interviews
met Marcel Wennekes, voorzitter van de NEN
norm commissie voor meter ruimtes, en met Doekle Terpstra, voorzitter
van Techniek
Nederland (opvolger van UNETO-VNI), over de risico's van slecht vakmanschap,
normeringen van techniek, certificatie van personeel e.d., in verband
met de gesignaleerde toename van branden op daken met zonnepanelen. Wennekes
claimt een toename van het aantal branden in meterkasten, maar kan niet
hard maken dat dit (deels) komt door toegenomen inzet van geïnstalleerde
PV systemen. Al constateert ook hij dat er "cowboys" rond lopen,
en dat er zowel aan AC zijde (meterkasten) als op het dak (DC zijdige
aansluitingen) vaak fouten worden geconstateerd. Die zeker op termijn
(niet altijd kort na oplevering), vanwege mogelijk versnelde veroudering
van kabels e.d., risico's kunnen opleveren (incl. mogelijk brand). Terpstra
claimt dat Techniek Nederland de normen voor haar leden zo hoog heeft
gelegd, dat risico's op dit vlak zijn geminimaliseerd. Groot pijnpunt
blijft echter, dat handhaving op het vlak van kwaliteit van technische
installatie van PV systemen in Nederland de facto non-existent blijft.
Die handhaving zou bij de gemeentes liggen, maar die hebben (a) de competentie
vaak niet, en (b) tig andere dringende dossiers die continu om aandacht,
en om inzet van het schaarse personeel vragen.
11 april 2019.
Reactie
op het TNO rapport naar brandincidenten met zonnepanelen. Bericht
branche organisatie Holland Solar. De branche organisatie "neemt
het onderzoek zeer serieus". Zowel Techniek Nederland (voormalig
UNETO-VNI), als Holland Solar "kunnen zich vinden in een aantal aanbevelingen
die TNO doet om brandincidenten in de toekomst te voorkomen, maar plaatsen
ook enkele kanttekeningen".
(1) Gesteld wordt,
dat de "gewraakte" BIPV systemen niet door installateurs, maar
door "bouwers" worden aangelegd. En dat het niet "wenselijk"
zou zijn dat bouwbedrijven dergelijke (veeleisende) installaties zouden
(mogen) aanleggen. De organisaties missen die "vaststelling"
in de TNO rapportage. De vraag is of dat in alle gevallen wel zo is, volgens
mij is er beslist een deel van dergelijke PV projecten die door installatie
bedrijven worden aangelegd. Hoe groot dat probleem is, is een tweede.
Dat de informatie voorziening veel beter moet, en de eisen fors dienen
te worden aangescherpt, met name voor BIPV systemen, staat wat mij betreft
(al jaren) buiten kijf.
(2) De organisaties
zien geen noodzaak in "extra" eisen in de normering voor "correcte
aansluiting van connectoren", en wijzen op de in het Bouwbesluit
opgenomen NEN-1010-2015 deel 712, waarin dat geregeld zou zijn. Een voorschrift
wat per definitie nageleefd dient te worden, door alle partijen.
(3) Waar TNO nogal
wat kritiek heeft op de - kennelijk als te vrijblijvend gevonden - eisen
voor het behalen van het Zonnekeur
certificaat, claimen de branche organisaties kennelijk dat dit voldoende
waarborg zou moeten bieden voor hoog-kwalitatief werk van bedrijven die
dat certificaat hebben behaald.
(4) M.b.t. de door
TNO voorgestelde "multidisciplinaire werkgroep die met aanbevelingen
komt voor constructie van en materiaal-brandbaarheidseisen aan in-dak-PV-installaties"
onderschrijven de branche organisaties dit initiatief. En wordt tevens
aan fabrikanten en leveranciers van PV hardware gevraagd, om "mee
te werken aan stress-test onderzoek van PV-systemen".
(5) De branche organisaties
stellen dat niet alle bedrijven actief in de PV branche lid zijn van 1
of beide organisaties. En dat ze dus niet kunnen "instaan" voor
de "vakbekwaamheid" op het gebied van kwaliteit en veiligheid,
van dergelijke bedrijven.
11
april 2019. Brandincidenten
met fotovoltaïsche (PV) systemen in Nederland. Een inventarisatie.
Website / archief TNO, publicatie nummer TNO 2019 P10287, via gelinkte
pdf beschikbaar. Nadat al enkele malen vrij globale details eerder uit
het rapport van TNO waren "gelekt", verscheen het volledige
rapport over een eerste inventarisatie van brand incidenten met zonnepanelen
in Nederland in de tweede week van april op de website van de onderzoeks-instelling.
Publicatie datum is 13 maart 2019. TNO benadrukt dat het gezien de tijdsdruk
en beperkt budget niet om een volwaardig onderzoek is gegaan, maar om
een eerste inventarisatie. Hierin wordt overigens al uitgebreid geciteerd
uit voornamelijk buitenlandse literatuur (met name Duitse, waar het onderzoek
aan - voorkomen van - branden bij PV installaties al vele jaren verder
is dan elders). Er zijn 27 incidenten in Nederland geïnventariseerd
/ onderzocht. De meeste daarvan vonden plaats in 2018 (en waren grotendeels
verderop in de al ruim 40 NL-se incidenten tellende lijst van Polder PV
reeds terug te vinden, slechts enkele "cases" zonder externe
berichtgeving zijn "nieuw"). 12 er van betroffen zogenaamde
"in-dak" systemen, die ook door TNO het meest kwetsbaar worden
geacht vanwege het feit dat er geen brandwerende laag van (keramiek) dakpannen
aanwezig is tussen de elektrische (DC) contacten en het - meestal zeer
dichtbij gelegen - dakbeschot. Waarvan ook is gebleken dat lang niet altijd
goed brand werende isolatie folies zijn toegepast.
TNO gaat uitgebreid in op de mogelijke oorzaken, en stelt vast dat mismatch
van connectoren van hetzelfde type, maar van verschillende merken (in
het rapport "cross-mating" genoemd), mogelijk een belangrijke
oorzaak kan zijn van diverse (in-dak systeem) branden. Ook bij zelf op
(verleng) DC kabels gemonteerde stekkers gaat het vaak fout omdat het
verkeerde gereedschap wordt gebruikt, en vaak onder zware tijdsdruk -
op de daken - moet worden gewerkt*. Regelmatig
ook door niet gekwalificeerd personeel. TNO refereert vooral aan buitenlandse
bronnen; eigen onderzoek aan de geciteerde NL-se casussen kon (nog) niet
worden gedaan. Vreemd daarbij is wel, dat ze niet de diverse testen in
het Duitse vakblad Photon en haar zuster tijdschrift PHOTON Profi heeft
geciteerd, waarbij in het verleden herhaaldelijk voor genoemde "mismatch"
tussen "male" en "female" connectoren is gewaarschuwd,
vanwege - in het uiterste geval - mogelijk brandgevaar. Genoemde vak tijdschriften
hebben vooral in de periode 2007 tm. 2012 enkele malen over deze materie,
met data van eigen, uitgebreide connector testen, gepubliceerd (zie diverse
voorbeelden onder sectie informatie). Door slechte
contacten tussen de "male" en "female"connectoren
kan de overgangsweerstand tussen de 2 stekker delen dermate hoog oplopen,
dat vonken en/of vlambogen kunnen ontstaan. Met zeker in BIPV situaties
een sterk verhoogd risico op brand in de direct onderliggende kunststof
en/of houten dakbeschot delen. Overigens is TNO kritisch over het hanteren
van het begrip "vlamboog", wat geen eenduidige definitie kent
in de literatuur.
Het TNO rapport gaat dieper in op mogelijk oorzaken van problemen - en
daar op termijn mogelijk uit volgende brand oorzaken, noemt de plotsklapse
wijzigingen in subsidie regimes en de daarmee gepaard gaande enorme werkdruk
kort voor de wijzigings-datum als potentieel volatiele "politieke
dimensie" in dit dossier (met voorbeelden van dergelijke plotselinge
subsidie regime wijzigingen in het buitenland), doet diverse aanbevelingen
aan de branche organisatie Holland Solar, en aan de Rijksdienst voor Ondernemend
Nederland, RVO. En gaat tot slot individueel in op de 27 brand casussen
(waarbij echter slechts bij enkele gevallen nadere details bekend worden
gemaakt van, vaak summiere, onderzoek resultaten). Opvallend is, dat TNO
van een eigen schatting van het aantal nieuwe installaties in 2018 uitgaat
(170.000 PV-systemen, wat nergens anders is gepubliceerd), en dat ze op
basis van het - korte - brand incidenten lijstje uitkomen op een aandeel
van slechts 0,014% "door brand getroffen" residentiële
PV systemen in dat jaar. NB: er lijkt in het TNO onderzoeks-rapport géén
gebruik te zijn gemaakt van de al jaren geaccumuleerde detail informatie
over brand en zonnepanelen in dit al lang gevoerde dossier op de website
van Polder PV. Een achttal door PPV gesignaleerde branden op/in objecten
met zonnepanelen in 2018 lijkt niet te zijn opgemerkt door TNO (zie incidenten
lijst verderop).
De TNO studie werd aangehaald in een artikel bij PV Magazine International
(12
april 2019). Zie ook kort stukje op
Installatie.nl (16 april 2019), en bij
verhuurders branche organisatie Aedes (20 mei 2019, site Bewonersraad,
oorspronkelijke link
bij Aedes niet meer te vinden).
* Zie bijvoorbeeld video
van Bram Klaassen (eigenaar BeSolar B.V.), 15 april 2019 op Linkedin.
Over foutieve en correcte wijze van het monteren van een (contra)plug
op een solar kabel. Filmpje / info zou later nog moeten worden uitgebreid.
1 april 2019.
Incidenten
met zonnepanelen. Zonnige kopzorgen? Kort artikel in Brandweerkrant
van Nederland (nr. 29 / lente 2019), digitaal beschikbaar op ISSU.com
(daar gepubliceerd op 1 april 2019). Hierin claim "‘Branden
met zonnepanelen zijn relatief nieuw". Voor Nederland "wellicht",
maar in Europa en elders al vele jaren een terugkerend - maar qua impact
nog steeds zéér bescheiden thema. De branche werkt voor
haar eigen personeel aan twee "handreikingen" hoe met het fenomeen
om te gaan. Een eerste exemplaar zal tips bevatten voor "beoordeling
en advisering" van aangetroffen situaties. Deze wordt aangevuld met
een zogenaamde "E-module". Het tweede exemplaar zal adviezen
gaan bevatten "voor de bestrijding van incidenten met zonnepanelen"
Ook die zullen worden verwerkt in een die zogenaamde "E-module voor
brandweercollega’s". Daarnaast wordt door het Instituut Fysieke
Veiligheid (IFV), het Verbond van Verzekeraars, en Brandweer Nederland
samengewerkt aan een brochure die is gericht zal zijn aan burgers en bedrijven
op het vlak van preventie rond (potentiële) brand risico's bij zonnepanelen.
N.a.v. een brand bij een BIPV "in-dak" systeem in Hulst (Zld,
16 juni 2018) werd geconstateerd
"vaak is er iets mis met de installatie van de panelen" (inkoppertje).
In Hulst zou "te weinig vrije ruimte tussen het paneel en de brandvrije
ondergrond" zijn geweest (is uiteraard een hoge risico factor, maar
niet automatisch de exacte oorzaak van het ontstaan van de brand). Daarnaast
zouden niet de originele bevestigingsbeugels zijn gebruikt (ditto). Ook
zou het geplaatste dakfolie een "brandklasse E" hebben, wat
"zeer brandbaar" is (wederom: hoge risico factor, maar geen
"brand oorzaak"). Tenslotte zou het bevestigingsframe niet zijn
geaard. Of dat laatste, wederom, iets met de oorzaak van de brand te maken
heeft, mag betwijfeld worden. Sowieso is er al jarenlang een stevige discussie
in Duitsland over de "noodzaak" van aarding van (frames van)
PV systemen, en over de "gewenste uitvoering" daarvan. Residentiële
systemen zijn bijna nooit geaard, en daar zijn er honderdduizenden van
in Nederland. Zie ook artikel Solar Magazine (5
april 2019).
26 maart 2019.
Onderzoeksrapport
TNO: slecht aangesloten connectoren veelal oorzaak van brand bij zonnepanelen.
Solar Magazine.nl. Ook al is het lang verwachte TNO rapport nog steeds
niet gepubliceerd, worden er af en toe kennelijk details uit gelekt. In
dit artikel bij Solar Magazine o.a. de al lang door Polder PV frequent
te berde gebrachte potentiële "fail" bij BIPV systemen,
uit de mond van Holland Solar voorzitter Jaap Baarsma naar aanleiding
van dat rapport: "Er zijn ernstige aanwijzingen dat de connectoren
van de kabels achter de zonnepanelen niet altijd goed worden aangesloten".
U kunt niet zeggen dat ik niet heb gewaarschuwd voor de grote risico's
bij connectoren bij BIPV installaties, mede gezien het feit dat bij slechte
contacten onherroepelijk DC vlambogen dreigen. Boven de pannen niet direct
een probleem (vanwege ondoordringbaarheid van een pannendak). Maar ónder
de pannen is dat een heel ander "verhaal" ...
Ook de Stentor besteedde weer eens aandacht aan het thema (artikel
27 mrt. 2019), klopt de boel nogal op gezien het extreem lage aantal
brandjes ("vorig jaar 25 branden gemeld met zonnepanelen" in
heel NL - let op de formulering), wat door Rosmuller van Inst. Fysieke
Veiligheid als "onder registratie" wordt gezien (zonder op vermoedelijke
"echte" percentages in te gaan, die nog steeds extreem laag
zullen zijn, anders hadden de kranten er "vol" van gestaan).
De eerder al te berde gebrachte "APK keuring" van PV installaties
komt hier weer om de hoek kijken. Rosmuller claimt dat het "alle
hens aan dek" moet gaan worden. M.i. een nogal dikke olifant i.p.v.
de mug, de sector moet beslist wel aan het werk, blijf ik herhalen, met
de structurele installatie voorschriften en naleving daarvan, bij de meest
kwetsbare BIPV installaties.
26
maart 2019. Zorg
om branden bij zonnepanelen. ED.nl. N.a.v. incident met zoveelste
BIPV installatie in Sint-Oedenrode (zie hier),
waarvan de oorzaak nog steeds niet bekend is, maar "bij de zonnepanelen"
wordt vermoed, een korte nabeschouwing. Het al langer aangekondigde onderzoek
van TNO naar branden bij zonnepanelen blijkt te zijn afgerond (nog niet
bij TNO of bij RVO te vinden). Een van de conclusies zou zijn "Zonnepanelen
die in het dak worden verwerkt, leiden vaker tot brand dan reguliere panelen
bovenop de dakpannen". Inspectie bureau van Tiel & Partners constateert
in hun praktijk "Het zijn vaak heel zichtbare gebreken: kabels die
niet in kabelgoten liggen, een ondeugdelijke doorvoer van kabels die kan
leiden tot beschadigingen, omvormers op ongelukkige plekken". Woordvoerder
Burghgraef stelt dat ventilatie ook een structureel probleem is bij dergelijke
installaties, waarbij de achterzijde van de ingebouwde zonnepanelen "85
tot 90 graden" kunnen worden (dit zal echter beslist niet zomaar
op zichzelf een brandje kunnen starten volgens mij. Dit werd later bevestigd
in het TNO rapport, zie bespreking).
Burghgraef pleit voor strengere normen en "een effectieve controle".
Waarbij ik er van uitga, dat met name de BIPV systemen een extra punt
van aandacht zullen moeten worden bij dergelijke inspecties.
Holland Solar maakt zich zorgen en stelt binnenkort aan een publiciteits-campagne
te werken voor betere kwaliteit (met name bij BIPV installaties). Voorzitter
Baarsma claimt dat het feit dat bij nieuwbouw projecten de zonnepanelen
vaak al worden meegenomen "in de bouwstroom" (vaak door niet
terzake kundig personeel), en dat pas veel later een elektrotechnicus
de generatoren aansluit, een reden kan zijn dat de kwaliteit suboptimaal
zou (kunnen) zijn bij dergelijke projecten. Hij stelt dat dit "de
aandacht" moet krijgen.
Voor de getalsmatige verhoudingen blijft het belangrijk om te benadrukken,
dat het aantal branden op of in panden met zonnepanelen zeer marginaal
blijft op het totaal aantal installaties (en, nogmaals, dat de óórzaak
van de brand bijna nooit bekend wordt, en dus beslist ook buiten de PV
installatie gelegen kan hebben). Het kennelijk door RVO in opdracht gegeven
onderzoek zou (slechts) 15 branden nader hebben onderzocht. In 2018 kwam
er volgens voorlopige cijfers van het CBS zo'n
600 MWp op huizen bij. Bij aanname van het systeem gemiddelde per
woning (nieuw) in 2018 volgens
Nationaal Solar Trendrapport 2019, 3.688 Wp, zou dat op bijna 163.000
nieuwe installaties neergekomen kunnen zijn (woningen), nog afgezien van
alle SDE projecten (nieuw 2018 volgens
nog bij te stellen cijfers van CertiQ 2.240 installaties), en exclusief
de duizenden nieuwe, meestal kleinere projecten zonder SDE subsidie op
talloze industriële, MKB, utiliteit, gemeente daken, etc. NB: het
artikel noemt 200.000 installaties nieuw in 2018, zonder bron te noemen.
Baarsma benadrukt de getalsmatige verhoudingen, maar stelt ook terecht
dat elke brand (vanwege manco's aan een PV systeem) er een teveel is.
28
november 2018. Zonnepanelen
op daken van chemische industrie: moeten we dat willen? Topics.nl.
Komkommertijd in de winter, in dit artikel uit "een kwaliteitskrant".
Opgeklopt verhaaltje over "zonnepanelen bij bedrijven met een verhoogd
risico, zoals in de (petro)chemische industrie", met verwijzing naar
incidenten zoals op een woning in Hulst (zie
onder). Wat een BIPV installatie betrof, en waarvan het hoogst onwaarschijnlijk
is dat dat ooit op (daken van) een "petrochemisch complex" aangebracht
zal gaan worden (ik ken er geen). De verwijzing naar "particulieren
die steeds meer eigen zonnepanelen leggen" wordt niet onderbouwd,
het zijn bijna altijd installateurs die dat doen (en ja, die maken soms
fouten, zoals overal met installaties gebeurt). Verder bekende claims,
die al vaak in diverse fora zijn besproken, en die kennelijk in het najaar
van 2018 tijdens een bijeenkomst van de Veiligheidsregio's in Arnhem wederom
zijn gepasseerd. Over het extreem lage percentage branden bij panden met
zonnepanelen t.o.v. het totaal aantal branden (eventuele causaliteit tussen
zonnepanelen en de oorzaak van de brand daargelaten) wordt niet gesproken.
Er wordt gerefereerd aan zonnepanelen bij "gevaarlijke" bedrijven
("categorie BRZO"), als Dow Chemical en Zeeland Refinery. Wat
de laatste betreft: daar is net een dik 28 duizend zonnepanelen tellend
zonnepark opgeleverd.
Als daar ooit wat "mis" mee zou gaan, wat volgens mij een unicum
in de wereld zou zijn (een grondgebonden zonnepark met felle uitslaande
brand die de gebouwde omgeving bedreigt ???): gewoon gecontroleerd uit
laten branden, van voldoende afstand blussend. Het veld staat op een honderdtal
meters van de eerste opslag tank, waar ook nog een hoge wal omheen ligt.
Over tot de orde van de dag.
2
november 2018. Too
hot to handle. Brandweer.nl, site van Brandweer Nederland. "Casus"
van een brand op een woning met zonnestroom generator, onderdeel van gerenoveerd
blok van 4 woningen met over de volledige lengte van 1 dakhelft zonnepanelen,
gemonteerd op een houten dakbeschot boven een waterkerend membraan waar
onder een dik isolatie pakket (brandwerend). Een strook van zeker 12 panelen,
op de grens met de aanpalende woning is bijna geheel verbrand. Gelukkig
bleek de dakisolatie goed brandbestendig, maar moest van binnenuit het
dak worden open gezaagd om het vuur definitief te kunnen blussen. Brandweer
deed onderzoek naar mogelijke oorzaak, maar zet daarbij wel een disclaimer:
"De exacte oorzaak van de brand is niet meer te achterhalen; daarvoor
is er te veel beschadigd". Er worden verschillende foto's getoond,
van onherkenbare zonnepanelen, en van een kennelijk niet getroffen IP-67
junction-box (met verwijderd of gesmolten? kapje) van het label ZJRH (Renhe
Photovoltaic Technology Co., Ltd., Xinpu Town, China), Wel suggereert
"de" brandweer de volgende "opvallende punten":
(1) De afstand tussen
de onderkant van de zonnepanelen en het dakbeschot was slechts 5 cm en
de afstand tot de panlatten slechts 2,5 cm. Volgens de handleiding van
de zonnepanelen moet er een minimale ruimte van 10 cm tussen het paneel
en het dakbeschot zitten.
(2) Een
monteur had eerder dat jaar een defect aangetroffen dat erg warm was;
wel 100º Celsius. Volgens de montagehandleiding is de bekabeling
bestand tegen een temperatuur van maximaal 85º Celsius en de connectoren
tot 105º Celsius.
(3) De zonnepanelen
hebben een TÜV-certificaat, maar ze staan niet (meer) in de database
van TÜV-Rheinland.
Mbt punt 1: duidelijke installatiefout, tenzij modules expliciet vrijgegeven
zijn voor dergelijke situaties (is onbekend, doch onwaarschijnlijk).
Mbt punt 2: niet duidelijk
is wat het onderdeel ("defect") was, wat kennelijk 100 ºC
is geweest. Dat kan namelijk ook een hotspot in een zonnecel zijn geweest.
Dat zou op zich beslist zorgwekkend zijn. Wat ook onbesproken is: waaróm
was die monteur daar - kennelijk met hitte detecterende IR camera ? Waren
er al duidelijke aanwijzingen dat er iets mis was? Zo ja, wat was dat
dan? Dat wordt helaas niet duidelijk uit het bericht.
Mbt punt 3: Er kunnen
talloze oorzaken zijn voor het niet (meer) aanwezig zijn in het TÜV
certificatie portal Certipedia.com,
zoals verwoord in paragraaf 4.5 Restriction, Suspension, Expiration and
Declaration of Invalidity of Certificates or Licenses and of the General
Agreement, van de Testing
and Certification Regulation op het TÜV product certification
portal. Een mogelijke oorzaak is een niet meer verkochte product serie,
zodat oude certificaten komen te vervallen. Deze zijn immers niet meer
van toepassing te verklaren op nieuwe producten, die opnieuw getest moeten
worden door TÜV. Veel fabrikanten laten dan de certificaten voor
oudere series vervallen (er moet namelijk ook voor betaald worden). Zoals
bekend, verschijnen er vrijwel jaarlijks nieuwe product series bij de
meeste PV fabrikanten. Veel series zijn slechts een paar jaar te koop
cq. "in circulatie". Ergo: dat is niet specifiek "een punt
van zorg" m.b.t. het onderhavige geval, maar "een normale gang
van zaken".
Op basis van hun bevindingen, stelt het portal als mogelijke oorzaak te
kunnen stellen: "Door de zon en de (te) kleine afstand tussen de
zonnepanelen en het dakbeschot (te weinig ventilatie) is de temperatuur
hoog opgelopen. De combinatie van hoge energieproductie en hoge temperaturen
en te weinig ventilatie heeft waarschijnlijk oververhitting van de aansluitkastjes
of bekabeling veroorzaakt. Deze zijn zo heet geworden dat de panlatten
vlam hebben gevat". Ik denk echter, dat dit beslist niet zo expliciet
gesteld mag worden, de precieze oorzaak is helaas niet te achterhalen
(wat op dezelfde pagina impliciet wordt toegegeven). Na vergelijking met
reeds eerder gepubliceerde beelden door Polder PV, blijkt het onderzochte
incident dat van een NOM woningblok in Melick (Limburg) te zijn geweest,
brand in augustus 2015 (zie incident
beschrijving in chronologische incidenten lijst verderop).
Zie ook het artikel
in Solar Magazine (9 nov. 2018)
tot november
2018. Feiten
en cijfers branden. Federatie Veilig Nederland (voorheen: Vebon-NOVB.nl),
data beschikbaar tm. nov. 2018. Nuchtere cijfers die het aantal "branden
in/op woningen met zonnepanelen" in het essentiële perspectief
zetten. 64.427 (claims voor) woningbranden per jaar (eerdere cijfers hadden
het zelfs nog over 80.582 resp. 103.657 woningbranden per jaar), 177 (eerder:
220, nog ouder: 283) brand claims gemiddeld per dag, 1 op 67 woningen
wordt jaarlijks door brand getroffen (al langere tijd constant), 21 "fatale"
woningbranden (22 dodelijke slachtoffers, dat was eerder nog 47 fatale
branden). Primaire oorzaken van woningbranden: 33% door roken in huis,
30% door kortsluiting of een defect apparaat.
Aantal "meldingen"
van brand in/op woningen met zonnepanelen 2018 bij Instituut Fysieke Veiligheid:
25
... Zie ook het later verschenen artikel "2018
telt 33 doden bij woningbranden" op website Brandweer.nl (4 apr.
2019).
30 oktober
2018. Kamerbrief
over reactie op artikel Holland Solar en RVO willen onderzoek naar brand
door zonnepanelen. Ministerie EZK. Kamerbrief van Minister Wiebes
aan vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat, over het verzoek
van Holland Solar - via RVO - om onafhankelijk onderzoek naar de oorzaak
/ oorzaken van branden in/op panden met zonnepanelen van het afgelopen
jaar (en eerder). Wiebes voegt inhoudelijk weinig toe aan wat we al weten,
schermt met (standaard, vrij weinig zeggende) CE markering van installatie
materialen en apparatuur, en wijst op de NEN1010 norm voor laagspannings-installaties.
Hij stelt dat het aantal branden in/op panden met zonnepanelen beperkt
is (wisten we al, zie bericht Veerman hier onder, 19 sep. 2018), en dat
het "vertrouwen van burgers in (installatie van) zonnepanelen"
in het geding zou kunnen komen. Daar zit wat in, maar dan zou ik eerder
zwaar inzetten op een verplichte opleverings-keuring vóórdat
een installatie verkocht mag worden aan een nieuwe eigenaar. Daarmee zou
je al de nodige ellende kunnen afvangen (naar analogie van, bijvoorbeeld,
de verplichte AREI keuring in België), en dat "vertrouwen"
snel kunnen versterken. Solar Magazine wijdde er ook een
bericht aan.
26 oktober
2018. Zonnepanelen
bron van brand. Telegraaf. De krant van wakker Nederland kon natuurlijk
niet achterblijven, en wijdde ook een stukske aan het (nogal opgeklopte)
thema "brand en zonnepanelen". Maurice de Beer van de Veiligheidsregio
Rotterdam Rijnmond wordt aangehaald over "het fenomeen", die,
hoogst curieus, besluit met de mededeling dat sommige mensen kennelijk
enkele dagen hun zonnepanelen "hoorden brommen" ... waarna er
brand uitgebroken zou zijn ... Nogal vreemd fenomeen. Of het allemaal
klopt, of dat er iets anders aan de hand is, laat ik, gezien de reputatie
van de Telegraaf op het gebied van verslaggeving over duurzame energie
in het midden.
3 oktober
2018. Brandgevaar
van in-dak zonnepanelen. Bijdrage van managing director Paul de Jong
van het in Kessel (Peel en Maas, L.) gevestigde BIPV bedrijf Solinso,
op Linkedin pagina. Het bedrijf produceert langwerpige "zonnedakpannen"
die in leistenen daken "ingebed" kunnen worden, of als volledig
(waterkerend) dak geleverd kunnen worden, met een fraai esthetisch resultaat.
Over mogelijke oorzaken van branden in BIPV installaties, en noodzakelijke
punten van aandacht om lokale verhitting van systeem onderdelen te voorkomen.
Vrij diep ingaand op enkele technische aspecten. De claim "nog geen
branden in onze producten" is uiteraard geen garantie dat er nooit
wat mis zal gaan. Echter, beslist goede insight in de materie.
26 september
2018. ’Minder branden door meer aandacht voor installatie
zonnepanelen’. Haarlems Dagblad (link
/ url niet meer te vinden). O.a. met citaten van Hans Stoop van PV leverancier
EnergieWonen (15.000 installaties geleverd, geen branden). "Brand
komt bijna nooit door panelen, maar door hoe deze zijn aangelegd",
en "Het is geen Ikea-kast die je in elkaar zet". Stoop verwijst
o.a. naar het keurmerk Zonnekeur.
Maar ook dat is geen 100 procent garantie dat er nooit wat mis kan gaan.
Van een van de bedrijven met Zonnekeur weet ik dat een PV installatie
niet lang nadat het was opgeleverd voor een hevige brand heeft gezorgd
(exacte oorzaak helaas nog niet bekend).
20 september
2018.
"Holland
Solar en RVO willen onderzoek naar brand door zonnepanelen".
Energeia, 20 september 2018 (pay-wall). Samenvattend artikel door Orla
McDonald over initiatief van Holland Solar en RVO om onderzoek naar branden
op panden met zonnepanelen te entameren. Polder PV's vroege tweet over
de verhoogde risico's bij BIPV installaties (2
augustus 2018) is opgenomen in dit artikel.
september
2018. Nationaal
onderzoek van start naar branden met zonnepanelen. Achtergrond artikel
in Solar Magazine. Opgegeven aantal van slechts 6 "branden in woningen
met zonnepanelen" is niet correct. Er zijn meer incidenten geweest
(nog steeds echter: beperkt op totaal van branden), zie lijst verderop.
Artikel elektronisch beschikbaar via de on-line versie, pp. 59-61.
19 september
2018 ff. Onderzoek
brandrisico zonnepanelen eind dit jaar klaar. 19 september 2018, RTL
Nieuws. Volgens het pers agentschap, wat nog steeds hardnekkig volhoudt
"Er zijn dit jaar al 21 installaties in brand gevlogen", terwijl
er tot nog toe door hen helemaal geen oorzakelijk bewijs is geleverd,
of "verband tussen" is aangetoond, tussen "de branden"
en "de aanwezigheid van zonnepanelen", citeert anonieme bronnen.
Dat het al eerder door Holland Solar en UNETO-VNI aangekondigde onafhankelijke
onderzoek eind dit jaar "klaar" zou moeten zijn. "De onderzoekers
van TNO moeten ook gaan kijken wat de ervaringen zijn met branden met
zonnepanelen in het buitenland. Verder wil Holland Solar weten welke bouwregels
buiten Nederland worden toegepast en wat Nederland daarvan leren".
Dan kan TNO alvast een aardige voorstudie gaan doen aan de hand van onderstaande
waslijst links over "brand en zonnepanelen", die Polder PV als
enige in Nederland al sedert augustus 2010 bijhoudt ...
Reactie
op RTL Nieuws artikel over zonnepanelen: Zonnepanelen vormen geen extra
risico bij brandveiligheid. Commentaar van co-founder Mobisolar,
Niels Veerman, op het even verderop naar onderen gelinkte / kort besproken
artikel en video van RTL Nieuws. Gepubliceerd op publieke domein van Linkedin.
Veerman "relativeert" diverse uitlatingen in dat bericht, en
accepteert dat er over risico's van zonnepanelen wordt gesproken. Maar
vindt wel dat dit objectief gebracht moet worden, en "er niet altijd
sprake is van een risico of dat dit risico te elimineren is". Hij
stelt dat professionele installateurs altijd MC4 stekers gebruiken en
"correct aansluiten". Echter, Duits vakblad Photon heeft in
het verleden al meermalen laten zien, dat er ook (door talloze partijen),
stekers en contrastekers "van type MC4", en separaat met TÜV
of vergelijkbaar keurmerk, die niet van dezelfde fabrikant zijn, worden
gebruikt. Photon heeft regelmatig weerstands-metingen bij diverse typen
stekers/contrastekers gedaan, en daarbij af en toe problematische combinaties
gevonden. Bij combinaties met hoge weerstanden zal het contact van de
elektra geleidende componenten beslist niet optimaal zijn. Dat kan zich
op den duur gaan wreken, en in het uiterste geval tot vonken, en resulterende
vlambogen leiden. Zeker in BIPV situaties, kan dat al snel tot catastrofale
gevolgen leiden, omdat alle kabels / connectoren vlak onder de panelen
liggen, en bij problemen, dit al snel aantasting van (de tedlar onderfolie
van de) panelen en/of van de ondergrond tot gevolg kan hebben. Dus zelfs
al zijn beide stekers volledig gekeurd, het is geen garantie dat bij gebruik
van verschillende merken, er een (door beider fabrikanten geaccepteerde)
100 procent optimale verbinding wordt gemaakt. Als er dan ook nog kabels
in / bij de installatie "rondslingeren", niet vastgezet zijn,
en er dus continu frictie in het verbond van steker/contrasteker zal zijn
vanwege wind, kan dit zeker op termijn tot problemen leiden.
Veerman heeft het
ook over de optie van het inzetten van optimizers, die de risico's op
vlambogen zouden elimineren. Maar het is altijd duurder, en de grote vraag
blijft natuurlijk: zijn die tot nog toe altijd gevrijwaard gebleven van
brand en/of dergelijke problemen ? Een vergelijkbare vraag kan worden
gesteld over systemen met micro-inverters. Niemand die het weet. Bij incident
meldingen wordt er nooit over gesproken, waarschijnlijk omdat verslaggevers
de (essentie van) ingezette techniek niet bevatten.
Veerman geeft terecht aan dat het aantal branden "in panden met zonnepanelen"
(let wel: oorzaak brand <> zonnepanelen hoeft er helemaal niet te
zijn geweest !!) wat RTL Nieuws opgeeft zeer beperkt is. Gerelateerd aan
het aantal incidenten bekend in 2016 zou het cijfer van RTL ("21
branden in 2018" - wederom in situaties dat er zonnepanelen aanwezig
waren, zonder aannemelijk bewijs dat die de daadwerkelijke oorzaak van
de brand zijn geweest) slechts 0,012% van het aantal woningbranden in
2016 zijn geweest (103.657 volgens opgave Veerman).
Veerman besluit zijn betoog met "De video van RTL Nieuws zet mensen
aan het denken over de risico’s van zonnepanelen maar geeft de indruk
dat zonnepanelensystemen per definitie een risico vormen. Het is goed
om mensen bewust te maken, maar er wordt een paniekerig beeld geschetst
van een probleem dat in de praktijk meevalt. Met de juiste installateur
en goede producten is er geen sprake van een vergroot risico op een woningbrand".
Op het punt van mogelijk problematische connector gebruik (en installatie
methodiek) na, kan ik me in die kwalificatie wel vinden. Branden en zonnepanelen
blijven vervelend. Maar het is toch nog toe een zéér beperkt
fenomeen. Al moet er beslist met zeer grote aandacht naar de mogelijke
oorzaken van, met name, de BIPV systemen worden gekeken. Daar lijkt het
té vaak fout te gaan. Onderzoek zal uit moeten wijzen wát
er dan wel fout gaat in dergelijke, en bij andersoortige systemen.
19 september
2018. Berichten
over brandgevaar zonnepanelen. (Via Vaktechnisch.nl; originele link
naar Uneto VNI site niet meer voorhanden). N.a.v. alle commotie wordt
nu ook eindelijk branche organisatie Uneto-VNI (per
1 jan. 2019 van naam veranderend > Techniek Nederland) wakker.
Ze claimt "Het is voor consumenten én voor ons als branche
belangrijk om vast te stellen wat de branden heeft veroorzaakt",
en verwijst naar het al door Holland Solar aangehaalde "oriënterende
onderzoek" naar de brand incidenten van afgelopen jaar (en, mogelijk,
daarvoor). Verder stelt de branche organisatie "Bij onze leden dringen
wij er nogmaals op aan om de regels te volgen voor het correct en veilig
installeren van zonnepanelen". Maar ook "Overigens is het (nog)
niet bekend of leden van UNETO-VNI betrokken zijn geweest bij de installaties
die brand hebben veroorzaakt". De organisatie claimt dat er veel
"nieuwe" aanbieders zijn, "lang niet allemaal lid van UNETO-VNI",
maar het aantal nieuwe namen, het afgelopen jaar, is in de leveranciers-lijst
van Polder PV beperkt. Het wáren er al zeer veel (zo'n 1.600).
De organisatie verwijst naar gecertificeerde leden die zijn geregistreerd
via het Qbis.nl register.
Ze pleit ook al jaren voor een via NEN normen vastgelegde "APK keuring"
voor installaties in / op huis, inclusief zonnepanelen. Ze vindt dat "woningcorporaties
en woningeigenaren de installaties in huis regelmaat moeten laten controleren.
Met de woning-APK kunnen we veel ongelukken voorkomen". Dat lijkt
me in onderhavig geval echter met een kanon schieten op een mug, en een
voor de gebouw eigenaar nogal duur kanon ook nog (niet vergeten dat hier
een branche-organisaties spreekt, met specifieke belangen in deze materie).
Ik herhaal hier mijn stellingname: voorál bij BIPV installaties
lijken er zaken structureel fout te gaan, gezien de hier onder opgetekende
incidenten, met name dit jaar (2018). De overgrote meerderheid van de
(boven dakpannen / plat dak gemonteerde) PV installaties is zelden iets
"ernstigs" mis mee (afgezien van mindere prestaties, bijvoorbeeld
door beschaduwing). Eerst, top prioriteit, moeten de problemen met BIPV
installaties worden aangepakt. Zie ook artikel "Opnieuw
pleidooi voor APK-keuring na incidenten met brandende zonnepanelen"
op Installatienet.nl (21 sep. 2018).
18 september
2018. Steeds
meer branden door zonnepanelen: experts slaan alarm. RTL Nieuws. De
redactie "inventariseerde alle branden met zonne-installaties in
2018" (12 huizen, 4 schuren, 3 bedrijfspanden, en zelfs "2 zonnepanelen
parken"). Absoluut niet duidelijk wordt echter wat (a) de oorzaak
van betreffende branden is geweest, en of die wellicht een totaal andere
bron hadden dan de mogelijk "toevallig" aanwezige zonnepanelen,
en (b) wat de omvang van schade is geweest (al dan niet herleidbaar tot
"een fout" of "defect" bij zonnepanelen, bekabeling,
of randapparatuur). Wel wordt het Instituut Fysieke Veiligheid geciteerd,
"de situatie is ernstig, en het is nu 'alle hens aan dek'".
Onduidelijk is hoe "erg" die situatie dan wel is, al worden
terecht akelige voorbeelden van zonder meer slechte PV installaties getoond.
Connectoren los in plassen liggend op een plat dak, DC bekabeling door
een dak doorvoer met scherpe metalen randen. Er wordt ook een foto getoond
van brandbaar materiaal wat tegen omvormers is aan gelegd. Dat heeft natuurlijk
niets met "installatiefout" te maken, maar met pure domheid
van de eigenaar van het gebouw of degene die de rommel daar heeft gedeponeerd.
Er wordt in het artikel gesproken van "dramatisch slecht installatiewerk"en
"bouw- en elektrotechnische regels worden niet nageleefd door installateurs
bij het plaatsen van panelen". Aldus de teneur van de acht elektrotechnische-
en branddeskundigen die RTL heeft ondervraagd. Waaronder een medewerker
van het normalisatie instituut voor de bouw (NEN). Installatie inspecteur
voor woning corps, Burghgraef, ziet bij 50% (!) van de inspecties fouten.
In Nederland is een installatie keuring (bij de honderdduizenden particulieren)
niet verplicht, in België wel (AREI keuring). Indak systemen worden,
zoals al talloze malen vermeld door Polder PV, expliciet als zorgenkind
benoemd. De niet met feiten ondersteunde opmerking dat er "nu meer
dan 11 miljoen zonnepanelen in Nederland" zouden liggen is ook nogal
bezijden de - waarschijnlijke - waarheid. (a) Niemand "telt"
ze (behalve ondergetekende bij grotere projecten, indien daar fotomateriaal
van is en er geen capaciteit opgave is gedaan). En (b). Middels onderbouwde
berekeningen komt Polder PV voor eind september 2018 al op een volume
wat richting de 15 miljoen exemplaren gaat. Een nogal fors verschil, dus
... Zie ook Installatiejournaal
bijdrage van 19 sep. 2018.
18 september
2018. De
gevaren van zonnepanelen, zo mijd je de risico's. RTL Nieuws. Korte
video (2 minuten, 8 seconden). Beetje "over the top" aangezet,
maar wel met enkele belangrijke punten om op te letten waar het de aankoop
/ controle / monitoring van zonnepanelen betreft. Het door mij al vele
malen te berde gebrachte "hete" onderwerp (slecht sluitende)
connectoren aan DC kabels van de PV generator komt ook langs, en, uiteraard,
de niet makkelijk te doven DC vlamboog die kan ontstaan bij kabelbreuk
en/of slechte connector verbindingen.
18 september
2018. Oriënterend
onderzoek naar oorzaak branden op daken met zonnepanelen. Website
Holland Solar. De branche organisatie Holland Solar lijkt eindelijk de
smeekbeden van Polder PV "gehoord" te hebben. Er komt op hun
initiatief een "oriënterend (onafhankelijk) onderzoek"
naar oorzaken van branden bij / met zonnepanelen in Nederland, in opdracht
van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, RVO. "Het ziet er
naar uit dat ECN, part of TNO, het onderzoek gaat uitvoeren". Holland
Solar sluit niet uit dat er bij branden "andere oorzaken" dan
aanwezige zonnepanelen kunnen zijn. Wat logisch is, er zijn immers inmiddels
al bijna 600.000 PV systemen in ons land, dus elke nieuwe brand kan bij
toeval uitbreken in een huis wat inmiddels ook al zonnepanelen heeft.
Maar als ik ECN was zou ik een bovenmatig kritische blik gaan werpen op
de categorie die het laatste jaar het meest frequent is getroffen: de
"indak" / BIPV installaties. Kijk daarbij s.v.p. zeer goed naar
de (aard van de) gebruikte kabel aansluitingen in / onder de generator.
Ik ben benieuwd wat dat onderzoek voor inzichten zal gaan opleveren. Bovenop
wat er in Duitsland allemaal al jaren lang boven tafel is gehaald.
17 april 2018.
Zonnepanelen
installeren: negen veelvoorkomende fouten. Installatiejournaal.nl.
Veel gemaakte fouten bij installatie werkzaamheden met zonnepanelen. O.a.
citaat van Gerrissen van SolarCare: "voor een optimale verbinding
[moeten] bovendien beide connectordelen (‘male/female’) afkomstig
zijn van dezelfde fabrikant. “En die connectoren moeten met speciaal
gereedschap aangeknepen worden. Niet iedere pv-installateur is daar even
precies in.”". Whitepaper te downloaden na afgifte van gegevens
aanvrager / bedrijf.
2015.
Installed
base registration of decentralised solar panels with applications in crisis
management. Ouder artikel over
methodologie om met hulp van satellietfoto's reconstructie van de locatie
van aanwezige zonnepanelen te maken. Met referentie naar belang voor o.a.
brandweer ("waar staan de zonnepanelen in NL?"). Wordt nogal
moeilijk in gedaan over gevaren (die behapbaar zijn), en wordt m.b.t.
brand bestrijding in de nacht zelfs veel te zwaar aangezet. Zoals geformuleerd
als "Also, when a calamity or fire has to be tackled during the evening
or night time, the Fire Brigade uses bright spotlights which may influence
the energy production of a PV panel installation". Gevaren op dit
punt zijn, middels harde metingen van dergelijke spots in Duitsland, al
lang naar het rijk der fabelen verwezen, zie artikel
Polder PV van 24 januari 2011 (!). Conclusie artikel aan eind wel
al wat afgevlakt, "In short, the risk for firefighters caused by
installed PV panels on a building is present, but the recognition of this
matter is still an open issue". Overigens is er, m.b.t. het kennelijk
gewenste "nationale PV register" voor Nederland, 4 jaar later,
nog niets van terecht gekomen, en is het voorlopig nog de vraag of iets
dergelijks er wel zal komen. Publicatie: The International Archives of
the Photogrammetry, Remote Sensing and Spatial Information Sciences, Volume
XL-3/W3, 2015. ISPRS Geospatial Week 2015, 28 Sep – 03 Oct 2015,
La Grande Motte, France.
Incidentenlijst
Deze is, gezien de
omvang, eind juli 2022 verplaatst naar een aparte pagina in het Zonnepanelen
en Brand dossier van Polder PV. Zie alhier.
Informatie
vakpers
Duitsers
- voormalig wereldkampioen zonnepanelen plaatsers - zijn al veel langer
met het thema zonneapeneln en brand "beschäftigt", en benaderen
het met prudentie en, uiteraard, goed geïnformeerd. Grundlich Deutsch,
beter kunt u (en het NL journaille) het niet krijgen. Tijdschrift artikelen
in archief bij Polder PV. Aangevuld met nieuwe informatie over preventie
en oplossingen, o.a. uit Nederland.
Energietransitie:
Zonne-energie.
(2020) Sub-dossier Veilige Energietransitie van het Instituut Fysieke
Veiligheid, IFV. Met links en publicaties.
Gefahren
und Vorkehrungen beim Löschen von Hausbränden mit PV.
9 november 2020. Website Photovoltaik-web.de, geactualiseerd artikel over
het thema "gevaren en voorzorgsmaatregelen bij het blussen van woning
branden bij aanwezigheid van PV installaties". Duitstalig.
Brandweer
oefent op zonnepanelen: ‘Geen gevaar voor elektrocutie’.
Brabants Dagblad (3 oktober 2020). Brandweer te Uden onderzoekt brand-bestrijdings-aspecten
bij branden op gebouwen met zonnepanelen. Twee thema's. Ten eerste, de
benadering van de brandhaard, daarvoor vormen zonnepanelen op daken een
extra probleem (bovenop bestaande installatie, dak zelf, etc.). Normaal
gesproken worden de zonnepanelen met frame en al weggetrokken, om in de
buurt van een brandhaard op / in het dak te komen. In acutue noodgevallen
wordt teruggegrepen op zwaar geschut, een speciale ketttingzaag, een zogenaamde
"Multicut". Een van de geïnterviewde brandweer mensen:
"Die gaat door zo'n paneel als een mes door de peperkoek" (er
wordt ook een voor zonnepaneel liefhebbers "gruwelijke foto"
getoond, met een heterdaadje met zo'n martel instrument ...). Het tweede
aspect is (vermeend) gevaar voor elektrocutie. Middels een teststaaf,
die registreert of er een potentieel gevaarlijke stroom kan gaan lopen
bij "kort"sluiting. Zodra de staaf de "gesloten" straal
bluswater verlaat, en in het "sproei" gedeelte terechtkomt (een
relatief kort stukje), loopt er geen stroom meer. Ergo: met een veilige
afstand van een paar meter, en een brede sproeistraal, kunnen branden
op gebouwen met deels verbrande / beschadigde PV-systemen veilig door
de brandweer worden bestreden, met een sproeistraal.
Basaal onderzoek naar
effect PV module afstand tot dak oppervlak op grote commerciële daken
(horizontale opstelling, wordt vaak in USA gebruikt). Rond een afstand
van 17-20 cm. lijkt een kritiek venster te beginnen, waarbij er een grote
versnelling in uitbreiding van een beginnend brandje onder de modules
plaatsvindt, met grote potentiële schade tot gevolg, zeker als er
niet goed brandwerende dakbedekking is gebruikt. Bij grotere afstand is
er weinig verschil met een "vrije" brand zonder boven gelegen
PV veld, onder de 17 cm. "spouw" werkt deze als een versneller
van het brand-front, vermoedelijk vanwege een soort tunnel effect. Experimentele
set-up uitgebreid onderzocht in scriptie van Farah Faudzi van de Universiteit
Gent/University of Edinburgh. Scriptie kreeg
een prijs van Fire Safety Engineering (FSE). Scriptie download hier
(Engelstalig).
Oudere
publicaties
Bewertung
des Brandrisikos in Photovoltaik-Anlagen und Erstellung von Sicherheitskonzepten
zur Risikominimierung. Leitfaden. Maart 2015, 1e oplage. Zeer uitgebreide
risico analyse studie naar veiligheid en brand bij PV systemen, en het
minimaliseren van de risico's op brand. pdf, 308 pagina's. TÜV Rheinland
Energie und Umwelt GmbH (met diverse andere meewerkende partijen, zoals
ISE Fraunhofer). Duitstalig.
PV
Fire hazard - Analysis and assessment of fire incidents. Laukamp H.,
et al. (2013). - 28th European Photovoltaic Solar Energy Conference and
Exhibition - pp. 4304-4311.
Neuenstein, H., Welter,
P. & Siemer, J. (2013). Besser als gar nichts. Die "Anwendungsregel"
zur Gefahrenabwehr im Brandfall lässt viele Fragen offen. - Photon
11/2013: 54-55. Vraagtekens rond in maart 2013 in werking
getreden VDE richtlijn om DC zijdig bij PV installaties (in Duitsland)
meer zekerheden te krijgen over de veiligheid, en het voorkomen van brand
bij dergelijke systemen. Duitstalig.
Kreutzmann, A. ( 2013).
Eine von zehntausend. Die Branche kommt beim Brandschutz weiter - Treiber
der Entwicklung sind die USA. - Photon 3/2013: 62-69.
Uitgebreid artikel over statistieken brand bij PV installaties Duitsland,
en ontwikkelingen om brand vroegtijdig te signaleren of in het geheel
te voorkomen. Duitstalig.
Rutschmann, I. (2013).
Augen auf! Montagefehler beschäftigen zunehmend die Solarbranche,
aber Betreiber können Problemen vorbeugen. - Photon 1/2013:
56-65. Uitgebreid artikel over talloze vormen van montagefouten die in
sommige gevallen zelfs tot brand zouden kunnen leiden. Diverse praktijk
gevallen, ontdekt tijdens talloze inspecties. Duitstalig.
Siemer, J. & Krause,
M.B. (2012). Umstrittene Verbindung. Der Teufel steckt im Detail, das
gilt nicht zuletzt für scheinbar nebensächliche Steckverbinder.
- Photon 9/2012: 62-66. September 2012. Zeer belangrijke
test van (veiligheid van) een serie van 63 verschillende (DC) stekkers-
en contra-stekkers in een praktijktest door het laboratorium van Photon.
Getest werd op herhaalde trekkracht bestendigheid en isolatie. Gemeten
werd o.a. de interne elektrische weerstand voor en na de testen, er zijn
8 deel kenmerken per type bepaald. Veel merken en - typen waren OK, maar
er zijn ook problematische series vastgesteld. Conclusie: "Wenn
Steckverbinder nicht richtig funktionieren, ist das im besten Fall nur
ärgerlich. Im schlimmsten Fall resultiert daraus eine akute Brandgefahr".
Artikel in een serie van test resultaten sedert het jaar 2007. Een eerder
uitgebreide test werd gepubliceerd in het technische zuster tijdschrift
van Photon, in 2010: Podewils, C. & Düpont, R. (2010). Alternative
Kontakte. PHOTON Profi 9/2010: 8-40. En Düpont,
R. & Podewils, C. (2010). Im Detail: Der Härtetest. Kräfte,
Widerstand und Sicherheit: Wie das PHOTON-Labor die Solarsteckverbinder
auf Herz und Nieren geprüft hat. - PHOTON Profi 9/2010:
42-54. Duitstalig.
PV
Systems - A fire hazard? Myths and facts from German experience. Laukamp
H., et al. (2012). - 27th European Photovoltaic Solar Energy Conference
and Exhibition - pp. 3862-3867. Zie ook Power
Point Presentatie.
http://www.pv-brandsicherheit.de.
Uiteraard Duitse website waarop veel kennis over zonnepanelen en brand
wordt samengebundeld. Bevat diverse gedetailleerde presentaties van PV-installatie
inspecteurs, het verzekeringswezen, en natuurlijk van Fraunhofer ISE.
De laatstgenoemde, presentatie
van 3 april 2014, bevat inventarisatie van branden waarbij PV-systemen
hetzij fysiek als oorzaak van een brand waren aan te wijzen in Duitsland
(210), hetzij "in brand zijn geraakt door andere oorzaken die buiten
het PV-systeem lagen (220, "Mit-brand" gevallen). Status 10
jan. 2013, met enkele incidenten uit 2013 en 2014 meegenomen, er stonden
toen zo'n 1,3 miljoen PV-installaties in Duitsland (dus ordegrootte incidenten:
grofweg 2 promille op totaal aantal installaties). Diverse tips ter voorkoming
brand: (nog) betere installatie kwaliteit, en zeer gedegen opleiding installerend
personeel...
Beneking, A. (2011).
Kontrolliert kurzschließen. National Semiconductor umwirbt die Solarindustrie
beim Brandschutz. - Photon 5/2011: 68-71. Mei 2011. Grote
Amerikaanse halfgeleider fabrikant heeft totaal systeemconcept ontworpen
om bij brand tot op module niveau de DC generator buiten werking te stellen
en alle potentiële elektrische gevaren van een aanwezige PV-installatie
uit te sluiten. Duitstalig.
Siekemeier, R. (2011).
"Ich halte die Diskussion für völlig überzogen".
- Sonne Wind & Wärme 7/2011 (5 mei 2011): 120-121.
Interview met verzekerings-specialist Manfred Körber, al meer dan
tien jaar verzekeringen afsluitend voor PV-systemen, die vindt dat alle
mediaspektakel rond "zonnestroom installaties en [vermeende hoge]
gevaren voor de brandweer" zwaar overtrokken is. Hij claimt dat in
zijn tijd er nog nooit een hard bewijs is gevonden dat een PV-installatie
de feitelijke oorzaak is geweest van branden. En hij stelt ook dat de
hoogte van premies voor een brandverzekering van PV-installaties in Duitsland
in acht jaar tijd nog maar op een derde ligt van het oorspronkelijke bedrag
- trend dalend. Duitstalig.
Rutschmann, I. &
Siemer, J. (2011). Unbequemes Erbe. Solarworld lässt nach dem brand
eines Shell-Moduls wichtige Fragen unbeantwortet. - Photon 3/2011:144-145.
Nadat eind 2010 door Photon gerapporteerd werd over delaminatie problemen
bij sommige Shell Solar modules (kristallijne tak van sport overgenomen
door het Duitse Solarworld), brandde een zo'n module op Texel af en bleek
het om dergelijke panelen te gaan. Artikel gaat in op de wijze waarop
Solarworld reageerde op de eerste probleemgevallen. Installatie op Texel
is later volledig door Solarworld uitgewisseld. Duitstalig.
Beneking, A. (2011).
Löschen mit Risiko. Die Feuerwehr fordert von der Solarbranche ein
"Not-Aus" für Photovoltaikanlagen. - Photon 1/2011:
90-100. Uitgebreide update in het vakblad voor zonnestroom - oplossingsrichtingen
voor fysieke schakelmogelijkheden voor de brandweer om PV-installaties
bij incidenten op eenvoudige wijze uit te schakelen; "stroomschokken
bij brand in nacht" kritisch tegen het licht gehouden. Duitstalig.
Deutscher Feuerwehrverband
(Oktober 2010). Einsatz an Photovoltaikanlagen - Informationen für
Einsatzkräfte von Feuerwehren und technischen Hilfsdiensten. Duitstalig.
Feuerwehr
lässt Häuser mit Solardach abbrennen.
Die Welt. 6 augustus 2020. Artikel met titel "Gefahr durch Stromschläge"
gaat ook dieper in op de materie, met uiteraard de - destijds - absurd
hard gegroeide wereldmarkt Duitsland als focus. Meest opmerkelijk: "Zuvor
hatte ein Feuerwehrmann bei einem Brand eines Einfamilienhauses im nordrhein-westfälischen
Rösrath durch die installierte Solaranlage einen so starken Stromschlag
erlitten, dass er ins Krankenhaus eingeliefert werden musste"*.
en "Das Licht der Scheinwerfer zu Einsatzstellenbeleuchtung lässt
die Anlagen bereits Strom erzeugen." Die laatste komt van de Referent
bij het Duitse Feuerwehrverband.
*
Brandweer bleek niet op de hoogte van aanwezigheid PV-systeem (DC hoofdschakelaar
niet uitgezet), en het slachtoffer had volgens een ander bericht een beschadigde
stroomkabel over het hoofd gezien in de vol rook staande kelder ruimte.
Een incident wat dus niet direct gerelateerd is aan het hoofdthema van
de huidige problematiek: zonnepanelen op het dak kunnen
onder spanning blijven staan, zelfs al is die hoofdschakelaar in huis
uitgezet. De ploegleider beschouwde het incident als een inschattingsfout
van de brandweer. Zie ook eerder verschenen artikel
van 16 maart 2010 op de website van Wiwo.de.
Die
Gefahr lauert auf dem Dach.
30 juli 2010. Forum discussie op bekende Duitstalige Photovoltaikforum.de,
9 pagina's reacties.
Hintergrundpapier
zum Löschen von Gebäuden mit PV-Anlagen. Juli 2010. Standpunt
van de Duitse brancheorganisatie BSW-Solar voor het blussen van gebouwen
met zonnestroom genererende installaties. Organisatie werkt nauw samen
met brandweerkorpsen en diverse overlegorganen om gezamenlijk zo correct
mogelijke informatie over gewenste inzet van brandweer bij branden in
panden met PV-systemen samen te stellen.
Fire
Fighter Safety and Emergency Response for Solar Power Systems Final Report.
Fire Protection Research
Foundation (Quincy, Massachusetts), mei 2010. Uitvoerige, 93 pagina's
grote publicatie van de over gevaren bij het blussen van branden op objecten
met PV installaties, oplossingrichtingen, literatuur, etc. pdf, 2,98 MB.
Oorspronkelijk op website NFPA.org, link verwijst naar kopie op website
van het Nederlandse Instituut Fysieke Veiligheid, IFV.
Rutschmann, I. (maart
2010). Die Angst vor Feuer wächst. Unglück in Schwerinsdorf
entfacht Frage nach Brandbekämpfung bei Solarstromanlagen neu. -
Photon 3/2010: 134. Duitstalig.
Stromschlag
durch PV-Anlagen z.B. bei Feuerwehreinsätzen. 21 februari 2010.
Thread op het bekende Duitstalige Photovoltaikforum portal, met diiscussie
over het thema "elektische schok bij blussen van brand a.g.v. PV
installaties.
Handlungsempfehlungen
Photovoltaikanlagen - Checkliste (2010). Protocol "wat te doen
in het geval van schade aan zonnestroom installaties (incl. brand)".
N.a.v. bevindingen van "Expertenkommission 'Brandbekämpfung
und technische Hilfeleistung'". Duitstalig.
Dirks, H. (2010).
Harmlos oder brandgefährlich?. - Sonne Wind & Wärme 16/2010:
112-113. (nieuwe beveiligings-standaarden overwogen voor installaties).
Duitstalig.
Müller-Theiß,
N. (2010). Solarstrom per Schalter ausknipsen. - Sonne Wind & Wärme
16/2010: 114-119. (nieuwe concepten om PV-installaties
bij brand af te schakelen). Duitstalig.
Gefahren
beim Löschen bei Gebäuden mit Photovoltaikanlage.
November 2009. Zeer interessant Duits-talig artikel "Gefahren beim
Löschen bei Gebäuden mit Photovoltaikanlage" op website
van Brand-Feuer.de. Mogelijke gevaren bij het bussen van gebouwen met
zonnestroom installaties. Duitstalig
Siemer, J. Spiel mit
dem Feuer. Der Solarbranche droht ein Problem mit dem Brandschutz. - Photon
nr. 8/2009 (augustus): 60-69. Uitgebreid artikel wat
diep ingaat op deze complexe materie. Duitstalig.
http://www.feuerwehren-sg-ahlden.de/mediapool/43/439555/data/Schulungpraesentationen/Brand-_und_Hilfeleistungseinsaetze_an_Photovoltaikanlagen.ppt
Uitgebreide Duitstalige "handleiding" voor het thema "brand"
en "zonnepanelen", in de vorm van een PowerPoint presentatie,
al van eind 2008. Echter niet meer voorhanden in het publieke domein.
Wie
mit Solaranlage / Photovoltaikanlage bei Feuer umgehen?
16 april 2007 ff. Forum discussie op Blaulicht-Cuxhaven.de site over hoe
om te gaan met brandende gebouwen met zonnepanelen. Vijf pagina's reacties.
Brand
bei Solaranlagen. 30 november 2008. Korte forum discussie op Photovoltaikforum.de.
Duitstalig.
http://www.feuerwehr.muenchen.de/bd70ausb/b76downl/Vortrag_100315_pdf.pdf
Uitgebreide presentatie van de Kreisverwaltungsreferat van München,
"Gefahr durch die Sonne?", met gedetailleerde documentatie en
oplossingsrichtingen waaronder "Feurwehrschalters" voor zowel
de AC zijde als per DC-string op het dak, en, heel interessant: veiligheidszekeringen
die hetzij bij grote hitte zelf smelten en de verbindingen verbreken,
of op eenvoudige wijze met een hamer zijn kapot te slaan. Niet meer publiek
voorhanden. Duitstalig.
http://labs.ti.bfh.ch/fileadmin/user_upload/lab1/pv/publikationen/Sicherheit_PV-Anlagen-Wi-10-6F-pro-S.pdf
Geen Duitse publicatie, maar Zwitsers. Echter wel extreem goed over de
materie geïnformeerd, de beroemde Prof. Dr. Heinrich Häberlin
van de Berliner Fachhochschule, laat gruwel foto's zien van brandschades
in/op PV installaties, en geeft zeer gedetailleerd verklaringen en oplossingsrichtingen.
(niet meer voorhanden)
Uit het hierboven
aangehaalde Wiwo
artikel, tot slot, ook nog deze belangrijke:
"“Um
ganz sicher zu gehen, dass alles stromfrei ist, bräuchte man
im Prinzip in jedem einzelnen Solarmodul einen Schalter, der automatisch
reagiert, wenn der Wechselrichter ausgeschaltet wird”, erklärt
Andreas Steinhüser, Projektleiter am Fraunhofer-Institut für
Solare Energiesysteme. So eine Technik stehe im Moment aber noch
nicht zur Verfügung. Zudem sei zweifelhaft, ob sie überhaupt
zu finanzieren sei. “Das geht vielleicht noch bei einem Einfamilienhaus
mit 20 bis 300 Modulen, aber nicht mehr bei einer Industriehalle
mit Zehntausenden”, so Steinhüser."
©
16 maart 2010 Wiwo.de (deze
link) |
"“Om
er zeker van te zijn, dat alles stroomvrij is, heeft men in principe
per module een stroomschakelaar nodig, die automatisch reageert
als de omvormer uitgeschakeld wordt”, legt Andreas Steinhüser,
projectleider bij het Fraunhofer-Institut für Solare Energiesysteme
uit. Zo'n techniek bestaat momenteel nog niet. Daarbij is het twijfelachtig,
of zo'n schakeling überhaupt financierbaar zal blijken te zijn.
“Dat kan bij een een-familiewoning met 20 tot 300 modules
wellicht nog, maar niet meer bij een bedrijfshal met tienduizenden
exemplaren”, aldus Steinhüser."
(vertaling en
verantwoording: webmaster Polder PV) |
Oplossingsrichtingen
Deze zijn niet in
eerste instantie bedoeld voor brandpreventie, maar wel een potentieel
aangrijpingspunt voor verdere technische oplossingen om stroomkringen
"decentraal" te kunnen verbreken. Sommige oplossingen zijn alweer
verouderd, en/of niet gecontinueerd, andere zijn aardig populair geworden,
zoals de inzet van micro-inverters, en power-optimizers. De ontwikkelingen
staan niet stil, er worden regelmatig zaken toegevoegd en/of anders opgelost.
Vlamboogdetectie
Arcostop
(vlamboog detectie; wordt in NL o.a. verhandeld door Duramotion, zie artikel
Solar Magazine)
GTV
(Den Bosch) - Overspanningsbeveiliging zonnepanelen in eigen string boxen
(ze ook SM
artikel)
En verder
Conduct
(PVshelter, montage frame voor brandveilige, overdekte opbouw omvormers
op plat dak, om de hele DC keten "buiten het pand" te houden)
Conduct
(FireRaptor, zowel handmatig als automatisch uitschakelen van DC verbindingen
in PV installaties. "Elke FireRaptor bedient twee zonnepanelen en
wordt achter de panelen geplaatst en bevestigd aan het montageframe van
het paneel. De FireRaptor heeft een vermogen van 700W en is dus geschikt
voor de meeste type zonnepanelen die momenteel op de markt verkrijgbaar
zijn").
EHW
Smart Power Box
Enecsys
Micro Inverter
SolarEdge
Power Optimizer
SolarMagic
Power Optimizer (via Ecodirect)
Sunsniffer
e.a.
"Hors categorie",
ontwikkeld door Australisch bedrijf, waarmee een polymeer film over de
in brand staande, of nog intacte zonnepanelen wordt gesproeid, wat snel
de licht doorval zou blokkeren, waarmee de DC spanning dramatisch vermindert.
De uithardende polymeer film kan later eenvoudig van de panelen worden
verwijderd, volgens de producent (alleen zinvol als het paneel in het
geheel niet door hitte is beschadigd):
PVStop
Verzekering
gespecialiseerd in solar
http://www.solarif.nl
Eerste
uitgebreidere bericht over "brand en zonnepanelen" op de website
van Polder PV
Artikel wat aan de
basis lag van het gedetaileerd volgen van dit dossier, en het aanleggen
van een "incidenten lijst", gepubliceerd in de time-line van
het PV nieuws op Polder PV.
17
augustus 2010: Zomer"hoax" numero twee:
brand en zonnepanelen
Het zat er natuurlijk
aan te komen, maar blijkbaar is het - na de vorige zwaar overtrokken komkommer
verhalen over "5% zonnepanelen defect" - weer tijd om paniek
te zaaien over een technologie die sommige partijen in ons land als "bedreigend
voor hun bestaan" zien (lees: zonnestroom). En dan mag er best wel
eens van een mug een olifant gemaakt worden (het ultrakorte nogal suggestieve
mini-itempje op het NOS Journaal van 16 augustus zal ik dan maar snel
vergeten). Niet dat het persé de intentie van de nieuwste berichtgeving
in onze nationale pers was, maar het zal genoemde "partijen"
best wel goed uitkomen. Het gaat - uiteraard - over het fenomeen zonnepanelen.
Nog steeds een totaal onbetekenende prutsmarkt in Nederland ondanks alle
geronk erover. Polder PV berekende de status anno juli 2010: ongeveer
62,6 [CBS 2009] + 3,5 [maandrapporten CertiQ] = 66,1 MWp netgekoppeld
voor 16,6 miljoen inwoners (nog steeds: het gros daarvan, 19,6 MWp, geplaatst
in 2003). Een zeer povere prestatie van slechts 4,0 Wp/inwoner. Zeg
maar: een paar zonnecellen van een "vooroorlogs" type per ingezetene,
ga daar maar eens flink aan staan te blussen...
Want het ging natuurlijk
in de berichtgeving over het zeer sporadisch gelijktijdige fenomeen brand.
Een bekend verschijnsel voor Homo sapiens sinds hij/zij het vuur
in de schoot geworpen kreeg door natuurlijke krachten, of, voor diegenen
die van een meer mythologische insteek houden: dankzij die goeie ouwe
Prometheus die het mysterieuze "spul" van de Goden jatte. Voor
Nederlanders tot nog toe echter een zeldzame combinatie, vanwege de nog
steeds zeer schaarse zonnepanelen, die ook nog eens in veel gevallen in
de vorm van slechts enkele paneeltjes op het dak liggen. Het was blijkbaar
zo'n "belangrijk item", dat ik gisteren maar liefst 22
e-mails "mocht" ontvangen over het hete onderwerp:

^^^
Screenshot van de waslijst e-mails die ik 16 augustus in de in-box van
mijn mail-programma vond...
Dit laat onverlet
dat het "thema" beslist niet onder het tapijt
geveegd mag worden, en met name in landen met serieuze markten als Duitsland
en, in mindere mate, België, is dit hete onderwerp al een paar jaar
gespreksstof, met in het eerstgenoemde land (de wereldmarkt voor zonnestroom)
al zeer serieuze industriële aanzetten om iets met dat "sticky"
thema te gaan doen. Vooralsnog zijn er echter nog geen "doden"
gevallen bij de bestrijding van vuur op de paar panden die met een dakvullend
(on-Nederlands) PV-systeem waren bedekt. Er zijn wel heel veel meer veel
ergere gevaren die onze de hemel in te prijzen brandweerlieden dagelijks
bedreigen (en daar hoor je natuurlijk vrijwel niemand over).
Artikel NL
Dagblad
Ik
bespreek hieronder het artikel "Met de botte bijl naar de brand"
in het Nederlands Dagblad van gisteren (maandag 16 augustus, zie ook het
onderaan gelinkte, veel kortere abstract op internet). Het artikel verscheen
n.a.v. een memo wat het Nederlands Instituut Fysieke Veiligheid (NIFV)
verstuurd zou hebben naar brandweerkorpsen met "aanbevelingen"
hoe te handelen in het (zeldzame) geval dat een Nederlands korps een brand
in een pand met zonnepanelen moet bestrijden. Bij beschadiging van de
zonnepanelen kan (overdag, en volgens sommige onbevestigde geruchten zelfs
bij gebruik van grote schijnwerpers 's avonds) als er met water wordt
geblust gevaar voor elektrocutie van de blussers ontstaan. Dat "risico"
is zeker niet uitgesloten, maar dan moet er wel voorzichtig omgegaan worden
met de vermeende omvang van dat "gevaar", en dient tegelijkertijd
ook ingegaan te worden op wat er kan worden gedaan om dat te helpen verminderen.
Polder PV behandelt
enkele uitspraken in dat artikel van Koos van Wees.
| "Zonnepanelen
leveren ieder afzonderlijk 12 of 24 volt gelijkstroom. Dat is op zich
niet gevaarlijk. Maar voor een beetje opbrengst moet een aantal panelen
aaneen worden gekoppeld. In die gevallen wordt al snel de 120 volt
gelijkstroom overschreden, die volgens het NIFV gelijk staat aan levensgevaar." |
Hier wordt voorbij
gegaan aan het feit dat er nog steeds een hoop niet en wel gerenoveerde
systemen zijn in Nederland waar alle modules parallel zijn gekoppeld met
OK4 omvormers, zoals al ruim tien jaar het geval is bij het (gerenoveerde)
systeem van Polder PV. Meestal zijn dat modules met een nominaal STC vermogen
van rond de 100 Wp, die onder optimale omstandigheden een bedrijfs-spanning
hebben tussen de 35 en 40 Volt DC (grafiek
29 april 2007), meer niet. Ook wordt voorbijgegaan aan het feit dat
veel huishoudens later slechts kleine, apart aan het net gekoppelde setjes
hebben gekocht van vaak iets van 6 modules, met daar aan bijvoorbeeld
2 Steca 300 omvormers en twee "strings", of een Steca 500 exemplaar
met een string. Deze omvormers hebben maximale ingangsbereiken van 135
tot 230 Volt DC spanning. Een DC spanning die echter onder de meeste omstandigheden
veel lager zal zijn, omdat zonnestroom systemen zelden langdurig op hun
maximaal haalbare prestaties functioneren. Ik zeg niet dat er helemaal
geen "risico's" zijn. Ik stel dat die "risico's" klein
zullen zijn in de meeste gevallen, al blijft het altijd oppassen met gelijkstroom.
Een leven zonder risico's is onmogelijk, en ook met oliebronnen, kolenmijnen,
uraniummijnen en zelfs met "ultrasafe" geachte kernsplijters
kan iets misgaan, en gaat er daarmee ook regelmatig iets flink mis, met
soms zeer ernstige gevolgen. Over de tonnen aan giftige stoffen die de
door de NOS recent de hemel in geprezen nieuwe kolencentrales in de Eemshaven
de lucht in blazen horen we de media erg weinig. Dat is een 24 uur per
dag, 365 dagen per jaar durende verzwegen aanslag op de mensheid waar
die paar brandjes op huizen met een paar zonnepaneeltjes bij verbleken.
Hoogste tijd dat "de media" daar zeeeeeer uitvoerig aandacht
aan gaan besteden, de Telegraaf incluis.
| "De NIFV
heeft inmiddels een aanbeveling laten uitgaan om bij brand met zonnepanelen
de kabels aan de panelen door te knippen met geïsoleerd gereedschap.
Dat is de enige mogelijkheid om veilig te werken, meent het instituut." |
Bizarre suggestie.
Om meerdere redenen. Uit de stroom aan e-mails die ik vandaag ontving,
blijkt namelijk uit betrouwbare bron (partner van iemand die bij het NIFV
werkt) dat men "intern bezig is aan onderzoek
voor het opstellen van een protocol". Dat klinkt toch wel heel
wat anders als het slecht gedocumenteerde geschreeuw in de nationale pers
als "een aanbeveling laten uitgaan". De pers
doet ook op dit vlak het huiswerk nog steeds erg slecht, zoals gebruikelijk.
Ten tweede, en dat
is veel erger, als deze "suggestie" al gedaan zou zijn, dan
is dit wel zeer beperkt toepasbaar. Want een groot deel van de zonnepanelen
ligt op dakhaken op schuine daken, en er is zeker in een chaotische en
dynamische situatie als bij "een" brand (verder niet gedefinieerd
wat voor "type" brand) helemaal geen tijd om bij dat soort systemen
te gaan zitten prutsen onder de modules, die dicht bij
de dakpannen zijn gemonteerd. De meeste DC kabels zijn in zo'n situatie
namelijk nauwelijks fysiek te bereiken, omdat de modules vaak tegen elkaar
aan zijn geschoven. Die DC kabels zijn "ergens" onder dat module
vlak op diverse, niet gemarkeerde plekken met elkaar verbonden, en de
uiteindelijke stringkabels zijn "ergens" onder een dakpan door
via een geboord gat naar binnen geleid, wederom meestal nergens gemarkeerd.
Zonder met grof geweld de opbouwconstructies (met zwaar gereedschap op
een hoge ladder) te slopen, is in veel situaties niet eens op eenvoudige
wijze bij die bekabeling te komen. En dan kan de brandweer dus nog steeds
niks. Ook als ze binnen bij de door het dak gevoerde stringbekabeling
kan komen. Zelfs als ze die zouden doorknippen (als ze d'r bij kunnen
komen verstandiger natuurlijk: stekkers uit het stopcontact), dan nog
geldt het volgende. Zolang er meerdere modules in serie via DC kabels
zijn doorverbonden op het dak, zeker als dat er een fors aantal zijn,
kan zelfs bij een al dan niet met grof geweld "met geïsoleerd
gereedschap doorgeknipte serie stringkabels" binnen in huis, niet
voorkomen worden dat er op dat dak nog steeds modules onder spanning kunnen
staan als niet alle onderlinge verbindende DC bekabeling
is/wordt doorgeknipt. Als de modules door de brand al zijn beschadigd
kunnen ze dus in combinatie met water tot potentiële risico's blijven
leiden. Ik voorspel u dat in een noodsituatie als een brand er helemaal
geen tijd zal zijn om al die onder de module velden liggende kabels door
te knippen, zeker niet bij grote dakinstallaties. Zelfs al zouden de risico's
"beperkt" zijn doordat in ieder geval grote modulevelden "in
stukken zouden zijn gehakt" op cruciale punten, er blijft een risico
op schokken, en dat wil je geen een al dan niet "vrijwillige"
brandweerman of -vrouw in een riskante context als een (hellend) dak op
een brandend gebouw aandoen. Ergo: het gesuggereerde "middel"
is beslist geen universele "oplossing". Als er al een "onacceptabel"
probleem zou zijn. En dat moet nog maar worden bezien, het zal ook afhankelijk
zijn van de specifieke situatie hoe groot de risico's zullen blijken te
zijn.
"Ook
zouden de panelen kunnen ontploffen." |
Dat is er typisch
eentje voor de categorie: afvoeren (wordt later in het artikel dan ook
zelf al naar het rijk der fabelen verwezen, maar de pest is juist dat
die onzin wel in het artikel wordt geplempt...). Ik zou me eerder zorgen
maken over de voorraad nagellak remover, benzine, terpentine, de gaskraan,
en nog zo wat meer van dat soort levensgevaarlijke, hoog-explosieve goedjes
in een willekeurig huishouden.
"Volgens
een woordvoerder van Ubbink BV, producent van zonnepanelen, is het
gevaar geweken zodra bij brand de elektriciteit wordt uitgeschakeld
via de hoofdknop in de meterkast..." |
??? Tweeledige opmerking.
Ten eerste produceert Ubbink Solar Modules (als dat bedrijf wordt bedoeld)
sinds de vestiging in Doesburg door de Duitse eigenaar Centrosolar gesloten
werd geen modules meer in Nederland, voor zover de kennis van Polder PV
reikt. Wel is van Laarhoven met een geheel eigen bedrijf doorgestart,
en dat heet Solar Modules Nederland**, gevestigd
in het Limburgse Kerkrade (paar maal van naam gewijzigd). Ten tweede staat
er ALTIJD spanning aan de DC zijde van de PV generator, zodra er zonlicht
op schijnt. Daar helpt echt geen AC noch een DC "Freischalter"
in de meterkast of elders in de woning tegen. Ik hoop dat de geïnterviewde
verkeerd is geciteerd door het ND...
"Gerard
van Amerongen, voorzitter van de brancheorganisatie van leveranciers
en producenten van zonnepanelen Holland Solar, vindt dat het gevaar
wordt overdreven. “Als er veel rook is bij de brand is er
ook nauwelijks stroom via de panelen”." |
Ook hier hoop ik dat
de voorzitter van de brancheorganisatie verkeerd is geciteerd. Want ik
zou niet graag in zijn schoenen staan als bij een brand met rookontwikkeling
het bij het eerste het beste briesje voorkomt (en dat gebeurt natuurlijk
gegarandeerd), dat die "rook" opzij wordt geblazen,
en de PV generator (weer) volop in het zonlicht komt te liggen. Dan wil
je als blussende brandweerman vast wel een gezonde afstand tot die generator
nemen, zeker als deze door de brand is beschadigd, forse rookontwikkeling
of niet...
| "Consensus
over het blussen van dit soort branden is er nog niet. Ze komen ook
heel weinig voor." |
Aldus Beckman, manager
van de Brandweeracademie. En zo is het maar net. De professional geeft
al aan dat er voorlopig nog niet zoveel aan de hand is. En met het slakkentempo
van de uitbouw van PV in NEEderland, zal dat ook voorlopig wel zo blijven.
Daarover doet het ND trouwens in een apart kader nog wat uitspraken, ik
ga daar in het hier op volgende
artikeltje verder op in.
Reactie
N.a.v.
de commotie een relativerend bericht van een lezer van Polder PV:
"Na het
NOS journaal (16 aug.) wist ik effen niet meer waar ik het zoeken
moest. “Brandweer kan geëlektrokuteerd worden door zonnepanelen”.
Een volgende stap in het Saboteer DE programma dacht ik meteen.
Ik ben overigens 54 en nog nooit verdacht van paranoia. Dus toch
maar even m'n pa gebeld die 25 jaar lid was van de vrijwillige brandweer
en zijn hele werkzame leven installateur was. Wat hij ervan dacht
dat er zou gebeuren als er 120 Volt aan de andere kant van de waterstraal
geraakt zou worden, en of ze ook altijd wel bij een huisbrand eerst
de hoofdschakelaar omzetten alvorens te gaan blussen.
Nou ten eerste
hebben ze altijd rubber laarzen aan en meestal ook handschoenen,
dus het zou sowieso al geen probleem zijn. Als brandweer loop je
zonder meer al veel meer gevaar op explosies van gassen, giftige
dampen, te hoge hitte of instortingsgevaar, etc. Natuurlijk moeten
de risico's zoveel mogelijk beperkt worden, maar om dan zo'n relatief
klein detail zoooooo uit te meten in de landelijke pers... Daar
kan het komkommersyndroom alleen niet verantwoordelijk voor gehouden
worden. Wat is toch dat NIFV wat achter deze ophef zit? Is dat een
afdeling van EZ misschien, ha ha.
Dus even Polder
PV raadplegen, maar nog geen reactie. Dat neem ik je zeker niet
kwalijk hoor, ik vind het toch al een wonder dat je erin slaagt
zo enorm veel waardevolle informatie te verschaffen. Misschien ga
ik daarvan nog wat gebruiken om te reageren in de krant hier, die
ook een bijna paginagroot artikel wijdde aan deze onthutsende materie
(Gelderlander). Ook hiervoor bij voorbaat dank." |
Van weer een andere
lezer:
"Tja, hier
heb ik altijd voor gewaarschuwd.
Dit is de reden dat ik destijds de doe het zelf systemen verplicht
met een DC-gevoelige aardlek heb laten uitvoeren." |
M.a.w.: wel degelijk
een potje zout bij de (weer over waaiende) Nationale Hysterie rond "brand
en zonnepanelen". Maar tegelijkertijd ook zeer kritisch blijven waar
het alle toepassingen van gelijkstroom betreft. Er zijn niet voor niets
reeds diverse bedrijven bezig om te kijken of er een niet al te dure "ingreep"
in de junction-box van [nieuwe] zonnepanelen mogelijk is waarmee in het
geval van brand middels een elektronisch signaal alle contacten tussen
de modules onderling verbroken zouden kunnen worden. Het ligt in de bedoeling
dat de modules zichzelf dan gaan "kortsluiten" waardoor alle
potentiële risico's voor brandweerlieden tot het absolute minimum
worden beperkt. Dat heet: toekomstgerichte bedrijfsfilosofie. Ook al zijn
deze initiatieven er primair niet op gericht om genoemde problemen te
voorkomen, de zogenaamde "power optimizers" zoals SolarMagic
Power Optimizer, EHW Smart Power Box en de SolarEdge Powerbox zijn in
principe in staat om op module vlak "aan te grijpen" in de gewenste
denkrichting. Op Intersolar 2010 in München waren nog meer initiatieven
rond AC-module achtige concepten te vinden, of controle "in de junction
box", die ook aangrijpingspunten kunnen bieden voor het volledig
spanningsloos maken van alle modules in een PV-array.
Photon organiseerde in augustus van 2009 zelfs een speciale workshop "Solar
on fire" in Aachen. M.a.w.: de industrie is aan zet, en alle slecht
onderbouwde hysterie over "brand en zonnepanelen" dient ook
in dat licht beschouwd te worden.
|
^^^
Een van de voorgestelde oplossingsrichtingen voor het "automatisch"
of met de hand verbreken van potentieel gevaar opleverende decentrale
stroomkringen op daken: zekeringen die smelten bij hoge temperaturen,
of die op eenvoudige wijze met een hamer kapot geslagen kunnen worden
Met een sterk gereduceerde kans op - typisch voor DC stroom - lichtbogen,
via een ingebouwd veermechanisme wat de beide aansluitpunten in
tegenovergestelde richtingen uit elkaar drukt.
Bron:
© Thiem/Huber
uit Kreisverwaltungsrat München pdf (niet meer publiekelijk
beschikbaar) |
**
31 mei 2015 failliet
verklaard.
Berichtgeving
en bronnen, n.a.v. eerste artikel van 17 augustus 2010
Branden
in 2008. Brandweerstatistiek CBS op Nationaalbrandweerdocumentatiecentrum.nl
website. Deze is in revisie (artikel pdf niet meer te raadplegen). 45.400
branden in Nederland, in 2008. Daarvan 14.400 stuks binnenbrand en 1.900
schoorsteenbrand (rest niet gebouw- of opstal gerelateerde buitenbranden!),
dus max. 16.300 te relateren aan gebouwen. Er waren in dat jaar 97 doden
te betreuren waarvan 3 brandweerlieden. Zonnepanelen als mogelijke oorzaak
of gevolg worden nergens genoemd.
Aantal
huishoudens in 2008 (CBS): 7.242.202 stuks.
Verhouding aantal gebouw-gerelateerde ("binnen") branden per
huishouden gemiddeld in 2008 (incl. bedrijfsbranden): 16.300/7.242.202
= 0,23%.
Aantal huishoudens
is begin 2020 toegenomen naar 7.997.800 volgens
het CBS
Aantal gecertificeerde
zonnestroom systemen in 2008 CertiQ: 740. Jaaroverzicht niet meer op website
CertiQ terug te vinden, wel in archief Polder PV.
Polder PV schatting
maximum aantal meestal (zeer) kleine zonnestroomsystemen in 2008 in Nederland
(grotendeels nergens geregistreerd, beslist niet "gecertificeerd"):
30.000 stuks.
Kans op brand bij 30.000 "huishoudens" met meestal kleine
PV-installaties: 0,23% x 30.000 = 68 theoretische branden/brandjes in
2008. Echter, 82% van die "binnenbranden" kan al door de eerste
brandweer eenheid worden bedwongen en blijft dus beperkt in omvang (2008:
14.400 "binnenbranden", waarvan 11.800 "klein"). Ergo:
de eventuele "risico's" blijven zeer beperkt, de meeste branden
bereiken het dak niet eens.
Bronnen
Gathering
of Tweakers discussies rond het thema "blussen" (keyword
search in Duurzame Energie deel 17)
"Zonnepanelen
gevaarlijk voor brandweer". Augustus 2010, zowel audio als video
fragment, niet meer direct bij NOS te vinden (oorspronkelijke link audio,
resp. video),
zie ook bericht
in Trouw, 16 augustus 2010. Geluidsfragment bevatte een interview
met Jans Weges van NIFV over de [potentiële] risico's bij de bestrijding
van branden in panden met zonnepanelen op het dak, het videofragment uit
het NOS Journaal duurde slechts 21 seconden, en was veel te kort om de
complexe materie uit te leggen. Dat had in deze vorm dan ook nooit zo
hetzerig gebracht mogen worden.
https://www.ifv.nl/ Website van het Nederlands Instituut Fysieke Veiligheid
(voorheen nifv.nl), waarop echter i.t.t. de merkwaardige suggesties van
diverse persorganen destijds (augustus 2010) beslist geen persbericht
o.i.d. is te vinden over het nieuwste rimpeltje in de PV-onzin vijver.
Jeroen Haringman had de NIFV in de zomer van 2010 aan de lijn en die bevestigde
wat er al werd vermoed, dat de commotie weer de zoveelste "storm
in een glas water" betrof. Tja. Komkommertijd, nog steeds.
In Nederland is n.a.v.
een Handreiking "Brandweeroptreden nabij elektriciteit" publicatie
van maart 2015 een aparte bijlage (J) opgenomen in het Handboek
HBze Zonne-energie. Bouwkundige- en installatietechnische richtlijnen
voor zonne-energiesystemen van ISSO. Dit, naar aanleiding van een
tweet
van Rob van Bergen van ISSO, dd. 4 juni 2018 (en reacties daar op).
Ook in België
groeiende onrust, maar kalme autoriteiten die protocollen gaan opstellen.
Op 17 augustus 2010 was er een uitzending bij De Redactie.be, het journaal
op de Vlaamse TV. De video van die uitzending is helaas niet meer publiek
beschikbaar (oorspronkelijke link
werkt niet meer). Getoond werd o.a. een brandend huis met zonnepanelen
in Gistel, Vlaanderen, en een plan van aanpak van het Kenniscentrum Civiele
Veiligheid van Binnenlandse Zaken werd gepresenteerd (zie ook screenshot
van die uitzending hieronder).
|
^^^
Screendump van korte video reportage op Journaal van DeRedactie.be
van 17 augustus 2010 met licht brandend huis (rookontwikkeling en
al forse schade aan de dakstoel) in Gistel, Vlaanderen, België.
Met o.a. een brandweerman die wel de thermische zonnecollector kon
bereiken met de brandspuit, maar die niet in de buurt kon komen
van de fotovoltaïsche zonnepanelen.
©
2010 DeRedactie.be, link
naar video fragment niet meer beschikbaar |
Polder PV
- latere berichten
Skip
de maan, en breng voldoende schijnwerpers mee... (24 januari 2011,
de "mythe" van gevaarlijk maanlicht en/of licht van vlammen
tijdens brand op daken met PV installaties op Deutsch-grundliche wijze
doorgeprikt)
Berichten/reacties
(incl. België)
Hevige
brand bij dochterbedrijf van Katoen Natie: zonnepanelen ontploft.
25 mei 2018, GVA.be. Brand in loods van Katoen Natie dochter bedrijf J-Tec
Material Handling (Lieven Gevaertstraat in de KMO-zone Vloeiende van Kapellen,
Vlaanderen), legt pand vrijwel geheel in as, incl. de forse PV generator
met bijna 700 panelen op het platte dak. Brand ontstond 's nachts, geen
oorzakelijk verband met aanwezigheid zonnepanelen.
Zonnepanelen
zetten dak van school in Bree in brand. 4 juni 2017, HLN.be. Brand
op dak Sint-Augustinuscollege te Bree, Vlaanderen, B. Geclaimd wordt dat
zonnepanelen oorzaak zouden zijn, waarna isolatiemateriaal van dak in
brand zou zijn gegaan (?). Oorzaak wordt echter onderzocht, dus nog geen
zekerheden.
Brandverzekering
pv installatie. 3 maart 2011 ff. Archief Zonstraalforum. De Belgen
zijn al langer met het thema bezig, niet gek, want hun markt is destijds
extreem hard gegroeid, i.t.t. de Nederlandse. Talloze andere entries door
"brand" in het zoekvenster van dit lang actieve forum te typen.
Forum is vernieuwd, en heeft een andere stek gekregen.
Zonnecellen gevaarlijk
bij brand. 2011, De Telegraaf. Oorspronkelijke url
niet meer publiek voorhanden. Uiteraard besteedde de "spreekbuis
van NEEderland" er ook aandacht aan, en snapte de correspondent niet
dat een zonnepaneel niet "oplaadt", maar continu stroom kan
blijven produceren als er [genoeg] licht op valt en er een gesloten stroomkring
is. Een zonnestroompaneel is geen accu. Ik moet ook het eerste zonnestroom
systeem nog ontdekken wat een "dodelijke stroomstoot" zou kunnen
genereren uit het licht van vlammen, typische uit de duim zuigerij van
de Telegraaf journalist...
Help,
brand ! 16 augustus 2010. Reactie van Berend Wagenvoort van Herberg
PV: "Nederlandse brandweerkorpsen gaan nu dus protocollen opstellen
voor branden waarbij zonnestroominstallaties in het spel zijn. Heel verstandig,
aangezien er ook in Nederland steeds meer zonnepanelen geïnstalleerd
worden. Maar om daar nou zo’n ophef over te maken…"
Brandweer
onder stroom: gerecycled nieuws.
16 augustus 2010. Reactie van destijds nog actief blogger Jeroen Haringman
op het "komkommer" nieuws. Via webarchive (website is opgeheven).
Zonnepanelen
vormen gevaar voor brandweer.
16 augustus 2010. Reactie van blogger Niels Thijssen "Renewable Energy
Now" op het nieuws.
http://www.zonnepanelen.wouterlood.com.
Collega Floris Wouterlood publiceerde destijds ook op 16 augustus 2010
een - nogal voorbarige - reactie op zijn veel gelezen blog (alleen zijn
de berichten voor december 2013 niet meer te vinden): "De enige brand
ooit waarbij zonnepanelen waren betrokken was die van
het Oceanium (Blijdorp) op 26 juli 2007". Vetdruk van webmaster van
Polder PV. Nou, dan zou ik toch maar iets beter Googelen, hooggeschatte
collega, zie de oude én de vele nieuwe gevallen in de lange lijst
op deze webpagina ...
Brand
! 16 augustus 2010. Website archief Zonnestroom Producenten Vereniging
(ZPV). Deze belangen vereniging voor zonnestroom bij met name particulieren
maakt zich er
wat mij betreft iets te makkelijk van af...
Energeia berichtte
ook op 17 augustus 2010 (pay-wall). Een stuk genuanceerder dan andere
media, o.a. kort vraaggesprek met de heer Schruijer van NIFV.
Oorspronkelijk
gepubliceerd artikel op 17 augustus 2010, onderaan. Hieraan continu nieuwe
links toegevoegd onderaan dat artikel, tm. 2020. Begin december 2020 is
alle informatie verplaatst naar de huidige nieuwe, speciale pagina "brand
en zonnepanelen". Daarbij zijn alle links nagekeken, eventueel aangepast,
van alternatieve links voorzien naar nog bestaande webarchive of google-cache
pagina's, of, indien het origineel niet meer terug gevonden kon worden,
is de link verwijderd (en in sommige gevallen de verwijzing naar het verouderde
artikel). Status bij (her)publicatie: 11 december 2020, waarna nieuwe
items zijn toegevoegd. Eind juli 2022 is de forse "incidentenlijst"
verplaatst naar een aparte pagina,
alhier.
Updates en
aanvullingen: Gepubliceerd op 18
dec. 2020, 11
februari 2020 (Thialf), 11
februari 2020 (brandtest keramische coating Enschede). 10
maart 2021 (Bouwspecial Brandveiligheid). 4
oktober 2021 Brand mitigerende maatregelen toekomstig zonnepark in
Reuver (L.). 29
maart 2022 Onderzoek brandveiligheid PV daken BouwTotaal.nl. Juni
2022 Nieuw onderzoek naar brandveiligheid e.d. "InVeZo".
7
juli 2022 Onderzoek RIVM naar deposities en potentiële gevaarzetting
rond branden met zonnepanelen. 28
mei 2023 Tips op website Veilig Vinkie. 2
september 2023 Oorzaken brand bij PV-installaties (van Duitse website).
18
juli 2024 Rapport huishoudelijke elektra incidenten (Krado). 21
augustus 2024. Gevaren van stekkerpanelen.
|
|